logo_musiczine_nl

Cactus Club, Brugge - concerts

Cactus Club, Brugge - concerts 2024 08-09 Hotwknd: Zinger (ism Brugge Plus) 16-09 Hollow coves, Teun 21-09 Senses fail, Saves the day, Youth foutain (ism Eye spy) 25-09 Equal idiots (try-out) 28-09 Dub revolution: Channel one with Ras Sherby, Indica dubs…

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Search results (14589 Items)

Foo Fighters

Echoes, silence, patience & grace

Geschreven door

Foo Fighters is een begrip geworden in de rock’n’roll. Frontman Dave Grohl is een veelzijdig artiest: hij zingt en schreeuwt, speelt gitaar, drums en heeft nu ook leren piano spelen. Muzikaal uitgangspunt: toegankelijk dynamisch, opzwepend als intiem songmateriaal. Respect is terecht op z’n plaats voor deze Grohl.
‘Echoes, Silence , Patience & Grace’ is de zesde cd; een afwisselende plaat is het geworden met enkele snedige, opwindende gitaarsongs als “The pretender”, “Erasure, replace” en “Cheer up boys, your make-up is running”, vervolgens een paar broeierige songs met een puike opbouw (“Let it die”, “Come alive”, “But honestly” en “Once and for all”) en een handvol intieme mellow songs, die de lijn verder zetten van het akoestisch gedeelte van ‘In your honour’ (“Stranger things”, ”Have happened”, “Statues”  en “Home”).
’Echoes , Silence, Patience & Grace’ klinkt misschien minder verrassend, doch hun melodieuze pop en rock  wordt door het kwartet overtuigend en bezield gespeeld.

Tom Helsen

Hilite Hotel

Geschreven door

De opvolger van ‘More than gold’ bevat ingetogen, sfeervolle songs geënt op piano en strijkers onder mans zalvende stem; het gitaarspel is op het achterplan verdwenen. Het zijn fijne en mooi in het gehoor liggende popsongs. Tom is doing great (heu, was dit z’n tweede plaat niet?!) op deze vierde plaat.
In de eerste songs  “Slow me” en “Sleepless nights” is er nog een vleugje trippop (op z’n Hooverphonics) te horen door de elektronica. Op de titelsong “Hilite Hotel”, gedragen door stem en innemende piano, klinkt hij als op z’n debuut. Tom Helsen heeft een paar hits op zak: “Easy”, “Sun in her eyes” en “Change yourself”. Op ‘More than gold’ kreeg hij met z’n pakkend songmateriaal de verdiende erkenning, op ‘Hilite Hotel’ bevestigt hij langs de ene kant, doch de eenduidige aanpak doet het album niet schitteren.

Porcupine Tree

Fear of a blank planet

Geschreven door

De beste hedendaagse progressieve rockband luistert nu al enkele jaren naar de naam Porcupine Tree. Ook na hun overstap tot Roadrunner Records leverde de band opnieuw een fenomenaal progressief rockalbum af.
Nauwelijks bekomen van het schitterende tweede ‘Blackfield’ album, ligt dit nieuwe ‘Fear Of A Blank Planet’ van moederband Porcupine Tree al in de rekken. Meesterbrein Steve Wilson & de zijnen zijn er opnieuw in geslaagd om, na het al even sublieme ‘Deadwing’ uit 2005, op de proppen te komen met een overtreffend meesterwerk. Slechts 6 songs op dit album en toch klokt de plaat af op meer dan vijftig minuten. Opvallend is dat de band zich steeds meer distantieert van hun oude, psychedelische, symfonische sound. De rustige, softe kant van Wilson uit zich tegenwoordig in Wilson’s nevenproject Blackfield.
Het nieuwe Porcupine Tree klinkt harder en ruwer dan ooit. Plaats voor experimentele hoogstandjes blijft echter gewaarborgd, waarbij voor Floydiaanse passages er ook steeds nog ruimte overblijft. Het meest imponeerde nummer is de meer dan 17 minuten durende epische song “Anesthetize”, waarin werkelijk alles voorbij komt wat Porcupine Tree in huis heeft. Als extraatje wordt deze song afgesloten met een aardige solo van Rush gitaargod Alex Lifeson. “My Ashes” en “Sentimental” zijn dan weer melancholische, fragiele ballades die door je hoofd blijven spoken en nooit gaan vervelen.
’Fear Of A Blank Planet’ is trouwens niet zo’n luchtig plaatje want je wordt ondergedompeld in de teloorgang van de 21ste eeuw, waarin de waanzin (drugs, sex, individualisme,…) je inhoudelijk aan het denken brengt.  Persoonlijk ben ik iets minder gek van afsluiter “Sleep Together”, waardoor ik puntje afsnoep. Zoniet had dit overdonderde meesterwerk van mij een vette tien gekregen. Naast de reguliere versie van ‘FOABP’ is er ook weer een luxe dubbel-cd set te verkrijgen (lees moeilijk te verkrijgen vanwege de grote vraag). Met zoals steeds een uitzonderlijk mooi cd-boekje en een extra DVD met een Dolby 5.1. mix van het album.

The Shins

Wincing the night away

Geschreven door

Het Amerikaanse The Shins bereikten Europa een drietal jaar terug met de tweede cd ‘Chutes too narrow’. Het kwartet rond songwriter/gitarist James Mercier brengt fris tintelende en dromerig sfeervolle popsongs; ze zijn melancholisch, hartverwarmend en subtiel uitgewerkt. Ze behouden op de derde cd ‘ Wincing the night away’ dezelfde muzikale aanpak, waarbij de songs per beluistering aan zeggingskracht winnen, luister maar naar “Australia” en “Phantom limb”. “Sleeping lessons” start a capella om vervolgens spannend en broeierig te klinken. Een handvol songs onderscheiden zich: “Sealegs”, wat een opbouw, “Red rabbits” door de orkestraties, het avontuurlijke “Black wave”, het instrumentaal kort ‘surfgerockte’ “Pam berry” en het iets krachtig klinkende “Turn on me”.
The Shins hebben alvast het songschrijven van ‘perfecte’ popsongs in de hand, wat een  fijnzinnige popplaat oplevert!

Wolfpack Unleashed

Anthems Of Resistence

Geschreven door

Napalm Records  kondigt het Oostenrijkse Wolfpack Unleashed aan als een combinatie van Testament (riffs), Megadeth (harmonieën), met daarbij Hetfield-achtige vocals. Dit klinkt veelbelovend en schept hoge verwachtingen.
Als ik heel eerlijk ben, moet ik echter toegeven, dat ik in het begin ontgoocheld was bij het horen van ‘Anthems Of Resistance’. Muzikaal klonk alles wel voortreffelijk en waren bovengenoemde invloeden wel degelijk in het gitaarspel van ‘Koch’ en ‘Preinbringer’ te horen. Ook wanneer ‘Günther Wirth’ er vocaal zwaar tegenaan ging, moest ik af en toe aan Testament denken.
Toch wist ‘Anthems Of Resistance’ de hoge verwachtingen niet in te lossen en kon het album mij niet onmiddellijk overtuigen. De nummers kwamen bij momenten eerder saai en zagend over. De reden hiervoor, zijn de zogenaamde “Hetfield-achtige” vocals van Wirth. Wanneer hij het brullen laat varen, tijdens de melodieuzere stukken, klinkt zijn zang namelijk tamelijk ééntonig. Door het contrast met de diepere vocalen die wel behoorlijk strak klinken, valt dit minpunt nog meer op, waardoor ik in het begin vaak afgeleid werd van het muzikale gedeelte van de CD.
Na de CD ondertussen al een 10-tal keer te hebben afgespeeld, valt het mij op dat wanneer ik de “cleanere” vocals wegdenk uit het geheel, dit een meer dan aardige CD is. Toch kan ik niet garanderen dat iedereen hiertoe in staat zal zijn. Wolfpack Unleashed knalt op dit album dan wel niet als de goede oude Bay-Area Thrash bands, bij wie ze hun invloeden haalden, toch denk ik dat hen een mooie toekomst te wachten kan staan. Moesten ze de “cleanere” vocalen wat minder eentonig kunnen brengen of deze stukken laten voor wat ze zijn en enkel de diepere vocals hanteren, zou deze met moderne invloeden doorspekte Thrash-band nog heel wat metalheads kunnen verbazen.
“Killing Fields” kan hierbij als voorbeeld dienen. Dit nummer steekt er naar mijn mening met kop en schouders boven uit. Er komen heel wat schitterende riffs aan bod in dit nummer en er wordt aardig afgewisseld tussen melodieuze en krachtige riffs. De rauwere en scherpere zang die Wirth hier brengt, verveelt ook minder snel. Ook het hardere en snellere “Warzone” behoort tot mijn favorieten. Beide nummers kunnen met gemak tot de subtop binnen de moderne Thrash-scene behoren.
Uit de informatie de Koch meegaf aan het label blijkt echter dat hij heel tevreden is met wat hij hier presteert en zeker niet van plan is om een brullende zanger op zijn band te zetten. Hij is namelijk van mening dat deze vaak de melodieën naar beneden trekken. Helemaal ongelijk kan ik hem dan ook niet geven. Het feit dat hij eraan toevoegt dat hij geen metal speelt om geld te verdienen, maar om muziek te maken zoals hij het wil en er plezier aan te beleven, speelt dan ook in zijn voordeel.
Schrijf deze heren nog niet af en probeer gerust dit ‘Anthems Of Resistance’ eens uit. Je zal er zeker interessante muziek in terug vinden!

Yeah Yeah Yeahs

Is Is (EP)

Geschreven door

Opnieuw een geweldige EP als tussendoortje van dit fijne New Yorkse trio. De sound van sterke full cd’s als ‘Fever to tell’ en ‘Show your bones’ wordt hier verder gezet via vijf nieuwe vlijmscherpe songs met splijtende gitaarriffs en ferme vocale uithalen van de geweldige Karen O. Het zijn songs die al een tijdje lagen te rijpen en die om onbegrijpelijke redenen de voormelde cd’s niet gehaald hebben. Gelukkig hebben The Yeah Yeah Yeahs deze alsnog op plaat gezet want het zijn vijf wilde, rauwe en toch melodieuze prachtnummers. Fijn dat een band als The Yeah Yeah Yeahs het belang van de EP terug heeft uitgevonden, op zo’n plaatje staan tenminste nooit overbodige dingen, voor je ’t weet is het al afgelopen en denk je ‘wow, that’s it ‘ en dan zet je het plaatje gewoon nog een keer op.

25 jaar Kunstencentrum De Vooruit – Een feest!

Geschreven door

25 jaar geleden werden de deuren van de Vooruit feestelijk heropend. Een driedaags openingsweekend lokte toen een massa nieuwsgierige artiesten en feestvierders.
Op 22 september werd Kunstencentrum De Vooruit 25 jaar uitbundig gevierd met een groots feest van rockmuziek, theater en mediakunst, performance en dans. Een feest met een nostalgische blik op het verleden, een staalkaart van het heden én een open blik op de toekomst. Een feest met grote en kleine namen, met internationale artiesten en kunstenaars van eigen bodem die in en met Vooruit zijn grootgebracht of er voor het eerst voet aan wal zetten. Feestgedruis ook, waarvoor diverse artiesten samenwerkingen aangingen en specials maakten rond De Vooruit.
Om middernacht gaf De Vooruit aan de Bagattenstraat een vuurwerkspektakel door de Franse vuurwerkmakers Cie Ephémère op de  rockelektronica van het Ijslandse Apparat Organ Quartet. Het was koppen lopen om dit schitterend spektakel te zien. Hoed af voor 25 jaar Vooruit – Een spetterend feest!

Er was tussen 20 en 24u in het grote concertgebouw heel wat tegelijk te beleven. Ik legde de klemtoon op de ‘korte’ optredens die in het Concertgebouw en in de Balzaal waren. De blokken bigband/theater in de Theaterzaal waren in een mum van tijd volgelopen, bijgevolg konden we deze niet bijwonen.

Een overzicht
Soapstarter mocht op zomerse wijze het feest openen in het Concertgebouw. Een aanstekelijk, groovende en rockende sound, met een vleugje funk, country en elektronica; ze speelden op relaxte wijze een handvol songs van hun debuut ‘Naked Wheelz’.  Vooral naar het eind gaven ze een onverwachtse techneut wending!

Bent van Looy zorgde voor het eerste intermezzo van een tiental minuten. Hij zorgde voor kippenvelmomenten door z’n intense pianospel en pakkende stem. Hij bracht voldoende variatie aan, en hij dompelde ons onder in een ‘50’s clubsfeertje. Enkel de sigarettenrook ontbrak nog …

The Bony King Of Nowhere is een beloftevol jong Gents bandje. Ze kaapten al enkele prijzen weg en intrigeerden met hun melancholisch, breekbare en intieme pop. De gitaarslides, de keyboards, de piano en de overwaaiende vocals refereerden aan Low, Cowboy Junkies en Bonnie Prince Billy.

The Ex feat Getatchew Mekuria en Friends was het hoogtepunt van de avond. Het Nederlandse anarcho collectief The Ex onderscheidde zich deze maal met  de 71 jarige Ethiopische saxofonist Mekuria. Ze hielden je ruim een uur in de ban met hun filmisch sfeervolle, warme, broeierige en groovende avantgarde jazzypoprock, repetitief opbouwend en inwerkend op de dansspieren. Een puike liveset, die het feest in de Vooruit onderstreepte.

Snel nog een paar songs meepikken van het optreden van Jerboa, de Vlaamse DJ Shadow, die met z’n band een geheel van donker dreigende trippop, zwoele beats en scratches speelde. Johannes Verschaeve van The Van Jets besloot de set met de doorbraaksingle “Number one”.

Luc De Vos verving Kowlier als tweede intermezzo. Als jonge gast hielp hij 25 jaar geleden mee aan de bouw om een centje bij te verdienen. Hij mocht de “sjappe” mee gieten…een eer om nu net op deze befaamde vloer een intieme setje te spelen. Na “Schaduw in de schemering” geraakte De Vos even de tekst kwijt op “Zomer van de liefde”, maar werd geholpen door enkele vrouwelijke fans. Toch altijd fijn om deze volksfiguur op zo’n relaxte wijze aan het werk te zien.

Baba Zula feat Fred Firth introduceerde z’n bezwerende trancegerichte  worldsound en traditionele Turkse muziek. Feeststemming in de Balzaal door de opzwepende sound van elektronica, percussie, gitaarsoli en een zwierende buikdanseres.

Tenslotte The Violent Husbands onder de broers Jason en Benjamin Dousselaere en Dijf Sanders. Z stelden hun titelloos debuut voor en speelden hun spanning en stress weg door de songs humoristisch aan elkaar te praten. Ze overtuigden met hun (akoestische) gitaren, elektronica, blazersectie en backing vocalisten; we hoorden een aardige en broeierige lofi rammelende americana/countrypop set. Muzikaal vakmanschap van De Belgische Timbuk 3, die de ideale soundtrack leverden van een spaghetti western; een paar songs zongen ze in het Nederlands. Terecht dat ze al een hoge prijs wegkaapten in het Oost-Vlaams rockconcours.

Om middernacht was het dan tijd voor het vuurwerkspektakel en de party met de Poplife DJ’s tot in de vroege morgen…

Organisatie: Vooruit, Gent

Oost-Vlaams Rockconcours 2007: selectiereeks 100% Puur Pop uit Oost-Vlaanderen

Geschreven door

Oost-Vlaams Rockconcours 2007: selectiereeks 100% Puur Pop uit Oost-Vlaanderen

Zes groepen traden aan in deze selectiereeks 100% Puur Pop uit Oost-Vlaanderen nl. Broken Bottle, Sit, Krati, Miss Fortune, No Mo Trevno en D.U.C.K.-Tape. Ze kregen de kans om live binnen het half uur enkele songs voor te stellen.

Het uit Knesselare afkomstige uitgebreide gezelschap Broken Bottle speelde aanstekelijke, groovy jazzypop, bepaald door de onvaste, warme stem van de zangeres. De capriolen van één der trompettisten en z’n raps op het eind van de set gaven wat pit en dynamiek in de anders sfeervolle set.

Sit uit Gent was een eenmansproject. Een gewaagde onderneming van een jonge gast, die met drumcomputer en cello een geheel bracht van drum’n’bass, ‘80’s wave en neurotische trance. Een donker, dreigend geluid en een vleugje experiment, onder mans diepe, onvaste zegvocals.

Krati, uit Gent, haalde de postrock van Mogwai en Explosions in the Sky aan, werd beïnvloed door de ijzige Noorse bands, en lieten de twee violistes kleur geven aan hun filmische sound.  Ze verwerkten zelfs surf en ‘Once Upon A Time’ country, wat uiterst origineel was.

Miss Fortune, uit de omgeving van Deinze, zorgde voor voldoende power en dynamiek in hun retrorock’n’roll. In de fijne gitaarsoli hoorden we ‘70’s hardrock. Hun présence kon alvast de harten breken van menige motorfreaks, want de zangeres leek een herboren Joan Jett.

Het Gentse No Mo Trevno  leek wel het huisorkest bij een Quentin Tarentino film, als ‘From dusk till down’, door hun uptempo surf gitaarrock’n’roll: rauw, broeierig en fel bedreven. De sympathieke zangeres nam een bepalende rol in door haar helder overtuigende, soulesk   aandoende stem. Scherp venijnig songmateriaal ergens tussen The Gossip, Noisettes en The Bellrays.

D.UC.K.-Tape, eveneens uit Knesselare, is te situeren binnen hiphopmiddens. De Oost-Vlaamse raps van het drietal volgden elkaar snel op, onder éénduidige beats; een vierde man probeerde het publiek nauw te betrekken bij “de feeste” van de rappers.

Crowded House

Time On Earth

Geschreven door

Crowded House maakt deel uit van de gezegende 2007 reünies. Na veertien jaar zijn ze opnieuw samen, na het laatste reguliere album ‘Together alone’ (’93). Deze reünieplaat begon als een volgende soloplaat van singer/songwriter Neil Finn, maar na de zelfmoord van drummer Paul Hester (’05) kreeg deze plaat met de andere vroegere groepsleden Mark Hart (toetsenist) en  rechterhand Nick Seymour (bas) vaste vorm. Nieuwe drummer is Matt Sherrod. We horen veertien subtiel uitwerkte songs.
‘Time On Earth’ kent een sterke start: “Nobody wants to”, “Don’t stop now” en “The called up”, typische Crowded House songs: fijn gitaargetokkel, sfeervolle toetsen, een repeterende bastune en een softe percussie, onder de emotievolle, melancholische stem van Neil. Intiemer klinkt het viertal op “Pour le monde”, “Heaven that I’m making”, “English trees” en “A sign”, een handvol ideale herfstsongs. Forser en krachtiger zijn “Even a child” en “Silent house”. Op het eind, vanaf “Walked her way down”, daalt de spanning.
Crowded House blijft garant staan voor sfeervolle, fris sprankelende popsongs; luistersongs om te ‘ontstressen’ na een helse werkdag!

Ben Harper

Lifeline

Geschreven door

Ben Harper heeft wel meerdere muziekstijlen onder de knie zoals rock, blues, gospel en funk, maar deze keer heeft hij een echte soulplaat gemaakt. Zijn elektrische gitaar heeft hij in de koffer gelaten, dit is meer Otis Redding en Marvin Gaye dan Jimi Hendrix. Maar net als zijn voorganger, de dubbelaar ‘Both sides of the gun’ (1 goeie en 1 slappe kant),  is ‘Lifeline’ maar een half geslaagde plaat geworden. We zouden zelfs meer zeggen, ‘Lifeline’ is nog een stuk minder en klinkt bij momenten echt melig. Er staan nergens songs op die blijven plakken, ook al zijn ze vakkundig  verpakt door Harpers band The Innocent Criminals. De eerste drie nummers zijn zelfs gepasseerd zonder ook maar enkele luttele seconden onze aandacht te hebben aangewakkerd. Pas met “Needed you tonight”, een knappe weliswaar korte soulsong, komt er een beetje schot in de zaak. Daarna gaat het echter terug bergaf met een slap en lusteloos “Having wings”. In de swingende gospel-soul van “Say you will” wordt het tempo terug wat opgedreven maar lang duurt dat niet. Alleen de instrumental  “Paris sunrise 7” , Harpers interpretatie van Ry Cooder’s “Paris Texas” zeg maar, is nog de moeite waard al was het maar omdat we hier nog eens mogen horen wat een prachtige gitarist Harper eigenlijk is, en dat horen we nu net te weinig op deze ‘Lifeline’.
We hopen van harte dat we onze volgende cd recensie van Ben Harper eens mogen beginnen met “Ben Harper heeft nu eens een echte rockplaat gemaakt” want momenteel zitten we met een ondermaatse prestatie van een groot artiest. Foei, Ben!

Just Jack

Overtones

Geschreven door

Just Jack, het alter ego van de Brit Jack Allsopp, heeft een fijne, intrigerende debuutplaat uit. We horen een uitstekende combinatie van groovy pop, rock, soul, mellowhiphop, funk en jazz, onder een zalvende zang en vertelrap. In het straatje van The Streets te situeren, doch breder en minder fel, verbeten en neuzelend. De eerste songs zorgen meteen voor vermaak en ontspanning: “Writer’s block”, “Glory days”, “Disco friends” en “Starz in their eyes”.
Vervolgens zorgt Just Jack voor voldoende afwisseling: een mellow souljazzy aanpak op “Lost”  en “I talk too much”, die ergens thuishoort in de bruine kroeg van Fun Lovin’ Criminals, de orkestraties op “Mourning mornings”, het semi-akoestische “Hold on” of  het swingende “No time”.
Just Jack heeft een boeiende, bruisende, sfeervolle gevarieerde debuutplaat uit.

Krokus

Hellraiser

Geschreven door

Het leven kan soms mooi zijn. Dat muziek hiertoe kan bijdragen, moet ik jullie waarschijnlijk niet vertellen. Bij het horen van het nieuwe werk van Krokus besef ik dit maar al te goed. Met ‘Hellraiser’ wist hardrocklegende Krokus opnieuw een prachtige plaat af te leveren. Nadat deze band, in 1976 hun eerste album uitbracht, ondergingen ze tal van line-up wissels. Waarvan één van de opvallendste waarschijnlijk de terugkeer van Marc Storace is. Eind 2001 besloot de charismatische frontman, die in de jaren ' 80 Krokus naar grote hoogten hielp, om terug te keren. Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik de muzikale koers van Krokus tot nu toe niet echt volgde, maar na dit album gehoord te hebben zal daar zeker verandering in komen.

Krokus mag dan al een dikke 30 jaar bestaan, de melodieuze hardrock waar de band naam en faam mee verwierf, slaat nog altijd aan. Deze band is waarschijnlijk bij de meeste jongeren onbekend, maar de oudere hardrockfans weten wat ze van Krokus kunnen verwachten. Ook dit album mag weer gezien worden. Krokus brengt met ‘Hellraiser’ opnieuw een oerdegelijke hardrock-plaat zonder al te veel originaliteit. Wie de rockende riffs van AC/DC en de melodieuze stukken van de Scorpions weet te appreciëren, zal in dit album een ideale combinatie vinden. De zangpartijen van Marc Storace zijn ongetwijfeld een reden waarom Krokus vaak vergeleken wordt met AC/DC. Bij momenten doen zijn vocals namelijk erg veel denken aan niemand minder dan Bon Scott.
Met als openingsnummer "Hellraiser" is de trend voor het album al onmiddellijk gezet. Met dit nummer laat Storace, Bon Scott als het ware herleven. De bluesy rocktonen brachten mij onmiddellijk in een feeststemming en ik kon het niet laten om mijn hoofd lichtjes heen en weer te schudden. Lead gitarist Mandy Meyer weet perfect de accenten te leggen in "Hellraiser" en zorgt er mee voor dat dit nummer uitschiet op een zeer degelijk album. "Too Wired To Sleep" bouwt verder op het openingsnummer en blijkt dus opnieuw een aardig nummer te zijn. "Hangman" kan jammer genoeg niet aan zijn voorgangers tippen. Het tempo gaat hier wat verloren en het al te vaak herhalen van het refrein, zorgt ervoor dat dit nummer na 2 minuten al wat langdradig begint te worden.
De tempo-daling bleek achteraf wel zijn nut te hebben als aanleiding tot de ballad "Angel Of My Dreams". Dit nummer begint met een vaak terugkerende opgewekte melodielijn. Naast de aardige zangprestatie weet ook Mandy Meyer zich in de kijker te spelen. Het volgende nummer, "Fight On",  moet het vooral hebben van de pure vocals, muzikaal is dit nummer namelijk beperkt tot een zwaardere rythm gitaarriff en een basisdrumlijn. Een niet onaardige futuristisch klinkende solo op het einde van dit nummer is het enige muzikale hoogstandje. Begrijp me echter niet verkeerd, ondanks dit alles, is "Fight On" toch een goede song.
Met "So Long" zijn we aangekomen tot een persoonlijk hoogtepunt. De invloeden van de Scorpions doen zich hier duidelijk gelden. Vooral de melodieuze leads en de rustige sfeer, in combinatie met de hogere vocalen die Storace hier brengt, creëren die Scorpions achtige sfeer. Net op tijd weet Krokus het tempo van de cd weer op te trekken, ondanks het schitterende "So Long" zou een ander rustig nummer er ongetwijfeld teveel aan geweest zijn. "Spirit of the night" is meteen één van de snelste nummers van dit album en toont aan dat Krokus ook een deftige "powermetal" song in elkaar kan boksen. Daarna is het opnieuw de beurt aan een deuntje bluesy rock. "Midnite fantasy" beschikt over een hoog meezinggehalte en zou live waarschijnlijk, tot een ware klassieker kunnen uitgroeien zijn. Ware het niet dat dit nummer hopeloos te laat komt. Nu is het nummer al lang niet origineel genoeg meer. Wat niet wil zeggen dat dit geen schitterende song is.
"No Risk No Gain, No Fight No Glory", dit moet zowat het prachtigste refrein zijn op het hele album. Dit nummer klinkt alsof het met dol enthousiasme werd ingespeeld en stemt me al onmiddellijk een stuk vrolijker. Dit is hoe hardrock voor mij zou moeten klinken. Lekker rockend, enthousiast en met een prachtig meezingbaar refrein. "Turnin Inside Out" zet dit enthousiasme verder. Net als "No Risk No Gain" beschikt dit nummer over een aanstekend rockend ritme, waarbij je niet stil kunt blijven staan.
Met "Take My Love" is het opnieuw tijd om wat emoties boven te halen. Opnieuw daalt het tempo en krijgt Storace de kans om te tonen hoeveel gevoel hij in zijn stem kan leggen. Dit nummer schept voor mij de sfeer van een zomers openluchtfestival, waar je samen met je geliefde laat in de avond zeker van dit nummer zou genieten. De laatste drie nummers "Justice", "Luve Will Survive" en "Rocks Off!", zijn nog stuk voor stuk deftige nummers zonder erg vernieuwend te zijn. Alles wat in deze nummers voorkomt, lijkt al eerder gehoord te zijn, zowel op deze cd als bij andere bands. Toch kan dit de pret niet bederven en zijn dit aardige aanvullers op deze cd.

Fans van Krokus zullen met dit album ongetwijfeld tevreden zijn, maar ook wie Krokus nog niet kent of wie van echte hardrock houdt, kan ik deze cd zeker aanraden. Zelfs al zijn de nummers niet altijd even origineel, Krokus weet het toch te presteren om een album met prachtige nummers te vullen. Laat u dus door niets of niemand tegenhouden om ‘Hellraiser’ te kopen.

The National

Boxer

Geschreven door

Net als Editors en Interpol hebben The National iets met de ‘80’s en zitten ze met een knoert van een Joy Division fixatie. Maar in tegenstelling tot voormelde generatiegenoten hoort The National met hun intiemere sound meer thuis in een nachtelijke kroeg dan op de grote podia van de zomerfestivals. Ze zijn ook niet binnengehaald als de nieuwste hype en hebben zonder de druk van opdringerige pers en media deze fijne plaat op de wereld kunnen loslaten. De songs zijn op het eerste zicht niet meteen zo spectaculair, ze moeten wat langer rijpen en komen iets trager uit hun schelp.
The National moet het eerder hebben van onderhuidse spanning en maakt daarbij nuttig gebruik van strijkers, piano, blazers en heel even zelfs een trekzak. De diepe stem van Matt Berninger versterkt het intieme karakter van de songs en zorgt er voor dat dit een warme plaat is geworden met songs die mooi open bloeien als “Green gloves” en “Slow show”. The National hangt hier ergens tussen een ingehouden Tragically Hip en Joy Division zonder zelfmoordneigingen.
Geen uitschieters en ook geen hits op deze ‘Boxer’, wel een verzameling mooie en verwarmende songs met karakter.

Travis

The boy with no name

Geschreven door

Het Schotse Travis liet vier jaar op zich wachten en nam de rustig de tijd te werken aan een nieuwe plaat. Travis ontstond in het postOasis tijdperk, eind ’99, en ontpopte zich als een ‘singles’band door songs als  “Why does it always rain on me” en “Turn” uit ‘The man who’ en “Sing” uit “The invisible band’ (’01). Na het tegenvallende ‘12 memories’ was het tijd voor bezinning, wat z’n vruchten afleverde.
Meteen springt het fris sprankelende “Selfish Jean” in het oor. “Battleships” en “Under the moonlight” zetten de hitpotentie verder.
Travis brengt ‘60’s gitaarpop, gekenmerkt door een aanstekelijke melodie en  ritme. Een zeemzoeterige, sfeervolle, dromerige en vrolijke sound onder de bezwerende stem van Fran Healy.
Travis meet zich met de intieme, toegankelijke pop van de nieuwe plaat met hun beginperiode. Tof, ontspannend plaatje!

Gorki

Gorki speelt Gorky:‘El Vos’ beter dan ooit tevoren

Geschreven door

Ramden The Scabs de week voordien in de Rewind-reeks van de AB zonder veel omwegen hun ‘Royalty in Exile’, Gorki speelde vrijdagavond hun debuutplaat ‘Gorky’ zoals het ooit gemaakt werd en dus hoorde: groots en sterk en bij momenten met een uitgebreid ensemble. En met een super (nuchtere) Luc De Vos.
,,Ik heb deze avond nog geen slok alcohol binnen, want elke noot moet juist zijn’’, opende de geletterde volkspoëet van Wippelgem. En ze zaten juist. Die van ‘El Vos’ zelve en die van zijn kompanen Van Biesen, Heyvaerts en Bosteels. Maar ook die van het af en toe inschuivende (strijk)kwartet, dan extra-large-guest Patrick Riguelle én – tot grote verrassing (?)van het veelzijdige publiek – ook van de twee ‘verloren werkers van het eerste uur’
Wout De Schutter (bas) en Geert Bonne (drums).
Een reünie avant la lettre en Vos had er zin in. Snerend, jubelend, kraaiend van de pret, kwistig de ‘beibies’ de zaal in strooiend. De krankzinnigste ogen van de Rock Rally van 1990 (ze eindigden toen derde) stonden zeventien jaar later op scherp, maar vooral op hetzelfde podium van toen. Ze keken hun stevige rocknoten van de drie openers (“Soms vraagt een mens zich af”, “Wacht niet te lang” en “Nooit meer winter”) de zaal in en stonden solo te turen op “Arme Jongen”.
Wie de plaat kende (iedereen dus) wist dat er een nummer volgde ‘dat over niets gaat’ en in het collectieve geheugen van Vlaanderen gegrift staat: “Mia” dus, met als surprise de verrijzenis van De Schutter en Bonne die in enkele (nooit opgenomen) bisnummers later opnieuw hun opwachting maakten.
Vos tolde, grolde en ‘lolde’ tussendoor. Maar het was muzikaal af. Niet in het minst door de ondersteuning van Reinhard Vanbergen (Das Pop), het strijkkwartet (zelfs even met een mandoline op “Boze Wolven”) en de perfecte mix van nummers die van hun debuut ook meteen tot hun hoogtepunt maakte.
,,We repeteren nooit meer, maar nu heb ik toch vijf dagen gewerkt. Het moest professioneel zijn’’. Wel, in het verleden zagen we vaak De Vos en zijn streken, vrijdag was het De Vos en zijn strepen. Zelden zo klaar en helder, zelden zo gedreven.
Vier (!) gitaren brulden de laatste dans met “Anja” open. Tijdens en na “Engel red mij” daverde de AB. Veertien nummers, veertien kleine feestjes, al dan niet intiem. Met daarna zes bisnummers waarvan Luc en Luc, alias Heyvaerts en Vos, een gedragen “Het einde is nabij” in- en uitzetten.

Het einde nabij? Naast Elvis blijft El Vos bestaan, ‘beibie’!

Organisatie: Ancienne Belgique, Brussel

Leffingeleuren 2007: zondag 16 september

Geschreven door

Shannon Wright (Concerttent) opende very slowly om ons na een tiental minuten definitief wakker te schudden met haar rauw rammelende lofi gitaarrock. Deze dertigjarige dame is al ruim tien jaar bezig, en kon zich voor de eerste maal uit de vergetelheid spelen. De twee mannen met baarden (bas –drums) leken meermaals in trance, toen de songs diverse tempowisselingen hadden.

Absynthe Minded (Concerttent) was net als The Van Jets op een pak festivals te zien de voorbije zomer; ze speelden een vertrouwde set, waarbij ze gretig putten uit hun recentste album ‘There is nothing’ waaronder  “On a plane”, “I’ll be allright”, “I wanna forget” en een fel bedreven “Stuck in reverse”. “My heroics, part one” werd niet vergeten en was een aangenaam rustpunt in de set.

Rachid Taha (Concerttent), een Fransman van Algerijnse afkomst, maakte een broeierige mix van poprock en worldbeats. Met z’n band maakte hij er een zomers feestje van; voor de liefhebbers!

Admiral Freebee(Concerttent) nam live op Leffingeleuren wat gas terug tav hun laatste festivaloptredens. Een sfeervolle Admiral trad deze maal op. Hij plukte een handvol songs van de drie cd’s: “Ever present”, “Lucky one”, “Recipe for disaster”, “Faithfull to the night”, “Living for the weekend” en “A perfect town”. “Oh darkness” en “Einstein brain” zetten de tent in vuur en vlam en het sfeervolle “Boy you never found” besloot.

Gabriel Rios (Concerttent) mocht het festivalweekend te Leffingeleuren  definitief afronden. Merkwaardig genoeg was de belangstelling iets minder dan bij Admiral Freebee. Als rapper warmde hij het publiek op, om vervolgens enkele stomende rockers te spelen als “Unrock” en “Ghostboy”. Sfeervoller en met enkele exotische ritmes klonk “Las cavaleras”. De herkenbaarheid werd groter met de singles “Angelhead”, “Babe lone star” en “Broad daylight”.
Rios werkte naar een groovende climax met “Tu no me quieres” en “La gran siesta”. In de bis behield hij de sensualiteit met “Papo” en “Cincomanos” om tenslotte sober en elegant te eindigen op akoestische gitaar.
Een sterk onthaal en een warm applaus aan het adres van Rios die eind het jaar in Vorst Nationaal concerteert. Heu, kan Admiral Freebee de volgende groep zijn, die zich naar zo’n grote zaal verplaatst?!

Organisatie: Leffingeleuren, Leffinge

Scarrots

The sound of being lost

Geschreven door

Scarrots is een band van zes vrienden uit Leuven, die al een kleine tien jaar bezig zijn. Muzikaal is Scarrots te situeren binnen de emocore/punkrock, die niet vies zijn van een subtiele popsound. De songs zijn snedig, vaardig en laten een frisse indruk na: energiek, mooi uitgewerkt en melodieus, onder de helder overtuigende vocals van Stockmans, die soms hoog kunnen gaan. De band doet op z’n stevigst denken aan Sparta.
Ze behaalden al puike resultaten op Humo’s Rock Rally, Debuutrock en won een paar jaar terug Rock Vonk.
‘The sound of being lost’ bevat elf afwisselende rocksongs: de  single “Arrows of light” bevat voldoende hitpotentie, “Lost in time”, “Burn the pages” en “Soma holiday” zijn de popsongs en “May our souls” krijgt kleur door de synths; maar ze onderscheiden zich met de gebalde uptempo nummers  “Paradise paralyse” en “I’ll travel a million lightyears”.

Info op www.scarrots.com

Leffingeleuren 2007: zaterdag 15 september

Geschreven door

De winnaar van ‘Verse Vis’ The Outskirts (Concerttent) vatten de tweede dag aan. Het Londense Oi Va Voi (Concerttent) verrasten al op Werchter met hun zomers exotische cocktail van pop, wereldmuziek, hoempapa en Balkan. Naast de afwisselende vrouw (soul) -man (hemels) zang, (wat deed denken aan de Faithless zang) intrigeerde het instrumentarium van viool, melodica en blazersectie. De concerttent was al aardig volgelopen, wat meteen een vroeg feestje opleverde. Een hoofdrol was alvast weggelegd voor de mooi ogende violiste en haar begeesterende vioolspel. Oi Va Voi onderscheidde zich duidelijk. Nu Folkdranouter nog!

The Van Jets (Concerttent) vielen vorig jaar in en stelden toen, ietwat onwennig, hun nog te verschijnen debuut voor. Eén jaar later hebben we te maken met een sterk geoliede band, die weet in te spelen op het publiek en ze betrekt om er een fijn concertje van te maken. Een dynamische start met “Ricochet”, “Johnny Winter” en “Fashion/Heroes”, een eigen bewerking op de David Bowie’s songs, dat een vleugje Chris Goss, Millionaire en Barkmarket bevatte; uiterst origineel aangepakt! Na de sfeervolle “What’s going on” en “Our love = strong”, besloten ze overtuigend met een lang uitgesponnen “Electric soldiers”.

The Veils (Concerttent), gecentraliseerd rond zanger/gitarist Finn Andrews,  brengt op ‘Nux Vomica’ (’06) evenwichtig materiaal gaande van lieflijke, breekbare popsongs tot weerbarstige, spannende americanapop, ergens tussen Nick Cave, het oude 16 Horsepower, The Triffids en V.U.
We waren vorig jaar onder de indruk van hun concerten. Ze trokken minder belangstellenden, maar op Leffingeleuren bevestigden ze opnieuw met een intens meeslepende, bedreven set. Een pittig, frisse aanpak, waarin ruimte was voor gitaarsoli: een verbluffende start met de titelsong “Nux Vomica”, die fel en snedig klonk naar het eind. Die toon zetten ze verder op “Calliope” en “The tide that left & never came back”. De single “Advice for young mothers to be” was één van de poppier songs. “Lavinia” en “Not yet” besloten op 16 Horsepower-iaanse wijze. The Veils zijn een uitstekende liveband: bezield, gedreven en gepassioneerd. Prachtconcert!

The Scene (Concerttent), onder The Lau en Emilie Blom-Van Assendelft, gaven vóór de festivalzomer al een reünie concert in de AB. Na vijftien jaar zijn ze er live terug bij. Nostalgische Nederlandstalige pop, met een meezinggehalte: “Samen”, “Blauw”, “Maan”, “Zuster”, “Open” en intieme songs als “Rigoureus” en “Brand” konden rekenen op een sterke respons. The Lau liet een vermoeide indruk na, maar het belette niet om een overtuigend concert te spelen. “Iedereen is van de wereld” werd luidkeels meegezongen.

De verrassing van de avond was John Butler Trio Cconcerttent). De belangstelling groeide tijdens de stomende set die het drietal speelde, muzikaal te situeren tussen Jimi Hendrickx, Ben Harper, G Love en Luka Bloom; een sterk op elkaar ingespeeld drietal, met enkele begeesterende gitaarsoli en -slides, ondersteund door contrabas en drums. Imponerend!

Vive La Fête (Concerttent) was de ideale opwarmer voor het avondfeest in de concerttent met hun electrokitschpop, die opvallend veel poppy kenmerken had. Een goed uurtje ontspanning, van de tandem Pynoo/Mommens, die hun recente ’Jour de chance’ indachtig waren, naast hun gekende, traditionele feestnummers. Spijtig dat we het concert maar deels konden bewonderen, want Vive La Fête stond tegelijk geprogrammeerd met het fel bejubelde Britse Ghosts (De Zwerver), die pas hun debuut uithadden. Van de melodieuze gitaarpop van het vijftal konden enkel de aardige hitsingles “Stay the night” en “The world is outside” zich onderscheiden. Belofte met een groot vraagteken…

Het Gentse Soapstarter (De Zwerver), met ex leden van Vive La Fête, Soulwax en dEUS, bracht een aanstekelijke sound van zoete, zomerse deuntjes van hun debuutcd  ‘Naked Wheelz’; midnightsummerdreammusic met een vleugje funk, country, folk en hiphop. Een diversiteit aan stijlen, die de moeite waard was. Hun prikkelende pop was ideaal om de nacht te besluiten.

Organisatie: Leffingeleuren, Leffinge

Joan As Police Woman

An EVENING with Peggy Sue and the Pirates, Mark Eitzel en Joan As Police Woman: THE FREAK DIVA SHOW

Geschreven door

Joan As Police Woman (dekmantel voor Joan Wasser) was één van de aangename ontdekkingen van vorig jaar.  Met ‘Real Life’ leverde ze een fraai debuut af dat op algemeen gejuich in de pers werd onthaald.  Dat Joan Wasser voor dit debuut al heel wat muzikale watertjes doorzwom, is geen geheim meer.  Ze speelde samen met Antony and the Johnsons, Rufus Wainwright, Sparklehorse,.. en ontpopte zich als een musicians’ musician.  Joan was dan ook zo blij als een kind in Wonderland dat ze de kans kreeg van de Handelsbeurs om zelf een muziekavond samen te stellen.  Ze koos voor aanstormend en legendarisch, opgewekt en ingetogen.  Joan beschreef de avond met een zelfrelativerende kwinkslag als “the freak diva show”.

Gretig graaien in de stemmetjesdoos.
De groepsnaam Peggy Sue and the Pirates doet onwillekeurig denken aan de jaren vijftig.  En toegegeven, één van de twee meisjes lijkt zo weggelopen uit een fifties-feelgoodmovie en de sound is opmerkelijk fris en sprankelend.  Maar de invloeden van de meiden liggen zeker ook verder: Björk, Erykah Badu, Nina Simone,.. om er maar enkele te noemen.
Peggy Sue and the Pirates staat voor 1 gitaar, aanstekelijke melodieën en vooral twee wonderlijke stemmen.  Die stemmen plagen en stoten maar blijven steeds in mooie harmonie met elkaar.  In de laatste nummers worden de remmen losgegooid (“we doen een beetje alsof we rock’n’roll spelen”.  Leuk, want dan mogen we een beetje roepen.”)  De stemmetjes en de gekke geluidjes worden uit de kast gehaald: creatief en speels maar altijd in functie van het nummer.

Sorry…
Na dit opkomend talent was het de beurt aan levend icoon Mark Eitzel.  Met American Music Club zette hij een aantal poëtische meesterwerken zoals ‘Everclear’ en ‘Mercury’ neer en verwierf hij een cultreputatie.
Dat Mark Eitzel nooit geen vrolijke frans zal worden, is na vrijdagavond meer dan duidelijk.  Hij voelde zich niet zo lekker en leek zich haast te verontschuldigen voor zijn performance.  “Don’t worry, I won’t be long”.  Toch tekende hij bij momenten (“Patriots heart”) voor een indringende en doorleefde schets van ‘lonely souls’ en onmogelijke liefdes.  Maar soms leunde hij met zijn eerder beperkt gitaarspel gevaarlijk tegen de monotoniegrens aan.
Na het laatste akkoord prevelde hij vlug sorry en weg was ‘the restless stranger’.

Diva op sneakers
Vorig jaar maakte Joan As Police Woman in een uitverkochte Handelsbeurs een overweldigende indruk.  En dat was niemand vergeten.  Haar optreden leek wel één ‘homecoming party’.  Het publiek sloot haar vanaf het openingsnummer warm in de armen.  Haar kleine uitschuiver in het begin (even de tekst kwijt en dan gewoon herbeginnen) maakte het contact zelf nog intenser.  De uitstraling van Joan laat dan ook weinigen onbewogen: warm, innemend, toegankelijk en altijd in voor een praatje mét aanstekelijke giechel.  (“Hoe is het eigenlijk om te leven in een museum als Gent?”, “ik voel me toch veel comfortabeler in sneakers dan in deze feestjurk”,… ) Nog even en er werden telefoonnummers uitgewisseld.
Joan ziet het als een subversieve daad om ‘eerlijke en mooie’ muziek te maken.  Ontwapenend mooie muziek.   Haar nummers (aan de piano of alleen op  gitaar) brengt ze intens en met een zekere gelaagdheid.  Frêle maar ook fel,  met hoge uithalen van haar krachtige stem maar ook rustig en zacht.  Verwijzingen naar andere invloeden kan je gerust maken (Joni Mitchell, Beth Gibbons, Nina Simone,..)  maar Joan As Police Woman klinkt vooral als, nou ja, Joan As Police Woman.  Haar vaste begeleidingsband zou de set wellicht hier en daar wat meer slagkracht gegeven hebben, maar wie zijn wij om te klagen.  Het was heerlijk gezellig toeven in de sofa van Joan in Gggent.

Organisatie: Handelsbeurs, Gent

Leffingeleuren 2007: vrijdag 14 september

Geschreven door

De afsluiter van de festivalzomer, Leffingeleuren, in het pittoresque Leffinge, was aan z’n 31ste editie toe en had een gevarieerde affiche klaar van artiesten van eigen bodem en internationale bands.
De locatie nodigt uit om een kijkje te nemen. Het festival is letterlijk rond de kerktoren gelegen, met langs de ene kant zaal De Zwerver, langs de andere kant het festivalterrein, dat naast de concerttent,  mooi was opgedeeld met eet- en drankstandjes. En net vòòr De Zwerver kon je terecht in de spiegeltent voor de ‘1 Minute Awards’ en enkele muzikale films van The Police, Talking Heads en Neil Young & Crazy Horse.
Het weer zat mee en er waren ruim 15000 bezoekers over de drie dagen, wat de organisatie uiterst tevreden stemde.

Een overzicht

’t Hof Van Commerce (Concerttent)
opende het festival, wat meteen een schot in de roos was. Een volle concerttent! De twee MC’s & One DJ waren toe aan hun laatste optreden en behaagden het publiek met hun Westvloamse raps, hihphop, scratches en sounds. “Slaet ip min gat”, “Kom mor ip”, “Zonder totentrekkerie” en “Niemand grodder”, ze werden allemaal luidkeels meegezongen. Special guest was Gabriel Rios; z’n Zuiderse raps werden smaakvol ontvangen. Al vroeg in de avond was er sprake van een hoogtepunt, getekend: ’t Hof!

Het Amerikaanse Rooney (De Zwerver) werd aangekondigd als één van de beloftevolle bands. Hun melodieuze gitaarpopsongs met een hitpotentie en stadionallures kon maar matig boeien, maar wist menige meisjesharten te bekoren!

Het Nieuw-Zeelandse The Datsuns (Concerttent) zijn close friends van de organisatie geworden. In het voorjaar stonden ze nog geprogrammeerd in de zaal  om hun cd ‘Smoke & Mirrors’ voor te stellen. Ze stonden garant voor snedige en vettige retro rock’n’roll. Ze refereerden met hun ‘1, 2, 3, 4’ aanzet en Dolfs hoge stem vooral aan Led Zeppelin. “MF from Hell”, “Generator”, “Feeling allright” en “who are stomping your foot for?” wisselden ze af met enkele, fijne subtiele rocksongs en een tweetal covers, waaronder eentje van The Misfits.

Baloji (De Zwerver) maakte in een vorig leven deel uit van de vroegere Starflam hiphopcrew; hij stelde z’n eerste soloplaat voor, geruggensteund door een heuse band surplus backing vocalisten. Hij speelde een fijne mix van pop, soul, jazz, funk en mellowhiphop. Baloji kwam beter tot z’n recht in De Zwerver, dan in een grote concerttent, zoals op FihP. “Coup de gaz”, een kort bluesy tussendoortje van Depeche Mode’s “Personal Jesus”, “Entre les lignes” en de titelsong “Hotel Impala” bevestigden een groots artiest. (volgende afspraak: Bota midden november!)

Een uitgelaten menigte genoot van de cathy kauwgomballen ‘60’s gitaarpoprock van Razorlight (Concerttent).  Johnny Borrell zat qua stem op dezelfde golflengte als Dolf van The Datsuns. Ze speelden een boeiende, afwisselende en afgewerkte set. “In the morning” opende. Het was een strakke eerste deel, waaronder “Hold on” en “Golden touch”, vervolgens klonken ze iets subtieler met “Back to the start” en “Vice”. “Can’t stop this feeling” had een broeierige opbouw en was de aanzet van een schitterende finale: “America”, “Who needs love”, een “Stumble & fall” op z’n Gloria’s van Patti Smith en “Falling into pieces”.

Discobar Galaxie en Dub Pistols mochten de nacht besluiten. Discobar Galaxie mixten hun platenkast voor een volle concerttent en Dub Pistols (De Zwerver) mixten rock, dubreggae, hiphop, funk, bigbeats en Britpop, ergens tussen Asian Dub Fondation, Stereo MC’s, Happy Mondays en Fatboy Slim. Spijtig genoeg was er maar een matige belangstelling meer!

En in de afstand tussen de concerttent, de kerk en De Zwerver kon je in de spiegeltent de selectie van ‘1 Minute Awards’ zien. Een absolute aanrader.

Organisatie: Leffingeleuren, Leffinge

Indrukken Leffingeleuren 2007, Leffinge: zaterdag 15 september

Geschreven door

Indrukken Leffingeleuren, Leffinge: zaterdag 15 september

Meer dan 5500 bezoekers konden genieten van een succesvolle tweede dag. Er worden over het driedaags festival wel 15000 bezoekers verwacht, wat de organisatie uiterst tevreden zal stemmen.

De winnaar van Verse Vis The Outskirts vatten Dag 2 aan. Het Londense Oi Va Voi verrasten al op Werchter in de Marquee en zetten nog een tandje bij te Leffinge. Oi Va Voi maakten er al vroeg een feestje van, dat oversloeg naar een aardig volgelopen concerttent. Ze speelden sfeervolle pop, Balkan en hoempapa, opgezweept door blazers en viool; een hoofdrol was weggelegd voor de mooi ogende violiste en haar begeesterende vioolspel; de  afwisselende vrouwelijke (soul )en mannelijke zang (soms hemels) deden denken aan Faithless. Oi Va Voi onderscheidde zich duidelijk. Nu Folkdranouter nog!

The Van Jets vielen vorig jaar in en stelden ietwat onwennig hun nog te verschijnen debuut voor. Eén jaar later hebben we te maken met een sterk geoliede band, die weet in te spelen op het publiek, en hen betrekt om er een fijn concertje van te maken. Een dynamische start met “Ricochet”, “Johnny Winter” en “Fashion/Heroes”, een eigen bewerking op David Bowie’s songs, dat een vleugje Chris Goss, Millionaire en Barkmarket bevatte; uiterst origineel aangepakt. Na de sfeervolle “What’s going on” en “Our love= strong”, besloten ze overtuigend met een lang uitgesponnen “Electric soldiers”.

The Veils trok minder belangstellenden, maar net als bij hun vorig optreden in de Bota, speelde het viertal een intens meeslepende, bedreven set. Een pittig, frisse aanpak, waarin ruimte was voor gitaarsoli: “Nux vomica”, “Calliope”, “The tide left…”. De single “Advice for …”was één van de poppier songs. “Lavinia” en “Not yet” besloten op een 16 Horsepower on speed.

The Scene, onder The Lau en Emilie Blom-Van Assendelft, gaven vóór de festivalzomer al een reünie concert in de AB. Na vijftien jaar zijn ze er live terug bij. Nostalgische Nederlandstalige pop, met een meezinggehalte: “Samen”, “Blauw”, “Maan”, “Zuster”, “Open” en intieme songs als “Rigoureus” en “Brand” konden rekenen op een sterke respons. The Lau liet een vermoeide indruk na, maar het belette niet om een overtuigend concert te spelen. “Iedereen is van de wereld” werd luidkeels meegezongen.

De verrassing van de avond was John Butler Trio. De belangstelling groeide tijdens de stomende set die het drietal speelde, muzikaal te situeren tussen Jimi Hendrickx, Ben Harper,  G Love en Luka Bloom; een sterk op elkaar ingespeeld drietal, met enkele begeesterende gitarsoli, -slides, contrabas en drums. Schitterend!

Vive La Fête was de ideale opwarmer voor het avondfeest in de concerttent met hun electrokitschpop, die opvallend veel poppy kenmerken had. Een goed uurtje ontspanning, van de tandem Pynoo/Mommens, die hun recente ’Jour de chance’ indachtig waren, naast hun singles en enkele traditionele feestnummers.

In zaal de Zwerver zelf konden we twee bands meepikken nl. het fel bejubelde Britse Ghosts, die hun debuut pas uithebben; “Stay the night” en “The world is outside” zijn al twee aardige hits. Melodieuze verfijnde gitaarpop van het vijftal!

Tenslotte was er nog het beloftevolle Gentse Soapstarter. Een aanstekelijke sound van zoete, zomerse deuntjes. Ideaal om de nacht te besluiten.

Dag 3: Shannon Wright, Absynthe Minded, Rachid Taha, Admiral Freebee en Gabriel Rios.

Info op www.leffingeleuren.be

Pagina 462 van 471