logo_musiczine_nl

Wilde Westen, Kortrijk - events

Wilde Westen, Kortrijk - events Concerten 2024 14 + 15-09 Klassiek en route (nazomeren met klassieke muziek) : BRYGGEN, Aglica Trio, Sofie Vanden Eynde & Shahab Azinmehr, GLOW Collective en Bieke Michiel @Sint-Denijs Zwevegem + Zonnebeke) 18-09 Ozric…

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Epica - 2024/8/...
Epica - 2024/8/...
Festivalreviews

Avond van de ontdekkingen op Festival les Inrocks met Friendly Fires en Foals

Geschreven door

Le Festival les Inrocks biedt een pak fijne, beloftevolle bands die de kans gretig nemen zich te profileren binnen enkele grootse steden in Frankrijk (Parijs, Nantes, Toulouse en Lille). Op elke locatie kon je een verscheidenheid van bands zien. Te Lille kon je op 13 november terecht voor The Ting Tings, Cajun Dance Party, Soko, Late of the pier en Black Kids in de l’Aéronef (zie livereview site fr) en op 14 november werden volgende bands geprogrammeerd in Le Splendid: The Wild Beasts, The Virgins, Friendly Fires en Foals.
Elke band gaf het beste van zichzelf, onderstreepte een ‘clubsfeer pur sang’ en kon rekenen op een sterke respons. Tav andere jaren kregen de groepen iets minder speelruimte, een (magere) vijfenveertig minuten …
Dag 2 werd uitgekozen in het oubollige, pittoreske Splendid.

The Wild Beasts is een jonge Britse band die al vier jaar samen zijn en onlangs het debuut ‘Limbo, Panto’ uitbrachten: dromerige, romantische indierock met een vleugje americana. Gevarieerd songmateriaal, dat live een intense spanning had, snedig en krachtiger klonk. Vooral de falset stem van pianist/gitarist Hayden Thorpe viel op, ergens tussen Jeff Buckley , Antony (van The Johnsons) en Rufus Wainwright. De zang van bassist Tom Flemming was rauwer en klonk minder nerveus en vervelend.
Het sympathieke kwartet speelde enkele puike songs, die de meest bizarre songtitels hadden, van een “Vigil for a fuddy duddy “ tot “Brave bulging buyoyant clairvoyant”.

Het Amerikaanse The Virgins uit New York hebben sinds juni hun titelloos debuut uit en plaatsten zich in de schijnwerpers met hun aanstekelijke single “Rich girls”, die live een frisse en groovy wending had meegekregen. Samen met “Private affair” waren dit de twee sterkste songs van het kwintet, die postpunk en indie mengden. De zang was onvast en te bleek. Toch hadden ze een sterke support van een enthousiaste jonge menigte vooraan.

We waren alvast te vinden voor de twee daaropvolgende bands: Friendly Fires en Foals die duidelijk overtuigden met hun frisse, avontuurlijke en boeiende sound. Twee talentvolle bands die op elkaar waren ingespeeld, hun songs een krachtige beat en groove voorzien en ze verrassende wendingen lieten ondergaan.

Als The Klaxons en The Rapture binnenkort godvergeten zijn, is alvast de opvolging verzekerd met geestesgenoot Friendly Fires. Ze passen binnen het plaatje van de ‘new rave’. Ze haalden de dynamiek aan van !!!, gooiden er een pompende beat tegenaan en zweepten de melodieus luchtige songs op door de dubbele percussie. Ze combineerden ‘70’s funk, ‘80’s Talking Heads en de electro van New Order. Een heerlijke set speelden ze, met vrolijk rockende “Jump in the pool” en “In the hospital”, en met groovende songs als “White diamond”, “On board” en “Strobe”. En “Ex lover” tenslotte klonk forser door gierende gitaren. Enkel “Skeleton boy” en de huidige single “Paris” klonken sfeervoller, door de zalvende beats en trance. Kortom, Friendly Fires is ‘hotte’ popdance voor de toekomst.

Het Britse Foals uit Oxford debuteerde in het voorjaar met het frisse, nerveuze en eigenzinnige‘Antidotes’. De band heeft al een ongelofelijke dosis live ervaring opgedaan. Foals nu was Foals niet meer van enkele maanden terug. Wat een energie en explosiviteit. Een hyperkinetische band, een uiterst originele set en een zanger die z’n gitaar pijnigde, heen en weer huppelde op het podium, op de boxen sprong en op de koop toe ronddoolde in het publiek.
De songs klonken heftiger, hadden felle uitbarstingen en bruisten van dynamiek: goochelende melodieën, strakke, hoekige riffs, een portie distortion, diverse tempowisselingen en onverwachtse wendingen, zoals op een ”Olympic airways”, “Cassius”, “Red sock purgie” en “Electric boom”. Het uitgangsbord van de band, hun “Two steps Twice” werd mooi uitgesponnen en vormde de apotheose van de set. Het kwintet is te situeren binnen de ‘80’s van Talking Heads (opnieuw!) en Gang Of Four, het freakende CYHSY en !!!, de postrock van Mogwai, de maths van Battles en de postpunk van Bloc Party en Franz Ferdinand.
Een gesmaakt optreden, een band met potentieel en de gepaste afsluiter voor dit festival van de ontdekkingen.

Organisatie: Agauchedelalune, Lille ism Aéronef, Lille

Riffs’n’Bips Festival 2008: vijfde editie van deze aangename mix van electro en rock

Geschreven door

De organisatoren van het Riffs’nBips Festival te Mons waren aan hun vijfde editie toe van deze gezellige happening in de Lotto Expo met een evenwichtige mix van rock en electro. Volgende bands passeerden al de revue: Vive La Fête, BRMC, Millionaire, Black Strobe, Magnus, Daan, The Young Gods en Agoria. Line up dit jaar: The Von Durden Party Project, Starving, White Rose Movement, Nada Surf, Arid, Cali, Front 242 en Dr Lektroluv. Een fijne, afwisselende affiche en een succesvolle formule, die 6000 belangstellenden lokte…bijna 3000 meer dan vorig jaar. Een groots succes.

Als aanzet naar de ‘grotere’ namen, werd de namiddag aangevat met The Von Durden Party Project, een beloftevol bandje die met de plaat ‘Death Discotheque’ een energieke, bedreven melodieuze rocksound spelen, ergens tussen Subways, Franz Ferdinand en Arctic Monkeys. Trouwens, om de hoek schuilde de Britpop van Blur. Kwalitatief songmateriaal van een groep die op zoek is naar een eigen identiteit.

Het andere Waalse bandje Starving, uit de eigen streek trouwens, liet de ‘80’s wave over zich heen waaien in hun melodieus traag slepende rocksongs. In de spotlights stond de zangeres Claudia die zich als een jongere Jo Lemaire of Alison Shaw (The Cranes) onderscheidde met haar hemelse vocals.

Ook het Britse White Rose Movement liet zich inspireren door de ‘80’s synthirock van The Human League, Depeche Mode en New Order, en de dreigende sounds van The Cure, Bauhaus, Killing Joke en Joy Division. Een aanstekelijke sound met een pompend beatje.

Het sympathieke New Yorkse Nada Surf, onder zanger /componist Matthew Caws, is erg populair bij onze Waalse vrienden. Hun ‘alternative emotional vier minuten collegerock’ was net als het Gentse Arid een aangename verfrissing binnen die electrowave. Spijtig genoeg wordt de band te pas en te onpas gelinkt aan hun wereldhitje “Popular”, die ze vrij vroeg in hun set speelden. We hoorden een gevarieerde set van gitaarrock ‘met ballen’, droom’bubblegum’pop en liefdesliedjes. Snedig, hapklaar en meezingbaar! Van het sfeervolle “Inside of love”, “Always love” en “Weightless” naar de groovende rockers “Hi-Speed soul” en “Fuck it”. Caws babbelde in het Frans alsof het een koud kunstje was, wat sterk werd geapprecieerd.

En Arid kon die emotievolle rockaanpak van Nada Surf rustig verder zetten. Jasper en z’n crew zijn terug ‘alive & kicking’, na de solo uitstap van de zanger en diens langdurig herstel van toxoplasmose. Ze hebben de langverwachte opvolger klaar ‘All things come in waves’ na ‘All is quiet now’ (’02).
Na de stevige recente rockers “When it’s over” en “Tied to to the hand”, bekoorde het kwintet alvast de jonge meisjesharten met hun instant klassiekers “Too late tonight” en “Believer”. Ze speelden een stomende set, waarbij sommige broeierige nummers als “You are”, “Body of you “ en “Why do you run” ietwat krachtiger klonken. De vocals van Jasper mogen dan uniek hoog zijn, ze blijven beperkt, wat het geheel nerveus en vervelend maakt! Arid maakte een goede act de présence in Wallonië met hun romantische zieltjes pop!

De Franse zanger Bruno Cali, uit Perpignan met Catalaanse roots, is in Vlaanderen een nobele onbekende, maar de man is een echte rockster in Frankrijk en Wallonië. Franse aanstekelijke rock met een sectie blazers afgewisseld met enkele intieme songs. Cali was een podiumbeest en groots entertainer … een beetje onze Vlaamse Bart Peeters. Hij flirtte met stijlen, reeg medleys aan elkaar en toonde politiek engagement. Een hyperkineet! Muzikaal niet direct my cup of tea, maar respect voor deze ‘charme’zanger.

Topact van het vijfde Riffs’n’Bips Festival was het Brusselse Front 242, een invloedrijke en baanbrekende band (opgericht in ’81 btw!) binnen de huidige dance/electro/techno/industrial scene; de gedroomde closing act van de organisatie.
Hun electronic body music kon rekenen op een trouwe fanschare.Net als op FihP te Oudenaarde zagen we hen een uitgebalanceerde set spelen; een dynamisch kwartet die het publiek opzweepte en hen onderdompelde van het pompende “Take-one” en “Welcome to Paradise” naar de trance van “Moldavia”. En met songs als een “Religion” en “Headhunter” naar een schitterende finale afstevende. Vooraan slaagden die-hards erin om te pogoën als in hun oude dagen! Spijtig dat het na een klein uur al gepasseerd was en dat sommige klassiekers in de koelkast bleven.

De pulserende, monotone techno- en electrobeats van Dr. Lektroluv, -the man with the green mask -, in maatpak, wit hemd, strik, grote bril en koptelefoon (een hoorn van een oude telefoon!) in de hand, mochten op overtuigende wijze het feestje tot vroeg in de morgen besluiten.

Organisatie: Riffs’n’Bips, Mons

Leffingeleuren 2008: zondag 21 september 2008

Geschreven door

Een stralende zondag en een ietwat ouder volkje. De jongeren waren wandelen gestuurd en de ouders waren te zien op het festivalterrein. Een kleine 5000 bezoekers zagen De Dolfijntjes Van Wim Opbrouck, Zita Swoon, Orishas en Arno.

Headphone gaf het startschot, debuteerde op het Cactusfestival en werd sindsdien door menig organisator geboekt. .Een ‘lazy sunday afternoon delight’ sfeertje creëerden ze met hun subtiel uitgewerkte dromerige pop.

Het feestgedruis kon worden aangevat met De Dolfijntjes XXL, het West-Vlaams gezelschap uit Harelbeke rond Opbrouck en Willaert. Al bijna twintig jaar zorgen zij voor grappig entertainment en nemen een loopje met klassiekers door eigen interpretaties, wat uitmondt in de meest onmogelijke medleys. Onversneden rock’n’roll versies in hun gekend West-Vlaams dialect, op accordeon, blazers en ritmesectie. De Dolfijntjes worden terecht omschreven als een hedendaags turboschlager orkest. Op een sterk niveau slaagden ze erin het publek uit hun dak te doen gaan met sloganeske, rijmende refreinen en een meezinggehalte!

Het was de eerste keer dat ik nu Stef Camil’s band aan het werk zag zonder z’n vroegere rechterhand Tom Pintens. Het is en blijft een groot gemis na al die trouwe jaren dienst. Een onwennig gevoel.
Zita Swoon bracht in 2007 de nieuwe plaat ‘Big city’ uit; de band balt een geheel van pop, soul, funk, jazz, latingroove, Balkan en cabaret samen en staat garant voor een broeierig, dansbaar setje. Een geheel eigen muzikale taal ontwikkelden ze! Ze ondernamen een heuse clubtournee, speelden enkele ‘BandInABox’ concerten en waren maar op een handvol festivals te zien. In elke tournee horen we een eigen specifieke invalshoek. Vooral in het eerste deel klonken ze uiterst sfeervol met “Qu’est ce que je veux”, “I feel alive in the city”, de requim to Jeff Buckley in “Song for a dead singer”, en “l’Opaque paradis”. In een partyswing kruidden ze “Thinking about you all of the time” en “People are like slamming doors” door dubbele percussie, Hammond toetsen en danspasjes van de backing vocalistes, de zusjes Gysel, en Stef Camil. Pas naar het eind hoorden we opwindende versies van een “Everything is not the same” en “Hot hotter hottest”.

Het Cubaanse Orishas zorgde voor een zomers geluid; een kruisbestuiving van pop, hiphop, latin, salsa en rumba, die aangenaam en aanstekelijk inwerkte op de dansspieren door de beats, scratches, trompet en zuiderse ritmes. De twee rappers en de zanger gingen enthousiast tekeer, wat de band heel wat respons opleverde. Een fijn feestje op valavond.

Arno: een enorm gerespecteerd man, le plus beau, roots te Oostende, tot ridder geslagen en de titel van ‘The hardest working man’. Inderdaad, wie Arno het laatste jaar niet heeft kunnen zien , moet erg veel gaten hebben gehad in z’n concertagenda. Samen met z’n band beschikte Arno over de juiste dosis ‘jus’ om frisse en ingetogen funkende rock te spelen en de kaart van ambiance te trekken. De pittige, strakke en venijnige aanpak blijft boeien, mede door een nieuwe, energieke gitarist, die Geoffrey Burton verving. Maar de pak optredens leveren een voorspelbare (soms dezelfde) setlist op, waardoor Arno niet echt meer verrast.
Hij stelde sterke songs voor van z’n ‘Jus de Box’ en grossierde in z’n rijkelijk gevulde oeuvre. Onvervalste rock hoorden we: “From Hero to Zero”, “Mourir à plusieurs”, “I’m not into hop”, “Ratata” en “Meet the freaks”. Wat hij afwisselde met een ingetogen “Lonesome Zorro” en “Les yeux de ma mère”. Het TC Matic materiaal “l’Union fait la force”, “Que pasa” en de instant klassiekers “Ooh lala” en “Putain putain” blijven tijdloos. Een ‘Best of’ die en verve besloten werd met “Les filles du bord de la mer”. Mooi om op zo’n 7 km van de kust al die kelen te horen meezingen en schreeuwen.

Organisatie: VZW de Zwerver – Leffingeleuren, Leffinge

Leffingeleuren 2008: zaterdag 20 september 2008

Geschreven door

Stralend weer en een uitverkochte tweede dag te Leffinge, wat ongeveer 6000 bezoekers inhield! Het was koppen lopen in de concerttent bij de Nederlandse hiphop De Jeugd Van Tegenwoordig en onze West-Vlaamse Soulwax crew Goose. Hun straffe pompende electropunkfunkbigbeats zorgde voor een groots feestje!

De Verse Vis winnaars The Belgionites gaven het startschot van deze tweede succesvolle dag.
De smaakmaker bij de jongeren, vroeg in de namiddag, waren hun Jeugd Van Tegenwoordig. De drie MC’s en One DJ zijn erg populair en hadden al met twee nummers een hit 50 op zak, “Watskeburt” en “Hollereer”. De vier Nederlandse ‘schoffies’ waren ruim een kwartier te laat maar dit was niet erg, want ze staken meteen het vuur aan de lont met “Watsekeburt”. Het refrein werd luidkeels meezongen. De MC’s porden aan tot handjeszwaaien, jutten hun fansop en prikkelden met de ‘Hollandse hoeren’ bindtekst. Sloganesk vunzige taal die wat achterhaald klinkt, maar net die ongedwongen eenvoud en de pretentieloze attitude siert hen. Populair festivalbandje die de tent op z’n kop zette met hun praktisch onverstaanbare raps en simpel beatje!

Een uurtje zinderende garage rock’n’roll van drie in das en maatpak gekleedde heren. Dit kon maar ons eigen Triggerfinger zijn, die met de tweede cd ‘What Grabs Ya?’ definitief wisten door te breken. Hun zompig en retestrak setje werd en verve besloten door een uitgesponnen “Commotion” van CCR.

Rock Rally winnaar Mintzkov (uit 2000) was dit jaar weinig te zien in de clubs en op festivals. Met de cd ‘360°’ boden ze een strakker geluid, dat nauw refereerde aan de dEUS sound van broeierig bedreven gitaarpop. Het jaartje ‘rustiger aandoen’ liet sporen na qua belangstelling, wat niet belette een fris spelende band te horen met songs als “Safe house”, “Ruby red”, “Return & smile”, “Mimosa” en “One equals a lot”. Ze breiden er een schitterend slot aan met het opbouwende “Hitman” en het nieuwe singletje “Violetta”. Mintzkov maakte ons nieuwsgierig naar volgend jaar.

Het Franse Nouvelle Vague pijnigde onze hersenen met hun ‘80’s New Wave/Rock classics. Ze kregen een spaarzame begeleiding of ze stopten ze in een bossanova kleedje: sober, elegant en ontdaan van enige franjes, gedragen door de zwoele zang van de twee dames, waaronder deze van Phoebe Killdeer. Ze gaven de covers kleur door een passende act en hun sensuele danspassen.
De originele aanpak werd telkens beloond; hoogtepunten waren “Too drunk to fuck” (een maskeradebal), “God save the queen” (Sex Pistols unplugged), een handclapping “Not knowing” en een luidkeels meegezongen “Love will tear us apart”. En dan spraken we nog niet over “A forest”, “Human fly”, “The guns of Brixton” (de ontbrekende CocoRosie song!) en “Bela Legosi’s dead”. Nouvelle Vague koesterde ons mooie herinneringen van deze classics.

Een invloedrijke band op Triggerfinger was Jon Spencer. Beide bands waren op één en dezelfde avond op hetzelfde festival. “Ladies & gentlemen, here’s Heavy Trash” gaf frontman Jon Spencer, samen met de begenadigde gitarist Matt Verta-Ray aan. Het vijfkoppige bonte gezelschap speelde een heerlijk opgejaagd potje vettige rock’n’roll/rockabilly. Maar ze moesten eerst nog wat op dreef komen in hun rock’n’roll performance. Het publiek was te vinden voor hun aanstekelijke, wervelende, duivelse sound. Een stomend concertje!

Een nokvolle tent droeg het West-Vlaamse Goose op handen. De groep wordt haast een mythe van zichzelf. Wat een enthousiaste, uitzinnige menigte voor hun pompende electropunkfunkbigbeats! Het rockte en werkte aanstekelijk op de dansspieren. “British mode”, “Two Good Two Real”, “Black gloves” en “Low made” gingen naadloos over in het nieuwe materiaal “Audience”, “Girl” en “Everybody”. Snoeihard en energiek, een goed geoliede machine en topper van de tweede festivaldag!

Maar ook in het Zaaltje De Zwerver viel er heel wat te beleven en shame on you als je daar niet eens binnen ging. De organisatoren stelden enkele beloftevolle bands en artiesten voor.
Modey Lemon ontpopte zich als een Black Mountain maar dan binnen de retrogrunge. Mudhoney, Nirvana en Fu Manchu vlogen ons om de oren. Het trio breidde er een ongelofelijk slot aan met een krachtige, repetitieve, overrompelende song. Wat een samenspel gitaar, bas en drums! Overweldigend! En respect voor de bassist, die de pijn moest verbijten aan z’n stevig ingepakte voet.
Het powerrock trio Rose Hill Drive begon onwennig aan de set, maar het vertrouwen groeide. Ze behielden de aandacht met een rauw woestijnrockend geluid, dat refereerde aan vervlogen Kyuss tijden.
Van de Nieuw-Zeelandse schone Aka Pip Brown onder Ladyhawke hoorden we maar een paar songs, want de zaal was intussen volgelopen voor deze beloftevolle artieste die met “Paris is burning” een aardig hitje op zak heeft. Een beetje Kim Wilde, een beetje Avril Lavigne, maar dan eentje met een eigen gezicht …
Voor wie houdt van doorleefde soulpop van Bettye Lavette of Nicole Willis kon alvast ook terecht bij de beloftevolle Amerikaanse Stephanie McKay. Erkenning verdient ze met haar pas verschenen tweede album ‘Tell it like it is’. Verrassend mooi was de puur oprechte emotievolle sound en haar pakkende overtuigende stem.

Het deejayende drietal Kraak & Smaak uit Leiden zijn aan een wereldwijde opmars bezig met hun nieuwe cd ‘Plastic people’. Samen met een zanger en een zangeres brachten ze voldoende variatie aan in hun trippende funkende house en zalvende, smaakvolle loungy beats. Zelfs het vleugje wereldmuziek klonk best aardig. Partymuziek voor wie minder aan die straffe, pompende beats is van Goose.

Organisatie: VZW De Zwerver – Leffingeleuren, Leffinge


Leffingeleuren 2008: vrijdag 19 september 2008

Geschreven door

Voor de 32ste editie had de organisatie van Leffingeleuren terug een mooie affiche klaargestoomd. Een gevarieerde affiche van smaakmakers van eigen bodem, internationale bands en enkele beloftevolle ontdekkingen. Leffingeleuren, in het pittoresque Leffinge, trekt een definitieve streep onder de festivalzomer.
De locatie nodigt uit om een kijkje te nemen. Het festival is letterlijk rond de kerktoren gelegen, met langs de ene kant Zaal De Zwerver, en langs de andere kant het festivalterrein, dat naast de concerttent, mooi was opgedeeld met drank- en eetstandjes. En aan de muur van de kerk heb je de Berbertent met doorlopend projecties op groot scherm, de ‘1 Minute Film & Sound Awards’ en concertfragmenten van de ‘Later …with Jools Holland shows’.
Net als vorig jaar was het goede weer van de partij! En een nieuwe recordopkomst van ruim 16000 bezoekers.

Een overzicht
dag 1: vrijdag 19 september 2008
Het dansminnende publiek werd op hun wenken bediend in de grote concerttent met Arsenal, Stereo MC’s en Discobar Galaxie en in De Zwerver kon je terecht voor enkele beloftevolle ontdekkingen, als Gotye, Flobots, Girls In Hawaii en Lady Linn & Her Magnificent Seven. We merkten al een uiterst tevreden organisatie op die vandaag kon rekenen op een 5000 tal bezoekers.

Het rockende danscollectief uit Antwerpen A Brand opende eerst de 32ste editie van het festival. Het kwintet in wit glanzend maatpak en zwart hemd was vanaf de nieuwe cd release ‘Judas’ in augustus op elk festival te zien: een goed geoliede machine, die melodieuze aanstekelijke (ambiance) rocksongs biedt, die snedig klinken of een sfeervolle opbouw hebben. Een mengeling van rock, glamrock, ‘60’s pop, ‘70’s retro, funk en bigbeats. Een mooi afwisselend geheel die te horen was in kleppers als “Hammerhead”, “Time”, “Beauty booty, killer queen”,“Riding your ghost” en in subtieler werk als “You work”en “Mad love sweet love”. Hun inventieve gitaarmedley van “Block rockin’ beats” - “Poison” en hun ‘Rendez Vous’ cover van ACDC’s “Thunderstruck” (in de bis) zorgden voor een sterk onthaal en handgeklap.

Arsenal bouwde het feestje verder uit met hun zuiderse zomerpop van een elektronisch klanktapijt, latino, pulserende beats en een warme samenzang. Ze wisselden het werk van de nieuwe plaat ‘Lotuk’ (“Turn me loose”, “Estupendo” en de titelsong) af  met klassiekers als “Switch”, “Longee”, “Personne ne bouge” en “Saudade”. Arsenal zweepte het publiek op en werden op handen gedragen. Het sfeervolle “Either” benadrukte de gepassioneerde zang tussen Leonie en John Roan. Een uitgesponnen aanstekelijke “A volta” in de bis maakte het Feest en Fun setje compleet!

Stereo MC’s sloegen in de jaren ’90 de brug tussen pop, elektronica, mellow hiphop en funk. De band, rond het duo Birch/Hallam, creëerde aanstekelijke danspop. Ten dele horen we op de recente platen ‘Paradise’ en ‘Double Bubble’ nog die sound. Ook live heeft de band te kampen met dit probleem; aanvullend met twee dansende ‘Gruppo Sportivo’ danseressen en backing vocalistes, speelden ze enkele swingende, goed verteerbare nummers; de beste nieuwe songs (“Here & Now”, “Karaoke” en “Show your light”) met een pompend beatje zaten in het begin van de set. Na de classics “Connected” en “Deep, down & dirty” verrasten ze niet meer. Best aardig en leuk, maar te vertrouwde ‘old school’. De aandacht verscherpte opnieuw met de afsluitende “Step it up” en “Black gold”.

In de grote concerttent kon het dansfeestje worden besloten met het after party gezelschap Discobar Galaxie.

In De Zwerver waren we onder de indruk van Gotye. Het Australisch/Belgisch éénmansproject van Wouter ‘Wally’ De Backer (van origine een Belg uit Brugge, maar al jaren verblijvend in Melbourne, krijgt een verdiende airplay op z’n tweede plaat ‘Drawing like blood’. Onze jonge hyperkineet bespeelde het ene na het andere instrument, van piano, toetsen, drums en dubbele percussie tot de sounds op z’n laptop. Hij ontpopte zich als een jonge ‘do-it-all’ Beck Hansen en Jerboa. Singer/songwriterpop, funk, ‘80’s electro, trippop, r&b en sampling. De projecties op het podium gaven kleur. Makkelijk kreeg hij het publiek aan zijn zijde met “The only way”, “Coming back”, “Hearts a mess” en een in’60’s gedrenkte “Learnalilgivinanlovin’”.

Net als Does it offend you, Yeah op Pukkelpop waren we onder de indruk van het hier onbekende Amerikaanse Flobots uit Denver. Het gezelschap zette de zaal op z’n kop met hun ‘happy together’ materiaal van opzwepende rock, hiphop, punk en folk onder een rappende samenzang. Hotsende eerste rijen en een zwierige sound! Een aangename kennismaking dus met deze uitstekende live band.

We zagen nog een glimp van onze Waalse vrienden Girls In Hawaii. ‘Plan your escape’ betekende hun doorbraak in Vlaanderen. Een enthousiaste menigte zag een standvastige en een zelfverzekerde band, die boeide met hun broeierige, dromerige en frisse gitaarindiepop, die zeggingskracht kreeg door de zalvende zang van Antoine en Lionel. Ze waren te horen in een decor van een knusse huiskamer van tv’s en ‘lampedeires’. Ingenieus bandje!

En tenslotte konden we nacht ingaan met Lady Linn & Her Magnificent Seven. Bezig bijtje Lien Degreef  stond al in de spotlights bij de dancepop van Bolchi en de hiphop van Skeemz. In de huidige hype van sensueel, zwoele funkende jazzsoulpop van de dames Adele, Duffy, Estelle, Gabriella Cilmi en Amy Wanehouse graaft onze Lady Linn nog dieper in het muzikaal archief van‘50’s jumpin’ jive en ballroom jazz. De Zwerver toverde ze met haar swingband om in een rokerige jazzy nightclub. We hoorden pareltjes van songs als “Harlem on parade”, “Here we go”, “Cool down” en “I don’t wanna dance”. Verrukkelijke muziek, een ontwapende glimlach van Lien en een belevenis om aan het werk te zien.

Organisatie: VZW de Zwerver – Leffingeleuren, Leffinge

 

 

 

Outside IV 2008: 10 jaar Brieljant Deinze met Belgian Asociality en Red Zebra

Geschreven door

Kleine festivalletjes, ze zijn zo sympathiek, maar ’t is toch o zo moeilijk om iets uit de grond te stampen en een beetje volk bijeen te krijgen. Bij Brieljant hebben ze nog zo hun best gedaan, maar qua opkomst was het hoegenaamd genen vetten. Jammer, want waar ga je elders nog binnen voor 5  EUR en heb je vier pinten voor 5 EUR (jawel ,Schuer, vier)? Kortom, hier was je binnen en was je bovendien nog eens poepzat voor de prijs waar je in Werchter je parking voor betaalt, voor één dag.

De groepjes waren dan ook nog eens goed op dreef, zoals bijvoorbeeld Fanfaar, een soort Green Day lookalikes met het juiste gevoel voor humor en frisse Nederlandstalige poppunk songs, best wel leuk.

Goeie ouwe Belgian Asociality zijn na al die jaren nog steeds grappig, spelen rechtdoor hardcore en punk en beleven op een podium nog altijd de tijd van hun leven. Vette funpunk om stevige potten bier bij te drinken, wat wij dan ook gedaan hebben.

Red Zebra klinken ook nog best stevig, ook al speelden ze weinig van de gekende ‘oldies’, met uitzondering dan van “The art of conversation” en het onvermijdelijke “Can’t live in a living room”. De Zebras van vandaag hebben een ietwat meer punky sound en minder eighties wave. Vandaar dat ze ook niet gedateerd of belegen klinken en aan hun enthousiasme te zien zullen ze nog wel een tijdje doorgaan.

Organisatie: Brieljant Deinze ism Stadsbestuur, Deinze

Crammerock 2008: zaterdag 6 september 2008

Geschreven door

De organisatoren van Crammerock treden jaar na jaar meer op het voorplan en bieden een mooie afwisseling van internationale bands, een keur aan Belgische Vaandeldragers en ambiancemakers. Dit jaar waren er op vrijdag o.a. De Mens, Arid, Triggerfinger en The Human League en op zaterdag presenteerden ze het neusje van de zalm met Janez Detd., Gorki, The Scene, Zornik en Pennywise.
De organisatie bood een unieke formule: de rockbands in één grote lange tent, aan iedere kant een podium, wat resulteerde in afwisselend onafgebroken optredens, en een aparte clubtent waar de clubDJ’s en jong dansminnend gepeupel zich kon uitleven.
Deze verslaggever was op post op zaterdag met de grote tent als mijn domein.

Ter plaatse zagen we eerst de Black Box Revelation. Eerder zagen we het duo al overtuigen in het voorprogramma van dEUS in de MaZ te Brugge en op de Mainstage te Werchter. Ze zijn de festivalopener bij uitstek. Opnieuw verveelden ze geen seconde met hun fel klinkende rauwe rock’n’roll. De drummer mepte er op los, alsof zijn leven er van af hing en de gitarist speelde wel op twee gitaren tegelijkertijd. Een steengoed, veelbelovend duo!

Na vijf minuten aan de andere kant, de 5 in zwart gehulde mannen van Headphone. Ze speelden een meer uitgesponnen rustige, sfeervolle set. Hoogtepunten: “Ghostwriter” en PJ Harvey’s “Down by the water”. Ze sloten af met een beklijvende ”Moneylender”. Als ze dit niveau aanhouden, staat hen een erg mooie toekomst te wachten.

Daarna was het de beurt aan de pretpunkband Janez Detd. Ook zij ontgoochelden niet. Een uurtje muziek- en dansplezier, refreinmeezingers en zwetende lichamen; dik ambiance van een band met een bedreven ingesteldheid en een frontman die het publiek perfect bespeelde. Stagediven en crowdsurfen werd alom gedaan, wat de waarheidsgetrouwe woorden van zanger Nikolas ontlokte: “In de Schuur zijn tent zou dit niet mogen”! Nikolas en de zijnen blijven top in dit genre in België.

Tim Vanhamel (Millionaire frontman) kreeg de moeilijke taak om op het andere podium een vervolg aan het muziekfeest te breien. En dat lukte maar matig. Een lauwe belangstelling en verkeerd gekozen tussenteksten konden de tent weinig bekoren. Zelfs met wilder en harder te spelen kregen de muzikanten het publiek niet op hun hand. Duidelijk was dat ze nog te weinig bekende nummers hadden bij de toeschouwers. Het ga je goed Tom en Co.

Op Gorki, onder leiding van frontbeest Luk De Vos, zit er nog steeds geen sleet. Voor de gelegenheid had Luc zich een hanenkam laten scheren, wat op gejuich werd onthaald. Ze brachten een soort ‘Best of’ ten berde. Gevolg: een feestje van jewelste. “Joeri”, “Anja”, “Lieve kleine Pirana” en nog vele andere werden uit volle borst meegezongen. Het was de eerste (maar nog niet de laatste keer) dat de tent werkelijk op z’n kop stond. Met daarbij nog de grappige intermezzo’s van Dhr. De Vos was dit toch één van de hoogtepunten van Crammerock. Orgelpunt van het optreden was een beklijvende versie van het afsluitende “Mia”. Nee, deze groep vertoont nog geen ouderdomskwalen.

The Scene was altijd al één van mijn favoriete Nederlanders geweest. De groep, onder zanger/gitarist The Lau en de lieve bassiste Emilie Blom-Van Assendelft, speelde een gedreven setje met hun alom bekende meezingers. Wat in het begin maar op een matige belangstelling kon rekenen (niet meer bekend bij het overwegend jonge publiek?), groeide uit tot een groots concert met als afsluiter “Iedereen is van de wereld”, die minutenlang werd meegezongen. The Lau voelde het aan alsof hij in de Piramide Tent stond te Werchter. Wat toch genoeg zei, hoe het er daar in Stekene aan toe ging.

In een ander muzikaal hokje was er het Britse Kosheen. Hun op drum’n’bass gedrenkte nummers en passende gitaren, toverden de rocktent in één grote dansvloer om. De in zwart gehulde frontvrouw was een echte publieksmenner en kreeg moeiteloos de handen op elkaar. Er werd stevig gedanst. Het optreden ging naar een climax met nummers als “Hungry”, “Suicide”, “Hide U” en het uit volle borst meegezongen “Catch”. Ze ontgoochelden niet en hielden zich prima staande tussen al het rockgeweld.

Hoofdact van de avond was Pennywise. Ze stonden op scherp en speelden een verpletterend motchafxx goed optreden. De majestueuze gitarist (minstens 120kg!) gaf de toon aan. Een uurtje keiharde ambiance! En we hebben het geweten, want er werd zelf op de palen van de tent gekropen en naar beneden gedoken.
“Fuck authority” en “Bro-hymm” waren natuurlijk de hoogtepunten maar ook hun cover van de Ramones “Biltzkrieg Bop” en Nirvana’s “Territorial Pissings” werden ferm gesmaakt. De fans waren uitgeput! Dit concertje had hen veel energie gekost …

Zornik mocht de avond besluiten. De technische problemen aan de PA (tot twee keer toe geluid en licht weg!) brak telkens de goed opgebouwde nummers, wardoor Koen Buyse zelf geïrriteerd raakte en iedereen uitnodigde om in de backstage de kwakkelende technieker van antwoord te dienen. Goede nummers zoals “Scare of yourself”, “Hey girl” en “Goodbye” verloren aan kracht door deze mankementen. Een tegenvaller.
Muzikaal deed deze band teveel hun best om een tweede Muse te zijn. Volgende keer beter?

Ondergetekende was een tevreden man op Crammerock 2008: een uniek concept met twee podia in één tent, die het kruim van de Belgische rock op deze podia kreeg, aangevuld met een gevarieerd aanbod van internationale (ambiance) publiekstrekkers en dé danssensaties van het moment. In Stekene kregen ze het voor elkaar voor een zeer democratische prijs. Een dikke pluim op de hoed van Crammerock. Het eerste weekend van september is in met rood aangestipt in mijn festivalagenda.

Organisatie: Crammerock, Stekene

FeestinhetPark 2008: zaterdag 23 augustus 2008

The Black Box Revelation (Grand Mix) leken wel de vaste opener van de zomerfestivals. Zonder afbreuk aan wie ook, hebben we hen nu een beetje teveel gezien. Ze tekenden voor een nerveuze bedreven rock’n’roll show. Het siert hen te spelen met steeds dezelfde energie en dynamiek.

Ons eigen Headphone (Bar Bizar) uit Gent mogen we komende maanden goed in het oog houden. Hun subtiel uitgewerkte dromerige songs hadden een zalvend ritme en een zweverige melodie. Ze kregen kleur door toetsen en flirtten met Notwist en Radiohead. “Ghostwriter”, “Moneylender” en “She’s electric”konden rekenen op herkenningsapplaus en met PJ Harvey’s “Down by the water” leverden ze een originele cover af.

De rauw rammelende gitaarrock/bluesrock van het Engelse Archie Bronson Outfit kwam niet helemaal tot zijn recht in de Grand Mix, daarvoor was de tent iets te groot. Het fel rockende trio trok het zich niet aan en serveerde bezwerende en rudimentaire songs van hun albums 'Fur' (04) en 'Derdang derdang' ('06). Daarbij zorgden "Cherry lips", "Dart for my sweetheart" en "Dead funny" voor een bescheiden applausje. Spijtig van de matige opkomst. Echo's van The Gun Club, 16 Horsepower, Jon Spencer, Captain Beefheart en Kings of Leon zaten verweven in hun totaalgeluid.
Toch een dikke voldoende voor deze energieke en opzwepende garagerockers! De afwezigen hadden ongelijk!

Motek (Bar Bizar) plaatste de postrock op ‘Port Sunshine” in een breder concept door hemelse melodieën , aanzwellende partijen en de Mogwai/65daysofstatic geluidsstormen op het eind. Hun klanklandschap was mooi, heel mooi en gevarieerd, met “Immerblei” en “Tryer” als hoogtepunten: van slepend, dromerig tot rauw, direct en snedig.

Het Deense dance rock gezelschap WhoMadeWho (Grand Mix) kon ook al op weinig interesse rekenen. Toch was hun speelse en springerige mix van beats en rock het beluisteren en bekijken waard. Hun eclectische nummers bevatte elementen van dance/disco, funk, (post)punk en rock.
De drie heren uitgedost in een spannende zwart/wit outfit hadden maar één doel voor ogen: hun toeschouwers doen dansen. Daar slaagden ze grotendeels in. Het was moeilijk om stil te staan op hun funky en frivole songs van hun gelijknamige debuut ('06): "Space for rent", "Happy girl", Johnny lucky", "Hello, empty room" en de hilarische cover van de dancehit "Satisfaction"('02) van Benny Benassi. Voornaamste referenties waren Frank Zappa (zanger/gitarist Tomas Hoefling leek wel zijn dubbelganger), The Sparks, Devo, Primus, Gang of Four en P.I.L., niet van de minsten dus. Toch was er sprake van een eigen sound, daarvoor waren hun nummers inventief en origineel genoeg. WhoMadeWho entertainde en bracht een leuke show! Nu nog wat meer publiek a.u.b.!

De organisatie strikte het alternatieve, rockende hiphopcollectief The Roots uit Philadelphia, USA, (Grand Mix)voor een éénmalig festivalconcert. Ze bewezen op FihP waarom ze tot de beste en meest gerespecteerde live-acts horen.
Hun set was één lange jamsessie waarin elementen van rap, rock, soul, funk en jazz zaten. Hier dus niet enkel één of twee MC's en een DJ, maar een hele live-band: een gitarist, bassist, keyboardspeler, drummer, percussionist, een trombone-/trompetspeler en natuurlijk MC Black Thought die met zijn politieke, sociale en maatschappelijke lyrics/thema's bewijst dat het anders en origineel kan.
"Rising up" (van hun laatste worp ‘Rising down’) opende hun show, gevolgd door het uptempo "Star" en het donkere "Long time". Bij deze songs was het nog een beetje zoeken naar een evenwichtig geluid. Het oudje "Mellow my man" en het hevige "Criminal" volgden. Bij doorbraaksingle "You got me" ('99) begon het feest pas echt. Deze klepper werd verlengd tot een heuse medley met fragmenten van "Sweet child of mine" (Guns n' Roses), "Loverman" (Shabba Ranks), "Bad to the bone" (George Thorogood) en "Who do you love?" (The Doors). Gitarist Kirk Douglas (niet die van Star Trek) speelde zichzelf in de kijker met zijn opzwepende en intense solo's Ook de andere muzikanten mochten een staaltje van hun kunnen demonstreren. Allemaal zeer knap en indrukwekkend!
Het laatste deel was gereserveerd voor het 'echte' hiphop werk middels het funky "Get busy", het rhymefest "The next movement" en hun meest gekende track "The seed" (met een stukje "Men @ work").
The Roots leverden een kolkende en intense prestatie. Een hoogtepunt voor velen!

Afsluiter in de Grand Mix op zaterdag was Hooverphonic. De band rond bassist Alex Callier, gitarist Raymond Geerts en zangeres Geike Arnaeret serveerden een mooie en afwisselende dwarsdoorsnede van hun oeuvre. Live werden ze bijgestaan door een extra keyboard- en mellotronspeler en drummer Steven van Havere (Arid). De sobere setting en ingenieuze lichtshow maakten het plaatje compleet.
Ze begonnen met enkele songs van hun laatste fullength 'The president of the LSD golf club'. We hoorden de donkere opener "Stranger", het psychedelische "50 Watt", het rockende "Expedition impossible", het poppy "Circles" en de meezinger "Gentle storm". De intieme cover van "Cry" (Godley and Creme) zetten knappe vertolkingen van een ‘Best of’ op getouw: het happy "Club Montepulciano", het snedige "No more sweet music" en de reeks singles "The magnificent tree", "Jackie Kane", "The world is mine" en het prachtige "Eden"(met een scherp, krachtig gitaarspel en distortion!).
In de uitgebreide bisronde hoorden we strakker gespeelde versies van "Eclipse", het nog steeds fantastische "Mad about you", het dramatische "Vinegar and salt" en het happy "Sometimes" (gelinkt aan de “Imagine” tune van John Lennon!).
Toch had het enthousiaste publiek er nog niet genoeg van en verscheen de groep nog eens ten tonele voor het onheilsspellende en dreigende "Bohemian laughter".
Een overtuigende en uitgekiende set. Geike Arnaert stal de show met haar hemelse vocals: ze nam afstand van haar coole uitstraling en ontpopte zich als een sensuele popdiva op het podium . Echt top!

En in de Bar Bizar konden we intussen genieten van de pompende beats, trance en dancehall van The Subs en Dada Life; hun instant club klassiekers “Kiss my trance” en “Funfunfun” gingen erin als zoetenbroodjes voor het dansminnende publiek!

Organisatie: FihP, Oudenaarde

FeestinhetPark 2008 : vrijdag 22 augustus 2008

De dertiende editie van Feest in het Park aan de oevers van de Oudenaardse Donkvijvers zijn een groot succes geworden. Met ruim 32.000 bezoekers over de 3 dagen (zeker 10000 meer dan vorig jaar nota bene!) stevende FihP af op een record. Dit was vooral te danken aan het sterke en gevarieerde programma: pop, alternatieve rock, reggae/ragga, postrock, funk, hiphop, drum 'n' bass en de huidige dancetrendsetters.
Grootste kleppers van dienst waren George Clinton (feat Parliament), The Roots, Front 242, Hooverphonic, Goose, Shameboy en Arno.
De muzikale smeltkroes, het sfeerrijke decor, de partysfeer, de ontspannen vibe en de herschikking van het terrein (gezelliger en compacter!) en (al bij al ) het goede weer waren de troeven van deze succesvolste editie. Niks anders dan lachende gezichten van de uiterst tevreden organisatie, die er probleemloos nog een tandje konden bijsteken. Verdiend!

dag1: vrijdag 22 augustus 2008

Het Antwerpse rockcollectief A Brand (Grand Mix) kwam hun nieuwe, derde album 'Judas' voorstellen op FihP. Ze konden op redelijk wat belangstelling rekenen. De vijf heren die keurig in een wit glanzend maatpak waren gestoken, openden met hun grootste hit "Hammerhead". De sfeer zat er meteen in. "Time", de nieuwe single en Afrekeningshit, volgde. Daarna nam de vaart wat af en was er plaats voor het ingetogen, sfeervolle "Where's your heart?", het groovy "Beauty booty killer queen" en het opzwepende "Judas". Het speelse "Lesser God" bevatte inventieve gitaarpartijen. De heavy cover/medley van "Block rockin' beats"(The Chemical Brothers) en "Poison"(The Prodigy) werd net als het frivole "Mad love, sweet love" fel gesmaakt..Afgesloten werd er met de leuke uitgelaten AC/DC-cover "Thunderstruck". Een sterke en overtuigende set van een kwintet dat opvalt met een meerstemmige zang en een variërende sound.

Het Franse Peuple de l’Herbe (Bar Bizar) vermaakten met hun melt van rock, hiphop, dub, reggae en electro. Ze hitsten het publiek op met hun snedige raps. Knappe dance , dreunende beats en een boeiende show.

De golf van electro, trance, techno en breakbeats onder pulserende pompende beats van het Antwerpse Shameboy (Grand Mix) wordt sterk ontvangen door de jonge (techno) danslustigen. Ondanks de maatstaaf van een ‘oohooh’ meezinggehalte en crowdsurf is hun ‘Heartcore’ tour wel een beetje teveel van hetzelfde geworden. “Sunday Punk” , “Monofour”, “Timeskipper”, “Splendit”, “Heartcore” en de traditionals “Rechoque” en “Strobot” zorgden voor een dampend feestje.


De 'Electronic Body Music'-pioniers Front 242 (Grand Mix) beklommen daarna het podium. De invloedrijke en baanbrekende band, opgericht in '81(!), in Brussel, zijn één van de voorlopers van de huidige dance-, electro/techno- en wave/industrialscene. De vier heren, allemaal in zwarte, futuristische (combat) outfit konden rekenen op hun trouwe fanschare, die grotendeels bestonden uit dertig en veertigers. De band bestaande uit Jean-Luc De Meyer (vocals), Richard 23 (vocals, keyboards), Patrick Codenys (keyboards/programming/mixing) en Tim Kroken (live drums) bewezen dat ze nog altijd een act zijn om rekening mee te houden en dat ze nog maar weinig van hun goede live reputatie verloren hebben.
Na de intro "98", ging men van start met het duistere "Together", het pompende "Take one" en het militante "In rhythmus bleiben". Daarna volgden het luid meegezongen "Welcome to paradise", het dreigende "Loud" en het rustige "Until death". Vervolgens werd het tempo terug opgeschroefd met "Funkhadafi" en "Moldavia".Het dak ging er bijna af met het gekende materiaal: een stuwende "Religion" en "Headhunter" en het vette' "Punish your machine".
Een degelijk uitgebalanceerd concert dus, maar jammer dat er een paar klassiekers als “no shuffle”, “body to body”, “commando (mix)” en “quiet unusual” in de koelkast bleven en dat het iets jongere publiek maar weinig interesse toonde voor de verrichtingen van deze 'veteranen'! Het waren de oude wave liefhebbers die genoten of pogoë-den op deze electronic’ trance’ body music.

De Kortrijkse electro-rockers van Goose (Grand Mix) waren duidelijk de publieksfavorieten op deze eerste festivaldag. Hun energieke mix van dance/electro en rock werkte zeer aanstekelijk op de dansspieren. Hun set bestond uit songs van het inmiddels twee jaar oude 'Bring it on'; we herkenden de singles "British mode", "Black gloves" en "Low mode". Het overige songmateriaal hoefde daar zeker niet voor onder te doen, getuige daarvan de uitstekende intense nummers "Audience", "Human resource", "Girl", "Everybody" en "Modern times".
De mannen van Goose verkeerden in topvorm en zorgden voor een feestje met hun opzwepende synths, pompende beats, vette gitaren en strakke drums! Een goed geoliede machine en absolute topper!

De Bar Bizar bleek veel te klein voor Andy C., de drum 'n' bass-grootmeester en 'zwaargewicht' van het eerste uur. Deze Engelse DJ die al sinds '92 actief is, bevestigde moeiteloos zijn status als beste jungle-DJ ter wereld met zijn snoeiharde, maar sfeervolle, zalvende en dansbare drum 'n' bass die ook elementen bevatte van soul, reggae/ragga, hiphop en zelfs jazz. Originaliteit troef dus!
Live werd hij bijgestaan door een MC/volksmenner die het al uitzinnige publiek ophitste met zijn militante kreten en oneliners. Stilstaan was dan ook onmogelijk. Andy C. demonstreerde een knap staaltje van zijn kunnen! Indrukwekkend!

Afsluiter in de Grand Mix was Discobar Galaxie. Hun recept van dance/beats, hiphop, rock en popnummers in een grappig en speels jasje was dan ook bekend. Jammer genoeg konden ze op weinig bijval rekenen en was de tent dan ook maar voor de helft gevuld. Toch lieten DJ Lars Capaldi, DJ Bobby Ewing en MC Loveboat het niet aan hun hartje komen en maakten ze er het beste van. Tevergeefs zo bleek, de Grand Mix bleef matig gevuld.
Misschien lag het aan de moegefeeste jongeren of aan het feit dat hun trukendoos bij de meesten bekend was. Ook het feit dat dit hun zoveelste passage was op FihP had er waarschijnlijk wel iets mee te maken. Een lichte teleurstelling!

Organisatie: FihP, Oudenaarde

FeestinhetPark 2008: zondag 24 augustus 2008

Het rockende geweld van het Gentse The Germans , de potige, zompige garage rock’n’roll van Triggerfinger en de onschuldige, snedige melodieuze rock van Tim Vanhamel openden gemoedelijk de afsluitende dag vóór de George Clintons/Parliament craziest freaky funk show en de Oostendse nachtburgemeester Arno.

Maar eerst Beenie Man, de man komt uit het verre Jamaica en was daar voor ons part beter gebleven. De man en zijn band spelen dancehall-ragga, een genre speciaal uitgevonden voor hyperkinetische bavianen die aan de prozac zitten. Er bleek in Oudenaarde toch een publiek te bestaan die vatbaar is voor deze opgefokte pokkeherrrie, maar wij kregen er barstende koppijn van. Beenie Man heeft maar één song , speelde die tot vervelens toe dan ook nog 15 keer en het werkte al van de eerste minuten danig op onze zenuwen. Dit is het soort artiest die ervoor zorgt dat Dafalgan en Aspro eeuwig zullen blijven bestaan.

Levende legende George Clinton, peetvader van de P-Funk, had een vrolijke bende meegebracht. Vier gitaristen waarvan er eentje in een pamper was gehuld, backing vocals waaronder een bevallige deerne op rollerskates, een rapper, een geschifte atletische neger die zich meermaals dubbel plooide en een stel blazers waarvan de dikste ruim de 150 kilo overschreed. Ze moeten daar zowat met zijn zestienen op dat podium gestaan hebben en met z’n allen maakten ze er een knettergek kolkend funk-feestje van. Vette funk beats wisselden af met verbluffende gitaarsolo’s. Ouwe knar Clinton zelf betrad het podium pas nadat zijn band met een drietal nummers de tent op stoom had gebracht, ondermeer met een lekker vet “Cosmic slop”.
Het optreden was één lange geweldige funky-jam van een stel prettig gestoorde klassemuzikanten met de zotte Clinton als opperhoofd. In de gloeiende stoofpot die het bonte gezelschap brouwde herkenden we ouwe kleppers als “Free your mind and your ass will follow” (beste songtitel ooit als je ’t ons vraagt), “I got a thing” en “Get off your ass and jam”, zelfs een flard “I am the slime” van die andere geniale weirdo Zappa was in de set geslopen (paste perfect in deze gekte).
Clinton staat er voor gekend dat ie eindeloos kan doorgaan eenmaal hij goed op dreef is, hier hadden we niet anders gewild, maar het strenge uurschema bracht helaas veel te vroeg een einde aan dit bruisend funkpotje.

Arno heeft al iets te veel op de podia van de Belgische festivals gestaan om het Vlaamse volkje nog echt te verrassen, maar toch weet hij nog steeds een uur lang te boeien, ook al is zijn set zeer voorspelbaar geworden (“Oh la la la” en “Les filles du bord de mer” netjes op het einde, vanwege tijdsgebrek kon “Putain putain” er deze keer niet meer bij). Het concert van Arno was lekker strak en stevig en de vervanger van Geoffrey Burton op gitaar doet zijn voorganger helemaal vergeten, en dat wil wat zeggen. Arno heeft een neus voor goeie muzikanten, zijn nieuwe gitarist bracht nog wat meer dynamiet in Arno’s sound en dat zorgde ervoor dat deze set alweer een aardig brokje onvervalste rock’n’roll was en dat Arno zijn liedje nog lang niet is uitgezongen.


Organisatie: FihP, Oudenaarde

Pagina 108 van 115