logo_musiczine_nl

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Shaka Ponk - 14...
slift_aeronef_0...

Papaye

La Chaleur

Geschreven door

Ook in Frankrijk wordt er heel wat gitaarherrie geproduceerd! Heel wat van die gitaarbands vinden we terug op het Africantape-label en Papaye is daar ongetwijfeld een van de meest eigenzinnige van... De drie bandleden luisteren naar de namen JB, Mric en Franck, komen uit Nantes en Tours  en verdienden hun sporen in illustere  bands als Pneu, Room 204 en Kommandant Cobra. 
Het is niet duidelijk of Papaye voor dit trio een soort van zijproject is, maar het is wel zo  dat ‘La Chaleur’ een zeer knap plaatje is.  Wie vluchtig naar deze schrijf luistert, hoort op het eerste gezicht een doorsnee portie mathrock . Wie echter meer aandacht besteedt aan ‘La Chaleur’  hoort  12 afwisselende nummers vol instrumentale, inventieve  rock die varieert van zeer poppy tot stevige noise en waarbij er regelmatig plaats is voor jazzy geëperimenteer.  De energieke nummers zijn vrij kort (dit plaatje klokt op  26 minuten) maar doen vooral verlangen naar meer... wij kijken uit naar toekomstig werk van dit Franse trio!

Les Nuits Botanique 2011 – dEUS - Klaar voor de zomer

Geschreven door

Les Nuits Botanique 2011 – dEUS - Klaar voor de zomer
Les Nuits Botanique werden met een dagje verlengd voor dEUS, die in de Chapiteau een generale repetitie kwamen spelen voor hun festivaltournee die hen ook naar Pukkelpop brengt. Pas op 20 september komt hun nieuwe album uit,’Keep you close’ …Het was dus afwachten of we veel nieuwe nummers zouden krijgen vanavond.
Het was prachtig zomerweer, dus zat een groot deel van het publiek te genieten van de avondzon op de trappen van de Botanique, en ook de bandleden waren heel relaxt, zo stonden Klaas Janszoons en Mauro een kwartier voor ze op moesten nog gemoedelijk met de fans te praten.

Om negen uur was het showtime in een snikhete Chapiteau. Een groezelige rif en de mantra van Janszoons’ viool en we waren vertrokken met de nachttrein van dEUS. Wel een beetje jammer dat op die manier “Sun Ra” moest dienen om het geluid af te regelen, zodat mijn favoriet nummer minder ontplofte dan het normaal doet. Vanaf “Fell of the floor, man” zat het geluid perfect, maar toch zou het even duren voor het publiek bewoog: “The Architect” knalde wel retestrak uit de boxen, maar ofwel was het de hitte in de tent, ofwel zat iedereen reikhalzend uit te kijken naar de nieuwe nummers, maar in ieder geval was de publieksreactie het eerste halfuur, eerder aandachtig dan dolenthousiast.
In twee talen kondigde Barman het eerste nieuwe nummer aan, “Second Nature” en dat klonk beter dan driekwart van de nummers van ‘Vantage Point’, wat voor mij toch wel het minste geslaagde album van dEUS is.
Vreemd genoeg werken die nummers van ‘Vantage Point’ dan weer wel perfect in een live set, “The Architect” is gemaakt voor de festivals (waarom zou Clement Peerens anders met een parodie gekomen zijn), en de dynamiek en samenzang van “Slow” was vanavond een mooie aanloop naar het eerste rustpunt in de set, “The real sugar”, dat figuurlijk dan toch, een koele bries door de tent liet waaien.
Toen Barman in “Instant Street” zijn akoestische gitaar ruilde voor zijn elektrische exemplaar, schoot de set plots in vijfde versnelling, de outtro van dit nummer is van het beste wat de dEUS live op een podium brengt: sinds de nieuwe bezetting is dit nummer live enorm gegroeid.
Misschien  ligt dat aan de Herman Van Rompuy van de band, Mauro Pawlovski, die in dEUS een voor hem onkarakteristieke dienende rol inneemt, en met een soort rustige vastheid de songs samen houdt zodat Barman en de anderen ruimte krijgen om risico’s te nemen, zonder dat het geheel grandioos op zijn gat valt, zoals vroeger nog eens het geval kon zijn.
“Theme from Turnpike” toonde dan weer aan dat intro’s ook een van de sterktes van ons Tommeke is, het gitaarloopje viel ongenadig in, en Mauro zette op het einde zijn schuur open met de overtuiging zoals je die ook bij black metal zangers ziet: geen bloed op het podium echter, enkel zweet, alhoewel Barman bijna over zijn gitaar struikelde toen hij een snelle rookpauze inlaste tijdens de nummers. Met zijn donderende drumbeat, ietwat op de beat van Faith no More’s “Midlife crisis” lijkend “Dark sets in”, was het derde nieuwe nummer van de avond het meest overtuigende, en heeft het de potentie om uit te groeien tot een anthem als “Roses” dat net daarna volgde en de reguliere set prachtig afsloot.
Een simpel slide-loopje, meer had Mauro niet nodig om de rest van de band aan te vuren in “Bad timing”, het nummer versnelde, werd tot stilstand gebracht door Barman, en laaide dan weer feller dan ooit tevoren op om steeds hoger en hoger te reiken. Naast “Instant Street”, was dit zeker het hoogtepunt van de avond.
We vonden het dan ook niet zo erg toen het aansluitende lounge-niemendalletje “Nothing really ends” na een halve minuut stilgelegd werd door Barman, toen er iets misliep met de synthesizer partij: het liet ons net genoeg tijd om op adem te komen voor “Morticiachair”, waarin Mauro de zanglijnen zo perfect bracht dat het leek of hij dit nummer geschreven had.
Afsluiten met een kers op de taart: een onwerelds afgestemde viool van Janszoons zette “Suds & Soda” in: de tent ging uit zijn dak, Barman bedankte zijn publiek in de twee landstalen, en nodigde iedereen uit aan de bar.

Als generale repetitie was dit zeker een geslaagd concert: het duurde een beetje voor het op gang kwam, en had zeker niet de intensiteit van de dubbele set twee jaar terug op Pukkelpop, maar dEUS is klaar voor de zomer. 

Setlist: Sun Ra, Fell of the floor man, The Architect, Second Nature, Slow, The real sugar, Constant now, Instant street, If you don’t get what you want, Theme from turnpike, Smokers reflect, Dark sets in, Roses
Bad timing, Nothing really ends , Morticiachair, Suds & Soda

Organisatie: Botanique, Brussel (ikv Les Nuits Bota)

Les Nuits Botanique 2011 – alle zalen - Twin Shadow, The Crookes en Holy Ghost!

Les Nuits Botanique 2011 – alle zalen - Twin Shadow, The Crookes en Holy Ghost!

Esben & The Witch (Orangerie), een trio uit Brighton, zette live alle registers op , waardoor het traag slepende , beklemmende songmateriaal binnen de etherische gothic pop, nogal fors overstelpt werd met overstuurd gitaargeweld, elektronica-effects en noise. Het trio overdonderde het publiek. De vocals waaiden over de sound heen.
Ze prikkelden alvast met “Argyria”, “Marching song”, “Warpath” en “Eumenides”. Dolenthousiast gingen ze te werk. Live waren ze nauwelijks herkenbaar, maar de suspense van de plaat behielden ze live.

De hype rond het Brooklynse Twin Shadow (Orangerie) van eind vorig jaar was duidelijk nog niet uitgewerkt op Les Nuits Botanique, getuige daarvan het bosje schoon vrouwvolk dat rond zanger George Lewis Jr. samentroepte in de cafetaria vóór het optreden. De gelijkenis met de jonge Lionel Richie, inclusief borsthaar, was frappant en het Khadhaffi hoofddekseltje dat op zijn weelderige donkere haardos als gegoten zat vermenigvuldigde zijn ‘cool factor’ moeiteloos met vijf. Qua présence een 10 op 10 dus, maar wij waren wel voor de muziek gekomen.
Live klonk dat alleszins een pak gespierder dan op het debuutalbum ‘Forget’, al bleef het typerende subtiele synth geluid gelukkig wel overeind. “Castles in the Snow”, “When We’re Dancing”, “Tyrant Destroyed” en “Yellow Balloon” waren allen doordrenkt met 80’s invloeden van de betere soort. Denk vooral aan Roxy Music en David Bowie, maar ook aan Talk Talk en de rusteloze gitaarrifs van Talking Heads. En blies daar niet even de filmsounds door van Giorgi Moroder en Flash Gordon…?!
Dat het geheel echter niet beter was dan de som van deze delen had vooral te maken met het feit dat Twin Shadow momenteel net niet voldoende kwaliteitnummers in huis heeft om een gans optreden te blijven boeien. Al rechtvaardigde dit optreden de groep wel een status om te blijven volgen.

Over naar de ingetogen pracht van Nive Nielsen & The Dear Children (GS). Nielsen komt uit Groenland, en kon naast haar eigen meegebrachte band op enkele aertiesten van hier rekenen, waaronder Tom Pintens. Ingetogen pracht die durfde crescendo te gaan en subtiele melodieën en sounds door een breed instrumentarium van piano, toetsen, contrabas, steelpedal, zingende zaag, blazers en ukulele. Sferisch warme pop en een ijskoude bries …

The Crookes (Rotonde): veelbelovend Brits bandje die melodieus toegankelijke, frisse, sprankelende en dromerige popsongs bracht in de beste Britse traditie, ergens tussen The Smiths, Morrissey, The Housemartins, The LA’s en Aztec Camera. Rinkelpop, energiek en bruisend; een dynamisch optreden  van een super enthousiast kwartet!

Tijdens hun eerste optreden op Belgische bodem bleken de New Yorkers van Holy Ghost! (Orangerie) al op zeer jonge leeftijd de kneepjes van de betere dansmuziek in de vingers te hebben. “Do It Again” en “It’s not Over“ hebben de potentie om ook nonkels en tantes op de dansvloer te krijgen, en zijn dat niet de beste dansnummers? Zo moet New Order geklonken hebben mochten ze niet vanuit het kille Manchester maar vanuit exotischer oorden opereren. Na verloop van tijd begonnen de trage, repetitieve beats en positieve vibes steeds meer verslavend te werken en stond vrijwel niemand in de zaal nog langer stil, en dat voor een late zondagavond waarop de volgende werkdag al begint te wenken! Afgaande op dit geslaagde optreden heeft Holy Ghost! de potentie om niet alleen de dansvloer maar ook de hitlijsten te bestormen.

Organisatie: Botanique, Brussel (ikv Les Nuits Bota)


Zita Swoon

Zita Swoon (Group) - Zieta Soon!

Geschreven door

 

Ok, laat ons eerlijk zijn: Ik heb al altijd moeite gehad met voor-zichzelf-ontwerpende-kleren-en-soepjurk-dragende-de getormenteerde-ziel-uithangende-zie-me-alternatief-en-exentriek-zijn-zielen zoals Stef Kamiel er een is. Tuurlijk had ik het weer bij het verkeerde eind. The Lady en ik hebben dus een avondje kunnen genieten van puur vakmanschap. Met zijn Burkinese vrienden bracht Zita een overheerlijke mix tussen blues, Beefheart en Afrikaanse muziek. Wie dus kwam voor de Moondog en Zita klassiekers was er aan voor de moeite.

Met een minimaal decor en belichting waanden we ons ergens in ‘de Congo’. Kamiel en co begonnen euh..Kamielfoo: Ingetogen, minimalistisch en begeesterend. De toon werd alras gezet, zeker toen, na de baladist – Afrikaans voor xylofonist -, ook de zangeres Awa Démé op ons werd losgelaten. Carlens laat op een subtiele, sublieme en weergaloze wijze Afrikaanse muziek in zijn muziek binnensluipen.
De Stef vult alles heerlijk aan met Engelse en soms Franse teksten en brengt ietwat verlegen en ingetogen zijn bindteksten. Door de zo pure en perfect geperform-de begeesterende muziek heen worden thema’s zoals armoede, migratie, hypocriete vleierij, vuur en water, het obligate protest tegen het kappen van bomen, verkeerde vriendschappen en zo verder aangekaart. Na het vierde nummer begint onze Stef zowaar een heus gebed aan te heffen! Vreemd genoeg komt hij ook hiermee weg. Het ritme varieert van ingetogen, opzwepend, dansend ot zelfs stormachtig. dEUS- en Beefheartinvloeden zijn uiteraard niet ver te zoeken.
Alles eindigt in een apotheose waar het speelplezier duidelijk merkbaar is. De eeuwig klagerige Stef konden we zowaar zien glimlachen, de overigens meer dan schitterende band speelt met de vingers en de neus en de bewogen drumster doet wat Mo Tucker een dikke veertig jaar bij The Velvet ook deed: rechtopstaand drummen.
De bis bestaat uit een baladistische Mamadou solo en een Awa zangsolootje, om dan retestrak op tijd ons nog eens te tracteren op de nu al typische stampende en gelaagd opgebouwde Afrikaans-West-Europees-Blues-Amerikaanse en andere ritmes. Of laat ze ons gewoon Zita Swoon noemen. Ze hebben een eigen genre bedacht en zouden niet misstaan op de Sfinxen, Dranouters en Cactussen die ons landje rijk is.

Op muzikaal vlak valt er op dit hartverwarmend concert absoluut niets aan te merken. Maar laten we dat Sting-gewijs de wereld willen verbeteren en ons een geweten schoppen achterwege laten. Toch: maximaal aantal sterren.

Organisatie: Cultuurcentrum, Brugge

Les Nuits Botanique 2011 –Grant Lee Buffalo - Heerlijke nineties nostalgie

Geschreven door

Les Nuits Botanique 2011 –Grant Lee Buffalo - Heerlijke nineties nostalgie
Een aangenaam weerzien met dit fijne trio. Hoewel niet heel de wereld zat te wachten op een reünie van Grant Lee Buffalo vonden wij dat we dit hoegenaamd niet mochten missen. De band werd in de nineties de hemel in geprezen door de critici, maar de echte erkenning bleef uit. Vier prachtplaten hebben ze tussen ’93 en ’96 in elkaar gebokst. In die tijd stond de band zelfs twee keer op Torhout Werchter (’94 en ’96) maar echt rijk zijn ze er nooit van geworden en kort daarna was het liedje al uit. Frontman Grant Lee Philips ging de solotour op en heeft ondertussen al zes bescheiden juweeltjes gemaakt die weliswaar ook zonder veel poeha aan de wereld zijn voorbijgegaan.

Nineties nostalgie was vanavond de essentie. Philips liet zijn solowerk volledig achterwege en concentreerde zich volledig op vooral de eerste twee GLB platen ‘Fuzzy’ uit ’93 en ‘Mighty Joe Moon’ uit 94’.
Een horde trouwe fans waren afgezakt naar het Koninklijk Circus en die mochten met zijn allen netjes gaan zitten. Hadden we niet echt verwacht bij deze band, maar goed, zo konden we ons volkomen op de muziek concentreren. En die was meteen een schot in de roos. Kleppers als “The shining Hour” en het machtige “Jupiter and teardrop” zaten al heel vroeg in de set, waarmee het vuur er al goed in zat. Het trio had er duidelijk zin in en genoot van ieder moment. Dit was geen fake, het speelplezier was echt en gemeend
Philips, die nog steeds met een prachtige stem gezegend is, ging bij vlagen nogal tekeer op zijn gitaar, maar haalde er evengoed subtiele klanken uit op juweeltjes als “Mockingbirds”, “Demon called deception” en “Honey don’t think”. Als vreemde eend in de bijt zat het ingetogen opbouwende “Betlehem Steel” (samen met “Homespun” het enige nummer uit ‘Copperopolis’) mooi in het midden.
De bedrijvige bassist en multi instrumentalist Paul Kimble ging hiervoor even achter de toetsen zitten en bracht zo wat extra dramatiek in de set. Ook drummer Joey Peters genoot van elk moment en haalde om de haverklap zijn fototoestel boven om het enthousiaste publiek en de fijne locatie te vereeuwigen voor zijn fotocollectie, altijd leuk voor de kleinkinderen.
Vooral de overgang van rustig naar fel zat vanavond op de juiste plaats. Zo scheurde een verbeten “America snoring” de boel volledig open na een reeks ingehouden prachtsongs als “Sing along”, “Drag” en “It’s the life”. Die energiestoot werd meteen gevolgd door een werkelijk fenomenaal “Fuzzy”, een song waarvan we al lang wisten dat het een 18 karaats pareltje was, maar zo mooi als vanavond hadden we hem nog nooit ervaren.
Daarna was de bisronde ook om van te smullen met bronstige gitaren in een furieus en almachtig “Grace” gevolgd door een gedreven “Homespun”. Daarna werd er nog even subliem gas teruggenomen met het wondermooie “The hook” en het ultieme kippenvelmoment “You just have to be crazy”. Met de finale genadestoot “Lone star song” werd de elektriciteit weer volop ingeplugd, een geweldig en scheurend einde van een werkelijk schitterend optreden.

Minpuntje ? Wij vonden het gewoon doodjammer dat “Dixie drugstore” nergens te bespeuren was, de enige song trouwens van ’Fuzzy’ die de avond niet heeft gehaald. Ook de voortreffelijke vierde plaat ‘Jubilee’ werd straal genegeerd, maar dat zal wel te maken hebben met het feit dat Paul Kimble destijds voor de opnames van die plaat al het hazenpad had gekozen.

Setlist : The shining hour – Wish you well – Jupiter and teardrop – Demon called deception – Lady Godiva and me – Soft wolf tread – Stars n’ stripes – Betlehem steel – Honey don’t think – Mockingbirds – Happiness – Sing along – Drag – It’s the life – America snoring – Fuzzy
Bis : Grace – Homespun – The hook – You just have to be crazy – Lone star song

Organisatie: Botanique, Brussel, (ikv Les Nuits Bota)

Dan Melchior Und Das Menace

Dan Melchior und Das Menace - Zompig en bizar

Geschreven door

Verdomd, moeten we de Pit's niet op onze blote knieën danken omdat ze dit soort miskende artiesten ook in België een kans op het podium geven? Ik denk van wel, jammer dan ook van de magere opkomst. Dit zal wel niet meteen muziek zijn voor zalen van 2000 man, maar het mochten er toch wel wat meer zijn dan de 25 die er nu waren.
Toen de grootste opstoten van euforie wat bezonken waren begon ik alweer te foeteren omdat ik niet in staat was de groep een tweede keer te gaan zien, zonder daarvoor naar het andere eind van Duitsland te moeten reizen. Want dit was één van die zeldzame optredens die in je hoofd blijft rondspoken en waarvan je nooit echt weet welke richting de muzikanten nu echt uit wilden.

Geboren in Londen en na wat collaboraties met Billy Childish en Holly Golightly vertrok Dan Melchior naar New York om uiteindelijk in Durnham, North Carolina te belanden. De man heeft reeds een indrukwekkend lange reeks platen op zijn actief waarvan de meeste al lang niet meer te verkrijgen zijn. Nu zijn vrouw Letha Rodman hersteld is van kanker kon het echtpaar weer de baan op, wat hen leidde naar de festivals SXSW (Austin) en Primavera Sound (Barcelona). Tussendoor stond dus ook de Pit's op het tourschema. Naast Letha op gitaar werd Melchior ook geruggensteund door de inderhaast (speelden voor deze tour welgeteld één keer samen) opgetrommelde Tony Allman op toetsen en Mat Bisaro op drums, die u respectievelijk zou kunnen kennen van de obscure groepjes El Jesus de Magico en Guinee Worms.
Zoals verwacht kon worden brachten ze vooral nummers uit Melchior's laatste lp ‘Assemblage blues’, die niet bijster lovend werd onthaald in de pers. Maar dat laatste was er niet aan te horen in de Pit's. Lange, onthaaste nummers waarin Melchior zich als gitarist profileerde. Het gebrek aan een basgitaar werd opgevangen door de spaarzame spookachtige bromtonen die Allman produceerde. De sound klonk lekker zompig met veel repetitieve elementen en had soms iets weg van '68 Comeback. Dit terwijl die vettige sneer van Melchior me deed denken aan weirdo Evan Johns. De band had blijkbaar te weinig gerepeteerd want de voorraad songs raakte net iets te snel op.

Terwijl de drummer al volop aan het afbreken was besloot Melchior toch nog iets te proberen wat maar niet echt van de grond raakte. Na een echtelijke discussie stapte Letha dan maar het podium af en volgde uiteindelijk toch nog een nummer, maar veel meer dan een (leuke) jam werd het niet meer.
Foutloos was het zeker niet geweest, toch zijn het dit soort bizarre optredens die me te been houden.

Organisatie: Pit’s, Kortrijk

Les Nuits Botanique 2011 – alle zalen - Perfume Genius en Wild Beasts

Geschreven door

Les Nuits Botanique 2011 – alle zalen - Perfume Genius en Wild Beasts
Perfume Genius aka Mike Hadreas debuteerde vorig jaar met ‘Learning’, een plaat aangrijpende, rakende, kwetsbare songs op piano, live gevat en gepast aangevuld met keys, strijkeraandoende partijen en soundcapes. De fragiele, voorzichtige stempracht van Hadreas werd aangevuld door tweede man Alan Wyffels.

Een uur lang hielden ze de aandacht close en slaagden ze erin de zaal muisstil te krijgen; het muzikale leed en de traumatische verwerkingen zijn gebaad in een donker, melancholisch sfeertje. Vol respect stond men tegenover deze twee die een rits ingehouden songs speelden, vooral nieuw materiaal, die eerder nog onafgewerkte schetsen waren, gezien ze eerder abrupt stopten. Soms kon Hadreas hoog uithalen op z’n Antony’s of op z’n This Mortal Coils. In z’n totaliteit had dit z’n charme!
En toch scheen een sprankeltje hoop door; de verlegen, overgevoelige jonge gast doorprikte dit regelmatig, gezien hij tussenin graag wel eens giechelde, grapte en het publiek bedankte voor het warme onthaal.
De twee pareltjes “Lookout lookout” en de titelong “Learning”, - ergens middenin de set toen beiden aan dezelfde piano plaats namen, en elkaar aanvulden op zang -, zorgden voor variatie, intensiteit en diepgang. Toegegeven, het zijn termen die eigenlijk wel de ganse set op z’n plaats waren door de sterke ontroering. Solo kwam hij terug en overtuigde nog door een ingenomen, intieme “Never did”.

De muzikale worstelingen terzijde gelaten, leverde de jonge beloftevolle sing/songschrijver moeiteloos een sobere set af, een donker wolkendek op deze zomerse avond.

We moesten even aanpassen om ons te concentreren op de tweede gig van de avond, The Wild Beasts. De belangvolle indieband klinkt op de recente derde cd ‘Smother’ subtieler, intenser, sensueler en persoonlijker. De songs zijn met finesse uitgewerkt, hebben verrassende wendingen en stralen een lichte dreiging en mysterie uit zonder hun melodieuze gevoeligheid te verliezen; op die manier worden ze live sterk gebracht.
Fraaie, heerlijke, warme (opbouwende) songs, waarin een grotere rol is weggelegd voor toetsen en elektronica en die bepaald worden door de zangmelodieën van het duo Thorpe – Fleming, dromerig, verleidelijk, eigenzinnig en intelligent.
De fijne set had een ongehoorde finale van minutieus uitgewerkte gitaarmotiefjes en synthmelodieën, die door elkaar kronkelden en door de opvallende stukjes percussie je verder in hun muzikale leefwereld trokken. Jawel, langzaam maar zeker pakten ze je compleet in!

De Wild Beasts klinken als gevaarlijke wolven in schaapskleren. Een niet te missen buitenbeentje met een overtuigende muzikale boodschap!

Organisatie: Botanique, Brussel (ikv Les Nuits Bota) 

Lady Linn & Her Magnificent 7

Overtuigende Lady Linn & Her Magnificent 7

Geschreven door

Na een stilte en uitstapjes met Red D en Howie & Linn stond Lien De Greef aka Lady Linn met een gloednieuw album onder de arm in de Handelsbeurs, Gent. Samen met Her Magnificent Seven kwam ze ‘No Goodbye At All’ voorstellen. Die nieuwe plaat is in tegenstelling tot haar debuutalbum ‘Here We Go Again’ een popplaat geworden, waar ze vroeger de kaart trok voor wat meer swingjazz.

Dat de cd-voorstelling van Lady Linn & Her Magnificent Seven heel wat volk lokte, resulteerde in een uitverkochte Handelsbeurs en zorgde ervoor dat de verwachtingen hoog gespannen waren.
Openen deed de Gentse met “Anything For You” een nummer waar de zangeres beloofde alles te willen doen voor haar geliefde. Met Her Magnificent Seven had ze een zeer sterke band aan haar zijde die regelmatig alle aandacht naar zich toetrok, zo hadden wij soms het gevoel meer naar The Magnificent Seven & Lady Linn te kijken.
Een zeer mooi en ontroerend moment kregen we met “Always Shine”, een nummer die ze op de piano speelde en opdroeg aan haar grootvader. Geheel onverwachts bracht Lady Linn “Katie On A Mission” van Katie B enkel omdat ze dat nummer graag hoort; het dubstep nummer viel aardig in de smaak bij een neuriënd publiek.
“No Goodbye At All Of Good Morning” zorgde voor een rustig moment in de tot nu toe erg swingende set, tijdens dit nummer werd Lady Linn bijgestaan door Pablo een Braziliaanse Gentenaar die het nummer begeleide op akoestische gitaar.
Vóór de bisronde werd ingezet kregen we nog de huidige single “Cry Baby”, die het de afgelopen weken niet zo slecht in de hitlijsten doet en aardig wat airplay oplevert. Tijdens de bisronde kregen we een zeer opmerkelijke versie van “Good Morning” te horen, een nummer dat ze voor de gelegenheid in een a cappella kleedje gestoken had, viel erg in de smaak. Als laatste toemaatje speelden ze de ‘instant klassieker’ ” I’Don’t Wanna Dance”, die op het eind volledig overgelaten werd aan een zeer enthousiast publiek die zonder probleem het nummer verder zong.
Ondertussen kwam de volledige groep vooraan op het podium staan om een buiging te maken om zo een einde te breien aan een geslaagd optreden.

Een optreden waaruit bleek dat Lady Linn & Her Magnificent Seven nog meer naar elkaar toegegroeid zijn en zelfzekerder op het podium staan. Met ‘No Goodbye At All’ leverden ze een zeer sterke en gevarieerde plaat af die genoeg in huis heeft om hier en daar wat potten te breken. Hopelijk kunnen ze met deze plaat een doorbraak forceren in het buitenland, het is ze van harte gegund!

Playlist:
1. Anything For You 2. Good Old Sunday Blues 3. Over 4. Little Bird 5. That’s Alright 6. Always Shine 7. Nina 8. Didn’t Know What To Say 9. Love Affair 10. Here We Go Again 11. Cool Down 12. Katie On A Mission 13. No Goodbye At All Of Good Morning 14. Cry Baby 15. First Snow
Bis: Love Song – Good Morning – I Don’t Wanna Dance

Organisatie: Handelsbeurs, Gent

Les Nuits Botanique 2011 - alle zalen – Third Eye Foundation Night, Dark-Dark-Dark en Intergalactic Lovers

Geschreven door

Les Nuits Botanique 2011 - alle zalen – Third Eye Foundation Night, Dark-Dark-Dark en Intergalactic Lovers

Tonight’s the night’ voor de doorwinterde elektronica liefheffer want er was de Third Eye Foundation Night, waarbij de vier artiesten eerst elk hun ding deden om tot slot een schitterende laptop/soundscape/klankenspectrum finale los te laten in de Orangerie. Verder kon je in de Bota terecht voor gitaarrock in de Chapiteau met o.m. Pigeon Detectives en één van de opkomende Belgische talenten, Intergalactic Lovers. Maar het addertje onder het gras, was het beloftevolle Amerikaanse Dark Dark Dark in de Grand Salon …

Goed op elkaar zijn ze ingespeeld, dit niet te onderschatten Amerikaans bandje Dark Dark Dark (GS). Het kwintet, een beetje uit alle uithoeken van de VS, zorgt voor dramatiek en speelsheid in de songs bepaald door de warme stem van de imposante Nona Marie Invie. Met een instrumentarium van piano, accordeon, akoestische en elektrische gitaar, een ingehouden drumpartij en soms mooi aangevuld met hobo, trompet, wordt sober en krachtiger een cabaresk sfeertje gecreëerd van het kwintet, dat neigt naar het vroegere Dresden Dolls. Melancholie en tristesse sijpelen door bij deze Amerikanen …

Een mooie toekomst is ook weggelegd voor het O-Vlaamse Intergalactic Lovers (Chapiteau). Bij ons in Vlaanderen hoeven ze zich niet meer te bewijzen. Het debuut ‘Greetings & Salutations' leverde al twee puike singles op nl “Fade away” en “Delay”… Eerder hadden ze al het O-Vlaams rockconcours en de Beloften op hun naam geschreven.
Onze Franstalige vrienden moeten wel nog wat overtuigd worden , vandaar dat de programmatie tijdens Les Nuits Bota mooi meegenomen was. Het kwartet brengt broeierige, vernuftig in elkaar gestoken poprock, met een toegankelijk en grillig, donker randje, ondersteund van synthloops en een emotievolle zang van Lara Chadraoui (Libanese roots), die live terecht referenties oproept van Feist en Cat Power. “She wolf” en “Howl” onderstreepten de gelaagde gitaarpop, “Drive” een spannende opbouw en “Bruises” was de gedroomde popsong, die elan kreeg door steelpedal en Lisa's zang. De twee singles ontbraken niet. Deze band stond er, kon op aardig wat belangstelling rekenen en werd alvast goed onthaald. De festivalzomer lacht hen toe …

We proefden even de frisse, catchy en luchtige electropop van het jonge beloftevolle Canadese Young Empires (Chapiteau), die opzwepende punkfunk ritmes van een Friendly Fires toevoegt en een zang die refereerde aan Andy McCluskey van OMD.

De postpunk van The Pigeon Detectives (Chapiteau), die na drie jaar terug zijn, trokken fel van leer met hun broeierige, strakke, bruisende rock. Toch niet steeds overtuigend, daarvoor zijn de songs een beetje teveel van hetzelfde, maar ze zijn nog steeds een groep die er live staat en een 70’s Clash attitude uitstraalden …

Een speciale avond was het in de Orangerie om de release van het vijfde album van The Third Eye Foundation te vieren, het project van Matt Elliott, die in ’96 debuteerde na Flyer Saucer Attack en samen met Coldcut aardig wat laptops op de livegigs toevoegt. Na het gekende ‘Little Lost Soul’, tien jaar geleden verschenen, en  vijf jaar na de laatste release  komt Matt Elliott met ‘The Dark’ terug, een plaat waar hij al zijn talenten bij elkaar heeft geschraapt, en wordt bijgestaan door Chris Cole (Manyfingers), Chris Adams (Bracken / Hood) en Chapelier Fou.
Bijna anderhalf uur werden we ondergedompeld in een web van abstracte elektronica, (laptop/soundscape/ambient), klankenspectrum, stoorzendergeluidjes en electro, aangevuld met een dwarrelende gitaar, cello en viool. Het kwartet liet veel aan de verbeelding over, maar klonk door de mistige sounds soms pittig, onheilspellend, dreigend en spooky. Deze elektronicatechneuten gingen op die manier minder zalvend dan een Boards of Canada te werk en klonken minder toegankelijk dan de huidige Mouse On Mars.

Eerder speelde elk bandlid een soloset: Elliott zelf beperkte zich grotendeels tot een akoestische set en wat sounds, Manyfingers aka Chris Cole stoeide met geluiden en bleek achterna meest bezig met experimentjes. Hij haalde allerlei filmorkestraties aan in dit grillig elektronicaweb en bood avontuurlijke wendingen. Gepassioneerd en gedreven was hij bezig en voegde er soms nog een drumpartijtje en een cello aan toe.
Bracken hield van sferische soundscapes in de traditie van de Boards of Canada en Future Sound Of London, maar hij is met z’n tijd mee en voegde er dubstep/drum’n’bass aan toe en met een donker Ed Rush & Optical kantje ...

Organisatie: Botanique, Brussel (ikv Les Nuits Bota)

Kurt Vile

Kurt Vile & The Violators: lo-fi met high impact

Geschreven door

Op weg naar de fel begeerde status van ‘the next big thing’ in muziekland kan je als m/v met talent tegenwoordig maar beter over de juiste muzikale referenties beschikken. De nieuwe Amerikaanse lo-fi held Kurt Vile heeft wat dat betreft weinig reden tot klagen. Zo maakte niemand minder dan Sonic Youth’s Kim Gordon er ooit geen geheim van dat Vile’s vorige album ‘Childish Prodigy’ tot één van haar grootste ‘guilty pleasures’ van de afgelopen jaren is uitgegroeid. Verder kan de 31-jarige singer-songwriter uit Philadelphia ook rekenen op de goedkeurende blikken van andere respectabele anciens zoals Dinosaur Jr. opperhoofd J. Mascis, die op zijn beurt zijn poulain voorstelde aan huisproducer John Agnello om de opnames van Vile’s jongste opus ‘Smoke Ring For My Halo’ in de juiste banen te leiden. Het gerespecteerde Amerikaanse indielabel Matador heeft er met Kurt Vile dus langzaam maar zeker een artistiek goudhaantje van formaat bij dat ook op de Europese clubpodia potten kan breken.
Na de Botanique een dag eerder deed de Amerikaan afgelopen woensdag ook het Gentse muziekcafé De Charlatan aardig vollopen in kader van Democrazy’s niet te versmaden concertreeks ‘The Big Next’.

Voor wie Vile enkel kent van de ietwat krakkemikkige en soms uiterst breekbare songpareltjes op diens laatste album moest bij aanvang van de set toch onverwacht snel de oordopjes bovenhalen. Een duidelijk goed gemutste Vile en zijn drie muzikale metgezellen, The Violators, gooiden zich met een koppel oude nummers vol overgave in een strijd die qua intensiteit, decibels en grungy podiumact bijna onvermijdelijk refereerde naar Neil Young & Crazy Horse. De feedback en psychedelische effectjes tijdens “Monkey” konden nog ietwat verhullen dat Vile over allesbehalve indrukwekkende stembanden beschikt, maar eens de nieuwere songs werden geserveerd bleek deze beperking eerder een charmante troef. Zo is “Jesus Fever” wat ons betreft één van de songs van het jaar, in de Charlatan werd het nummer heerlijk slordig opgediend. Tijdens “On Tour” en “Ghost Town” klonk Vile dan weer als het nasale neefje van Sonic Youth’s Thurston Moore en Lou Reed: schijnbaar ééntonig en weinig geïnteresseerd om de juiste noten te halen, maar hierdoor juist heel intrigerend.
Net als elke nieuwe belofte wordt ook Vile een grote muzikale toekomst voorspeld. Met de nodige zin voor patriottische overdrijving zien sommige recensenten in de jonge Amerikaan zelfs de Springsteen van zijn generatie. Wat ons betreft een onzinnige vergelijking, maar Vile anticipeert de plotse aandacht op zijn eigen manier door doodleuk nu en dan een cover van The Boss in zijn set op te nemen. Bijna onherkenbaar, maar we vermoeden dat Vile afgelopen woensdag koos voor een heel eigen interpretatie van Springsteen’s “Downbound Train”.  En wie weet wordt Vile binnenkort zelf wel niet vereerd met een cover van één van diens eigen songs; als wij mogen kiezen mag iemand zich wel eens wagen aan “Society Is My Friend”, het absolute prijsbeest uit ‘Smoke Ring For My Halo’ dat in de Charlatan extra kleur kreeg door de spooky begeleiding van The Violators.
Voor het afsluitende “Freak Train” gooide de groep ineens alle remmen los: drummer Mike Zanghi ging in rechtstreeks duel met een strakke ritmebox terwijl de Violators bassist zich net niet vergreep aan een saxofoon. Dit alles resulteerde in een kakafonie van free jazz en krautrock die de temperatuur in de zo al hete Charlatan prompt nog wat verder de hoogte in joeg. The Violators mochten hierna wat verkoeling zoeken in de kleedkamers, maar een nog steeds enthousiaste Vile strompelde op zijn eentje terug het podium op om met een breekbaar “Runner Ups” de set in spreekwoordelijke schoonheid af te ronden.  

Nu reeds lijkt vast te staan dat Kurt Vile zal uitgroeien tot één van de belangrijkste en meest productieve alt.troubadours van zijn generatie, alleen rijst nog de vraag of dit onmiskenbare talent ooit de mainstream wil of zal bereiken. Chokri en Eppo zorgen straks alvast voor een duwtje in de rug, want wie er afgelopen week niet bij was krijgt straks een niet te missen herkansing in een gezellig clubtentje op de weide van Pukkelpop.

En ja, waarom zouden Kurt Vile & The Violators ineens ook niet hun huidig voorprogramma meebrengen naar Kiewit? Het Californische gezelschap Spindrift zou er met haar lang uitgesponnen psychedelica zeker niet misstaan bij valavond. Denk aan Black Mountain op een dieet van Ennio Morricone filmscores en Hawkwind jams, en je komt aardig in de buurt van het kaleidoscopische geluid van dit vijftal.
Chokri & Eppo, are you receiving me?

Organisatie: Democrazy, Gent

Pagina 681 van 880