De Spaanse elfkoppige bende van
Ojos De Brujo bracht een zeer aanstekelijke cocktail van rap, flamenco en wereldmuziek.
Met een DJ en een rapper in de rangen weten ze ook wat te doen om hip te blijven. Het geheel was zeer ritmisch en dansbaar en de Spaanse bende had er kennelijk wel zin tot grote vreugde van het publiek.
De minpuntjes van hun set zijn de te talrijke solo uitstapjes van de bandleden. Die muzikale hoogstandjes zijn best allemaal wel leuk,
maar het haalde toch enigszins een beetje de vaart uit hun optreden en dat was des te jammer. Maar toch, het eindrapport voor deze broeierige Spaanse act is overwegend positief.
Met de rootsreggae groep The Congos gingen we terug naar de generatie van Lee Scratch Perry en Bob Marley. The Congos zijn 4 ouwe makkers die in hun leven al tonnen joints moeten gerookt hebben, want ze zagen er toch allemaal niet te normaal meer uit. De vier hielden het bij vocale prestaties terwijl ze ondersteund werden door een veel jongere begeleidingsband die een fris potje reggae en dub speelden zoals die moet klinken, met lekker stekelige gitaren, een loodzware en diepe bas en roffelende drums en percussie. The Congos waren aangenaam vertier voor het zonnige cactus en verveelden geen moment, wat anders wel eens het geval kan zijn met reggae optredens.
Om de verscheidenheid van een festival als Cactus nog wat meer in de verf te zetten kregen we hierna iets heel anders met de gitaarrock van Buffalo Tom, die hier voor het tweede jaar op rij stonden, maar nu met een nieuw album, het eerste in tien jaar tijd. De set van Buffalo Tom was even scherp, potig en fris als die van vorig jaar. Al van bij de openingssong, het bruisende “Velvet roof” wisten we dat het goed zat. Het drietal ging ongestoord door met klassiekers als “Mineral”,”Taillights Fade”, “Summers gone”, “Tangerine”, en “I’m allowed” die allen nog even fris klinken als destijds. De nieuwe songs uit het overigens voortreffelijke ‘Three easy pieces’ konden de concurrentie met de oudjes aan. Opmerkelijk en lekker stevig was de Rolling Stones cover “Stray cat blues” in de bisronde. Een zinderend optreden van een band die aan een nieuw leven is begonnen.
Met de neerslachtige muziek van Tom Mc Rae ging de temperatuur alvast een stuk naar beneden. Fuiven was er hoegenaamd niet bij, luisteren naar zijn breekbare liedjes wel. Mc Rae had enkel een pianist en een cellist meegebracht. Doe daarbij zijn hemelse stem en een stel sublieme songs en je hebt voldoende ingrediënten om het festival in vervoering te brengen. Dat deed Tom Mc Rae dan ook. Met dergelijke donkere muziek op een zonnige weide toch de aandacht van een ganse weide vasthouden, je moet het maar doen (in tegenstelling tot wat een getormenteerde zielenpoot als Rufus Wainwright hier vorig jaar stond te doen, had u ons toen een geweer gegeven, wij hadden die janker meteen uit zijn lijden verlost).
Gabriel Rios hebben we aan ons laten voorbijgaan. Je hoort niets anders dan dat dit een hele mooie jongen is (’t zal wel zeker) maar niemand heeft het over zijn muziek. Dus echt onvergetelijk zal het wel niet zijn, ook zijn twee plaatjes zijn bij ons niet blijven hangen.
Absolute hoogtepunt van de avond was natuurlijk The Flaming Lips. Zelden zo iets indrukwekkends gezien. De aanvang van hun set staat in ons geheugen gegrift. Tientallen grote ballonnen het volk in, tonnen confetti en papierslingers die met een kanon de weide werden ingeblazen en halve zot Wayne Coyne die in een reuzengrote ballon in het publiek ging crowdsurfen. Dat allemaal als intro van de eerste song, het prijsbeest “Race for the prize”. Van dan af kon het niet meer kapot, en dat was ook zo. The Flaming Lips bleven ons verrassen met hun energieke en avontuurlijke set met showelementen waar ze bij Pink Floyd stikjaloers van zijn. Die gelijkenissen met Pink Floyd zijn helemaal zo gek niet, want dit is Pink Floyd na een reanimatiekuur van vodka, buskruit en de meeste vreemde plantenextracten. The Flaming Lips puurden vooral uit hun laatste drie albums, gingen geregeld een geflipte psychedelische toer op, maakten het publiek al even gek als ze zelf zijn en zorgden voor het meest indrukwekkende totaalspektakel dat we de laatste jaren gezien hebben. Je moet er bij geweest zijn om het te geloven. Een fantastische afsluiter voor Cactus 2007. Dit zal ons nog lang bijblijven.
Tracklist: race for the prize – free radicals – yoshimi battles the pink robots I & II – vein of stars – the yeah yeah yeah song – in the morning of the magicians – the wand – cow/duck jam – the spark that bled – she don’t use jelly - do you realize