logo_musiczine_nl

Democrazy Gent - events

Democrazy Gent - events Concerten 2025 Uncle acid & The deadbeats (performs Nell’Ora Blu), Vooruit, Gent op 29 januari 2025 (ism VierNulVier) Kleine Crack & Slagter, VHS, Trefpunt, Gent op 30 januari 2025 (ism Different class) Livingston, Club Wintercircus,…

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Search results (14239 Items)

Hooverphonic

A new stereophonic sound spectacular: tien jaar later

Geschreven door
Hooverphonic profileerde zich de voorbije maand als ‘Electronic Hoover’ die hun debuutalbum ‘A new stereophonic sound spectacular’ opnieuw voorstelde met hun tiende verjaardag: een muzikaal geluidslandschap van trippopsounds, galmwave, ambient soundscapes, filmtunes en voicesamples onder een ijle zang. Toen waren ze de tegenhanger van bands als Tricky, Portishead en het onderschatte Lowpass.
Geike Arnaert vervoegde de band van Callier/Geerts in ’97, een jaar na de release van hun debuut. Het debuut met zangeressen Liesje Sadonius en Kyoko Baertsoen (later Lunascape) leverde bekende songs als “Inhaler” en “2 Wicky” (opgepikt door Bernardo Bertolucci voor zijn film ‘Stealing beauty’). ‘Blue wonder power milk’ betekende de definitieve doorbraak. “Eden”, “Mad about you”, “Jackie cane” en “Vinegar & salt” zijn maar enkele songs van het rijkelijk gevulde repertoire van het drietal.

Ze ondernamen een éénmalige kleine clubtour; het slotconcert werd gehouden in de HA te Gent. Een klein uur duurde de ‘Anniversary Reissue’. De donker dreigende muziek speelden ze in een lichtdecor van beperkte spotlights, stroboscoopeffects en een glitterbol achteraan het podium. Het publiek zag slechts drie schimmen door de dikke slierten rook, wat deed denken aan een optreden van The Sisters Of Mercy. Geike stond op een verhoogje, had hoge laarzen aan, en bewoog zich als een schuchtere Matroesjka. Callier (elektronica/bas)en Geerts (gitaar) stonden stokstijf en emotieloos op het achterplan. Van interactie met het publiek was er geen sprake.
De muziek sprak voor zich: elektronica soundscapes, beats en een ijle zang. Geike slaagde in de glansrol van de zangeressen vóór zich. Meteen werd de aandacht getrokken met “Inhaler” en “2Wicky” die meteen op een sterke respons konden rekenen. “Plus profond” en “Barabbas” hadden een stevige beat en groove. Sfeervoller klonken “Cinderella” en “Nr 9” met Geike als een herboren Elisabeth Frazer/Lisa Gerrard. “Sarangi” balanceerde tussen hard en zacht, en onderscheidde zich door een diep ronkende bas en scherp gitaarspel. “Revolver” was het meest dansgericht en “Innervoice” besloot de set na een kleine 45 minuten. Wat een muzikale trippopsound van het drietal, die sommige nummers aan elkaar koppelde door voicesamples, filmtunes en evergreens waaronder “Can’t help falling in love”.
Ze trakteerden ons nog op een paar nummers van hun tweede plaat ‘Blue wonder power milk’ , waaronder “Battersea” en “Eden”, muzikaal breder door orkestraties, drum’n bass en pop, en ondersteund door een hemelse zang van Geike, zoals we die al altijd hebben gekend.

Het publiek kreeg een donker dreigende ‘Anniversary Reissue’ van het drietal. Een uiterst ‘coole’ set, die ons in de triphopsfeer van een goede tien jaar terugbracht.

Organisatie: Handelsbeurs, Gent


Maxïmo Park

Maxïmo Park: goed maar niet onvergetelijk

Geschreven door

Met hun tweede album ‘Our earthly pleasures’ is de sound van Maxïmo Park wat men noemt “volwassener” geworden. De springerige, opgehitste en nerveuze geluiden van de eerste plaat ‘A certain trigger’ zijn voor een stuk ingeruild voor een meer poppy geluid. 

En ook op het podium merken we die evolutie. Het tempo is niet meer zo duizelingwekkend als twee jaar geleden. De nieuwe songs worden netjes afgewisseld met de oudere, zodat er wel wat meer variatie in de set komt, maar helaas ook wat minder vuur en dynamiek. Want voor dat laatste moet Maxïmo Park het vooral hebben van de splijtende songs uit hun eersteling zoals de strakke versies van “Apply some pressure”, “Graffiti” en “The coast is always changing”. Het is voor deze songs dat het publiek het meest door de knieën gaat. De energie van Maxïmo Park spruit vooral voort uit de dynamiek van frontman Mark Smith die met zijn explosiviteit het concert een extra boost geeft en zo de aandacht van de fans weet te behouden. Het is hij die de groep vooruit stuwt, de anderen zijn eerder statisch en laten alle gekdoenerij aan hun bij wijlen hyperkinetische zanger over. Met uitzondering van de keyboardspeler misschien, die weet toch ook enig enthousiasme in zijn act te brengen.

Maxïmo Park is best wel een interessante band, maar ze hebben nog te weinig onsterfelijke songs om een volledig optreden te overtuigen. Vandaar dat wij hier ook zouden gewagen van een weliswaar goed concert, maar géén onvergetelijk. Veel zal afhangen van het derde album, benieuwd of ze gaan teruggrijpen naar de springerige rock van ‘A certain trigger’ of dat ze verder de eerder gelaagde poppy weg zullen opgaan van ‘Our earthly pleasures”. Potentieel hebben ze, dat in ieder geval.

Aangename verrassing van deze avond is het piepjonge duo Blood Red Shoes. De drummer/zanger Steven Ansell mept op zijn drumstel als een bezeten Animal in betere muppet tijden, zijn wat bedeesde vrouwelijk compagnon Laura-Mary Carter haalt frisse punky riffs uit haar gitaar. Het geheel doet denken aan The Kills en zeker aan The Yeah Yeah Yeahs  en het is wat ons betreft een veelbelovend bandje.

Organisatie: Le Grand Mix, Tourcoing

The Rolling Stones

The Stones: WOW! Waardig Ouder Worden!

Geschreven door
The Stones: wat moet je nog schrijven over deze oude knarren?
Gigantisch podium. Uitschuifbaar kleiner podium tot halverwege de weide. Geen matte best of deze keer. Goede keuze uit ruim repertoire. Schitterende versie van “Can’t you hear me knocking?”. Keith in vorm. Kan nog altijd niet zingen. Rubber Lips goed bij stem. Charlie lijkt nog altijd op een leraar geschiedenis. Ron heeft nog steeds een tronie om bieten op te klieven. Lisa nog steeds super sexy, Bobby Keys is de zesde Stone.
De Stones klinken nog steeds alsof in hun garage staan te repeteren. Prachtig.
Moeten ze stoppen? Nee, want nu al stonden er drie generaties op de weide.

Playlist:
Start me up, Shattered, Rough justice, Rocks off, Heartbreaker, Some girls
Waiting on a friend, Can’t you hear me knockin’, Tumblin’ dice, I get crazy, I wanna hold you, Slippin’ away, It’s only rock ‘n roll (but I like it), It’s all over now,
(I can’t get no) Satisfaction, Honky tonk women, Paint it black, Jumping Jack Flash,
Sympathy for the devil

Organisatie: Live Nation


 


Wash Out Test

Wash Out Test

Geschreven door

Wash Out Test, uit Lessines, situeert zich binnen de ska punkrock. De vier songs op de Split CD (een cd van vier punkrockbands die elk vier songs voorstellen) zijn melodieus, snedig, gebald en ondergaan diverse tempowisselingen, gekenmerkt door een dosis spelplezier. `A Happy Family'?een muzikaal uitgangspunt, hoog in het vaandel gedragen door het gezelschap. De blazers geven alvast een springerig, dansbaar tempo aan.

Wash Out Test refereert nauw aan de Belgisch grote broers Funeral Dress, Nailpin, Janez Detd en Ska-P, maar evenzeer aan het beloftevolle Pussy Juice, die ook houden van zo'n ritmiek en groove. ?I swear? en ?I just can't wait to be king? zijn party songs van dit bandje, die al een paar jaar bezig zijn en aan de weg timmeren. Respect en een verdiende respons!

Info: www.washouttest.com

www.standupzine.be

Wilco

Ongekroonde koningen van alt.country zijn terug!

Geschreven door
Laten we eerlijk zijn, het mag een half wonder heten dat alt.country pioniers Wilco nog bestaan, laat staan dat ze met een langverwacht nieuw studioalbum onder de arm een korte Europese tour ondernemen en daarbij op de koop toe nog eens de Gentse Vooruit aandoen. Als we de geruchten mogen geloven sukkelde boegbeeld Jeff Tweedy de afgelopen jaren immers van de ene depressie in de andere, en bleef hij als een getormenteerd man achter na artistieke meningsverschillen met andere bandleden en het overlijden van zijn moeder. 
Enkel en alleen al uit de titel van het nieuwe Wilco album ‘Sky Blue Sky’ valt af te leiden dat Tweedy en zijn sterk vernieuwde vijfkoppige band voor een positiever en toegankelijker geluid hebben gekozen. Twee tracks uit dit album, “Side with the Seeds” en “You are my Face”, trokken de set in De Vooruit op gang, en meteen werd ook duidelijk waarom de band tegenwoordig meer airplay krijgt op Radio 1 dan pakweg op StuBru. Voor de klankkleur van ‘Sky Blue Sky’ gingen Tweedy & co immers grasduinen door de catalogus van de populaire Amerikaanse rootsrock medio begin jaren ’70, waarbij we echo’s van iconen zoals The Band, Jackson Browne en Fleetwood Mac horen weerklinken. Deze retro-invloeden staan haaks op het meer experimentele geluid dat Wilco sinds 2002 produceerde op het inmiddels tijdloze ‘Yankee Hotel Foxtrot’, en het was maar zeer de vraag welke nummers uit die periode de set zouden halen. Het publiek kreeg hierop al vrij snel antwoord, en bedankte met spontaan herkenningsapplaus wanneer het van cynisch zelfbeklag doorweekte “I am Trying to Break Your Heart” en de schijnbaar vlotte popdeun “Kamera” uit voorgenoemd album werden ingezet. Op plaat contrasteren deze oudere nummers nogal fel met het nieuwe, meer gepolijste werk zoals “Shake it off” en “Hate it Here”, maar live viel hier weinig van te merken o.a. door de spaarzame doch bijzonder gedreven uithalen van nieuwe gitarist Nels Cline. Deze laatste vervulde een hoofdrol in “Impossible Germany”, volgens ondergetekende het beste nummer uit het nieuwe album dankzij de magistrale gitaaroutro die live heerlijk lang werd uitgesponnen. 
Toen we tegen het einde van de set even links en rechts van de PA Frank ‘De Mens’ Vanderlinden en Tom ‘Freebee’ Vanlaere goedkeurend het hoofd zagen meewiegen, beseften we dat niet enkel de doordeweekse concertgangers maar ook de elite van de Vlaamse rockscene met volle teugen schijnbaar genoten van de Belgische doortocht van Wilco. Ook Tweedy zelf, die nochtans niet bepaald bekend staat als een vrolijke Frans, ontpopte zich tussen de nummers door als een would-be entertainer die elke enthousiaste reactie uit het publiek spontaan counterde met een portie droge Amerikaanse humor. Yep, hier kan het echte enfant terrible van de alt.country scene, Ryan Adams, een puntje aan zuigen!
Uit de eerste bisronde onthouden we vooral “Spiders (Kidsmoke)” uit “A Ghost is Born” (2004), een langgerekt nummer dat na een repetitieve aanloop plots explodeert in een gitaarriff die zo lijkt weggelopen uit de back-catalogue van Neil Young & Crazy Horse. Het publiek vroeg en kreeg meer. In een tweede reeks toegiften werd o.a. gekozen voor “Heavy Metal Drummer”, alweer een klassieker vanop ‘Yankee Hotel Foxtrot’ en werd afgesloten met het mijmerende “On and on and on”, tevens het slotnummer van het nieuwe album.

Na een bijna twee uur durende set mag het duidelijk zijn: Wilco hebben na een aantal moeilijke jaren de titel van ongekroonde alt.country koningen terug opgeëist. Noot voor de afwezigen: Tweedy & companen ruilen binnenkort de sfeervolle en tot de nok gevulde Vooruit in voor een rafelige doch oergezellige concerttent op het komende Dour festival!

Organisatie: Vooruit Gent


Sinner

Mask Of Sanity

Geschreven door

'Heavy Metal Rules!' en dat nu al meer dan 25 jaar voor het Duitse Sinner. Mat Sinner is dan ook één van de pioniers van de Duitse Metal scène. Op zijn achttiende!studioalbum schotelt Sinner ons nog meer van hetzelfde voor. De band staat nog steeds garant voor een potje rauwe doch melodieuze hardrock. Waren de vorige albums vrij donker, deze nieuwe 'Mask Of Sanity' klinkt boven alle verwachtingen erg melodieus en zal daarom ook de melodieuze rockfanaat aanspreken. De songs zitten erg vakkundig in elkaar en het is leuk te horen hoe de sound wordt opgebouwd rond de twee gitaristen: Naumann & Leim. 'Power' alom dus en dat uit zich ook in het tempo van de songs, dat vrij hoog ligt. Gelukkig maar want als het dan toch eventjes rustiger wordt (zoals in "The Sign") valt de band volledig door de mand. Hier komt de zwakte van de band toch wel erg 'in the spotlight' te staan. Die zwakke schakel is nog steeds de erg ruwe, zelden toonvaste, expressieve stem van Mat 'himself'. Maar goed ook die stem is typisch Sinner. De bonus track is de aardige Thin Lizzy track "Baby Please Don't Go". Een mooi stevig, snel album, maar echt gek van Sinner zal ik wel nooit worden. Daarvoor is de middelmatige stem van Mat voor mij persoonlijk een breekpunt.

Ray Wilson

She

Geschreven door
Deze ‘She’ van Ray Wilson verscheen vorig jaar maar werd niet door ons opgemerkt. Vreemd want we zijn grote fans van de man maar het album werd dan ook niet door een Major label gereleased. Opmerkelijk is ook dat het om een album gaat die wordt uitgebracht onder de naam Ray Wilson & Stiltskin. Een nieuw Stiltskin album dus en de opvolger van het succesvolle ‘The Mind’s Eye’ uit 1994. Wilson heeft al vele watertjes doorzwommen. Zo was er zijn band Cut, zijn felomstreden periode bij Genesis, zijn ondergewaardeerde solocarrière, maar ook zijn Grunge periode met Stiltskin. Uit het debuutalbum ontsproot één grote hit “Inside”, waarvoor hij ook in België kon rekenen op de heel wat airplay. Deze tweede schijf ‘She’ zal vermoedelijk geen nieuwe hit opleveren. Wilson is het enige originele lid (hij erfde de groepsnaam) dat aan dit nieuwe Stiltskin album meewerkte. Voor de fans die Wilson enkel kennen van zijn solocarrière en van zijn periode bij Genesis zal het toch even schrikken worden bij het horen van de eerste noten van “Fly High”. ‘She’ staat immers vol stevige gitaarrock met een knipoog naar de Grunge muziek. Af en toe kent de plaat ook wat rustigere momenten maar toch blijft de immense gitaarsound steeds centraal staan. Wilson’s stem past goed binnen dit plaatje maar we horen hem toch liever binnen een melodieus progressief muziekkader. ‘She’ is een stevig album: een mix van Grunge, pop en gitaarrock. Of vele Wilson fans hier op zaten te wachten durf ik echter sterk in twijfel trekken. Of er na 12 jaar nog vele Stilskin fans zijn overgebleven al evenzeer. De productie van het album is groots en loepzuiver en dat maakt het album ook een stuk toegankelijker en kwalitatief sterker.

 

Little Man Tate

About what you know

Geschreven door
Little Man Tate is afkomstig uit de Mekka stad van Arctic Monkeys Sheffield. Het jonge dynamische Britse viertal brengt poppy gitaarrock, leunend aan de postpunk en de ‘90’s Blur/Oasis Britpop: rauw en springerig op nummers als “Man I hate your band”, “European lover” en “Sexy in Latin; “This must be love”, “House party at Boothy’s” en “Court report” is subtiel, fijne pop en “Who inventend this lists”, “3 day rule”  en “This girl isn’t my girlfriend” zijn aanstekelijk, frisse songs.
‘About what you know’ is een aardig klinkend plaatje over wat elke jongere bezighoudt …in zijn vrije tijd: meisjes, uitgaan, drinken, voetbal en plezier maken…of niet?!

 

The Five O´Clock Heroes

Bend to the breaks

Geschreven door

The Five O’Clock Heroes zijn een half Amerikaanse, half Britse band; vier jonge gasten van nog geen twintig debuteren met frisse, kernachtige catchy rock’n’roll popsongs. Ze passen niet direct in het rijtje van de huidige postpunk. De groepsnaam werd gehaald van één van de songs van The Jam en zij refereren met hun broeierige en aanstekelijke sound naar ‘70’s The Clash, Joe Jackson Band, The Ramones , The Police en natuurlijk Paul Wellers The Jam.
Ze bezitten alvast de kunst goede melodieuze rocksongs te schrijven; luister maar naar “Head games”, “Anybody home”, “Time on my hands”, “Run to her”, “Good lovers”, “Skin deep” en “Got to give up”. “Corporate boys”, “White girls” en de semi-akoestische extra track zitten verfijnder en subtieler in elkaar.
Band die alle troeven heeft om door te breken...

Black Rebel Motorcycle Club

Baby 81

Geschreven door

Na de ijzersterke en verrassende rootsplaat ‘Howl’ is BRMC teruggekeerd naar de sound van hun eerste twee albums. Dit betekent opnieuw donkere, meeslepende en bezwerende gitaren en een diep doordringende bas. En ook al klinkt de sound ons bekend in de oren, toch is deze  ‘Baby 81’ een sterk en fris album geworden. Wij zouden zelfs durven spreken van hun beste tot nu toe. BRMC is er met name in geslaagd hun meest toegankelijke album te maken zonder aan kwaliteit en drive te moeten inboeten en dat is vooral te danken aan een hoop kanjers van songs.
De splijtende opener “Took out a loan” is zowat het enige nummer die nog enkele naweeën van ‘Howl’ bevat in de vorm van een moordende bluesriff. “Berlin” en “Weapon of choice” zijn al even heftig en tonen een BRMC in bloedvorm. Andere knallers zijn het dreigende “666 conducer”, een snedig “Need some air” en vooral “American X”, een negen minuten durende prachtsong waarin de gitaren heerlijke kronkels maken. Om niet helemaal te bezwijken misschien toch een beetje detailkritiek : “Windows”  en “Not what you wanted” neigen lichtjes naar de Beatles en helaas ook een beetje naar Oasis. Maar voor de rest géén slecht woord over deze plaat.
U herinnert zich misschien dat deze heren samen met de sufgehypete Strokes hun kopje kwamen opsteken in 2001. Met deze ‘Baby 81’ hebben BRMC al hun vierde schot in de roos in 6 jaar. En The Strokes ? Yep, één klassieker en twee twijfelgevallen. Tussenstand BRMC - The Strokes 4 - 1


Schwung 2007: Classic Rock is still alive and kickin’!

Geschreven door
Het jaarlijkse Rock & Roots festival Schwung te Roeselare slaagde er terug in om enkele schitterende namen bij elkaar te sprokkelen. Dit West-Vlaamse rockfeestje was al aan zijn negende editie toe. Het begon allemaal in 1999. Toen had men reeds Uriah Heep & Golden Earring op de affiche staan. Doorheen de jaren profileerde dit festival zich als een volwaardig Classic Rock festival. Bands zoals Deep Purple, Status Quo, Thin Lizzy, Cheap Trick, Thunder, Europe, Scorpions en Alice Cooper stonden allen op de Schwung podium. Dit jaar was het vooral uitkijken naar REO Speedwagon. Want waarin zelfs het grote Arrow Rock festival niet slaagde, deden de Schwung organisatoren wel en ze haalden de Amerikaanse band REO Speedwagon naar België. Opmerkelijk want deze band was al meer dan 20 jaar niet meer in onze contreien live te zien. Het monsterlijke Lordi moest toch ook wat volk naar Roeselare brengen. Terwijl Megadeth niet bij elke Classic Rock fan werd onthaald als een gepaste afsluiter.

Toch kwam er weer heel wat volk (zo’n 7000 man) opdagen voor deze Schwung editie. Schwung is ook een erg relaxt festival. Hier geen heen en weer geloop naar de verscheidene podia, geen optredens die elkaar overlappen. Nee, Schwung eert de oude festival formule: één dag, één podium. Tussen de optredens van de negen bands zat er een korte pauze waarin je naar hartelust je opnieuw kon opladen of eventjes op adem kon komen in de frisse buitenlucht. Nieuw dit jaar waren twee videoprojectieschermen aan beide zijkanten van het podium. Organisatorisch had dit festival dus een zeer sterke basis.

Toen we aankwamen in Roeselare hadden al twee bands hun set afgewerkt. De Nederlandse Guns & Roses tribute band Gunz & Rozes en gitaarwonder Paul Gilbert hebben we jammer genoeg moeten missen.
We waren net op tijd voor het optreden van de Nederlandse symfo formatie Focus. Deze formatie die in 1969 werd opgericht door de organist/fluitist Thijs van Leer had ik nog nooit eerder live gezien. Vooral het schitterende melodieuze gitaarspel van Niels van der Steenhoven was adembenemend. De solospots die van Leer voor zijn rekening nam drongen bij mij iets minder door. “Hocus Pocus” mag dan wel hun grootste hit zijn, van het gejodel van van Leer ben ik echt geen groot liefhebber. Focus bracht een leuk uurtje instrumentale symfo rock.
Daarna was het de beurt aan de heavy rock van het Zwitserse Krokus. De band speelde een stevige set in de goede ‘Alive & Screamin’ traditie. Terug in de Krokus bezetting was gitarist Mandy Meyer die, na enkele jaren dienst als tweede gitarist bij Gotthard, ons verraste met erg stevig gitaarwerk. Toch was het vooral zanger Marc Strorace die met zijn strot à la Bon Scott het meest imponeerde. Vanwege zijn illuster stemgeluid waanden we ons AC/DC te horen. AC/DC, Saxon, Iron Maiden het zat allemaal erg dicht bij. “Rock City” Roeselare ging voor het eerst echt uit zijn dak.
Vervolgens was het de beurt aan de Nederlandse wereldklasse van Golden Earring. Deze band die actief is sinds 1961 is nog steeds niet uitgespeeld. Deze band stond al voor de derde keer op Schwung en had dan ook niet de minste moeite om het publiek te overtuigen. Hay, Kooymans & co brachten een energieke set, fris en jeugdig. De Golden Earring jukebox draaide op volle toeren en de fans genoten met volle teugen van: “When The Lady Smiles”, “Twilight Zone”, “Long Blond Animal” en een wel erg uitgesponnen versie van “Radar Love”. Deze rocklegenden bieden dus nog steeds waar voor hun geld. Al zal de band waarschijnlijk ook wel iets duurder geworden zijn in vergelijking met het Schwung openingsjaar 1999.
Van totaal ander fabrikaat waren de monsters van Lordi. Deze Finse melodische heavy rockband werd bij het grote publiek vooral bekend na hun Songfestival overwinning van 2006. Origineel zijn ze niet echt. Liefhebbers van de creaturen van GWAR verwijten Lordi een slap afkooksel te zijn en ook muzikaal heeft deze band weinig om het lijf. Alhoewel, de monsters treden op in loodzware kostuums en maskers en dat op zich mag toch wel verdienstelijk genoemd worden. Hun ware identiteit is dan ook hun best bewaarde geheim. Geen geheim dat ze muzikaal hun mosterd halen bij acts zoals Alice Cooper  (“Who’s Your Daddy”). Toch was er duidelijk een publiek voor de groteske, doch zeer vermakelijke show. Tussen de nummers door was er net iets te weinig schwung. Maar ja, de heren hadden het bijzonder druk om de verschillende moordtuigen en attributen bij elkaar te zoeken. Tonnen vuurwerk en een gigantische hoeveelheid papiersnippers zorgden voor een wervelende finale. “Hard Rock Hallelujah”, blij dat we dit overleefd hebben! Van UFO ben ik nooit een grote fan geweest. Alleen van het A.O.R. getinte album ‘Misdemeanor’ (een album dat door de meeste UFO fans als bijzonder zwak werd onthaald) uit 1985 was ik erg onder de indruk. Ook na enkele malen UFO live te hebben gezien, heeft deze band mij nog nooit echt kunnen charmeren. Deze Britse Classic rockformatie heeft ontelbare groepswissels gekend. De huidige bezetting is er een zonder Michael Shenker maar wel met gitarist Vinnie Moore. Phil Mogg en Pete Way vormen nog steeds de spil van deze band. Mogg was opmerkelijk goed bij stem en vooral er was geen ruzie op het podium. UFO bracht echter een onopvallende, vlakke set. Enkel tijdens de klassieker “Doctor Doctor” gingen de handen tot midden in de zaal de lucht in.
Rond 21.30 was het dan eindelijk de beurt aan REO Speedwagon. De band waar we gans de dag naar uit hadden gekeken. Deze Amerikaanse band uit Illinois is reeds bedrijvig sinds 1967 en toch waren ze slechts een handvol keer te zien in Europa. Ruim 25 jaar was het geleden dat ze nog in België te zien waren en net zoals bij Journey was dit voor de fans een droom die in vervulling ging. Muzikaal ligt Journey mij nog iets nauwer aan het hart maar toch had ik tijdens het REO Speedwagon optreden vaak diezelfde intense gevoelens. Vanaf opener “Don’t Let Him Go” tot afsluiter “Ridin’ The Storm Out” heb ik intens genoten van deze pure Amerikaanse classic rockshow. Zanger/gitarist Kevin Cronin was erg onder de indruk van zoveel enthousiasme en gaf dan ook het beste van zichzelf. De set bevatte de ene hit na de andere. Een enkele keer (met “Smilin’ In The End”) werd er gegrepen naar nieuw muziekmateriaal. De band heeft namelijk, na elf jaar!, met ‘Find Your Own Way Home’ een nieuw album uit. De REO klassiekers volgden elkaar in snel tempo op. Opvallend was dat enkele jongeren naast mij de meeste Speedwagon songs erg goed onder de knie hadden. De ballades “Keep On Loving You” en “Can’t Fight This Feeling” bereikten natuurlijk nog meer zielen en werden luidkeels meegezongen. Naast deze rustpunten liet REO Speedwagon echter horen een goed geoliede machine te zijn, die bovendien erg stevig kon rocken! Gitarist Dave Amato trok stevig van leer en ook bassist en blonde God Bruce Hall liet zich erg verdienstelijk opmerken. Deze laatste mocht ook de song “Back On The Road Again” voor zijn rekening nemen. REO Speedwagon voldeed aan alle verwachtingen. Met de belofte om heel vlug opnieuw naar Europa te komen toeren kwam er voor ons een einde aan deze schitterende Schwung editie.
Even bleven we nog kijken naar de trash metal van Dave Mustaine & co. Doch Megadeth is Metallica niet. Een objectief oordeel kan ik over het Megadeth optreden niet vellen. Dat laat ik liever over aan de echte Megadeth fans die toch nog talrijk hun band gadesloegen. Ook de safety mensen hadden plotseling heel wat meer werk met crowdsurfende Megadeth fans.

Dit Schwung festival eindigde voor mij met REO Speedwagon. Afsluiten in schoonheid noem je zoiets. Schwung 2007 was een zeer geslaagd festival. Op naar de tiende editie, waarbij ik hoop dat de organisatie opnieuw zal uitpakken met enkele verrassende namen!

Foto's: http://www.pixagogo.be/5993714199

Organisatie: Schwung, Roeselare

Silver Junkie

Midtown Walk

Geschreven door
Silver Junkie is het muzikaal alter ego van singer/songwriter Tino Biddeloo. ‘Midtown Walk’ bevat vijf intens broeierige songs, die passen binnen het filmdecor van David Lynch en Quentin Tarantino. De band stoeit met diverse stijlen binnen de innemende poprock met soul, jazz en americana.
‘Midtown Walk’ is alvast een spannende EP, nighttownmusic van een kandidaat nachtburgemeester. Hebben Arno, Daan en Tom Waits er een konkurrent bij?!

Info: www.silverjunkie.be

Folgazán

Invading from the West

Geschreven door
Folgazan is een bijzondere combinatie van jeugdige en rijpere talentvolle muzikanten, die zich binnen de traditionele folk en poprock bewegen, ergens tussen Kadril, Sois Belle, Ambrozijn en Aedo.
‘Invading from the West’ bevat bedreven zwierige, aanstekelijke en sfeervolle muziek, met een tweetal instrumentals. Accordeon, violen en fluiten geven kleur aan het geheel.
De band sleepte een tweede plaats in de wacht op de Folkrally op Dranouter Aan Zee. Folgazan is Galicisch en betekent  ‘zalig niets doende persoon’.  Aan hun muziek te horen lijkt dit me alvast een controverse...

Info: www.folgazan.be

 


Evanescence

Evanescence speelt afgelijnd concert bij z’n eerste doortocht

Geschreven door
Evanescence uit het Amerikaanse Arkansas deed voor het eerst Noord-Frankrijk en ons landje aan. Ze ondernemen een grootse tournee nav de tweede plaat ‘The Open Door’, opvolger van ‘Fallen’. Ze hielden halt in le Zénith, Lille en in de Lotto Arena, Antwerpen (Live Nation concert) ; een uitgelezen kans om deze band, die al een vier jaar bezig is, onder songwriter/gitarist Ben Moody en zangeres/pianiste Amy Lee, aan het werk te zien. Hun bombastische popgothicmetal, aangevuld met orkestraties, barok (en soms koorzang), omschreven als kasteelromantiek, leverde al een paar grootse hits op als “Bring me to life”, “Tourniquet”, “Call me when you’re sober”, “Lithium” en het uiterst pakkende “My immortal”, gedragen door de helder, overtuigende fluwelen stem van Amy Lee. Tori Amos goes metal leek me hoe dan ook een fijne uitdrukking. Een band die alle leeftijden aansprak, afgaand op het publiek.

‘The Open Door’ werd bijna integraal voorgesteld in de bijna uitverkochte Zénith. Ze startten venijnig en pittig met songs uit de recente cd:  “Weight of the  world” en “Sweet sacrifice”, ondersteund van voorgeprogrammeerde strijkers. Amy Lee liep heen en weer op het podium als een Roodkapje, vluchtend voor haar boze wolven; zij was de verschijning in de ‘not happy ending’ sprookjesverhalen. “Going under” en “The only one”  klonken sfeervoller en broeierig, voorzien van een snedige gitaarloop en strakke drums. Amy Lee leidde vervolgens “Lithium” en “Good enough” in op piano die dan krachtiger losbarsten in een finale van tempowisselingen, orkestraties en pianopartijen. De herkenbaarheid kwam naar voor in “Tourniquet”, “Call me when you’re sober” en “Bring me to life”; de afsluitende songs “Whisper” en “Lacrymosa”  kregen een boeiende gothic tint en koorzang. In de bis kon “My immortal” niet ontbreken, gedragen door stem en piano van Amy Lee, dat explodeerde in popmetal. “Your star” besloot orkestraal de set.

De groep speelde een afgewerkt concert en show met Amy Lee in een hoofdrol,  en kon rekenen op een sterke respons.
Als support act trad Mass Hysteria: snedige rock met een wave tint, een fijne opwarmer in de theatrale wereld van Evanescence.

Org: Agauchedelalune, Lille

Sigur Ros brengt boek uit

Geschreven door
Vandaag verschijnt 'In A Frozen Sea - A Year With Sigur Rós'. In het boek staat het verslag van de concerten  in Ijsland tijdens de 'Takk'-tournee. Er staan heel veel foto's in van de band, maar ook van Ijsland.
Er komt ook een speciale gelimiteerde uitgave (5000 ex.). Naast het boek krijg je dan ook een exemplaar van de albums 'Agaetis Byrjun', '( )' en 'Takk'. Die zitten voor de gelegenheid in een nieuw jasje. Daar bovenop zit er een exemplaar van "Smaskifa" bij, de eerste 12" uit een reeks van zeven met nieuw materiaal.
Dit jaar verschijnt ook de film 'Hlemmer' en bijhorende soundtrack.

Wolfmother

Wolfmother als echte wolven

Geschreven door
De AB te Brussel zal binnenkort voor onbepaalde tijd terug dicht gaan voor herstellingswerken, Wolfmother heeft namelijk het dak er af geblazen. De power, dynamiek en explosiviteit die deze band uitstraalt is ongeëvenaard. Wolfmother speelt het soort seventies hard-rock die tot voor enkele jaren totaal onhip was, maar nu terug hot is. Gierende gitaren en hoge stemmetjes, psychedelische orgelpartijen, het mag allemaal weer, en dat is maar goed ook.

Boegbeeld van deze band is zanger/gitarist Andrew Stockdale, een showman eerste klas die vooral weet hoe de rockclichés uit te vergroten, hierbij het publiek op te zwepen en toch geloofwaardig te blijven. Stockdale is een rockbeest die geboren is voor het podium en hier gretig gebruik van maakt. Het is misschien allemaal een beetje theatraal, maar er is tenminste geen pretentie of arrogantie mee gemoeid, wat je wel eens tegenkomt bij vele nieuwe Engelse bandjes. Zijn maats staan ook niet bepaald stil, en dan vooral bassist Chris Ross, die zijn basgitaar al eens omruilt voor de keyboards om er een flinke lap op te geven.
Wolfmother heeft welgeteld één album op hun repertoire, een kanjer als je ’t ons vraagt, en deze passeerde dan ook quasi volledig de revue. Vuurwerk vanaf de eerste minuut met een heftig “Dimension” tot de laatste met een gloeiend heet “Joker and the thief”. Alles wat daar tussen zat was even opzwepend, denderend en ophitsend. Welgeteld één nieuwe song hebben we gehoord, “Pleased to meet you”, een verpletterende kopstoot die het verlangen naar hun tweede plaat sterk aanzwengelt.
Wolfmother haalt het beste uit Black Sabbath en Led Zeppelin en voegt daar een flinke scheut White Stripes aan toe. Een formule die echt werkt, dit was meer dan duidelijk in een laaiend enthousiaste AB.
De pompende en energieke sound van deze Australiërs is meer dan welkom dezer dagen. Laat die gitaren maar gieren tegen een huizenhoge wall of sound, we kunnen er niet genoeg van krijgen.

Wolfmother is een rockband zoals er nog veel te weinig zijn, gasten die hun klassiekers kennen en een bruisende lap rock’n’roll produceren met een vette knipoog naar de seventies maar toch met hun beide poten in de hedendaagse rockmuziek staan. Zie ook The White Stripes. Duiken in de het rijke rockverleden en daar een wervelende nieuwe sound uit puren.

Wolfmother is hot, dat is een feit. Mijnheer Schueremans, waarom vraagt u deze band niet naar Rock Werchter?!

Organisatie: Live Nation

Motörhead

Motörhead on speed

Geschreven door
Het Britse drietal Motörhead van Lemmy & C° liet ons anderhalf uur genieten van hun compromisloze, loeiharde en strakke rechttoe-rechtaan rock’n’roll. In een snelvaarttempo speelden ze een twintigtal moordende songs. De laatste cd’s ‘Inferno’ en ‘Kiss of death’ grijpen terug naar hun hoogdagen van onvervalste hardrock.

Het sterk op elkaar ingespeelde drietal stond op scherp: een bedreven gitaarspel, een drums van mokerslagen en het intrigerende basspel van Lemmy, gedragen door z’n rauw doorleefde stem. Motörhead zweepte z’n publiek op en testte onze trommelvliezen met hun harde, gebalde sound. ‘We are Motörhead and we play rock’n’roll’. Die boodschap was alvast duidelijk met songs als “Snaggletooth”, “Stay clean”  en “Killers”. Op kruissnelheid waren oudere songs als “Metropolis”, “Over the top” en “I got mine”, afgewisseld met recenter materiaal waaronder “Tragedy” en “Sword of glory”. “Rosalee” was een eerbetoon aan soulmate Phil Lynott (Thin Lizzy). Naar een finale ging het met “Sacrifice”, waarbij de drummer een solo ten beste gaf, het maatschappijkritische “Power” en straight forward gitaarrock’n’rollers “Killed by death” en “Iron fist”.
In de bis kregen we een onvervalste bluesrocker “Whorehouse blues”, Motörhead op akoestische gitaar en mondharmonica, om tenslotte te eindigen in ‘harder en faster’ klinkende “Ace of spades” en “Overkill”.

Dit was fxx rock’n’roll van een trio die nog maar weinig ouderdomstekenen vertoonde ook hebben ze al dubbel en dik geleefd. Na nota bene 30 jaar bezig zijn klonken ze nog steeds messcherp.

Support act was het Duitse  Skew Siskin, die het publiek opwarmde met hun potige ‘70’s  metal rock. Verdienstelijk maar kon niet bij de keel grijpen.

Organisatie: FLP, Lille

Tom McRae

Intrigerende, bloedmooie set

Geschreven door

Met een bagage van vier cd’s, variërend van goed naar ronduit schitterend, trekt de singer/ songwriter Tom McRae deze dagen op tournee. In het sympathieke zaaltje te Tourcoing zat het al meteen goed, vanaf de eerste seconden had McRae het publiek in zijn greep. Het werd meteen muisstil in de zaal en we voelden het al onmiddellijk, de Tom was vertrokken voor wat een memorabel concert zou worden. 

Een vrij sobere bezetting van piano, cello en Tom’s akoestische gitaar (en heel af en toe eens elektrisch), meer hadden de man en zijn twee bandleden niet nodig om het publiek stevig bij het nekvel te grijpen. Maar het belangrijkste instrument is zijn formidabele stem die hier nog meer dan op zijn albums de intieme en mooie songs een extra impuls geeft. Qua stemtimbre is hij voor ons nog één van de enigen die in de buurt komt van de legendarische Jeff Buckley (nota bene net tien jaar geleden het loodje gelegd).
Tom McRae weet zelf maar al te goed dat zijn debuutplaat ontegensprekelijk zijn beste is en hij putte er dan ook rijkelijk uit. Prachtsongs als “You cut her hair”, “Bloodless”, “Second law” (helemaal in zijn eentje op toetsen, kippenvel), “A & B song” en vooral “The boy with the bubblegum” waren bloedmooi. Het wonderschone “End of the world news” had hij sober ingekleed. Zonder microfoon en met de hulp van een zachtjes meezingend publiek maakte hij er een bijzonder knap en intiem moment van. Prachtig !
Uiteraard speelde hij ook een vijftal songs uit zijn nieuwste ‘King of cards’, een album waarvan we nu al weten dat het bijlange niet zo zal blijven hangen als die uitmuntende debuutplaat uit 2000. Maar de nieuwe songs vielen echter niet uit de toon en kregen stuk voor stuk een betere behandeling dan wat ze in de studio gekregen hebben. Wat ons deed besluiten dat je Tom Mc Rae in de eerste plaats live moet zien, voelen en ondergaan om de pracht van zijn songs in vol ornaat te kunnen vatten.
Tom Mc Rae had twee uitstekende bandleden mee, maar de keren dat zij even achter de coulissen verdwenen om de Tom in zijn muzikale blootje alleen verder te laten doen, ging het haar op onze armen pas helemaal rechtstaan.
We hebben de man al meerdere malen aan het werk gezien, maar dit moet toch de meest intrigerende set zijn die we hem ooit zagen spelen. Voor herhaling vatbaar op Cactusfestival! 

Als opwarmer kregen we ene Steve Reynolds voorgeschoteld die helemaal in zijn eentje mooie dingen deed op zijn akoestische gitaar en ook een aardig potje kon zingen. Niet toevallig in het voorprogramma van Tom McRae, want dit was duidelijk hoorbaar één van zijn grote voorbeelden, naast Luka Bloom, want daar moet Steve Reynolds naar onze mening wel wat gitaarloopjes van afgekeken hebben. Toch wel een aangename kennismaking met deze singer-songwriter.

Organisatie: Grand Mix, Tourcoing

Joss Stone

Introducing Joss Stone

Geschreven door
Joss Stone verbaasde al in 2004 met ‘The soul sessions’, coversongs ondergedompeld in een soulbad, en ‘Mind Body & Soul’, veertien eigen songs. Muzikaal uitgangspunt: warme, intens pakkende melodieuze soulpop onder haar helder overtuigende stem. Inmiddels is de mooi ogende dame 19 geworden, in een volgende levensfase (levenservaring opgedaan, intense relatiebreuk verwerken) en heeft ze een nieuwe look (vuurrood haar). Er is sprake van een sterke twee eenheid met haar producer Raphael Saadiq. ‘Introducing Joss Stone’ is haar meest broeierige en dynamisch swingende plaat geworden: groovende soulpop, een vleugje hiphop en fijne harmonieën, kleur gegeven door vrouwelijke backing vocals. Aangenaam, fris, leuk en ontspannend om te horen. Ze kreeg de steun van Lauryn Hill op “Music” en Common is te horen op ”Tell me what we’re gonna do now”; een duidelijke meerwaarde! Dit is een onweerstaanbaar plaatje met een pak hitpotenties als “Guy, whey won’t believe it”, “Tell me ‘bout it” en “Put your hands on me”.   

Seasick Steve

Doghouse music

Geschreven door

Géén mens die al gehoord had van Seasick Steve, tot hij plots op een avond op BBC in Jools Hollands muziekprogramma mocht aantreden. Hij stond geprogrammeerd tussen groten als Paul Weller en Kaiser Chiefs in, speelde er de geweldige boogie blues “Dog house boogie” op een gammele gitaar voorzien van drie snaren en met een zeepkist als drumstel. Met zijn allen stonden ze er met open mond naar te kijken, zo iets puur en heftig hadden ze nog nooit gezien. Sedertdien is het voor de man, die reeds de pensioengerechtigde leeftijd voorbij is, allemaal in een stroomversnelling gegaan. Zijn agenda bulkt over van de concerten en zelf begrijpt hij er helemaal niks meer van. Zijn straffe stoot van die bewuste avond “Dog house boogie” staat hier natuurlijk ook op en is ook hier de uitschieter van het geheel. De rest is doorleefde blues zoals men die graag pleegt te horen bij Fat Possum artiesten als RL Burnside, Junior Kimbrough en T- Model Ford, rechtstreeks uit het moeras geplukt en waar nog vette modderkluiven aanhangen. Meestal akoestische mijmeringen van een eenzame zwerver on the road met hier en daar een elektrische gitaar die gemeen uithaalt. Seasick Steve treedt op deze “Dog house music” in het voetspoor van grote voorbeelden John Lee Hooker en Lightnin’ Hopkins. Kortom, de echte blues zonder franjes, maatpakken of gladgestreken gitaarsolos. Een baard, een gitaar, een vracht songs die uit het niet altijd romantische straatleven komen, meer heb je niet nodig om de authentieke blues in je lijf te hebben. Seasick Steve heeft het.

 

Pain Of Salvation

Scarsick

Geschreven door

Pain Of Salvation mag gerust de meest inventieve Prog Rock band van deze aardkloot genoemd worden. Want alweer heeft de band met 'Scarsick' een indrukwekkend album uitgebracht. Voorganger 'Be' was een zware brok Prog Metal vol pathos maar het was tevens een album dat zo briljant en geniaal was. Uit het meesterbrein van  Daniel Gildenlöw - (die na het vertrek van zijn broer Kristoffer (die nu in Nederland woont), nu ook op dit album basgitaar speelt) - is opnieuw een meesterwerk ontstaan dat opnieuw totaal anders klinkt dan elke vorige Pain Of Salvation plaat, maar tegelijkertijd toch alle vertrouwde POS elementen in zich heeft. 'Scarsick' is een album dat tien songs telt en in twee delen (Side A / Side B) opgedeeld wordt. Het album opent vrij traditioneel met de titelsong waarna we met "Spitfall" een eerste hoogtepunt krijgen. Een stevige, agressieve song met een krachtige boodschap. Hier klinkt de band als een kruising tussen Soulfly & System Of A Down. "Cribcaged" kan ook wel de 'fuck' song genoemd worden. Ontelbare keren haalt men brutaal uit en spuwt men kritiek op diverse aspecten in onze maatschappij. Ook in het daaropvolgende "America" neemt men de huidige Amerikaanse politiek en visie stevig op de korrel. Bovendien zitten er muzikale verwijzingen naar het America thema uit Bernstein's 'West Side Story'. Waanzinnig knap. En het beste moet dan nog komen. Dat krijgen we met "Disco Queen" wat een gedurfde, humoristische en avontuurlijke song is. Controversieel dat wel !,  want de gewaagde mix tussen disco en metal zal bij de fans niet door iedereen gesmaakt worden. Op Side B schotelt Pain Of Salvation ons nog 5 nieuwe songs voor die meer in het verlengde liggen van wat de band vroeger bracht. Dit deel is eigenlijk het langverwachte vervolg op het succesvolle album 'The Perfect Element Part 1' uit 2000. Het rustige, wondermooie "Kingdom Of Loss" en het epische slotstuk "Enter Rain" zijn ook zeker het vermelden waard. Eigenlijk kent dit album geen enkel zwak moment. Is het bovendien zo afwisselend en avontuurlijk dat het de luisteraar tot ver in dit jaar zal bezighouden om de 'Scarsick' puzzel op te lossen. Een nieuwe creatieve, artistieke wending in de toch al zeer indrukwekkende carrière van deze Zweden. Het zal moeilijk worden om in 2007 met nog een sterker Prog Metal album op de planken te komen. Indrukwekkend over de ganse lijn.

 

Pagina 455 van 460