De tweede editie van het Karma Hotel in het Casino Kursaal was een alweer een bruisende golf die uit de kuststad Oostende uitdeinde tot ver in het Belgische binnenland en waarop elf uur lang gesurfdancet werd door jong en iets ouder. Op een hapering bij Zombie Nation na was het dans- en rockwater van de zuiverste kwaliteit. En dat zullen de drieduizend muziekliefhebbers beaamd hebben.
De Jeugd van Tegenwoordig mocht de spits afbijten. Misschien een ondankbare beet en op zich niet lekker, maar de hap die Willie Wartaal, Vieze Fur, P. Fabergé en Bas Bron namen werd smakelijk gedeeld door een al half volgelopen main room. Om 19u al de handen op elkaar krijgen, het zijn maar ‘Hollandse hoeren’ die het kunnen.
En ze deden het. Constant. Zelf hadden ze er onwijs veel zin in, vonden het ‘kankergezellig’ en verloren er zelfs de tijd bij uit het oog. Amper veertig minuten kregen ze en met duidelijke tegenzin werden ze van het podium getrokken, niet zonder al meteen over de tijd te gaan met “Hollereer” als een soort bisnummer.
Simpel toch: een keyboard en drie micro’s. Zuinig, maar niet op hun taal, dat Amsterdamse trio. Ze geilden de Belgische jeugd van tegenwoordig (zo vroeg op de avond haast niet ouder dan twintig) met hun rappende woorden op, daagden ze voortdurend uit, overrompelden ze met beats, maar lieten hen ook delen in de sfeer van ‘een drankje links en een pil rechts’. ‘Hollandse hoeren met een hart van goud’, betitelden ze zichzelf. En dat hart opent zich graag naar hun zuiderburen, zo blijkt steeds weer.
,Maak België trots’! galmde het de zaal in en onze eigenste jeugd wilde niet onderdoen voor hun naamgenoten van boven de Moerdijk. Met onder andere een lekker zomerse flamenco beat, wat later “De stofzuiger” en “Wopwopwop” spurtte de tijd onder hun heen- en weerschuifelende voeten voorbij. Ze hadden zelfs geen nood of tijd voor een “Watskebeurt”. Dat was misschien nog toepasselijk geweest, want plots was het dus over en out. Watskebeurt? Ewel, het Karma Hotel was meer dan opgewarmd.
Het is al bijna vijf jaar geleden, dat debuutalbum ‘Stop Talking ’ van Soldout, het Franstalige duo David en Charlotte. Maar ze zijn terug. Sterker, zwarter, breder en zelfs evenwichtiger durven we ‘Cuts’, hun tweede duivelskindje (mede ter wereld gebracht door Jason Boshoff van Basement Jaxx) noemen. De set die ze brachten was bijgevolg een vernieuwende, verrijkte en verrijpte electro-ervaring. Front 242 en The Neon Judgement mogen gerust zijn, het waardevol Belgisch vervolg is verzekerd. Het overwegend jonge volkje dat in Oostende de second stage verkoos boven The Hickey Underworld keek verrast zijn oren uit. En terecht.
Opgejaagde keyboarddeuntjes, versnellende drumritmes, bij momenten hijgerig-smachtend gezongen Frengels –Charlotte met de donkere zonnebril murmelt in een vette combinatie van Engels met Franse cheveux erop – en soms lichte, maar des te meer zwarte synthesisermuziek die de eighties klanken weer opzwepen en oppoetsen. Het klonk verdorie lekker.
Dat zangeres Charlotte niet de perfecte stembeheersing heeft, stoort niet eens. Wel integendeel, het smeert als het ware bewust een vette veeg lipstick boven de lippen. Er net iets over en toch juist niet kitscherig, want het is kwaliteit wat ze brengen.
Ook de act mag/mocht gezien worden. Knappe, doch sobere beelden achter het duo op een verder heel donker belicht podium. Soms met meeschreeuwende letters, zoals bij “Build it up, knock it down”. Of een zwart-witte live-projectie van Charlotte in eigenste actie.
”I don’t wanna have sex with you”, sneed diep naar binnen in. Bezwerend. ‘We are soldout’, wat een statement ! Of “I can’t wait”, ook al uit ‘Stop Talking’, simpel maar rechtuit. Geen dance pur sang, af en toe gewoon wat electrobeats en gitaren (jaja) – vooral daterend uit hun beginperiode - maar een eigen gezicht, een eigen geluid, een eigen belichaming. Ja, we hebben het voor Soldout. Uiterlijk simplistisch, maar met diepgang en performance. Te volgen. Zeker nu ze nog rijper geworden zijn.
Terwijl Sold Out op de second stage zwarte synthesiserklanken de zaal in joeg, mocht The Hickey Underworld hun eerste gitaarsnaar aanslaan op de main stage. De term ‘aanslag’ is beslist een voltrefferbenaming die voor geen enkele groep op Karma Hotel meer van toepassing was dan voor THU. Ok, dit was onze eerste live kennismaking met de ‘street gang’ van Younes Faltakh en misschien moeten we het nog eens proberen, maar door hun melodische single “Future Words” hadden we andere (betere?) verwachtingen.
Cd-gewijs – pas een maand uit trouwens hun titelloze debuut- zit het behoorlijk tot goed, al was het een tijd wachten (lees herbeluisteren) vooraleer de oester stilletjes opende en wat diepgang en oorbaarheid prijsgaf. De winnaars van de Rock Rally anno 2006 sloegen hun set loeihard de zaal in en de eerste rijen konden niet zien hoe achter hen de anderen zich (af en toe) wegdraaiden.
De stormgolven bleven tegen de Oostendse branding inklotsen, schuurden de niet zo vuurvaste zandkorrels snel achteruit en lieten een dampende betonvlakte achter. THU, de nieuwste hype in België? Tja, even wennen zeker. Ook voor het jonge Karmapubliek dat vooral gekomen was om te dansen. Al bewees het postpunk rock’n’roll van The Subways een uur later dat er wél laaiend enthousiasme van af kon voor gitaarriffs.
Rauw, schurend, veel geluid en weinig melodisch tussen de herrie, vonden wij, maar smaken verschillen. Wel een pluim: hun riffs, hun gitaarexpansies en de hese stem van Faltakh geven THU een eigen geluid. Smerige, vunzige en vuile energie, maar ook dàt kan mooi zijn. Herkenbaar in elk geval. En wie weet, was het niet van “Future Words” geweest, we hadden er anders tegenaan gekeken. We proberen het later nog wel eens, maar toch even laten bezinken.
De tweede band op de second stage was Madensuyu, één van de meest onderschatte bands als het op live performance aan komt, had een kenner mij verteld. Kritisch als we zijn stonden we dan ook effectief op de eerste rij toen Stijn De Gezelle (gitaar, keyboard en zang) en Pieterjan Vervondel (drums en zang) nog aan het soundchecken waren. En toen al viel op dat in hun kelen twee sterke en uiteenlopende stemmen huisden. Het zittende Gentse duo had een schijnrustige flair over zich, die hun eerste afrikadrumbeats helemaal wegsloegen.
Qua originaliteit zal Madensuyu (Turks voor bruisend, natuurlijk bronwater) veruit het hoogst gescoord hebben op het Oostendse indoorfestival. Hun muziek omschrijven heeft weinig zin, het is een eigenheid die vooral gebaseerd is op bijwijlen bezwerend ritme en dynamische tot overrompelende klanken en die laatste kunnen van allerlei aard zijn. Van gitaar en drums tot computertrucs en hun eigenste stemmen, al kwamen die nog te weinig tot hun recht.
Het tweetal, dat derde eindigde op Humo’s Rock Rally, bewijst live - net als The Kills en The White Stripes bijvoorbeeld - inderdaad dat twee muzikanten het volle geluid van een hele band kunnen maken en dragen. Nadeel op Karma Hotel was dat dat geluid afnam in sterkte en intensiteit naarmate je meer achterin de zaal trok. Om volop in de emotie van Madensuyu meegezogen te worden, moest je wel voorin staan.
Madensuyu is speciaal. Geen zware teksten, geen vaste muzikale lijn, geen diepgaande betekenis, wel klank en geluid met tempoversnellingen en vooral passie. Soms dansbaar, soms loeihard, maar altijd verrassend. ‘D is Done’ is hun nieuwe plaat, waarin je het magische onoplosbare raadsel van ‘wat is dit nu?’ ook niet kan verklaren. Niet proberen dus, gewoon luisteren.
Na het geweld van THU mocht op Karma Hotel het Engelse indie-rocktrio van The Subways de main stage op met een set die in broeierigheid het Antwerpse lawaai nog oversteeg. De ambiance zat er van noot één al meteen in en het jonge volkje voor hen had blijkbaar uitgekeken naar dat uurtje springen en schreeuwen op de postpunk zonder franjes.
Wie zich niet liet meesleuren en het een beetje van op afstand bekeek, doorzag echter al snel het show-concept van zanger en gitarist Billy Lunn in blote bovenbast . De simpele ‘Yeahs’ en ‘Ooohs’, het herhaaldelijke ‘Ostend go crazy’ en het gatlikkende ‘Belgium/Ostend you f***ing rock’ tussen zowat elke song door werkten op den duur zelfs irriterend. Het geloof in de waarde van zijn bindteksten (?) was meteen snel weggespoeld.
Maar het moet gezegd, de podiumbeesten (want ook bassiste Charlotte Cooper liet zich niet onbetuigd en steekt met haar schril stemmetje lekker af van Lunn) schieten rock‘n’roll met punkkogels de zaal in. Nummer als “Kalifornia”, “Young for Eternity”, “Mary” en “Holiday” rolden als een tsunami uit de zee het Oostendse Kursaal binnen. De energie van de groep muteerde de voorste rijen in hoog deinende golven die over alles en iedereen heen sloegen. Veel onderscheid is er trouwens niet tussen de nummers onderling. Daarvoor ontbreekt het de groep aan variatie van muziek en muzikanten. Maar het publiek maalde er niet om, had een driekwartier vette fun en ging helemaal uit de bol. Als het aan hen gelegen had, mochten ze na hun afsluiter “Rock ’n’ roll Queen” nog eens herbeginnen. En het zouden pas de enkelingen geweest zijn die dan gehoord hadden dat ze opnieuw “Girls & Boys” en al de rest gespeeld hadden. En o ja, het watertje dat Lunn, Cooper en drummer Morgan parmantig dronken, miste ergens ook wat punkgehalte… Knipoog.
Guru’s Jazzmatazz, on the second stage, is na drie jaar opnieuw ‘on the road’. Inderdaad, het was van 2006 op FihP in Oudenaarde dat we de man en z’n crew nog aan het werk zagen. Guru maakte samen met DJ Premier deel uit van Gangstarr en gaf een verfrissende kijk op de hiphop, door een jazzy/soul/pop look. Op plaat klinkt de Jazzmatazz bende sfeervol, loungy en zwoel. Guru is aan de vierde reeks toe en was inspiratievol voor bands als The Fugees, Brand New Heavies, Us 3, Buckshot le Fonque en Blackalicious.
Onze Hip Hop Jazz Messengers klonken live heel aanstekelijk, broeierig en freaky. Een krachtige set dus, wat sterk werd geapprecieerd. Hij was vol lof over artiesten als Donald Byrd en John Coltrane en in de samples en scratches eerden ze Grandmaster Flash en Marrs. Samen met een tweede MC, DJ/scratcher, toetsenist en blazer maakten ze een compilatie van hun Jazzmatazz platen. De ‘Making noise’, ‘Keep on moving’ en ‘NY shit’ - bindteksten namen we er zonder problemen bij.
Ook een vol uur ‘speeltijd’ kregen Vive La Fête. En geen seconde daarvan verveelden Pinoo en co. Geen wonder, nomen est omen, de naam zegt het zelf: leve het feest en dat was het (alweer).
Sexy blonde vamp Els Pynoo, op de obligate high heels en een zwart pakje waar iedereen naar op moést kijken, zette met haar krolse gegil meteen de zaal in de fik na de klassieke intro van de Vier Jaargetijden. Dat de aankondiger even in de microproblemen zat ervoor was meteen vergeten.
Uit de synthesizer kitschpop rolden de voorbije tien jaar al voldoende hits om ook de minder ingewijden bijwijlen te laten meejoelen. Mommens en Pynoo haalden een strakke set boven, haast nog strakker dan het pakje van de front lady herself. Black & white en andere contradicties met af en toe een uitschuiver naar The Cure (niet enkel muzikaal maar ook visueel on stage) of een Jesus Christ Superstar gitaargrapje.
De meezingers volgden elkaar vloeiend op en op “Maquillage” en “Ne Touche Pas” legde Pynoo nog een extra streepje diva-make-up op. De kreetjes van La Pynoo zijn trouwens zowat het waarmerk geworden van onze electrotrots, al zat ze bij de meer gezongen nummers af en toe wel even scheef.
Het einde kwam los van keyboards en het poppy imago en eindigde met vlammend gitaargeweld op ‘JC Superstar’ en het grappige melodietje van “Popcorn”. Het blijft een bont allegaartje dat intussen al wel al jaren bewijst dat een feest ook serieus kan zijn. En serieus fout is ook serieus, alle knipoogjes incluis.
Middernacht op Karma Hotel: tijd voor beats’n’pieces …
Een samensmelting tussen Starski & Tonic en Jeroen de Pessemier van Foxylane werd in 2006 The Subs. Sindsdien zijn er weinig Belgische zalen en festivals die ze nog niet aan hun lijstje hebben kunnen toevoegen. Om dan nog maar te zwijgen van hun uithuis avonturen. Enkele laptops, een paar synthesizers en een verschroeiende stem, dat zijn de wapens waarmee dit drietal ten oorlog trekt.
Het concept is gekend en dat merk je. De verrassing geraakt zoek en de ééntonigheid neemt gauw toe. De tijd dat "Kiss my Trance" een bom veroorzaakte op diverse radiostations en in menige zalen is nu ondertussen ook stilaan voorbij.De overdonderende manier waarop de videoclip voor "My Funk" is opgenomen is moeilijk te herkennen op het podium. Een bij wijlen irriterend gekrijs troeft het elektronisch talent van deze jonge muzikanten af. The Prodigy hoorden we zeggen. Goed vergelijkbaar alvast van in die prachtige beginjaren maar daarna met de tijd altijd moeten terugvallen op die vroegere successen. The Subs is nog
nauwelijks met vroeger te herkennen. Jammer, maar misschien een bewuste keuze …
Vorig jaar hadden we Tocadisco en Dada Lifa en nu hebben we Paul Kalkbrenner. Hij mag nu al als één van de DJ’s van 2009 genoemd worden. Eerlijk, wie had voordien al van gehoord van deze uit Berlijn afkomstige Duitser? Althans is deze getalenteerde DJ al jaren actief en verwierf naambekendheid van zijn releases. Maar dan heb je die ene single "Sky and sand" die de doorbraak forceerde naar het grote publiek.
De single leidde de set in en z’n dance kreeg een forse scheut electro en zalvende, trancy beats mee. Pompende technobeats bleven eerder uit. Op vrijdag 17 april staat hij geprogrammeerd in de Petrolclub waar we beslist op een andere manier zullen kijken wat onze DJ te bieden heeft.
Zombie Nation is al jaren een grote Duitse elektrofreak en is van dezelfde generatie als Kalkbrenner. Zombie Nation wordt achtervolgd door het feit dat hij een monsterhit scoorde maar het zelf nooit geweten heeft. De remix die wij kennen van "Kernkraft 400" is een wereldwijd succes maar origineel dus wel van Zombie Nation. Iedereen kent wel dit nummer, en zeker voetbalfans leggen de link met de ploeg uit Gent. En ook op ieder dance-event hoor je de bonkende beats wel eens van deze Duitser.
Maar, Zombie Nation is uiteraard meer dan zomaar één single. Door de jaren heen bouwde Florian Senfter een stevige live reputatie op waarbij hij geen schrik heeft om te experimenteren. Hij trakteerde op een stevige elektroparty en had zin voor avontuur met rock’n’roll en beats. De hapering in het begin verzwolg meteen na het aanhoren van deze freakende DJ …
Alex Gopher en Yamo mochten definitief de nacht besluiten van Karma voor de dansende menigte …
Neem gerust een kijkje naar de pics onder live foto’s
Organisatie: VZW de Zwerver, Leffinge + Jong Oostende