Greenhouse Talent, Gent - volgende concertreeks

Greenhouse Talent, Gent - volgende concertreeks Concerten 2024 - Noordkaap kondigt Winterthur aan, van 20 september 2024 t-m 15 februari 2025 - Clouseau van 20 december 2024 – 18 januari 2025, Sportpaleis, Antwerpen (125ste concert!) (+ extra concert op 19…

logo_musiczine_nl

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

justice_ing_are...
Zaho de Sagazan...
CD Reviews

Tinariwen

Aman Iman

Geschreven door

Aan het nomadengezelschap Tinariwen (wat staat voor lege plekken) gaat een stukje geschiedenis vooraf: ze zijn ontstaan in de rebellenkampen van Khadaffi, leiden een nomadenbestaan en vanuit de onderdrukking speelden ze ‘de tishoumaren’ (= muziek van de werklozen), een soort worldpop, die militant werd ervaren. Daardoor kon het uitgebreide gezelschap zich, na talrijke cassettes te hebben uitgebracht, pas vanaf 2000 naar Europa oriënteren.
Een traditioneel instrumentarium werd ingeruild voor een rockend concept, waarbij we opzwepende Afrikaanse ritmes, reggae, dub en blues in een typisch Arabische zang horen. Het is een verademing binnen de worldpop, na Amadou & Mariam en Toumani Diabeté.
“Cler achel”, “Toumast”, “Imidiwan winakalin” en “Tamatant tilay” zijn frisse songs van hun nieuwe plaat ‘Aman Iman’, die een Europese doorbraak kan betekenen.

Beordeling

The Decemberists

The Crane Wife

Geschreven door

The Decemberists uit Portland, Oregon, onder zanger/songschrijver Colin Meloy, hangt muzikaal ergens tussen Belle & Sebastian, Arcade Fire en Sons & Daughters. Dwz broeierige, fijne pop! 
De vorige cd ‘Picaresque’ betekende de doorbraak in Europa. Al snel was de opvolger klaar. ‘The Crane Wife’ is de vertolking van een oude Japanse volksvertelling over een gewonde kraanvogel, die verandert in een bloedmooie vrouw. Meloys verhaal van ‘The Crane Wife’ wordt verteld in een muzikaal popfolk drieluik (ongeveer 15 minuten). Tweede drieluik is “The island - come and see - the landlord’s daughter” (twaalf minuten lang), een combinatie van pop, freefolk en progrock. De twee avontuurlijke nummers lijken het fundament voor een kortfilmpje. 
Meloy heeft een zwak om songs te schrijven over tragische figuren, ondersteund door een breed instrumentarium.
The Decemberists hebben een overtuigende, uiterst genietbare nieuwe cd uit van  knap gearrangeerd songmateriaal met een intense opbouw.

Beordeling

Deerhunter

Cryptograms

Geschreven door

Als u al barstende hoofdpijn zou gekregen hebben door naar de cover van deze cd te kijken, gelieve deze groep dan links te laten liggen. Want Deerhunter is een raar groepje. Echte dwarsliggers die niets ontziend hun eigen ding doen. Mooie melodie, herkenbaar refrein of uitgewerkte teksten? Je moet het niet verwachten van dit Amerikaans vijftal.
Verwacht een rauw geluid dat werkelijk alle kanten op kan. Het feit dat de groep wegens financiële en persoonlijke problemen (o.a. het overlijden van de oorspronkelijke bassist) hun tweede album in slechts twee dagen moest opnemen, is daar zeker niet vreemd aan.
“Intro” en titelnummer “Cryptograms” zijn omgeven door een ondoordringbaar muziekgordijn waar je maar niet lijkt door te geraken. Tijdens “White Ink” gebeurt evenveel als je met witte inkt schrijft: niks. En toch is het niet allemaal kommer en kwel. “Octet” is een geluid dat zich sluipend in je hersenpan boort en “Strange lights” is een leuk indierock-uitstapje. Afsluiter “Heatherwood” begint met een stoomtrein die vertrekt en spelenderwijs op voort gewerkt wordt.
Conclusie? ‘Cryptograms’ is geen toegankelijke plaat. Maar als je de tijd en de moeite neemt om het geluid van Deerhunter te ontdekken, kan je soms op pareltjes stoten.

Beordeling

Noisettes

What's the time Mr Wolf?

Geschreven door

“ London’s answer to the Yeah Yeah Yeahs” lettert de NME, en ze zitten er recht op. Niet dat dit zomaar een imitatiegroepje is, maar de gelijkenissen zijn er wel. Een zangeres met ballen, de bevallige zwarte dame Shingai Shoniwa, achternagezeten door een mannenduo die de gitaren en drums geselen en hierbij welgemikte stoten van songs afvuren. We denken ook een beetje aan Be your own pet, maar dan iets minder gestoord, of zelfs aan The Dresden Dolls, met onthouding van het theatrale. Er staan hier verduiveld goeie nummers op om te kunnen spreken van een beloftevolle band met een sterke eigen sound. Noisettes zijn niet vies van een flinke streep punkrock (“Sister Rosetta” en “Nothing to dread”) en evenmin van een welgeplaatste vuile gitaarsolo. In “Mind the gap” gaan ze alle richtingen uit, het klinkt als The Dresden Dolls met wilde gitaren of The Fiery Furnaces na een atoomontploffing. Die diversiteit merken we in meerdere songs, Noisettes pompen verschillende ideeën in één song en toch blijft alles mooi aan elkaar hangen en spatten er geregeld vonken uit. De bij momenten soulvolle stem van de wilde Shingain Shoniwa jaagt de songs op en doet soms denken aan het beste van Skunk Anansie (met het beste van Skunk Anansie bedoelen we dan die enkele goede songs die op hun debuutplaat stonden, want voor de rest was deze band volledig te verwaarlozen). Ook aan Lisa Kekaula en haar The Bellrays denken we wel eens, garage-rock met soul. Alleen dit, Noisettes bieden meer verscheidenheid en zijn niet in één hokje te steken.
Dit is gevarieerde, wilde en strakke rock van een trio die vol verrassingen zit.
Een verdomd fijn plaatje, als je ’t ons vraagt.

Beordeling

Bright Eyes

Cassadaga

Geschreven door
Bright Eyes het muzikale project van singer/songschrijver Conor Oberst. Hij bracht in 2005 zelfs twee cd’s uit, waarvan ‘I’m wide awake it’s morning’ ons sterk bijblijft. De inmiddels 27 jarige Oberst uit Nebraska stapte met de plaat ‘Cassadaga’ over naar een major label: melodieus fijne en subtiele, meeslepende, pakkende americana/country/folkpop. Hij zorgt voor een sfeervolle muzikale variëteit van gitaar, steelpedal, piano, toetsen en strijkersarrangementen onder een soft bezwerende percussie en diens emotievolle stem. Gastrollen zijn weggelegd voor M. Ward en Gillian Welch.
Creativiteit en stijlvariatie is te horen op de ingetogen “If the breakman turns my way” en “Soul singer in a session band”,  er zijn het intieme “Middleman”, het sfeervolle “Classic cars” en het dromerige “No one would riot for less”. Hij laat folkpop klinken op “Hot knives” en op “Cleanse song” en “Coat check dream song”  treedt ‘geluid’ in de brede zin van het woord op het voorplan. Kortom, 'Cassadaga' is opnieuw een uitstekende plaat van een 'open mind troubadour'.

Beordeling

John Cale

Circus live

Geschreven door
In de lange carrière van John Cale is dit zijn derde live album na het denderende en ruige ‘Sabotage’ uit 1979  en het eerder makke ‘Comes alive’ uit 1984. Deze keer is het wel een dubbellaar geworden, en voor de freaks is er ook nog eens een DVD bijgevoegd.  Cale, die met de jaren laveert tussen rockmuziek, soundtrack en puur klassiek heeft zich met dit live album terug toegespitst op zijn rockperiode en zorgt hier voor een eerder willekeurig overzicht van zijn repertoire aangevuld met een handvol songs uit zijn laatste twee platen ‘Hobo sapiens’ en ‘Black Acetate’.
Ook zijn VU verleden komt aan bod met een mooi “Venus in furs” als opener van de plaat, maar hetgeen hij iets verder met “Femme fatale” aanvangt is heiligschennis. Wat normaal een prachtige emotionele songs is verwordt hier tot een vervelende en eentonige elektronica trip.
Uit Cales omvangrijke solo catalogus noteren we een fel rockend “Helen of troy” en dito “Dirty ass rock’n’roll”. De bandleden spelen strak en vooral gitarist Dustin Boyer laat zich verschillende keren van zijn beste kant horen. Ook de Rufus Thomas klassieker ‘Walking the dog’ is nog steeds één van Cale’s favorieten en krijgt een sterke freaky versie mee. Mooie rustpunten zijn “Zen” en “Buffalo ballet”.
Maar helaas loopt het ook geregeld helemaal mis. Cale slaat op cd 2 te veel aan het experimenteren en verneukt zijn eigen en andermans songs. “Gun” duurt maar liefst dertien minuten en dat zijn er op zijn minst elf te veel, “Mercenaries” dat zo ruig en agressief klinkt op ‘Sabotage’ is hier een monotoon elektronisch zootje, “Style it takes” is onbegrijpelijk flauw en slap en “Heartbreak hotel”, op een Cale concert normaal altijd een intens kippenvelmoment, is compleet ondermaats, veel te lang en wekt géén greintje emotie los. ‘Pablo Picasso/Mary Lou’ is dan wel weer een schot in de roos, het klinkt bijzonder ruig en spannend en is met zijn 12 minuten nog géén seconde te lang.

Cale heeft de fout begaan te veel aan zijn eigen songs te willen prutsen. Wat meer eliminatie en zelfkritiek hadden wonderen kunnen doen. John Cale had hier één geweldige live plaat kunnen uit puren, maar op dit dubbelalbum staat te veel kaf tussen het koren.
Het betere live album van John Cale is met voorsprong nog steeds het briljante, ruige en gedurfde ‘Sabotage’. Koop die.


Beordeling

Deerhoof

Friend Opportunity

Geschreven door
Uit het onbeminde landschap van de indiepop maakte ik kennis met Deerhoof uit San Francisco, al tien jaar actief en aan hun negende plaat toe. ‘Friend Opportunity’  een dromerige, sfeervolle plaat, onder de frêle hemelse vocals van de Japanse Satomi Matsuzaki, doet muzikaal denken aan de sound van Stereolab, Blonde Redhead en Electrelane. De songs worden bepaald door elektronica, repetitief opbouwende gitaarlijnen, een bezwerende percussie en een dosis experiment. 
De band biedt een pak contrasten door de onverwachtse wendingen en balanceert tussen breekbare pop en avantgarde, luister maar naar “The perfect me”, “+81” en “Believe e.s.p.” Het gezelschap klinkt krachtiger op “Cast off crown” en “Matchbook seeks maniac” lijkt het ideale popnummer. Het ruim tien minuten durend afsluitende avontuurlijke “Look away” is een vingeroefening in gitaarlijnen.
Origineel doordacht plaatje!

Beordeling

Gèsman

Omplof!

Geschreven door
Gèsman,  een Kortrijks zevental,  zingt in de eigen streektaal op de tweede cd ‘Omplof!’, opvolger van het debuut ‘Slicht van ’t eten’ uit 2004. De tweede cd  is een frisse, luchtige, vrolijke en ontspannende plaat van twaalf nummers. Het ludieke gezelschap deed beroep op Wim Opbrouck (op “www.godchristus.com”) en Isolde Lasoen (drumster bij Daan en Billie King), backing vocals op de openingssong “Puree” en “Marie Hélène”, één van de sterkste songs op de cd. Fijne pop horen we op “Red min vel”, en “Klwotzak”  onderscheidt zich door z’n intrigerende opbouw met strijkersarrangementen.
Gèsman is de muzikale formule van Doe Maar en Kowlier; door de blazersectie, country en wals is er een vleugje Calexico op te merken. 
Gèsman zit op het ‘Mooi’, een sub label van Play Out (zie Arsenal en Billie King) en trok Reinhard Vanbergen van Das Pop aan als producer. 
‘Omplof!’ is een uiterst gevarieerde cd, kleinkunst, pop en rootsrock zijn met elkaar gelinkt.

Beordeling

Damien Rice

9

Geschreven door

Damien Rice, een Ierse singer/songwriter, onderscheidde zich op een paar jaar tijd met twee cd’s. ‘O’, twee jaar terug,  was een ontroerende, melancholische breekbare plaat, met een knipoog naar Jef Buckley. Rice ontpopt zich als een troubadour op ‘9’, want z’n ingetogen gitaarliedjes worden doordrenkt met breed uitwaaierende arrangementen en een vleugje freefolk: van intiem pakkend, broeierig, stevig tot bombast. Het maakt van ‘9’ een afwisselend plaatje.
De cd begint met de single “9 crimes”, vocaal ondersteund door Lisa Hannigan. Het betekende z’n doorbraak naar een breed publiek.
Songs als “Elephant”, “Coconut skins”, “Me, my yoke +” en “Grey room” hebben een prachtige opbouw, zijn forser en krachtiger en ondergaan diverse tempowisselingen. Op “Rootless tree” kan hij zelfs menig postpunkbandje aan! Of hij gaat intiem te werk; luister maar naar “The animals were gone”, “Dogs”, “Accidental babies” en “Sleep don’t weep” (opnieuw met Lisa Hannigan);  piano, akoestische gitaren en de vocals bepalen de songs. Damien Rice slaagt op deze tweede plaat z'n songs onder te dompelen in allerlei sfeerscheppingen. Meeslepende melodramatische muziek!


Beordeling

Low

Drums And Guns

Geschreven door

Low, onder Alan Sparhwk en Mimi Parker (Matt Livingstone op bas), heeft de opvolger klaar van ‘The great destroyer’ uit 2005. Een rockende plaat die met ‘Drums And Guns’ opnieuw wordt afgewisseld met slowcoresongs onder Alans diepe en Mimi’s breekbare stem: spaarzaam begeleid en bepaald door weirdo elektronica, pianoloops, percussie en feedbackgeraas; een  repetitief, traag doch spannend donker, dreigend, slepend ritme. Resultaat: beklemmend en huiveringwekkend materiaal, waarbij moord, dood en verderf de centrale thema’s zijn. “Pretty people”, “Dragonfly” en “Murderer” zijn de mooiste voorbeelden.
“Always fade”, “Hatchet” en “Take your time” zijn een aangename verfrissing binnen de mysterieus voortkabbelende songs.  En The Beatles & The Stones worden zelfs geëerd in één van de songs door het Amerikaanse drietal!
Op “Dust on the window” is een hoofdrol weggelegd voor Mimi’s zang.
'Drums And Guns' is een gewaagde muzikale trip en heeft een kaal geluid met veel elektronica.



Beordeling

Pagina 372 van 380