Dourfestival, Dour 2011 - zaterdag 16 juli 2011
De derde dag zal zeker in het geheugen gegrift staan, want rond 21h Dourtijd gaan na een druilerige, regenachtige dag de hemelsluizen open en werd het terrein omgedoopt tot een modderpoel en vijver . Op die manier moesten we even ‘temporiseren’, zoals in de ‘Tour’ wel eens kan zijn … Inderdaad, het is van toen Destiny’s Child (Dour 2000) hier kwam aanmodderen geleden dat deze taferelen nog te zien waren … de dames bleven dan wel schoon, maar wij (nu) …
Niet getreurd, we zijn doorwinterde modderratten en hebben het volgende klaar …
In de verte zagen we het beloftevolle The Amplifetes uit Zweden die hun synths heerlijk kruisten met aanstekelijke gitaarpop. Een vleugje Hot Chip en freefolk integratie. Toegegeven, al veel gehoord zulke bandjes, maar altijd wel leuk.
Les Ogres de Barback trok al meteen onze aandacht op dag 3. Hun muziek heeft iets van Onze Nieuwe Snaar (door geen enkele Franstalige ami gekend btw!) en voelt de Zuiderse cultuur van Marseille, les Misérables en onze J Brel aan. Tussen zwier en intimiteit. Ze hebben altijd een indrukwekkende constructie staan op het podium en de acrobatie sierde hun Franse zigeuner/chanson/hippop. Er valt altijd wel iets te beleven met die Fransen.
Architecture In Helsinki staat in het najaar in de Vk* . Na het aantrekkelijke debuut van deze Aussies, zakte hun zwierige, frisse, sprookjesachtige en dromerige danspop wat in elkaar. Ze dobberden wat rond en brachten geen aanstekelijke popsongs meer, maar met het recente ‘Moment bends’ kan daar terug wat verandering in komen, met o.m. de single “Desert Island”. Enkele oudjes als “Do the whirlwind”, “It’s 5” , “That Beep” werden zelfs moderner aangekleed, waren springerig, sprankelend, dansbaar en kregen een discokitsch tune. De man- vrouw zang werkte. Top was hun Londonbeat’s “I’ve been thinking of you.
Architecture In Helsinki verwerkt invloeden van een Los Campesinos, Metronomy en gooit er nu nog de Scissor Sisters en ‘80s Wham! bij. Door onze Franstalige vrienden wordt dit leuke bonte gezelschap ferm gesmaakt.
‘A tribute to Bob Marley’ laten we niet zomaar aan ons voorbij gaan. Een eerbetoon aan de grootmeester … Groundation wou er een feestje van maken. Ze doen dit voor hun publiek, de fans, hun ‘king of reggae’ en symbool van de rastafaribeweging en ook een beetje voor elkaar, want dan is iedereen samen om op tour te gaan; vooraan stegen de temperaturen in de barre omstandigheden. We hoorden enkele classics – “ Could you be loved” – ‘They made the sun shinin’”, vrienden!
Een ander feestje was aan de gang in La Petite Maison met Fool’s Gold. We waren al onder de indruk van eerdere gigs van dit onderschatte viertal. Een stomende set leverden ze af met hun muzikale smeltkroes aan stijlen, die het nauwst aan afroworldpop leunen. Muzikale veelkleurigheid, een opzwepende percussie, sambaballen, twinkelende gitaren, energieke gitaarriedels, blazers en … springende groepsleden die zelfs door de knieën gingen. Gevolg: een enthousiast publiek. “Suprise Hotel” en “Nadine”, twee instant classic hits, fungeerden als rode draad door hun set! Een concert to remember!
Altijd wel gedacht dat Saul Williams iets Duivels had, want na z’n set begon de regenleute … En toch klinkt de militante hiphopper/ poëet met de jaren muzikaal gematigder … meer band, meer muziek, prikkelende songs en minder ‘spoken words’/vurige raps.
Terror op z’n beurt had de hardcore fans direct bij de keel. Het populaire kwintet uit LA maakte z'n intenties dan ook snel duidelijk, het zou hard en heavy worden en iedereen werd aangemaand om mee te gaan in de rollercoaster. Met hun laatste album ‘Keepers of the faith’ behielden ze hun 'ster' aan de top van het hardcore milieu, al hoorden we hier een iets melodieuzere sound. De NY hardcore doorspekt met metalcore brengen ze live met de nodige intensiteit en de juiste spirit en leverde een continue bruisende pit op. Frontman Scott Vogel dirigeerde het geheel op z'n typische manier en bleef de stagedivers stimuleren om vooral te blijven doorgaan. De vuisten bleven in de lucht, de riffs bleven rondscheuren en de drummer bleef er op los hakken, iedereen werd weggeblazen door een Terror in topvorm dat afsloot in schoonheid met titeltrack “Keepers of the faith”.
Een aparte combinatie was 13 & God, The Notwist vs Themselves. De muzikale wereld samenkrijgen van indiepop, knisperende elektronica en snedige hiphop is geen evidentie . Soms vonden ze elkaar in die dromerige, slepende, groovende, dreunende indietronica en hiphop, andere keren prikkelde de verscheidenheid en (de zoekende) eenvormigheid onvoldoende. Wel leuk om ze eens bij elkaar te plaatsen, maar of de formule blijft aanslaan …
In een helse wolkbreuk was het aan Pennywise om het volk ervan te overtuigen toch te blijven staan terwijl de regen met bakken uit de lucht viel. Pennywise die al sinds 1988 tot de top van het punkrock circuit behoort, slaagde er wonderwel in, gezien de omstandigheden, een aardig volgelopen wei geboeid te houden. Minpuntje was wel het iets te veel anarchistisch gewauwel van zanger Zoli Téglas (Ignite). Die neemt nu na het vertrek van voormalig frontman Jim Lindberg de zangpartijen voor zijn rekening. Pennywise speelde een zeer strakke set waarbij lustig de ‘old skool’ nummers opgerakeld werden. Als afsluiter haalden ze “Bro Hymn” boven waarop een verzopen wei zot werd.
Saul Williams gaf na z’n set al eerder de aftrap , want toen we nog een glimp wouden oppikken van The Herbaliser moesten we het op een lopen zetten door de regenval. Maar ok we konden bekomen op Horace Andy die deze ambetantigheid zalfde door dansbare reggae/ dancehall/dub grooves. Fijne set, maar een beetje teveel van hetzelfde …
Een (stukje) IamX leert ons dat ze erg populair zijn bij onze Franstalige vrienden. Heftig donderende en bezwerende Elektrorock met een galmend industrial pepersausje en een zanger die z’n publiek trachtte op te zwepen na deze fikse plensbui. Die zanger, Chris Corner, kan je nog kennen als ex-frontman van Sneaker Pimps. Op Dour kwamen ze hun gloednieuw album ‘Volatile Times’ voorstellen. Met dat album trekken ze de lijn door van het cabaret-achtige en donkere elektronische geluid waarmee ze bekend geworden zijn. Naast het muzikale zorgt Chris Corner met zijn theatrale bewegingen ervoor dat het een must is voor het oog. Met knaller van formaat "Cold Red Light" zetten ze de hele tent in lichterlaaie, waarna bedankt werd met "You are the best audience in the world". Met "President" zetten ze een punt achter hun optreden. Tja, kan Vlaanderen hier warm voor worden aub …
Waar Terror de NYHC band van de jaren '00 werd genoemd, kregen we even later één van de trendsetters van de NYHC sound van de jaren '80 Agnostic Front. De band ontstaan in '82 leverde met debuut ‘United blood’ een classic album af en beïnvloedde een pak hardcore en punkbands uit die tijd. Met de nog steeds kwieke Roger Miret aan het roer – tevens de oudere broer van Freddy Cricien van Madball- en Vinnie Stigma bewezen de New Yorkers de tand des tijds probleemloos overleefd te hebben. De agressie en spelvreugde droop er nog steeds vanaf bij deze veteranen en mag een voorbeeld zijn dat met een hardwerkende DIY mentaliteit je ver kan geraken. Getuige daarvan hun nieuwe album ‘My life, my way’ die terug de nodige aandacht kreeg en waarin de meeste teksten zoals steeds over unity en respect handelen. Hier in Dour kregen we een bloemlezing uit hun carrière en walsten ze als vanouds de tent plat.
Een wrange nasmaak hielden we over na de gig van Suede. Onmiskenbaar samen met Curve bepalend in de nineties door hun muziek-met-een-donker randje, die op hun beurt bands lanceerden als Elastica, Placebo en nu terug ‘hype’ en ‘hip’ worden door de heropleving van de huidige waverock van Editors, Interpol en White Lies.
Maar vanavond was de ‘Suedemania’ zoek, met een matige belangstelling als gevolg; de band speelde nochtans op hun best, energiek en emotievol, maar Anderson en de zijnen waren waarschijnlijk vergeten dat het publiek nog moest recupereren. Geen enkel ‘warm’ woordje kon er van af om de vonk te doen overslaan. Het leek dan maar op een routineuze klus afwerken.
We hielden van hun glamrockend concert, strak , direct, power en gevoelig, met o.m. “She”, “Animal nitrate”, “Trash”, “Can’t get enough”, “So young” en “Beautiful ones”; het kitscherige, ingetogen “Saturday night” die nog in het KC de elementen samenhorigheid, hart - breken & -verwarmen bood, kon bijgevolg vanavond hier niet prikkelen. Spijtig, want Suede kon ‘de new generation’ naar zich toe trekken.
Booka Shade warmde ons dan maar op met hun elektronic/techhouse en trance . Tja dit smaakte naar meer en brengt Underworld, Chemical Brothers dichter bij de huidige dance van o.m. Digitalism. Fijn dansbaar setje van de heren.
Met 'River Runs Red' in 1989 leverde Life Of Agony een mijlpaal af in de hardcore en metalwereld. De veelbesproken frontman Keith Caputo bepaalde met z'n melodieuze zang een belangrijk deel van de sound van de band. Het leverde hen wereldwijd succes op door de intense live sets die ze overal brachten. Na de 2 volgende albums waarin ze softer en meer mainstream klonken kwamen er strubbelingen en gingen alle bandleden hun eigen weg.
Na vele omzwervingen kwam de band mid jaren '00 terug bijeen in originele bezetting en na het releasen van een nieuwe plaat gingen ze weer de hort op om hun typische sound weer te verkondigen. De laatste jaren kregen we ze al enkele keren te zien in ons land en telkenmale was het een feest van begin tot einde.
Als afsluiter van deze avond op de Cannibal stage waren de verwachtingen weer hoog gespannen; het gerucht verspreidde dat het de laatste keer zou zijn dat we de band in deze bezetting konden bewonderen, surplus dat Keith Caputo na deze tournee een geslachtsoperatie zou ondergaan en zich zou laten omscholen tot Mina Caputo...
De set verliep volgens het traditionele recept, zonder al te veel verrassingen: een groovy meeslepende sound met de typisch Caputo vocalen, wat uitmondde in die typisch emotionele LOA sfeer. Alle klassiekers passeerden de revue en opnieuw was deze liveset om van te snoepen … Benieuwd wat het als 'vrouwelijke zang' zal zijn … (Playlist: This Time, Underground, River Runs Red, Through And Through, Words And Music, Bad Seed, My Eyes, Respect, Method Of Groove, The Stain Remains, Other Side Of The River, Love To Let You Down, Weeds, Lost At 22 ).
The House Of Pain spreekt net als eerder geprogrammeerde hiphopbands verschillende generaties aan . Zanger en frontman Everlast, al serieus getekend door het leven, houdt van een Cypress Hill, Public Enemy en Fun Lovin’ Criminals. Met een live band , DJ Lethal terug in de gelederen en een extra MC speelden ze een goede, gevarieerde set tussen pop, rock, hiphop en country. Af en toe hoorden we tunes van eerder voorgenoemde MC vrienden .
Het waren niet allemaal “Jump arounds”, “Put your head on”, “Dany boys” en “Back from the deads”, maar we hoorden ook een handvol poprockend materiaal als “Just another victim” en “Put on your shit kickers”. Tja, Everlast, FLC en Johnny Cash, die hebben wel iets gemeen. Toffe set. We misten op het podium wel het gekende HOP- logo …
Neem gerust een kijkje naar de pics
Organisatie: Dourfestival, Dour