logo_musiczine_nl

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Kowari - 02/08/...
Alice Cooper - ...
Festivalreviews

Lokerse Feesten 2009: DAG 10: The Hives, The Black Box Revelation en Ray Davies

Geschreven door

Met Ray Davies had men in Lokeren terug een grote naam geprogrammeerd. Toch kwam er, ondanks de ultieme stunt ‘1 ticket kopen is 1 gratis’, niet zoveel volk op af. Had men misschien The Kinks op de affiche kunnen zetten, dan had dit al heel wat aantrekkelijker geklonken. What’s in a name ? Davies had inderdaad The Kinks niet meegebracht (al had ie dat zeker zelf wel gewild, want de man is zo te horen zelf de grootste fan van zijn legendarische oorspronkelijke) maar wel een valies vol met Kinks songs. Back to the sixties dus, met aanstekelijke hits als ”Sunny afternoon”, “Tired of waiting for you”, “Dedicated follower of fashion” en natuurlijk de meester van alle meezingers “Lola”. Allemaal lekkere poppy nostalgie, maar dat was niet alles. Davies had achter zich een groep staan die ook een fel potje kon rocken, en dat deden ze ondermeer met de stomende knaller “20 th century man”, een bijzonder heftig “Low budget”, een uiterst krachtig “All day and all of the night” en het onvermijdelijke en immer fantastische “You really got me” dat op originele wijze werd ingezet met een onvervalste blues intro. Ray Davies zelf verkeerde in goede vorm en wist op een vermakelijke manier zijn publiek te entertainen. Hij refereerde meermaals naar zijn vroegere band zonder daarbij zijn huidige makkers te beledigen. De bandleden speelden strak, professioneel en met tonnen respect voor hun meester en diens onsterfelijke songs.
Een dijk van een optreden. En wij vragen ons nog altijd af waarom zo een grote naam de avond opent en niet afsluit.

Moet het nog gezegd, The Black Box Revelation is de beste Belgische live act van het moment. Punt. Ook in Lokeren was hun set retestrak, supercool en recht voor de raap. Rock’n’roll pur sang! Dit bezeten duo (die drummer al eens bezig gezien ?) mag van ons gerust de wereld veroveren en verpletteren. Jack White zou maar beter oppassen.

Om een avondje pure rock’n’roll te eindigen waren The Hives de juiste keuze. De kracht van dit bandje zit hem in de strakke sound,  in de korte compromisloze songs en vooral in de overtuigingskracht en podiumprésence van zanger Howlin’ Pelle Almqvist. Met zijn allen netjes in het wit gehuld speelden The Hives hun gebalde garage rock als een formule 1 bolide die geen behoefte heeft de pits in te rijden. Almqvist zelf wist wel raad met het publiek. Dit is het soort zanger die zijn fans danig weet op te zwepen en zo de sound van zijn band een belangrijke meerwaarde geeft, want wat deze gasten spelen is eigenlijk niks meer dan poepsimpele rock’n’roll, het is gewoon Howlin’ Pelle die telkens weer de lont aansteekt waardoor alles steeds even vurig blijft klinken. Dat is wat The Hives zo bijzonder maakt. Een leuk en entertainend slot van een geslaagd avondje rock’n’roll.

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

Lokerse Feesten 2009: DAG 9: Simple Minds, Ultravox en Alain Clark

Geschreven door

Niet enkel de Lokerse Feesten verkeren in feeststemming. Ook twee groepen die afgelopen zaterdag op de affiche prijkten, hadden iets te vieren. Zo was het voor Ultravox 30 jaar geleden dat ze hun grote doorbraakhit “Vienna” neerpenden en ook Simple Minds brachten evenveel jaren terug hun debuutalbum ‘Life In A Day’ uit. Onafhankelijk van elkaar en voor de ene al wat onverwachter dan voor de andere besloten beide groepen dit heugelijke feit te vieren door er een tournee aan te koppelen. In dat kader maakten ze tevens een tussenstop op de voor de recensenten van Musiczine intussen erg vertrouwde Grote Kaai.

Opener van de avond, Alain Clark, heeft niet zo’n staat van dienst als de voormelde artiesten want de Nederlander is zelf nog maar pas dertig geworden. Bij onze noorderburen is hij intussen uitgegroeid tot een echte ster en ook over het kanaal begint het aardig te lukken sinds hij zijn Nederlandstalige liedjes achterwege liet om in 2007 het Engelstalige album ‘Live It Out’ uit te brengen. In ons land moet het nog allemaal echt beginnen voor Clark maar dit weerhield hem niet om op zijn eigen manier en begeleid door een omvangrijke groep muzikanten een vrolijke zomers aandoende set te brengen vol – voor ons bij momenten te - zoetgevooisde soul, funk en R&B. Ook zijn vader Dane kwam meezingen op het door hen samen opgenomen liedje “Father And Friend”.

Dat de Britse formatie Ultravox nog eens zou optreden in de voltallige bezetting als ten tijde van hun plaat ‘Vienna’, uitgebracht in 1980, was voor velen een complete verrassing. Midge Ure (zang en gitaar), Chris Cross (basgitaar), Billy Currie (keyboard en viool) en Warren Cann (drums) hadden namelijk sinds hun bijdrage aan Live Aid, en dat is ook al weer bijna een kwarteeuw geleden, niet meer officieel samen gespeeld. Maar kijk, ook zij zijn niet ongevoelig gebleven voor de talloze reanimatiepogingen die al een tijdje worden uitgevoerd bij artiesten uit de ‘80’s en aldus gaan ze sinds enkele maanden onder de benaming van de ‘Return To Eden’ tour de hort op. Het zou hierbij gaan om een eenmalig gebeuren en er zijn geen plannen om nieuwe songs te schrijven, laat staan op te nemen. Vandaar ook dat bij hun huidige concerten alles gericht is op het bieden van een terugblik op hun glorieperiode (1980-1984), meer bepaald toen Midge Ure als frontzanger de plaats had ingenomen van John Foxx en ze via hun combinatie van electropop en new wave uitgroeiden tot een van de vaandeldragers van de zogenaamde New Romantic beweging.
Toen Ultravox zaterdag op het podium verscheen, viel niet enkel de duisternis in maar werd ook de sfeer en de toon almaar donkerder. Dit had niet zozeer te maken met de setlist waarbij voor de hand liggende nummers als “Reaping The Wild Wind”, “Passing Strangers”, “Sleepwalk”, “One Small Day” en “All Stood Still” werden afgewisseld met voor de niet trouwe volgelingen, meer obscure fragmenten in de vorm van een minutenlange versie van het instrumentale “Astradyne” (opener van het concert), “Mr. X” (dat zo van de hand van Kraftwerk kon zijn) of “I Remember (Death In The Afternoon)”, maar wel met mankementen aan het geluid. Nagenoeg het volledige optreden was de zo typerende stem van de grijs geworden, kaalgeschoren Midge Ure onvoldoende duidelijk te horen en ook zijn gitaargeluid leek bij momenten ergens achteraan de mix te zijn blijven hangen. Dit ontnam heel wat kracht en directheid aan de gespeelde nummers.
Pas bij de klassieker “Vienna”, hét moment waarop veel toeschouwers stonden te wachten en meerdere kreten van herkenbaarheid werden geuit, zat alles wel goed qua klankkleur en kon dit met de expressie die het verdient, ook vertolkt en massaal nagezongen worden. Maar net toen we dachten dat ze voor de rest van de set eindelijk alles op het juiste spoor hadden gezet, verviel men in het andere uiterste en werden de vocalen van Midge Ure bij “Dancing With Tears In My Eyes” dan weer te nadrukkelijk naar voren gemixt. Ook afsluiter “Hymn” kon in tegenstelling tot de titel de meubelen niet meer redden.
Na exact één uur kwam er een einde aan de passage van Ultravox op Belgische bodem. De geplande bisnummers bleven uit omwille van – alsof dit niet duidelijk was – technische problemen. Geen “The Tin Wall” of “The Voice” dus en algemeen beschouwd ook niet de verhoopte herintrede waar programmator Peter Daeninck, de fans alsook de groep zelf ongetwijfeld hadden op gehoopt. Het verschil in gezichtsuitdrukking bij Midge Ure voor als na het concert sprak boekdelen. Hopelijk konden de vele handen die ze toch op elkaar kregen, de pijn verzachten.

Setlist: Astradyne, Reap The Wild Wind, Passing Strangers, Sleepwalk, Mr. X, I Remember (Death In The Afternoon), Rage In Eden, One Small Day, All Stood Still, Vienna, Dancing With Tears In My Eyes, Hymn

Aan de Simple Minds om wél uit te pakken met een spetterende show. En voor de paar enkelingen die hieraan zouden twijfelen, ze deden dit met verve. Reeds vanaf de zo herkenbare begintonen van “Waterfront” was het duidelijk dat de groep aan een show begonnen was waarbij ze iedereen op als rond het festivalterrein in vervoering zouden brengen.
Qua klank was bij hen wel alles prima afgesteld en frontman/zanger Jim Kerr was bijzonder goed bij stem en zag er erg fris uit, duidelijk verlost van de rugproblemen (opgelopen bij het poetsen van zijn tanden …) die hem - ondanks een flinke massage en inspuiting - te Tienen parten speelden. Ook gitarist - en groepslid van het eerste uur - Charlie Burchill, drummer Mel Gaynor, basgitarist Eddie Duffy en toetsenist Andy Gillespie stonden stuk voor stuk strak en goed te musiceren zodat het publiek hen meteen op handen droeg.
Het was een opeenstapeling van hits en mooie momenten, zoals een uitgesponnen “Mandela Day”, de Amerikaanse doorbraakhit “Don’t You Forget About Me” en het trio “Promised You A Miracle”, “Someone Somewhere In Summertime” en het met een extra Schots accent gezongen “New Gold Dream (81-82-83-84)”, alle drie afkomstig uit het gelijknamige meesterlijke album en voorzien van een extra (bas)gitaarbehandeling. Maar nog meer waren we onder de indruk van de uitvoeringen van oude juweeltjes als “Love Song” (uit het door ons grijsgedraaide en favoriete tweeluik ‘Sons And Fascination / Sister Feelings Call’, 1981) en zowaar “I Travel” (uit ‘Empires And Dance’, 1980) die in het kader van de ’30 Years Live Tour’ de ruimte kregen die ze verdienen.
Ook de nieuwe nummers van het recent verschenen, sterke zestiende studioalbum ‘Graffiti Soul’ konden overtuigen. Misschien heeft het feit dat de plaat werd opgenomen in de Rockfield Studio’s waar ook eerdere albums als ‘Real To Real Cacaphony’, ‘Empires And Dance’ en ‘New Gold Dream (81-82-83-84)’ tot stand kwamen, er iets mee te maken maar “Rockets”, “Stay Visible”, “See The Lights”, “Moscow Underground” en “Stars Will Lead The Way” klonken alsof ze al jaren tot het oeuvre van de Simple Minds behoren.
We hebben de Simple Minds reeds diverse malen aan het werk gezien, maar zelden zo meegemaakt dat groep en publiek één werden en als het ware met elkaar versmolten, en dit over diverse generaties heen. De spanning bij de groepsleden smolt met de minuut weg en maakte plaats voor lachende gezichten. Jim Kerr merkte dit ook op en als volleerde volksmenner ging hij meermaals door de knieën, wuifde hij naar het publiek en jutte hij alle aanwezigen op maar bovenal was hij onder de indruk hoeveel de liedjes lijken te betekenen voor de fans. Hij dankte iedereen uitvoerig voor de steun die ze aan de groep gedurende die 30 jaar hebben geleverd, ook op de momenten waarbij ze het moeilijk hadden.
Het enige minpuntje van de avond hadden Kerr & co. tot op het laatste gehouden. Na de eerste toegift “Home” werd “Ghostdancing” in een wat te hoog tempo afgewerkt en dat “Gloria” (een cover van Them) er doorheen geweven werd, kon hieraan niks veranderen. Voor het overige een straf concert.
De Simple Minds waren zaterdag pure verwennerij en het ideale ingrediënt voor een avondje wellness. En dan nog te bedenken dat ze fantastische songs als “Life In A Day”, “Chelsea Girl”, “Celebrate”, “In Trance At Mission”, “Sweat In Bullet”, “Seeing Out The Angel”, “The American” of het instrumentale monument “Theme From Great Cities” volledig links laten liggen. Deels bijzonder jammer maar anderzijds ook weer niet. Stel je voor welke verjongingskuur de aanwezigen dan zouden gekregen hebben!

Voor de liefhebbers die zaterdagmiddag geconfronteerd werden met de boodschap dat de voorlaatste avond van de Lokerse Feesten uitverkocht was en dus de Simple Minds moesten missen, is er een herkansing. Op 28 november 2009 geven ze namelijk present in Vorst Nationaal alwaar ze als speciale gast OMD (Orchestral Manoeuvres In The Dark) meebrengen, jawel nóg een icoon uit de jaren ‘80.

Setlist: Waterfront, Rockets, I Travel, Stay Visible, Love Song, See The Lights, Mandela Day, Moscow Underground, Stars Will Lead The Way, Don’t You Forget About Me, Promised You A Miracle, Someone Somewhere In Summertime, New Gold Dream , Alive And Kicking
Home, Ghostdancing / Gloria

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

Lokerse Feesten 2009: DAG 8: Primal Scream, Cypress Hill, Arsenal en De Jeugd Van Tegenwoordig

Geschreven door

De Jeugd Van Tegenwoordig is uiteraard ideaal voor ‘de jeugd van tegenwoordig’: Slechts één beat en oeverloos gelul en gemix, demagogie en geforceerde ambiance troef. We mochten tot vervelends horen dat we in het heerlijke België toefden en dat ze zelf zo goed bezig waren. Kortom, beter dan K3, de ideale sfeer voor mijn flink puberende 14-jarige dochter, maar géén muziek.
Tenslotte valt het echt niet goed te keuren om voor zo’n jong publiek reclame te maken voor wiet en andere verboden vruchten. En het sommeren van alle alternatieve woorden voor vagina en penis kan me niet bekoren en heeft ook weinig te maken met de Lokerse Feesten (neen, mijn naam is niet kardinaal Danneels).

Bij Cypress Hill kregen we van hetzelfde laken een broek aangemeten. De aangepaste arafatsjaaltjes, de foute hoedjes en de vingertjes in de lucht waren alom aanwezig. Een waar ‘hiphop’-feest dat kan bekoren, maar helaas niet het niveau van  DJVT kon overstijgen. Let wel, de tent (nou ja) stond wel degelijk op stelten, maar ja, die rakkers hoeven enkel maar een scheet te laten om hun jonge publiek te overtuigen. Goede lichtshow, vloeistofdia’s in digitale versie incluis, goede sound, maar op “Insane” na nog steeds geen spoor van nummers en real stuff te bespeuren. Komt er nog een kentering?.

And now, for something completely different: Primal Scream. Drummer Bobby Gillespie verlaat in 1984 The Jesus And Mary Chain om zelf met de Stone Roses gitarist Duffy de hort op te gaan. De rest is (wereld)geschiedenis. Wat kan je live verwachten van een groep die gospel, psychedelica, rock, R&B, funk, punk en electro speelt? Veel dus. En ze hebben met verve een mix van dit alles gebracht, met een opeenvolging van hoogtepunten. Beginnen met een stevige rocker gestoeld op het klassieke bluesschema, dan meteen “Lucifer” uit ‘Evil Heat’, vervolgens een zorgvuldig uitgekozen playlist uit hun complete repertoire afwerken. Wat mij opviel is dat nummers uit de laatste, toch iets mindere, ‘Beautifull Future’ live gerust naast nummers uit hun legendarische ‘Screamadelica’ (“Jailbird” en “Rocks”) kunnen staan. Tevens mochten we een ijzingwekkend goede rockversie horen van hun gospel klassieker  “Movin’ on Up”. Hun sound deed heel vaak aan the Stones denken, en daar is uiteraard niets verkeerd mee. Gitarist Young blijkt trouwens qua looks en stijl een kloon van Ronnie Wood te zijn.
Toch dit schoonheidsfoutje: De arrogantie en de stem van mijn held Bobby Gillespie liet hier en daar te wensen over. Toch een van dé hoogtepunten van de Lokerse Feesten..

Arsenal was zoals te verwachten prima en een zeer goede afsluiter. Vergelijk het gerust met hun passage in Werchter. Live behoort Arsenal al jaren tot het spannendste wat je in België op een podium kunt zien. Ze slagen erin verschillende invloeden tot een coherent geheel te versmelten met een eerder internationale sound. Zo start bijvoorbeeld “Estupendo” als een heerlijke popsong om dan door een strakke rockgitaar doorsneden te worden, “I’m not a Man” brengt u even naar de jaren tachtig, enz..: Jammer dat het tamme publiek deze verfrissende groep niet met de volle teugen heeft willen smaken.

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

 

Lokerse Feesten 2009: DAG 7: Etienne de Grécy en Orbital

Geschreven door

De Lokerse Feesten waren aan hun tweede dansavond toe, na de genoteerde puike sets van 2 Many DJ’s en Fatboy Slim. De Grote Kaai werd (opnieuw) omgetoverd in een elektronisch web van pulserende beats, ambiente soundscapes, trancegerichte softe beats en techno. Een zweverig, dromerig dansconcept werd afgeleverd door eerst de Fransman Etienne de Grécy, die ondanks alles nu in de voetsporen treedt van Justice en Daft Punk, en door de pioniers van de ambienttechno, Orbital, (btw bepaalden ze deze stijl samen met Meat Beat Manifesto!); Orbital, onder de broertjes Paul en Phil Hartnoll, vonden elkaar terug, vijf jaar na de release van ‘The blue album’, en konden op die manier hun twintigjarige carrière samen vieren.

Het dateert al van een tijdje dat Orbital nog in ons landje was te zien. Ik moest even diep nadenken om te weten dat ze eind de jaren ’90 één van de avonden op Pukkelpop besloten.
De broers verschenen met hun typische lasbril dito zoeklichtjes aan. Ze waren geflankeerd door een pak elektronica, synths, laptop en drumcomputer. Achter hen hingen een paar grootse panelen, waarop beelden, projecties en tekstvellen te zien waren. Ze slaagden erin, net als de huidige dance acts, het podium vol elektronica en visuals te stoppen.
Muzikaal zochten de broers het juiste evenwicht om het publiek in trance te werken. Ze refereerden als snel in de set aan het fel onderschatte Meat Beat Manifesto door een remix van hun “Mindstream”. Het zette de toon van opzwepende beats naar een technoconcept, waarin ze hemels sferische, trancy soundscapes verwerkten.
De groep greep terug naar z’n eerste twee ‘Orbital’ cd’s (begin ‘90er jaren) met een adembenemende, snedige versie van “Satan”, die zelfs wat meer rockte, “Belfast”, “Chime”, “Lush” (die de set opende) en “Halcyon + On + On”, (waarin de ‘80’s klassieker van Belinda Carlisle “Heaven is a place on earth” een frisse remix en aangepast dansconcept kreeg); de discotunes in deze remix mochten zelfs worden gelinkt aan de Pet Shop Boys!.
Ze palmden stelselmatig het publiek in met “One perfect sunrise”, “The box” en “Dr Who” (van hun doorbraak ‘In sides’) . Aanstekelijke danspasjes en handjeszwaaien zorgden voor de nodige pret en plezier. Er volgde een lange en uitbundige ovatie, wat de beide broers uiterst tevreden stemde.
Overduidelijk was dat het recenter materiaal van ‘Middle of nowhere’ en ‘The blue album’ zo goed als volledig links werd gelaten. Orbital speelde een sterke act en greep vooral terug naar z’n roemrijke roots en toonden hiermee aan hoe sterk hun invloed wel was op de huidige dance!

De Crécy was een ideale warming up. Hij stond aan z’n draaitafel en computer middenin een gigantische kubus, waarvan de raakvlakken steeds veranderen van kleur. De visual effects van lasers en stroboscoops versterkten het beeld van de kubus. Op het doek lazen we beats ‘n’cubes. Opvallend liet hij z’n songs onderdompelen in een Orbital sound, waardoor de discotunes van z’n ‘Superdiscounts’ eerder ondergeschikt waren. In het tweede deel van de set verhoogde het tempo door z’n opbouwende en opzwepende beats, wat sterk werd ontvangen door de horde jongeren vooraan. Ook deze veertiger slaagde erin z’n publiek in te palmen want net als bij Orbital gingen de armen in de lucht en werd er menig danspasjes gezet …

Iedereen kon nog rustig doorfuiven op de beats’s’pieces van de Digitalism DJ set, maar we waren toen al voldoende verzadigd …

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

Lokerse Feesten 2009: DAG 6: Ozark Henry, Starsailor, The Subs, A Brand

Geschreven door

De zesde dag op de Grote Kaai te Lokeren brak aan. Het was bewolkt, maar toch warm. Lokeren maakte zich op voor een nieuw avondje boordevol optredens …

Om 20 uur mocht A Brand de weide (nu ja, parking...) op gang trekken. De vijf mannen kwamen allemaal in een wit kostuum het podium op en begonnen met “Interrupt My High”, de opener van hun tweede album. Daarna volgde “Beauty Booty Killerqueen”. De overgang tussen die twee was naadloos. De band was heel energiek, vooral de drummer gaf zich volledig. Na een gouwe ouwe te hebben gespeeld (“I Do As I Please”) kwam hun grootste hit van hun laatste album. “Time'” blijft een steengoed nummer en het publiek was er weg van. De band speelde vooral nog nummers uit hun nieuwste album 'Judas' en schuwde zelfs geen cover. Meer nog, ze speelden er zelfs twee: “Daft Punk Is Playing At My House” van LCD Soundsystem en “Thunderstruck” van AC/DC. Hun hoogtepunt bereikten ze tijdens het nummer “Electric Electric”. We begrijpen nog steeds niet waarom A Brand dit liedje niet als single hebben uitgebracht. Afsluiten deden ze met hun grootste hit “Hammerhead”, met hun bekend showtje waarin ze het hoofd draaien en de schouders ritmisch ophalen. A Brand gaf een heel energiek concert en Lokeren was op temperatuur gebracht.

Terwijl de nacht begon te vallen maakte de Britse band Starsailor zich op om het publiek te verwennen met hun dromerige poprock. James Walsh (de zanger) kwam op in een apart jasje. De groep speelde om te beginnen de twee openingsnummers van hun albums: “Tie Up My Hands” en “In The Crossfire”, respectievelijk de eerste track op hun eerste en derde album. De toon was meteen gezet. “All The Plans”, hun laatste nieuwe single volgde daarna. De sfeer op het festivalterrein was heel gezellig en warm. Dat was ook mede te danken aan Walsh. Hij zorgde voor veel interactie met het publiek en sprak vrijwel na elk nummer tot hen. Hij was zichtbaar onder de indruk van het enthousiasme en amuseerde zich. Op de setlist stonden er weinig nieuwe nummers, eerder een greep van hits uit alle vier hun albums. Op het einde van het concert speelden ze dan “Love Is Here” (de publieksfavoriet), “Silence Is Easy”, “Tell Me It's Not Over” en “Four To The Floor”. Toen de frontman verkondigde dat een nieuw nummer tevens het laatste zal zijn, klonk er een 'ooooh'. De zanger gaf ons wel mee dat ze zeker nog eens willen terugkomen naar de Lokerse Feesten. Even leken er bisnummers aan te komen, maar het verzoek van het publiek werd niet ingewilligd.

Ozark Henry was de volgende in lijn. De groep rond de West-Vlaamse Piet Goddaer was de headliner voor deze avond en het publiek was talrijk aanwezig om hem aan het werk te zien. Het is dan ook het enige concert in het thuisland voor de groep dit jaar. De toeschouwers waren helemaal onder de indruk van de muziek. Ook hier was er een warme en gezellige sfeer. De perfecte opvolger voor het optreden van Starsailor, maar misschien verdienden de Britten wel de status van headliner van de avond. Ozark Henry speelde enkele beklijvende ballads en het terrein was muisstil tijdens het prachtige “Indian Summer”. Deze band koos niet meteen voor een spervuur aan hits. “Remains”, “Rescue Me” en “Sweet Instigator” volgden elkaar op, en later kwam “Word Up” nog aan bod. Piet Goddaer was ook erg zuinig met woorden. Een paar keer zijn beruchte 'Merci', meer niet. Hij kwam, speelde en liet een tevreden publiek achter.

De afsluiter van dag zes was The Subs. We wisten niet echt wat te verwachten, maar dat werd al snel duidelijk. Hun missie was trashelectro brengen, liefst zo luid mogelijk. Het trio is (prettig) gestoord, chaotisch en soms een tikkeltje naast het ritme. Ze speelden dan ook volledig live. Dat ze prettig gestoord zijn bewees vooral zanger Jeroen De Pessemier. Hij kroop in de hoge stelling naast het podium tussen de twee schermen in en is de eerste persoon ever die we al rechtstaand zagen crowdsurfen. Het publiek dunde al snel uit en waar Starsailor en Ozark Henry nog een iets ouder publiek lokten, bleven enkel de jonkies over die nog wat energie te veel hadden. Maar De Pessemier laat dat uitgedunde publiek wel volledig bukken en rechtop springen. De opbouw werd veelal door drie machines tegelijk bezorgd en dat klonk soms wel wat chaotisch. Na 50 minuten zat het concert er al op. Met wat oorsuizingen keerden we tevreden terug, hoewel The Subs er een beetje over was...

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

Lokerse Feesten 2009: DAG 5: Peter Doherty, Manic Street Preachers en The Hickey Underworld (1)

Geschreven door

Het begon allemaal om 20u met de Belgische rock(?)formatie The Hicky Underworld. Ze brachten een zeer stevige set van songs met een goede, krachtige opbouw naar het voorlaatste gespeelde "Future World". Het was het meest toegankelijke en de best meezingbare song. 45 minuten traden ze op. Deze beloftevolle groep ging er volledig voor. Ondanks het rauwe karakter en de felheid der songs, was het iets té luid …

Om 21u30 kregen we één van de topacts, The Manic Street Preachers. Meteen trokken ze de aandacht met één van hun succesvolste hits “Motorcycle Emptiness”, de perfecte sfeerschepper bij het publiek. Daarna volgden nog hits als “Straight from the heart”, “C’est la vie”, “Ocean spray”, “You stole the sun from my heart”, “Everything must go”, “A design for life”, “You love us”, “Little baby nothing” en “The everlasting” (btw solo door James Dean Bradfield op akoestische gitaar). Allemaal songs die de band groots maakten. Kroonstuk vormde “If you tolerate this, your children will be next”. Deze meezingers wisselden ze perfect af met oudere, minder bekender en nieuwer werk waaronder Jackie Collins Existential Question Time” enPeeled Apples”. Anderhalf uur pure klassemuziek! … zonder één moment verveling. Chapeau.

In tegenstelling tot vorige optredens, waar hij niet kwam opdagen, verscheen Peter Doherty zelfs 10 minuten vroeger dan voorzien op het podium. Na een overtuigend optreden op Polsslag zag hij er (opnieuw verrassend!) fris en nuchter uit, en zo klonk hij ook …enkel gewapend met een akoestische gitaar, een fles wijn en … zonder(!) hoed. Hij bracht eigen nummers als “Last of the English roses”, nummers van The Libertines en Babyshambles, o.a. “Delivery” en een aantal covers, “Rudy, a message to you Rudy” van The Specials en “The needle & the damage done” van Neil Young. Maar solo is maar solo en Doherty kon niet iedereen voldoende boeien om de songs zo spaarzaam en ontdaan van enige franjes te spelen. Wij, integendeel, keerden tevreden naar huis.

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

Lokerse Feesten 2009: DAG 5: Peter Doherty, Manic Street Preachers en The Hickey Underworld (2)

Geschreven door

Na de verdienstelijke opwarming van het zootje prettig gestoord ongeregeld van The Hicky Underworld bestegen de reeds ouwe rotten in het vak van The Manic Street Preachers het podium. We kregen meteen hun absolute wereldhit “Motorcicle Emptyness” voorgeschoteld, zodat ze er maar meteen vanaf waren. Vervolgens een stevige set met begeesterde en zeer goede muzikanten. Je zou vergeten hoeveel hits deze knapen bij elkaar geschreven hebben.
Ze eindigden voorspelbaar met “If you can tolerate this, then …’’ Vreemd dat het publiek stond mee te krijsen als was het een of ander zomerhitje: Is men dan de betekenis van dit lied volledig kwijt?

Peter Doherty
Zoals reeds beschreven in de bespreking van zijn laatste Grace/Wastelands: PD behoort tot de groten der aarde. Gewapend met slechts een akoestische gitaar, zijn ‘mulleschuiver’ en de obligate fles wijn profileerde Ons Wandelend Laboratorium zich als een meester singer/songwriter  en liet hij ons proeven van beklijvende versies van een hele resem klassiekers van The Libertines over The Babyshambles tot en met zijn solowerk. Weet dat deze getormenteerde ziel amper 30 is. Bovendien kwam Hij Die Kieth Richards Een Poepje Laat Ruiken mooi op tijd aan , zag er relatief fris uit en speelde voortreffelijk gitaar. Even tussendoor communiceren met het publiek, dan nog eens ‘’The Needle…’’ van Onzen Niel coveren om dan vast te stellen dat zijn fles wijn op is en dan enkele nummers later te besluiten met ‘Fuck Forever’. Pure arrogante wereldklasse.

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

Lokerse Feesten 2009: DAG 4: Los Lobos

Geschreven door

Op deze avond leek enkel Los Lobos ons de moeite waard om naar Lokeren af te zakken. De groep bracht een optreden zonder veel verassingen. Waarmee we bedoelen dat we geen nieuwe songs te horen kregen, wel een ‘greatest hits’ of, zoals u wil, een mooie samenvatting van alles wat deze band in jaren gepresteerd heeft, van furieuze rock tot tex-mex, latino en pure rock’n’roll, deels in het Engels en deels in feestelijk Spaans.

Het zijn bedreven muzikanten die er ook wel eens durven naast zitten, hebben we gemerkt. Het samenspel was, vooral in het begin van de set, soms een beetje zoek. Ook de te lange pauzes tussen de nummers haalden een beetje de vaart uit de set, maar voor de rest was het toch genieten van deze klasbakken.
De heren hebben ooit eens voor de lol de Richie Valens klassieker “La Bamba” op single gezet, scoorden daarmee prompt een wereldhit en weigerden nadien om de song nog live te spelen. Die koppigheid hebben ze laten varen en de song werd hier in het feestje opgenomen en was zowaar een hoogtepunt, ondermeer omwille van de straffe gitaarsolo. Ook die andere Richie Valens rocker “Come on let’s go” was van de partij en zette Lokeren in vuur en vlam, samen met sterke versies van “Don’t worry baby”, “Kiko and the lavender room”, “The neigborhood” en de schaamteloze smartlap “Volver, volver”.

Ondanks een paar slordigheidjes maakte Los Lobos er toch een mooi feest van met hun typische sound waarbij onze dansspieren enorm begonnen te jeuken en ook onze dorst danig toenam. Hebben we ruimschoots opgelost.

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

Esperanzah! 2009: 31 juli - 2augustus 2009

Geschreven door

Elk eerste weekend van augustus kan je terecht voor het Esperanzah! Muziekfestival, een multicultureel festival van nomadische en veelzijdige muziekstijlen. Het wereldmuziekfestival was dit jaar toe aan de negende editie van 31 juli – 2 augustus 2009 in de abdij van Floreffe, Namen , met o.a. Charlie Winston, Caravan Palace, Tiken Jah Fakoly, Bassekou Kouyaté en Abd Al Malik.

Onze Franstalige site was aanwezig voor reviews en fotosessie. Neem gerust een kijkje

Lokerse Feesten 2009: DAG 2: David Byrne, Donna Summer en Lady Linn & Her Magnificent Seven

Geschreven door

Mooi weer en een gedifferentieerd programma lokten afgelopen zaterdag opnieuw erg veel mensen naar de Grote Kaai in Lokeren. Om Lady Linn en haar magnifieke zeven deze zomer niet ergens op het podium aan het werk te zien, moet men bijzonder straffe toeren uithalen. Dezelfde stelling gaat echter totaal niet op voor de twee andere artiesten op de affiche. David Byrne was tot voor kort nog zelden te zien op een festival en voor een concert in België van de discodiva Donna Summer moeten we – haar passage tijdens de Night Of The Proms van vier jaar geleden buiten beschouwing gelaten – al heel ver in de tijd terug gaan.

Hoewel de geruchten al jaren aanhouden, blijft David Byrne halsstarrig weigeren in te gaan op een reünie van de Talking Heads, de groep waarvan hij de frontman was en die sinds 1991 op non-actief staat. De fans die de split nog steeds betreuren, konden de voorbije jaren wel nog genieten van wat solowerk of van het feit dat Byrne zich met regelmaat op nieuwe projecten stortte maar hoe verdienstelijk ook allemaal, eenzelfde hoog niveau als wat de Talking Heads op de wereld loslieten, werd niet bereikt.
Het meest recente wapenfeit vormt ‘Everything That Happens Will Happen Today’, een plaat die hij vorig jaar maakte met Brian Eno. Het was niet de eerste maal dat beiden de handen in elkaar sloegen. Zo produceerde Eno drie albums van de Talking Heads, verleende hij zijn medewerking aan ‘The Catherine Wheel’ (1981), de soundtrack die Byrne aanleverde bij de experimentele dansvoorstelling van choreografe Twyle Tharpe en datzelfde jaar openbaarden ze ook ‘My Life In The Bush Of Ghosts’, een werkstuk dat voor zijn tijd revolutionair was omdat het vol stond met analoog opgenomen samples toen er nog geen eigenlijke sprake was van samplers. Hun eigen ‘field recordings’ noemde Byrne het toen hij in Lokeren een funky “Help Me Somebody” afkomstig uit deze plaat, inzette.
Ook aan het begin van zijn concert verschafte Byrne kort wat uitleg bij de samenwerkingsverbanden met Eno, gaf hij aan dat dit ook de rode lijn zou vormen doorheen de setlist en dat er ook een trip naar het verleden zou gemaakt worden. Zijn inleiding ging wat verloren in de luidop pratende en roepende toeschouwers die duidelijk niet gekomen waren om naar praatjes te komen luisteren.
Op wat hij muzikaal op het podium presteerde, reageerde het publiek aanvankelijk eveneens wat mak, ondanks puike uitvoeringen van onder meer “Strange Overtones”, “I Zimbra” en “Houses In Motion”. Aan de kwaliteit lag het duidelijk niet. Samen met zijn begeleidingsgroep stond Byrne erg sterk te spelen maar niet iedereen is al even vertrouwd met het materiaal van de laatste plaat en door de eigenzinnigheid van Byrne die de setlist tijdens de tournee ongemoeid laat ongeacht of hij concerteert in een zaal dan wel op een festivalterrein, is het dubbel moeilijk om iedereen zijn aandacht vast te houden bij de rustigere nieuwe songs zoals het akoestische “One Fine Day” en het countrygetinte “My Big Nurse”. Zaterdag werd trouwens een ingekorte versie gebracht van zijn passage eerder dit jaar in de Antwerpse Koningin Elisabethzaal.
Pas bij het aansnijden van de Talking Heads klassiekers als “Crosseyed And Painless”, voorzien van een ultrafunky baslijn en schitterende percussie, “Once In A Lifetime”, “Life During Wartime” dat een stevige outtro meekreeg en “Take Me To The River” (oorspronkelijk van Al Green maar al evenzeer vergroeid met de Talking Heads) waar via een mooie samenzang de soul er van afspatte, sloeg de vonk over naar het publiek en ging de respons en de sfeer crescendo.
Met een strakke versie van “Burning Down The House” was er ruimte voor één bisnummer. Daarbij hadden alle mannelijke groepsleden zich getooid met een witte tutu. Het leek wel een passage uit ‘Het Zwanenmeer’.
En wat de aankleding van de show betreft, hierover moet zeker nog wat vermeld worden. Een concert van de Talking Heads bleef vroeger ook nooit beperkt tot muziek. Er werd evenveel aandacht besteed aan het visuele zodat dit onlosmakelijk verbonden was met de songs. Door de accenten te leggen op expressie en synchronisatie eerder dan op extreme videomuren, werd daarbij steeds een fraai, tot de essentie herleid resultaat bereikt. De concertregistratie van ‘Stop Making Sense’ behoort niet voor niets tot de beste films in dat genre aller tijden.
Tijdens de huidige tournee verschijnen alle groepsleden in volledig witte uitrusting op het podium. Het haar van Byrne is zelfs ook nog eens extra wit geverfd. Er zijn drie dansers die sober doch doeltreffend de nummers van extra dimensie voorzien en met een dusdanig choreografische precisie te werk gaan dat ze zelfs tot een integraal onderdeel van de nummers gaan behoren, temeer omdat Byrne veelal participeert in hun vertoning. Het meest treffende voorbeeld vormde ook in Lokeren “Life Is Long” uit het album ‘Everything That Happens Will Happen Today’. Dit is op zich al een sterke song maar doordat Byrne en de drie dansers op bureaustoelen zaten die ze op het ritme van de muziek om hun as deden draaien, werden de toeschouwers als het ware beetje bij beetje opgezogen in een soort muzikale kolk waaruit het moeilijk ontsnappen was. Het waren dergelijke details die er mee voor zorgden dat Byrne uiteindelijk het publiek bij het nekvel kon grijpen.
Het was pas dag 2 maar de passage van David Byrne mag nu al gerust tot de hoogtepunten van de 35ste editie van de Lokerse Feesten gerekend worden.

Setlist:
Strange Overtones, I Zimbra, One Fine Day, Help Me Somebody, Houses In Motion, My Big Nurse, My Big Hands (Fall Through The Cracks), Heaven, Air, Life Is Long, Crosseyed And Painless, Once In A Lifetime, Life During Wartime, I Feel My Stuff, Take Me To The River, The Great Curve, Burning Down The House

De organistoren van de Lokerse Feesten hoopten wellicht bij het boeken van Donna Summer  het artistieke succes dat vorig jaar werd bereikt met Grace Jones, te kunnen herhalen. Toen verbrak deze een jarenlange stilte door een knappe comebackplaat uit te brengen en verraste vriend en vijand met een uiterst gebalde en uitdagende show op de Grote Kaai.
Net als Grace Jones vierde ook Summer hoogtij tijdens de discoperiode eind de jaren ’70 (Miss Jones werd wel eens de ‘Queen Of The Gay Discos’ genaamd terwijl Summer gewoonweg dé ‘Queen Of Disco’ was),  kwam Summer zopas met een nieuw album ‘Crayons’ voor de dag - niet minder dan 17 jaar (!) na het vorige – en tussen beide dames zit slechts een leeftijdsverschil van vier jaar. Tot daar het oplijsten van enige vorm van gelijkenissen want wat Summer afgelopen weekend op het podium neerzette, was van een totaal ander niveau.
Summer klimt niet op palen of omheiningen, vloekt niet als een ketter of slaat geen schunnige taal uit. Neen, ze straalt één en al liefelijkheid uit, stelt zich nederig op en staat stil bij de valkuilen en de ravijnen in een mensenleven. Natuurlijk is dit niet negatief te noemen maar het had wel tot gevolg dat door de lange, op het gevoel inspelende bindteksten de vaart uit de set gehaald werd en ze daarmee op momenten bijzonder dicht tegen de grens van de meligheid aanleunde, vooral ook omdat een Europees publiek doorgaans de zaken nuchterder bekijkt dan een Amerikaans dit doet. Toen we om ons heen keken, zagen we dan ook geregeld toeschouwers wat ongedurig heen en weer schuiven.
Ook het enkele malen wisselen van jurken en pakken terwijl de begeleidingsgroep verder speelde en drie acrobatische dansers de aanwezigen wat probeerden te vermaken of bij de aanvang van “No More Tears (Enough Is Enough)” haar zus de rol van Barbara Streisand – vocaal bijzonder goed overigens - op zich mocht nemen, deed daar niet altijd goed aan. Er was trouwens enige ophef toen de bandjes van de jurk van Summer het lieten afweten en er meer dreigde openbaar gemaakt te worden dan gepland. Maar alles werd uiteindelijk in goede banen geleid, net zoals het concert zelf.
Summer beschikt namelijk nog steeds over een bijzonder sterk wapen in de vorm van haar stem. Deze is nog nagenoeg even zuiver en krachtig als dertig jaar geleden en ze gaf een staaltje van zangkunst tijdens nummers als “On The Radio’, “She Works Hard For The Money” en “Last Dance”. Deze grote hits van weleer lieten samen met andere klassiekers als “MacArthur Park”, “Once Upon A Time” (met een gitaarpartij waarvan het wah-wah effect zo uit ‘Theme From Shaft’ geplukt leek te zijn), “I Feel Love”, “Love To Love You Baby”, “Bad Girls” en “Hot Stuff” het nieuwere werk uit ‘Crayons’ in de schaduw staan zodat het concert twee gezichten meekreeg.
Summer liet weten blij te zijn om terug in België te vertoeven omdat ze met ons land altijd al een goede band heeft gehad, mede ingegeven door het feit dat hier alles begon voor haar met de single “The Hostage”. Dat was 35 jaar geleden. Exact zolang dus als de Lokerse feesten bestaan. Er kon dus dubbel gevierd worden.
‘The Queen Is Back’ benadrukte Summer reeds bij aanvang van haar optreden. Wij vonden het bijzonder fijn om deze koningin haar alle nummers wél live (en hoe!) te horen zingen. In tegenstelling tot die andere zogenaamde koningin enkele weken terug in Werchter, kregen we deze keer een concert te zien en te horen. Maak er dus maar een driedubbele viering van.

Setlist:
The Queen Is Back, MacArthur Park, Could It Be Magic, Once Upon A Time, I’m A Fire, Smile, On The Radio, Mr. Music, Crayons, No More Tears (Enough Is Enough), Be Myself Again, Stamp Your Feet, I Feel Love, Love To Love You Baby, She Works Hard For The Money, Bad Girls, Hot Stuff, Fame (The Game), Last Dance

Organisatie: Lokerse Feesten, Lokeren

Pagina 102 van 115