logo_musiczine_nl

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Zara Larsson 25...
Shaka Ponk - 14...
CD Reviews

Ross The Boss

New Metal Leader

Geschreven door

True Metal people, raise your fists in the air. A King Of Metal has returned!
Met deze woorden start ik deze review van het eerste album van Ross The Boss, de voormalige snarenplukker van Manowar die zijn passie voor Heavy Metal terug gevonden heeft.
Na intro “I.L.H.” opent Ross The Boss sterk met “Blood Of Knives”, een lekker heavy nummer met een riff die me wat doet denken aan Manowars “Violence And Bloodshed”. Ik heb Ross The Boss altijd al Manowars beste gitarist gevonden, omdat hij boeiende solo’s kan maken zonder een overvloed aan noten te gebruiken. Hij is het blijkbaar nog niet verleerd. Na het leuke “I Got The Right” komen we aan bij “Death & Glory”, waar de snelheid wat opgedreven wordt. Het nummer zelf vind ik niet zo speciaal, maar het bevat wel een typische Manowaroutro, met de shredding van Ross en een hoge uithaal van zanger Patrick Fuchs. Er bestaat  nu eenmaal maar één Eric Adams, dus moest Ross The Boss het stellen met Duitser Patrick Fuchs, die mij toch niet kan boeien met zijn wat saaie zang.
”Plague Of Lies” kon qua stijl en opbouw op Manowars debuut ‘Battle Hymns’ gestaan hebben. De riff heeft zelf veel mee van het nummer Shell Shock. “God Of Dying” is dan weer zo’n episch nummer in de stijl van Gates Of Valhalla, zo heb ik het graag. Want ik heb dit soort epische nummers altijd al de hoogste troef van Manowar gevonden. Na het vrolijke “May The Gods Be With You” wordt het weer wat heavier in de vorm van “Constantine’s Sword”. Dit is tot nu toe het slechtste nummer van de cd, vooral de zang is beneden alle peilen.
”We Will Kill” is ook weer zo’n middelmatig nummer dat niet kan tippen aan de hoogdagen van weleer, ook de backing vocals zijn niet wat ze zouden moeten zijn in een nummer als dit. Matador is een mid-tempo nummer met een Spaans sfeertje, wat uitstekend past bij de lyrics natuurlijk. Na nog een laatste akoestische solo komen we aan bij “Immortal Son”, het laatste nummer van dit album.
Net zoals de oude Manowar albums afgesloten worden met een episch nummer, krijgen we er hier ook één voorgeschoteld. Goed geprobeerd Ross, maar dit nummer kan zeker niet tippen aan klassiekers als ‘Battle Hymn’ en ‘Bridge Of Death’.
Is dit album nu de oude Manowarstijl waar Ross The Boss ons warm voor gemaakt heeft?
Ja en nee. Er zijn veel verwijzingen naar de jaren ’80, zowel qua stijl als lyrics. Maar daarnaast klinkt dit album ook wat als een typische hedendaagse Power Metal band, zoals er zoveel zijn in Duitsland.
Dit album is beter dan Manowars laatste werkje, maar haalt het bijlange niet bij topalbums als ‘Battle Hymn’ en ‘Sign Of The Hammer’.

Beordeling

Volbeat

Guitar Gangsters & Cadillac Blood

Geschreven door

Volbeat heeft een erg succesvol jaar achter de rug. Niet alleen zijn ze er in geslaagd veel nieuwe zieltjes te winnen en erg in populariteit te stijgen. Het is ze ook nog eens gelukt een album op te nemen dat niet moet onderdoen voor zijn twee voorgangers. Al is de sound wat radiovriendelijker geworden, elk nummer blijft hangen en van fillers is er dus geen sprake.
Na een westernachtige intro vliegen de heren van Volbeat er onmiddellijk in met het titelnummer, “Guitar Gangsters & Cadillac Blood”. Wat een lekker nummer is dit! Alles klopt, de zang, de riffs, alles. “Back To Prom” is zo’n opgewekt, snel pretpunknummer en tevens het nummer met de kortste speelduur van het album(als je de intro niet meerekent). Namelijk nog geen twee minuten. “Mary Ann’s Place” is het vervolg op de nummers “Danny & Lucy”, “Fire Song” en “Mr. & Mrs. Ness” van de twee vorige albums. Er hangt een soort trieste ondertoon in dit nummer, toch triest naar Volbeats maatstaven tenminste. Hier wordt topzanger Michael Poulsen bijgestaan door zangeres Pernille Rosendahl, wat het nummer toch iets extra’s geeft.
“Hallelujah Goat” is weer zo’n typische Volbeatbeuker met heavy riffs en energieke zang. Hier krijg ik bij de zanglijnen en riffs voor het eerst een déjà vu naar de vorige albums. Deze ervaring kom ik nog een paar keer tegen op dit album. Maar zolang ik me er niet aan erger, hebben we niets te klagen. Dan komen we aan bij “Maybellene I Hofteholder”, waar ook een videoclip voor gemaakt werd. Het nummer gaat over een stalker die volledig in de ban is van een stripster genaamd “Maybellene”. Wat er verder gebeurt kun je lezen in de lyrics natuurlijk. Maar dit is één van de beste nummers van de plaat en qua stijl komt het overeen met ‘The Gardner’s Tale’ van Rock The Rebel / Metal The Devil.
Dan weer zo’n nummer waar de country invloeden erg naar boven komen. Verbazingwekkend hoe Michael Poulsen er telkens weer in slaagt zijn zanglijnen zo interessant en boeiend te houden. “Still Counting” start als een soort van reggaenummer en dan vliegen de gitaren er plots in… Lekker! “Light A Way” is gewoon een mooi nummer waar de heavy elementen ingeruild worden voor wat meer emotie en dramatiek. Er wordt zelf gebruik gemaakt van enkele strijkinstrumenten. Bij “The Wild Rover Of Hell” keren de riffs en het tempo terug en krijgen we een song die Metallica invloeden niet onder stoelen of tafels probeert te schuiven.
Ten slotte krijgen we nog een leuke cover van Hank Williams’ “I’m So Lonesome I Could Cry”, en de twee ietwat ‘mindere’ nummers van het album, namelijk “A Broken Man And The Dawn” en “Find That Soul”. Voor zij die de limited edition bezitten is er nog een extra cover voorzien in de vorm van Kelly Wells’ “Making Believe”.
Dat Volbeat een topband is die het nog wel eens kan schoppen tot headliner van Graspop hebben ze weer eens bewezen met dit album, dat ik gerust het beste tot nu toe durf noemen. Hopelijk krijgen we nog meer van deze werkjes voorgeschoteld in de toekomst!
Te zien op 11.10 in Hof ter Lo. Doen!

Beordeling

HushPuppies

Silence is golden

Geschreven door

Hushpuppies is een jong Frans beloftevol bandje uit Bordeaux. Ze bieden aanstekelijke postpunkdie nauw leunt aan Franz Ferdinand, Kaiser Chiefs en de ‘70’s vervlogen Britse Only Ones. De ‘70’s toetsen verraadden een bredere aanpak en een psychedelicatoets. De groep biedt vaardig, fris uptempo materiaal als “A trip to Vienna” en “Moloko Sound Club”,en “Bad taste and gold on the doors”. Maar met songs als “Lost organ”, “Down, down, down” en “Hot shot” klinkt de band broeierig, intens en toegankelijk. Het kwintet onderscheidt zich van de doorsnee ‘flauwe’ Franse bandjes in het genre en lijkt met dit album aardig op weg naar een internationale carrière.

Beordeling

The Dodos

Visiter

Geschreven door

Een ontdekking is het Californische duo The Dodos. Ze debuteren na het doodgezwegen ‘Beware of The Maniacs ‘ met ‘Visiter’, een rauw, robuust, indringend en energiek album.
Het duo speelde z’n songs in op een rammelend klinkende akoestische gitaar en een spaarzame metaalpercussie. Resultaat is een kaal lofi aandoend geluid. De bezwerende, opzwepende drumslagen vormen de rode draad in de songs. Af en toe is er een trompet of een elektronica/pianotoets te horen. Een boeiende aanpak alvast, wat het duo uiterst origineel, avontuurlijk en eigenzinnig maakt in die zompige, freakende oase van bluesrock, folk, americana en psychedelica.
De onvaste, zweverige vocals van Meric Long, de nerveuze, gejaagde ritmes en het warme geluid passen mooi in dit concept. De langere nummers als “Joe’s Waltz”, “Paint the rust”, “Jodi”, “’The season” en “God?” zijn gewoonweg schitterend en behouden de aandacht door hun aanstekelijke ritmes, pschedelicatoets en gitaargetokkel.

Beordeling

Calexico

Carried to dust

Geschreven door

Het combo rond Joey Burns (zang, gitaar, bas) en John Convertino (drums) heeft een nieuwe frisse plaat uit; ‘Carried to dust’ doet het middelmatige ‘Garden ruin’, de vorige cd, wat vergeten en concurreert met platen als ‘The black light’, ‘Hot rail’ (hun doorbraak cd) en ‘Feast of wire’. Ze bieden een ruime kijk op americana door het toevoegen van warme, exotische, zuiderse klanken, waarbij het combo creatief en broeierig klinkt; accordeon, de Spaanse gastzang van Jairo Zavala en de Mexicaans klinkende trompet van Jacob Valenzuela zijn daar verantwoordelijk voor.
Een swing en groove horen we in songs als “Victor Jara’s hands”, “Writer’s Minor Holiday”, “Inspiracion”, “House of Valparaiso” en “El Gatillo”, wat een amalgaan aan stijlen samenbrengt binnen hun kleurrijke americanapop: mariachi/latino, jazz, folk en spaghetti western. Ze wisselen dit moeiteloos af met sfeervol, ingetogen songs: “Two silver trees”, “Slowness”, “Hole in your head” en “Fractured air”.
Een klasse album en een band in topconditie. Da’s Calexico in een notendop momenteel!

Beordeling

Zoo Army

507

Geschreven door

Zoo Army is een Duitse band die haar muzikale ideeën uit via Alternative Rock. Anno 2008 hebben ze er weer een nieuw album op zitten, namelijk ‘507’. Wat me onmiddellijk opvalt aan het artwork is dat Petra Buhl, die voor het artwork gezorgd heeft een passie deelt met mij: namelijk de vuilmakerstruc van Photoshop. Had ik het geweten, dan had ik me persoonlijk aangeboden om voor het artwork van de nieuwe Zoo Army te zorgen. Aangezien dit nu niet het geval is, beperk ik me tot het bespreken van de muziek op ‘507’.
We krijgen dertien nummers voorgeschoteld die met hun moderne, toegankelijke sound prima thuishoren op een zender als Studio Brussel of een festival als Pukkelpop. Ondanks het feit dak ik dit een prima plaat vind in het genre Alternative Rock, krijg ik snel de neiging om een andere cd te draaien. Veel nummers beginnen met een tamelijk heavy riff die mij wel aanstaat, maar dan wordt het weer zeikerig in plaats van de agressie de vrije loop te laten. Daar door staan er veel gemiste kansen op dit album. Ze hadden de tracklist wel wat anders mogen samenstellen, want nu lijkt het alsof al de rustigste nummers op het einde van de plaat staan, waardoor we niet echt kunnen spreken van voldoende variatie.
Ik ben niet echt overtuigd van deze plaat en zal ze wellicht nooit meer beluisteren. Maar ik ben ook niet echt een groot liefhebber van dit genre. Mensen die Alternative Rock super vinden, zullen deze cd wel meer kunnen appreciëren denk ik.

Beordeling

Haggard

Tales Of Ithiria

Geschreven door

Ik weet nog goed welke kippenvelmomenten me passeerden toen ik ‘Epur Si Muove’, Haggards vorige meesterwerkje, voor het eerst afspeelde. Ik vond het gewoon een killer album. Eind augustus 2008 kwam het nieuwe album uit, getiteld ‘Tales Of Ithiria’. Ik was benieuwd of Haggard er opnieuw zou in slagen mij te betoveren met hun prachtige combinatie van Death Metal en klassieke muziek.
Is dit album nu even geslaagd als ‘Epur Si Muove’ of ‘Awakening The Centuries?’
Zoals Michael Kyle het zou zeggen: “Eeeeeeeeeeeh nè!” Na verhalen over Nostradamus en Galileo Galilei, haalt maestro Assis Nasseri inspiratie uit zijn eigen fantasie. Dit album verhaalt gebeurtenissen in Ithiria. Ik kan jullie niet meer vertellen over het verhaal, want uit de lyrics ben ik nog niet veel wijzer geworden. Dus zullen we het maar over de muziek hebben.
Haggard klinkt nog steeds als een combinatie tussen Death Metal en klassieke muziek. Al is de Metal soms wel erg ver te zoeken op dit album. En als we al eens gitaren horen, dan klinken ze tamelijk rommelig en te zacht in de mix. Zelf de grunts zijn soms niet heelhuids uit de productie gekomen.
Naast gewone nummers zijn er ook gesproken inleidingen op dit album en die zijn ingesproken door niemand minder dan Mike Terrana.
Buitenbeentje op het album is “Hijo De La Luna”, de bekende Spaanse traditional, dat ondermeer werd gecoverd door Belle Perez. En als er iets is waar ik een Metalplaat niet mee wil associëren, dan is het wel Belle Perez. Nog een minpuntje erbij dus.
Fans van Haggard kunnen dit album gerust aanschaffen, maar zij die nog nooit van Haggard gehoord hebben raad ik aan om te beginnen met de albums ‘Epur Si Muove’ en ‘Awakening The Centuries’. Die zijn namelijk stukken beter dan Tales Of Ithiria.

Beordeling

Lightspeed Champion

Falling off the lavender bridge

Geschreven door

Je moet het maar kunnen, eerst deel uitmaken van een noise gezelschap en dan moeiteloos overstappen naar singer/songwriting vol melancholische countryrock. Devonte Hynes, één van de spils van Test Icicles, nog maar 21, liet de band opdoeken en koos voor deze aanpak. Z’n debuut heeft veel mee van AMC, Bright Eyes en Lemonheads. Soms zijn nummers omlijst door een breed instrumentarium als akoestische gitaar, steelpedal, piano en strijkerarrangementen als op het sfeervolle “Devil tricks for a bitch”, het opbouwende aan Sigur Ros gelinkte “Dry lips” en het uitgesponnen “My time spent down”; of ze worden sober gehouden, “Salty water” en “Everyone I know is listening to crunk”. De vrouwelijke backing vocals bieden een meerwaarde.
’Falling off the lavender bridge’ is een moedig, gevarieerde en weemoedige plaat!

Beordeling

Madrugada

Madrugada

Geschreven door

Het Noorse Madrugada zal binnenkort Scandinavische rockgeschiedenis zijn, want de band onder zanger/songschrijver Sivert Hoyem trekt na deze vijfde cd een definitieve lijn. 15 jaar lang hielden zij het midden tussen Cave en Tindersticks. Het onverwachts overlijden van mede songschrijver Robert Buras zal hier wel voor iets tussenzitten. En eigenaardig genoeg vinden we nu net een nummer dat Buras voor de eerste keer zelf inzong, het intieme op akoestische gitaar toongezet, “Our time won’t live that long”.
Deze afsluitende Madrugada plaat klinkt erg overtuigend. We horen twee prachtige openers, “Whatever happened to you”, en “The hour of the wolf”; het zijn strak gebalde, vettige rockers. “Look away Lucifer” en “Valley of desception” zijn de hardere, broeierige songs met een dreigende ondertoon, die doen denken aan het huidige werk van Cave. En de groep onderscheidt zich in een handvol donkere, sfeervolle nummers: “Honey bee”, “New woman/new man” en “What’s on your mind?”
Een indrukwekkende parel en een bezielde, eerlijke plaat! Een mooier eerbetoon kon Buras zich niet voorstellen ….

Beordeling

Friendly Fires

Friendly Fires

Geschreven door

Het Britse Friendly Fires debuteert met een melodieus aanstekelijk popdance plaatje. Het trio haalt verschillende invloeden aan als The Klaxons, !!! en LCD Soundsystem , combineert ‘70’s funk, ‘80’s Talking Heads en de electro van New Order. Hun geluid past perfect binnen het concept van de new rave. Het levert hen een luchtig en vrolijk plaatje op: “Jump in the pool”, “In the hospital” en “Paris”. Naast een pompend beatje klinkt het gezelschap wat sfeervoller en laten wat meer trance en zalvende beats doorklinken als op “Strobe”, “Skeleton boy” en “Photobooth”. De dansspieren worden aangesproken op “On board” en “Lovesick”, nummers die onze Stijn het nakijken geven door die groovende funky beat. Dit is een heerlijk afwisselend plaatje in z’n genre.

Beordeling

Pagina 339 van 369