logo_musiczine_nl

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Enter Shikari -...
slift_aeronef_0...

Tinariwen

… Ook (onthoofd) Tinariwen blijft indrukwekkend

Geschreven door

… Onthoofd is misschien wat veel gezegd want Tinariwen is een beest met vier koppen (leadzangers), dat krijg je niet zomaar klein. Toch kreeg ik het even koud om het hart toen ik vernam dat Ibrahim Ag Alhabib er niet bij was. Hij is immers de leider van de groep, een schitterend gitarist (zeg maar de Jimi Hendrix onder de Touaregs en dan heb ik het niet alleen over zijn look) en leverancier van nagenoeg alle Tinariwen-songs. Maar nu thuisland Mali in oorlog is na een staatsgreep, waarschijnlijk een reactie op het zware offensief dat de Touaregs met hulp van zwaar bewapende krijgers (teruggekeerd uit Libië waar ze aan de zijde van Muammar Khadaffi streden) in het noorden van het land begonnen, vond hij het blijkbaar wijselijker thuis te blijven.

Gelukkig waren alle andere belangrijke leden van de groep, die reeds vele jaren geleden de Kalashnikovs inruilden voor gitaren, wel tijdig het land uitgeraakt. Door de afwezigheid van Ibrahim besloot de bevallige backing vocaliste dan maar met het publiek te communiceren waarbij ze toch een paar keren haar bezorgdheid over de toestand in Mali te kennen gaf en dat terwijl ze gans het optreden door een verloren strijd voerde met een weerbarstige sluier. Tinariwen begon vrij ingetogen en akoestisch met iemand op een mij onbekend soort fluit die reeds na één nummer iedereen goedenavond wenste en in de coulissen verdween. Tijdens die eerste songs kwamen vooral de prachtige stemmen en hemelse harmonieën tot hun recht maar vanaf het moment dat de elektrische gitaren werden ingeplugd brak het echte feest los.
Want een feest, dat was het! In hun kleurrijke traditionele gewaden en, nadat er regelmatig van gitaren en bas werd gewisseld, er telkens iemand de ruimte kreeg om te dansen en het enthousiaste publiek nog wat meer op te hitsen, zonder dat dit ook maar één seconde opdringerig overkwam. Alles gleed met een enorme naturel als een warme gloed de zaal in. Slechts één keer werd die grandeur verbroken toen ze een veel te banaal rapnummertje brachten en de daaropvolgende song teveel naar mainstream rock lonkte.
Maar al het overige was zo sterk dat we dit maar al te graag met de mantel der liefde bedekken. Vraag blijft uiteraard of we Ibrahim Ag Alhabib gemist hebben. Niet echt, dit optreden was zo intens dat je niet eens de kans kreeg om daaraan te denken.

Achteraf kwam ik wel tot de bedenking dat ik de link met de Afro-Amerikaanse blues wat gemist had, maar die is op hun laatste cd ‘Tassili’ eigenlijk ook al afwezig. Terwijl er hier en daar wat openingen werden gezocht naar andere genres muziek haalde Tinariwen langs de andere kant het net van de eigen traditionele muziek wat strakker aan. Het resultaat mocht er zijn.

Organisatie: Leffingeleuren, Leffinge (ism de Zwerver)

Anouk

Antwerpen wuift Anouk uit!

Geschreven door

Vanavond neemt Anouk met haar ‘To Get Her Together’ -tour voor een jaar of iets langer afscheid van haar fans. Gedurende die tijd wil ze geen arenaoptredens meer geven en wil ze wat meer tijd vrij maken voor haar kids. Voor de show van vanavond had ze er voor gekozen om met alle muzikanten waar ze de voorbije jaren samen mee op een podium gestaan heeft op te treden.

Op die manier stonden er zeven gitaristen, vier drummers, vier bassisten, drie toetsenisten en drie backing vocalisten op de planken. Om al die muzikanten te kunnen herbergen, hadden ze centraal in het Sportpaleis een langwerpig podium gezet dat was onderverdeeld in vier stukken. Zo een goede 18 000 man zag hoe Anouk op de tonen van Marvin Gaye’s “Ain't No Mountain High enough” het podium betrad om er dan met “It’s So Hard” meteen stevig in te vliegen.
Ze zette het Sportpaleis in vuur en vlam door al vrij vroeg haar grootste hit “Nobody’s Wife” te spelen. Een eerste keer kwamen we op adem met “Michel”, een echte parel, voor de gelegenheid begeleid op akoestische gitaar en orgel.
De omschakeling van de ene band naar de andere band verliep tot onze grote verbazing vlekkeloos. Gedurende de hele show zingt Anouk zelfverzekerd en zuiver en ook zoekt ze geregeld het contact op met het publiek. Ze liet “Lost” eerst door het publiek zingen om het dan ‘een beetje arrogant’ terug over te nemen, om tot slot het in eigen stijl wondermooi af te maken.
Na een klein uurtje verlaat de Nederlandse rockchick het podium en krijgen we op een groot scherm een filmpje te zien van een verscheurde Anouk die zichzelf bij elkaar moet rapen na allerlei stukgelopen relaties.
Na dit kort intermezzo verscheen de Haagse schone terug op het podium en trapte ze met “I Don't Wanna Hurt” het tweede deel van haar show op gang. “Good God” brengt de nodige ‘boost’ en energie; het feest barst opnieuw los. Waar het eerste deel meer rock getint was, helt het tweede deel meer over naar soul en funk , waarbij ze maar al te graag gebruik maakt van haar drie backing vocals.
Een einde aan haar show breide ze met “Killer Bee” en “Any Younger” ; de 21 muzikanten waar ze de voorbije jaren samen mee op de planken stond, vervoegden haar om samen de laatste noten te spelen op een meer dan voldaan publiek.

Of we Anouk ooit nog in een zaal zullen zien van het kaliber als het Sportpaleis valt af te wachten. De Nederlandse slaagde erin een gevarieerde,  genietbare show neer te zetten van diverse stijlen, vier begeleidingbands en een meer dan uitstekend stemgeluid!

Organisatie: Live Nation

The Shins

The Shins – lieflijke set

Geschreven door

James Mercer, frontman en brein achter indie rockgroep The Shins, weet hoe je een grote aanhang fans nieuwsgierig moet maken naar het nieuwe full album, ‘Port Of Morrow’, dat vanaf 20 maart al in de rekken ligt. Vijf jaar hebben we moeten wachten op deze opvolger van ‘Wincing The Night Away’. Bovendien omringt de eigenzinnige Mercer zich momenteel met een totaal nieuw clubje van muzikanten waarvan we nog niet zeker zijn dat zij de band naar het niveau van weleer kunnen tillen.
Om ons helemaal te teasen brachten ze einde februari de catchy en de door Studio Brussel tot hotshot gebombardeerde hitsingle "Simple Song" uit in afwachting van hun album. Ingrediënten genoeg om ons reikhalzend te doen uitkijken naar het exclusieve concert in Club 69.

In vergelijking met vorige albums lijkt het amper drie kwartier durende studioalbum ‘Port Of Morrow’ door Greg Kurstin (ook gekend van zijn productiewerk voor Lilly Allen) wel heel strak geproducet tot een werk dat je een fijn lentegevoel geeft. Met de huidige live bezetting klinken de nieuwe nummers gelukkig iets voller en organischer dan op plaat. Het schrijven van fantastische, soms zeemzoete en gevoelige lyrics is de duidelijk volwassener geworden Mercer blijkbaar nog steeds niet verleerd.
De performance in de Marconi Studio, dat vooral een cd-voorstelling beloofde te worden, draait gelukkig uit op een voorstelling waarbij geput wordt uit het volledige repertoire van de band. Vooraleer ze het publiek bestuiven met nieuw werk als "Simple Song" en "Bait and Switch" , openen ze hun set met classics als "Kissing The Lipless" en "So Says I". Met akoestische nummers als "September" en "New Slang" bewijzen The Shins dat ze met eenvoudig gearrangeerde nummers toch heel warm kunnen uitpakken.
In totaal horen we 6 nieuwe nummers, meteen ook de beste nummers van het album. De hoogtepunten van de avond waren ongetwijfeld "The Rifle's Spiral" en afsluiter "Port Of Morrow".

Met dit album bewijzen Mercer en zijn trawanten dat The Shins er nog steeds staan voor de (indie)popliefhebbers, weliswaar met nummers die meer dan ooit tevoren radiovriendelijkheid uitstralen. Door meer toegankelijke, poppy nummers te schrijven zou het kunnen dat ware fans wat verweesd achterblijven. Aan de fans om hier zelf over te oordelen.

Playlist: Kissing the Lipless / So Says I / Simple Song / Bait And Switch /Australia / Saint Simon / September / The Rifle’s Spiral / It’s Only Life / Caring Is Creepy / Phantom Limb / Marisa / New Slang / Port of Morrow // One by One All Day


Foto's: The Shins@Club69

Beluister het kakelverse album via onderstaande link http://soundcloud.com/theshins/sets/port-of-morrow-out-now-1/

Organisatie: Sony Music ism StuBru

Feist

Feist – Imponerend!

Geschreven door

Een staalkaart van vrouwelijk talent zagen we afgelopen vrijdag voor een volle Théâtre Sébastopol, Lille; Leslie Feist is de naam. Feist uit Canada, Toronto, is populair geworden, en gaat een succesvolle worldtour tegemoet, gezien ze steevast voor uitverkochte (theater) zalen speelt . Haar sing/songwriterschap wordt geëerd; andere belangvolle artiesten coverden al songs van haar , remember James Blake en Bon Iver, flarden muziek wordt in reclamespots gebruikt en ook in de filmbusiness klopt men aan bij deze (Leslie) Feist.

Geestesgenoten Cat Power en Joan Wasser spookten in ons hoofd als we haar aan het werk zagen, maar ze straalt meer warmte, energie, dynamiek en extravertie uit dan haar lieftallige buren. Ondanks het feit dat haar singles niet meteen een topnotering halen, is men te vinden voor haar muzikale pareltjes van mooie, intieme, breekbare, dromerige songs die eerst een muzikale schets krijgen door akoestische gitaar en piano , en door haar goed op elkaar afgestemde band een ritmisch sterke aanpak verzekeren, wat ze opbouwender, breder, forser en opwindender kunnen maken, gedragen door haar warme, gevoelige licht melancholische stem, gelinkt aan Joni Mitchell, en de backing vocalistes van Mountain Men.
Haar intens spannend, broeierig materiaal bouwde laag per laag op en klonk aandoenlijk en aanstekelijk door haar voortreffelijke band. Waaaw, wat gaf dit live een boost! .  Deze klassedame imponeerde, maakte er een zeer gezellige boel van en zorgde ervoor dat iedereen bij het zittende concert al na een half uur rechtstond . Een prima concert dus van een kleine twee uur van een artieste die raakte. De helft van de set kwam van de laatste, vierde cd ‘Metals’ …
We werden meteen in het Feist web geweven met “Undiscovered first” , “A commotion” en “Graveyard” , gedegen songs , die intrigeerden door de brede instrumentatie, de boeiende wendingen en de lichte explosies. De eerste single van de huidige cd , “How come you never go there ?” onderstreept moddervet de geoliede begeleiding. Een apart stukje percussie en  gekenmerkt van Indiase invloeden, hoorden we op een uitermate inventief gespeelde “Mushaboom”. De oudere single “My man my moon” bood een rockende synthgroove, was stevig van aard , zorgde voor een heupwieg en werkte in op de dansspieren. En op die manier onderscheidt dit ze zich van meesterlijk sing/songwriting en ‘vak’ manschap van haar band . Sjeik en elegant!
Op een groot scherm zagen we Feist & Band(leden) door een filmcamera aan haar microfoon, in afwisseling met landscapes en ander leuks. Ook kampvuur- en freefolky taferelen drukten hun stempel  op songs als “So sorry” en “Anti- pioneer” … “Songs from Nashwille - Canada to Lille” zei Feist laconiek . De engelenstemmen van de dames van Mountain Men kregen dan even vrij spel.
Tot slot ging ze een sterke overtuigende finale reeks tegemoet met  “The bad in each other” , de fijn uitgekiende nieuwe single trouwens , een pittig gedreven “Comfort me” , en de sfeervolle, dromerige “Caught a long wind” en “Get it wrong , get it right”.
De artieste werd sterk onthaald en zorgde voor magie in de bissen; ze palmde ons in met een niet versterkte “Cicadas & gulls” , gedragen door de stemmenpracht en ingehouden akoestisch gitaargetokkel; een broeierige “Let it die” volgde. Kippenvelmoment leverde het sober gespeelde “Intuition” (stem – piano) op, die definitief de set besloot.

Feist: Imponerend , prachtconcert ! Tot op de zomerfestivals (Pukkelpop)!

De Amerikaanse sing/songwriter M Ward,  al een pak platen uit, hebben we deels moeten missen door fileleed in Lille; hij hield z’n countryrootspop  uitermate sober. De set van onze moderne troubadour  nam in kwaliteit en waarde af door het toestromende publiek, die zich in de zeteltjes neerplofte …

Neem gerust een kijkje naar de pics
http://www.musiczine.net/nl/fotos/feist-23-03-2012/

Organisatie: Agauchedelalune, Lille

Tribes

Baby

Geschreven door

De zoveelste nieuwste sensatie van over het kanaal is in wezen een vrij braaf klinkend bandje die een soort conventionele rock speelt met in het beste geval wat fijne Pixies raakpunten. Het gaat allemaal soms een beetje de richting van Razorlight uit, niet bepaald de meest spannende referentie als je ’t ons vraagt (afgezien van die eerste plaat dan). Ergens hebben wij opgevangen dat dit nogal naar The Replacements zou neigen, doch dit is een veel te grote eer voor de snotneuzen van Tribes en een belediging voor de fantastische Replacements.
Met de twee potente openers “Whenever” en “We were children” start het nochtans veelbelovend, maar verder op de plaat worden we geconfronteerd met het fenomeen van de inzakkende pudding.
Er staan naar onze goesting wat te veel ballads en te weinig venijnige rockers op dit plaatje. Het tempo zit er op een zeldzame keer wel in, zoals op het gejaagde “When my day comes”, maar ook hier zijn de echt scherpe kantjes er afgeveild.
Met uitzondering van de voorzichtige maar helaas wel mislukte shoegazer “Alone with friends” en de in de stroop gedrenkte afsluiter “Bad apple” zijn de songs eigenlijk nog zo slecht niet, maar een album die uitblinkt in middelmatigheid is niet bepaald het eerste item dat op ons favorietenlijstje prijkt.
Toch schrijven we Tribes niet af. Tweede zit wat ons betreft.

Puta Madre Brothers

It’s A Long Long Way To Mexim Otown

Geschreven door

We zijn er nog steeds niet goed uit of we deze Puta Madre Brothers ernstig moeten nemen of niet… Het betreft hier drie Australiërs die zo uit Mexico lijken weggeplukt en een lekker potje surfrock vermengen met mariachi.  Deze heel bijzondere vorm van rock-n-roll komt zeer speciaal tot stand  want de drie mannen spelen elk gitaar, asdrum en hi hat en in tegenstelling tot de zogeheten one-man-band doen ze dat dus met drie. 
Dat we te  maken hebben met een heel erg fout ‘Mexicaans’ trio blijkt bovendien op de enkele tracks waar ze zingen.  Luister goed naar de teksten en je zult snappen waarom. 
Deze ‘It’s A Long Long Way To Mexim Otown’ is al hun tweede langspeler en klinkt enorm lo fi en korrelig.  Het zorgt voor een heel authentiek geluid dat perfect past bij een Mexicaanse western of een Tarantino-prent. 
De heel eigenzinnige stijl wordt nog eens  geïllustreerd door het artwork bij deze plaat.  Naar het schijnt is de band live ook zeer bijzonder (ondermeer op het gebied van kostumering) en dat treft want de Puta Madre Brothers komen op vrijdag 13 april langs in Club 4AD in Diksmuide. Ga dat zien!

Die Aeronauten

Too Big To Fail

Geschreven door

Jazzy popmuziek uit Zwitserland, het is eens iets anders….  Het zestal van Die Aeronauten komen  uit Zurich en Schaffhausen en brachten in 1993 al hun eerste werk uit.  In de loop van de jaren zouden ze  met de regelmaat van een Zwitserse klok nieuw materiaal produceren en vervolgens touren in hun thuisland, Oostenrijk en Duitsland.
‘Too Big To Fail’ is een nieuwe dubbelaar die bestaat uit een album vol indiepopsongs terwijl de tweede schijf instrumentele songs bevat.  Raakpunt van de twee albums is het zeer rijke instrumentarium (zang, gistaar, saxofoon, orgel, bass, trompet en drums) waar de Zwitsers zich van bedienen.   De eerste cd bevat uiteenlopende songs waarbij men zowel jazzy, experimenteel, dansbaar, soulvol  en rockend uit de hoek komt maar waar men vooral de nadruk probeert te leggen op melodie.   “Jackenmann”, het energieke “Zementgarten” en “Der Steinerne Racher” zijn beste leuke nummers die zich vrij snel in je hoofd vastpinnen. 
Toch vermoeden we dat Die Aeronauten qua populariteit de landsgrenzen niet al te ver zullen ontstijgen en dat heeft te maken met de (Duitstalige) vocalen die ons amper weten te boeien. De tweede cd van ‘Too Big To Fail’ is quasi volledig instrumentaal en weet ons meer te bekoren. 
Die Aeronauten wilden blijkbaar de ideale soundtrack maken en we moeten toegeven dat ze daar aardig in gelukt zijn.  Filmmakers die dus op zoek zijn naar de ideale muziek bij hun nieuwe prent  kunnen hier zeker es naar luisteren.  De veertien instrumentele nummers zijn wat ons betreft ook ideaal als achtergrondmuziek op de werkvloer of om af te spelen in een gezellige bruine kroeg.

Omar Souleyman

Noel Gallagher’s High Flying Birds

Geschreven door

Na de split van Oasis van de Gallagher broers , kregen we als  eerste worp Beady Eye van Liam te horen. Maar kijk , nog geen jaar later is Noel van de partij en hij probeert een brug te kunnen slaan tussen sing/songwriter en zanger . In z’n totaliteit is dit debuut , met Dave Sardy als producer btw, een goed klinkende Britpop plaat van tien nummers . We horen lichtvoetig broeierige, dromerige pop , soms ondersteund van aangezette strijkersarrangementen en gekenmerkt van een melodramatische ondertoon . Aanstekelijk refreintjes sieren.
De singles “If i had a gun”, “Aka what a life” overtuigen en Noel gaat verder de goede richting in met “Dream on” en “The death of you & me” . Ze zijn meer dan de moeite waard en vormen eerder een vervolg op het Oasiverhaal . Trouwens, het afsluitende “Stop the clocks” is een opgekalefaterde Oasis nummer .
Met gemak slaagt Noel Gallagher erin Beady Eye achter zich te laten . Zie je wel dat Noel het er beter van af brengt dan broer Liam en sterker voor de dag komt!

Example

Playing in the shadows

Geschreven door

Nu dat dubstep meer wordt vermengd met electro, house en hiphop komt Example nu ook aandraven in het rijtje van Nero, Chase & Status, Calvin Harris , DJ Fresh en ons eigen Netsky .
De Britse artiest Example aka MC/vocalist Elliott Gleave is al toe aan de derde cd en heeft een paar commerciële hits op zak als “Stay awake” en “Changed the way you kiss me”. “Natural disaster” met de Nederlandse DJ Laidback Luke kan de derde in rij worden in het Example concept van vermakelijke, aanstekelijke dancepop.
Wat direct opvalt aan ‘Playing in the shadows’ is de indrukwekkende lijst aan producers die  meegewerkt hebben. Jawel Laidback Luke, Chase & Status, naast  Micheal Woods en Dirty South. Ook Rollo & Sister Bliss van het ter ziele gegane Faithless zijn aanwezig.
De muzikale formule is niet moeilijk. Bloedcommercieel geproduceerd, wat het schoentje net doet wringen bij een handvol slappe, gezapige songs.
Een beetje veel van hetzelfde, hoewel  een song als “Microphone”, sfeervolle pop, de titelsong de dubstep hard laat doorklinken  en de in hiphopsferen gedrenkte “Anything “ een verademing betekenen .

St. Vincent

Strange Mercy

Geschreven door

St.Vincent, of singer/songwriter Annie Clark uit NYC, maakte deel uit van de begeleidingsband van Polyphonic Spree en Sufjan Stevens en nam de tijd te werken aan haar eigen project St. Vincent. Ze is nu toe aan haar derde plaat , met niet voor de hand liggend songmateriaal . De songs kunnen aparte wendingen ondergaan, kunnen behoorlijk tegendraadse ritmes hebben , maar behouden een zalvende, sfeervolle, toegankelijke ondertoon . Onrechtstreeks zit er de gedachte van , dit is de richting die Goldfrapp moest uitgaan na ‘Felt mountain’ en niet een kleurloze fletse elektrotoer .
De frêle jonge dame is vocaal niet opperbest , maar haar ‘hinkstapspringende’ melodieën intrigeren, zijn avontuurlijk  en ademen een soort ‘songscape’ uit door tedere, hemelse , maar ook verbeten klinkende toetsen, synths en (backing) vocals .
Een muzikale tocht met weerhaken, die finesse, subtiliteit knoopt aan eigenzinnigheid en avontuur!

Pagina 637 van 881