logo_musiczine_nl

Democrazy Gent - events

Democrazy Gent - events Concerten 2024 Steam: DLR, Voltage, Whatuonabout, Club Wintercircus, Gent op 16 november 2024 Nadine Shah + DJ Nadiem Shah, Club Wintercircus, Gent op 19 november 2024 Meridian Brothers, Compro Oro, Muziekclub Wintercircus, Gent op 20…

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Johan Meurisse

Johan Meurisse

Na de grensverleggende theatertournees ‘Code Red’ en ‘The next dimension’ heeft Praga Khan, onder Maurice Engelen en Olivier Adams, een jaar in stilte gewerkt aan deze ‘Frame by Frame, where art meets technology’. Ze maken er een vaste gewoonte van, wat hen op die manier een nieuw publiek bezorgt.

Het electropopduo stelde in deze derde vernieuwende show een combinatie van muziek, dans, choreografie en hoogtechnologische snufjes voor. De Praga Khan songs werden in een nieuw jasje gestopt en klonken sfeervoller door een instrumentarium van harp, viool, ambient soundscapes en trancegerichte beats die af en toe krachtiger klonken: van “Visions & Imagination”, “Keep the dream alive”, “Dreamcatcher”, naar “Right or Wrong”, “Lonely”, “Breakfast in Vegas” (in een aparte versie door drum’n bass en elektronicablokjes), “Tausend sterne” en de traditionele handwuivende afsluiter “Power of the flower”.
’Frame by Frame’ is in een regie van Bart Walter en is de realisatie van een futuristisch liefdesverhaal. Het is de combinatie van kunst en technologie, inventiviteit en creativiteit, die hand in hand gaan in een interactief spektakel van muziek en beeld: performers en dansers gaan een duel aan met elkaars projectiebeeld, een drijvende violiste, een playstation game gevecht, de Praga walk, een ballet van twee in fluor gedrenkte lichamen, een dans act met een nieuw soort lichtgevende draden, steltlopers gekleed in een voorhistorisch vispak, 3D- projecties, visuals en een show rond zanger Praga als virtueel personage, die per voorstelling zal worden uitgebreid.
Vóór de aanvang zag je op het plafond naast een paar zwevende bloemen een paar interessante teksten geprojecteerd als: art – technology – design – flexibility – evolution – communication. In de pauze waren teksten als “Imagination is what our furture will be”, “Connecting talents, worlds, media en people” en “Freedom of choice, knowledge & creation” te zien.

’Frame by Frame, where art meet technology’ verweefde de Praga Kahn sound met de nieuwste technologieën, in een verhaallijn en een show, die concert, choreografie en film samenbrengen. Een stap als nieuwe trend in de showbusiness…

Organisatie: Arenbergschouwburg, Antwerpen

Arno is in ons landje een enorm gerespecteerd man, hij is al tot Ridder geslagen en slaagde erin, na reeds twee uitverkochte concerten in de AB, enkele try outs en een intense festivalzomer, Vorst Nationaal uit te verkopen. Samen met z’n band beschikte hij over de juiste hoeveelheid ‘jus (de box)’ om aanstekelijke, frisse en ingetogen funkende rock te spelen en om de kaart van ambiance en meezinggehalte te trekken. Hij is nog maar weinig wilde grijze haren kwijt en speelt met de Franse en Engelse taal.

Als een volwassen of pensioengerechtigd T.C. Matic trok het vijftal fel van leer met pittige, strakke en venijnige songs: “Enleve ta langue” en “From zero to hero” (van de nieuwe cd), “Tomber du ciel”, “Lonesome zorro” en “Mourir à plusieurs”. “Comme à Ostend” liet een kermiscarroussel horen, en na de nachtkamermuziek “Lola”, bepaald door piano en gitaargetokkel, klonk het gezelschap dynamisch en doorleefd op “No Job”, “Meet the freaks” en “I’m not into hop” en “Ratata”. Het was zelfs zo dat Arno na de ingetogen, pakkende songs  “Reviens Marie” en “Les yeux de ma mère” - die kippenvelmomenten opleverden -,   enkele oudjes van T.C. Matic speelde als “l’Union fait la force”, “Que passa”, en “With you”, ruim twintig jaar na datum nog steeds overeind.
Dat was de aanzet naar een grootse finale met een ‘best of’  als “Mon sissoyen”, “Bathroom singer”, “Ooh lala” en uitgesponnen versies van “Putain Putain” en “Les filles du bord de la mer” in de bis…als we nu niet ons volkslied kennen!
”Je veux nager” en een verplichte kus, op z’n Johannes Paulus de II, van Arno besloot definitief de overtuigende set.

Het Gentse duo Madensuyu opende de avond: een muzikaal spanningsveld, diverse tempowisselingen en onverwachtse wendingen van twee instrumenten, oerkreten, schreeuwzang en een melodieuze zang: van rustig, sfeervol, tot stevig, scherp en repetitief opbouwend. Ergens tussen Mogwai, The Pixies, Sonic Youth en Vandal X. “Suck on more to come”, ”Papa bear”, “Sugar on”, “No why no wow”, “Share a lot” en “Fxx fxx”! Hun avontuurlijk spannende en energieke sound verkreeg voldoende respons.

Organisatie : Live Nation

donderdag 25 oktober 2007 01:00

So Divided

Deze Texaanse band is al toe aan z’n vijfde plaat, en slaagt er nog steeds in zichzelf uit te vinden met een geheel van compacte gitaarrock, symfo, orkestraties, psychedelica en bombast. ‘So Divided’ is een boeiende plaat van twaalf songs, waarvan het eerste deel avontuurlijk en ingenieus in elkaar zit: de verschillende muzikale ingrediënten zijn aanwezig door de abrupte overgangen en de ritmewisselingen: “Stand in silence”, “Wasted of mind”, “Naked sun” en de titelsong. Het tweede deel bevat catchy popmelodieën en is sfeervoller (“Life” en “Witch’s web”); een tweetal nummers hebben een vleugje freefolk:  “Eight days of hell” en “Sunken dreams”. Eigenwijs herwerkten ze de korte lofi “Gold heart mountain top queen directory” van Guided By Voices.
Globaal gezien liggen de songs goed in het gehoor, wat betekent dat de band een subtiele en fijne inhoud heeft gezocht. ‘So divided’ is een overtuigende plaat van een band die meer respons verdient.

donderdag 25 oktober 2007 02:00

Sonic City Festival 2007: zondag 21 oktober

Op zondag 21 oktober traden volgende bands op: Ignatz, De Portables, Gomm, Dirty Projectors, Numbers en Deerhoof.

We vatten deze tweede dag aan met het Franse Gomm, die we eerder dit jaar al een fijne set zagen spelen op het Dourfestival. Hun combinatie van weirdo postpunk, noiserock, electropop en psychedelica klonk boeiend en intrigerend, was opzwepend, en onderging diverse tempowisselingen, ondersteund door de op elkaar afgestemde man – vrouw zang. Een mooie spanningsopbouw en explosies. De vitaliteit en de gepassioneerde, sensuele zang van Marie hadden iets mee van Polly Harvey en Debbie Harry. Er werd rijkelijk geput uit de nieuwe cd ‘4’: “Don’t take a chance”, “Good sides” en “It’s not easy”, overtuigende Engelstalige songs in een typisch Frans accentje.

Het eigenzinnige The Dirty Projectors, onder Dave Longstreth, is al een kleine zeven jaar bezig. Longstreth leek een op hol geslagen David Byrne. Het kwartet speelde enerzijds subtiele engelenpop door de samenzang van twee hemelse vrouwenstemmen en de vocale capriolen van Longstreth, anderzijds klonken ze  rauw rammelend (lofi inslag) met tegendraadse ritmes, onverwachtse wendingen en noisy uitbarstingen. Muzikaal een rijkelijk gevarieerde en avontuurlijke dromerige of een grimmige, ongrijpbare sound.

Numbers
, uit San Francisco, klonk binnen het rijtje van het festival het meest toegankelijk. Invloeden uit de ‘70’s  doorleefde gitaarrock, indierock en ‘90’s psychedelica deed het trio denken aan een potige kruisbestuiving van Cheap trick, Yo La Tengo en Spacemen 3. De sound overheerste - door het messcherpe gitaarspel en de Moog synths - de onvaste, hemelse zang van de drumster.

Tenslotte Deerhoof, ook uit San Francisco, die het tweedaags festival besloot, balanceerde tussen breekbare pop en avant garde. De dromerige, sfeervolle songs worden bepaald door repetitief opbouwende gitaarlijnen en strakke drums, waarbij het drietal onverwachts fors en krachtig uithaalde met rauwe noise. Deze contrasten maakten Deerhoof  uniek, ergens tussen Stereolab, Blonde Redhead, Electrelane, Shellac en Pavement.
Duidelijk was dat het sterk op elkaar ingespeelde drietal, onder de frêle vocals van de enthousiaste kleine zangeres Satomi Matsuzaki, live harder en scherper klonk.

Organisatie: De Kreun, Kortrijk (ism met Hitch)

Het Nieuw-Zeelandse Crowded House maakt deel uit van de gezegende reünies in 2007. De band, onder de tandem Neil Finn (zang/gitaar/songwriter)en Nick Seymour (bas), slaagt er nog steeds in om subtiel uitgewerkte, dromerige popsongs te schrijven; het resultaat is te horen op ‘Time on earth’, die veertien jaar na ‘Together alone’ verscheen. Crowded House heeft verder pianist/toetsenist Mark Hart en nieuwe drummer Matt Sherrod, een zalvend geschenk na de tragische zelfmoord van hun vroegere drummer Paul Hester, in 2005, wat alvast de reünie bevorderde.

Twee en een half uur lang lieten ze het publiek genieten van hun sfeervolle en fris sprankelende (Beatlesque) pop, die af en toe krachtiger en avontuurlijker klonk. Er werd gretig geput uit de laatste twee platen, zonder de handvol klassiekers te vergeten. Een enthousiaste band, die het publiek trakteerde op een tof, fijn en romantisch avondje.
Ze openden met “Private Universe”, die de toon zette van de  avond: een broeierige, dromerige sound, soms forser en feller, met enkele gitaarslides, kleurrijke toetsen en een opzwepende percussie, gedragen door de helder, emotievolle zang van Neil. Vervolgens was er ruimte voor een heuse zangstonde en handgeklap op “Four seasons in one day”, die herhaald werd op hun grootste hits “Fall at your feet”, “Don’t dream it’s over”, een lang uitgesponnen “Weather with you” in de bis en “Better be home soon”, die de set besloot. Het waren songs die ten dele hun kampvuurstijl onderstreepten.
Tegenover deze songs stonden ingetogen en intieme songs van het recente ‘Time on earth’: “Don’t stop now”, “Transit lounge”, “Pour le monde” en “Heaven, that I’m making”, bepaald door gevoelige gitaartokkels en piano/toetsen. “Locked out” was de stevige rocker, en een broeierige spanning was te horen op “Silent house”, het oude  “Hole in the river” en “Distant sun” die een eerste maal, na een kleine twee uur, de set beëindigde.
“World, where you live” werd eerst akoestisch toongezet en klonk dan als de ideale gospel op een ochtendzondagsmis! Crowded House trakteerde ons (naast “Weather with you” en “Better be home soon”)  op “Fingers of live”, “Pineapple head”, “Into temptation” - het verzoeknummer van de kok van de avond (de ‘controverse’ openingsdans van z’n trouw) - en  een gedreven gespeelde “Born of the bayou” op toetsen, voor de gelegenheid gezongen door Hart.

Crowded House heeft het tweede luik van hun carrière ingeluid en behield hun jeugdig enthousiasme, positivisme en gehalte entertainment. Dit concert was het overtuigende bewijs dat ze nog niks ingeboet hebben aan subtiliteit en dynamiek.

Als support trad het Britse Cherry Ghost op, een band rond songschrijver Simon Aldred. De groep nestelde zich ergens tussen Wilco, Grant Lee Buffalo, en Coldplay. Melodieus boeiende, vaardige en sfeervolle popsongs en een vleugje americana door steelpedal. Af en toe klonken ze krachtiger. Ze konden alvast rekenen op een sterke respons.

Organisatie : Live Nation

donderdag 18 oktober 2007 02:00

Curses

Future of the Left is ontstaan uit het noisepoptrio uit Wales McLuskey, die twee jaar terug na ‘The difference between me & you is that I’m not on fire’ splitten. Bassist Jon Chapple verliet de band. De twee resterende leden konden het goed vinden met een lid van Jarcrew (eveneens een noiseband). Future of the Left werd een begrip en ‘Curses’ het debuut.
Het trio behoudt deels dezelfde aanpak als McLuskey, met avontuurlijke, broeierige noisepop, die een dreigende spanning uitstralen als een Shellac en Barkmarket: “The lord hates a coward”, “Plague of onces”, “Fingers become thumbs”, “My gymnastic past”, “Wrigley Scott” en “Adeadenemyalwayssmallsgood”. Gevatte, spraakmakende titels voor een song!
Er klinkt een vleugje sfeervolle psychedelica door toetsen en piano in songs als “Manchasm”, Suddenly it’s a folk song” en “Team:seed”. De pianoballad “The contarian” besluit het debuut in alle rust.

donderdag 18 oktober 2007 02:00

The Alarmist

Dear Leader, onder zanger/songschrijver/gitarist Aaron Perrino, is toe aan hun tweede album ‘The Alarmist’, die nogal snel volgt op het pas vorig jaar verschenen debuut ‘All I ever wanted was tonight’.
Perrino hief een paar jaar terug het onvolprezen The Sheila Divine op en zette z’n muzikale stijl van intens broeierige en frisse gitaarrock doodleuk verder onder Dear Leader. Het is een politiek geïnspireerde stadionrock band als Perrino mogen geloven. Inderdaad, op bedreven wijze spuugt hij z’n gal op de V.S: sommige nummers zet hij kracht bij door z’n schreeuwzang: luister maar naar de schitterende opener “Nightmare alleys” en “Monuments and shrines”.
Perrino is een getalenteerd songschrijver; de songs hebben een sterke opbouw, ondergaan diverse tempowisselingen en zijn subtiel uitgewerkt. Ze balanceren tussen ballad (“Father Baker”, “Lead the way”) en dynamiek, o.a. “Bleed” en “This is our war” hebben een puike opbouw; hoogtepunt vormt “Labor on”: sfeervolle start om dan na een drietal minuten tot explosie te komen. “Radar”, “Empty chair” en “Get civil” klinken het meest poppy .
De politiek geëngageerde teksten geven kleur aan de gevarieerde rockplaat ‘The Alarmist’!

Vier jonge gasten uit Magdeburg braken in geen mum van tijd door te Europa en slaagden erin vier TMF Awards binnen te halen: beste nieuwe artiest, beste album ‘Scream' (de Engelstalige versie van ‘Schrei’ uit’05), beste videoclip (“Monsoon”) en beste pop. De tweeling Bill en Tom Kaulitz (zanger en gitarist), Gustav Schäfer (drums) en bassist Georg Listing zijn het ideale muzikale product geworden voor elke ‘rockmindende’ tiener.

Het Duitse viertal is eigenlijk al zo’n zes jaar bezig en werd in een al lang uitverkocht Vorst stormachtig en oorverdovend toegejuicht door duizenden meisjes; het was soms beangstigend om hen te horen gillen, roepen en schreeuwen, alsof de zaal op instorten stond. Dranghekkens beneden verhinderden dat de jongeren zich zouden verpletteren als de vier jongens vooraan op het podium kwamen. En dit was geleden van een paar ‘90’s Boys bands als Take That.
Tokio Hotel zijn de nieuwe ‘hipcultuur’: een jonge blonde drummer met kort haar, een ruigere bassist, een gitarist met dreadlocks en een zanger als knuffelbeertje. En hun Tokio Hotel trad deze avond op, droom werd werkelijkheid: Bill, een jonge ‘Boy George’, met geschminkte oogleden en wapperende ‘ge-gel-de’ haren zien zingen en dansen, en hopen op een mate van oogcontact.
Ze brachten ruim anderhalf uur een afwisselende, uiterst verzorgde en volledig afgewerkte (lees afgelikte) set, waarin alles, wat je maar kon bedenken, aan bod kwam: muzikaal stevig, gebald tot ballad, in de bis een akoestische set die hun ‘Ubersende der welt’ moet promoten, er was de wervelende show, act en dans, en er waren op schermen clips te zien.
Tokio Hotel was een volwassen  megaband en speelde overtuigend een pak songs van 'Zimmer 483' en 'Scream'  in het Duits, met af en toe een mondje Engels: "Uebers Ende der Welt", “Scream”, “Don’t jump”, “Sacred”, “Ready, set, go” en “Monsoon”. Bill had het qua stem soms moeilijk de sound te kunnen overtreffen, maar was een podiumbeest die z’n fans opzweepte en af en toe een woordje Frans en Nederlands sprak. Elke song werd woord per woord meegezongen; Het Duits bleek plots de tweede taal voor de duizenden jongeren.

Tokio Hotel is ‘hip‘en ‘hot’, een Mega Mindy spel; we ondergingen dat zij de band van het jaar zijn geworden. Een ‘traum’ voor het jonge viertal als voor de tienduizend jonge fans…!

Organisatie: Live Nation

donderdag 11 oktober 2007 02:00

Marry Me

St.Vincent, of singer/songwriter Annie Clark uit Chicago, maakte deel uit van de begeleidingsband van Polyphonic Spree en Sufjan Stevens en nam de tijd te werken aan haar eigen project St. Vincent.
De hemels sferische songs op haar debuut ‘Marry me’ hebben een jazzy ondertoon en klinken zowel lieflijk, teder als overstuurd en verbeten. Het zijn knap in elkaar gestoken songs, die eenvoudig en subtiel kunnen klinken (“The apocalypse song”, “Landmines”, “What me worry” en de titelsong) of die een dosis avontuur bevatten door de onverwachtse wendingen, zoals “Now now”, “Jesus saves, I spend”, “Your lips are red” en “Paris is burning”. “Human racing” is een puik nummer in een trippop kleedje en met “All my stars are aligned”, met koor, heeft zij de ideale nachtsong klaar.
De dame treedt in de voetsporen van Feist, My Brightest Diamond, Regina Spektor, Joan As Police Woman en Cocorosie; Kate Bush klinkt zelfs door. De dame verbaast met haar dromerige indie freefolk. En wat nog meer respect afdwingt, ze heeft op haar debuut elk instrument zelf gespeeld: gitaar, basgitaar, cello, viool en toetsen.

donderdag 11 oktober 2007 02:00

The Reminder

Leslie Feist uit Canada was de voormalige huisgenote van Peaches; ze tapt muzikaal uit een totaal ander vaatje. In 2004 debuteerde zij met ‘Let it die’, wat een staalkaart betekende van haar getalenteerd singer/songwriterschap. In de VS werd zij succesvol onthaald, in Europa kreeg zij lovende recensies, doch een doorbraak bleef uit.
Op de vervolgplaat ‘The Reminder’ horen we mooie, intieme en breekbare songs, vooral bepaald door akoestische gitaar, piano, elektronica soundscapes, een softe percussie en haar gevoelige stem. Een beetje Joan As Police Woman. Af en toe komt ze aandraven met een koortje zoals op de opener “So sorry”, of met blazers op “1234” of klinkt ze iets forser en krachtiger: “My moon my man” en “Past in present”; “Sealion” is een clapping/ a capella song. Op het eind klinkt de sobere aanpak door: “Brandy Alexander”, “Intuition”, “Honey honey” en “How my heart behaves”, waar ze vocaal wordt ondersteund door Eirik Glambek Boe van Kings Of Convenience.
‘The Reminder’ is een duidelijk groeiplaatje die per luisterbeurt ons bij het nekvel grijpt. Loon naar werk?

Pagina 174 van 180