AB, Brussel programmatie + infootjes

AB, Brussel programmatie + infootjes Concerten 2024 01-10-24 - José James 02-10-24 – Jaune toujours 03-10-24 - Loverman 03-10-24 – Black metal rainbows (bookpresentation & concerts) + livesets Vulva, Acidic Male and Rattenburcht 04-10-24 - Eivor 04-10-24 –…

logo_musiczine_nl

Democrazy Gent - events

Democrazy Gent - events Concerten 2024 DRIFTWD ft Sasja, Muziekclub Wintercircus, Gent op…

Talen

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Within Temptati...
accept_trix_20

Crossing Border Festival 2013 –– Een festival van uitersten Aanbevolen

Geschreven door Nick Nyffels en Erwin Vanlaere
&

Crossing Border Festival 2013
Arenbergschouwburg
Antwerpen
2013-11-17

Afgelopen zondag vormde de Antwerpse Arenbergschouwburg voor de vijfde maal het fraaie decor voor het jaarlijkse Crossing Border festival. 
Het Belgische luik van dit festival dat in 1993 voor de eerste maal georganiseerd werd in het Nederlands Den Haag en intussen uitgegroeid is tot zowat het meest vooraanstaande internationale, interdisciplinaire literatuur- en muziekfestival in zijn soort in Europa, werd – in tegenstelling tot enkele voorbije edities – herleid tot één dag. Maar met zowat 40 muzikanten, schrijvers, dichters, tekenaars en vertellers gespreid over vier zalen, was er opnieuw aan keuzemogelijkheid geen gebrek. Hierbij de bevindingen van de redactie van Musiczine

Het kwintet Lucius (***) afkomstig uit Brooklyn, New York, was niet enkel de opener van de  festivaldag maar mocht meteen ook aantreden in de grote zaal (voor de gelegenheid omgedoopt tot La Zona Rosa). Opvallende kenmerk was dat er vanuit de groep duidelijk gewerkt wordt aan een ingestudeerd imago, niet in het minst via de twee zangeressen
Jess Wolfe en Holly Laessig. Zo stonden zij niet enkel centraal op het podium tegenover elkaar, waren ze getooid in een identiek geruit kostschoolpakje en zwarte kniekousen en voorzien van een zelfde kapsel, maar bovendien pakten ze uit met hun harmonieuze samenzang die vaak deed denken aan sixties groepjes als The Shirelles of The Shangri-Las. Waar op visueel vlak symmetrie troef was, was de diversiteit muzikaal des te groter. Zo ging het van country, blues over soul naar indie-, elektro- en AOR-pop. Qua percussie kon er dan weer gerefereerd worden aan Local Natives. Maar waar hun passage enkele jaren geleden op Crossing Border nog gensters sloeg, kon het speelse en flirtende Lucius – hoe suggestief men ook tracht te zijn (zie maar bijvoorbeeld de hoes van hun zonet verschenen eerste volledige album, ‘Widewoman’)  - niet  verhullen dat globaal het songmateriaal nog wat te licht is om in oor en geheugen lang te blijven hangen.

Dit laatste ging zeker op voor de passage van het Engelse Swim Deep (**1/2). Genietend van enige populariteit in hun thuisland, is dit in alle opzichten jonge bandje uit Birmingham in onze Lage Landen nog een vrij onbekende. Ze kwamen op Crossing Border hun debuutalbum ‘Where The Heaven Are We’ voorstellen. Op plaat klinken ze als een reïncarnatie van Britse 90’s groepjes als Lightning Seeds, Mocking Turtles, Northside of Stone Roses maar live lieten ze de uitgekiende productie voor wat het was en gingen ze meer gaan rocken. En dat bleek hun zomerse melodieën en teksten niet altijd goed te doen. Ook de stem van zanger Austin ‘Ozzy’ Williams kwam er door het extra aan volume niet steeds naar behoren uit. Inzet, potentieel en goede pogingen ten spijt leken alle nummers ook nog eens qua stijl in elkaar over te vloeien. « She Changes The Weather » (fraaie opbouw met piano, synth en gitaar) en vooral het uptempo « King City » konden ons dan wel weer bekoren maar jammer genoeg waren dit niet toevallig de twee laatste nummers zodat er van enig herstel geen sprake meer kon zijn. En ook de eerder gebrachte cover van « Girls Just Want To Have Fun » (Cindy Lauper) verschafte geen meerwaarde.

De tribune in de Red Eyed Fly zat bomvol voor de Welshe singer-songwriter Cate Le Bon (***). Le Bon (een artiestennaam die als flauwe grap refereert naar de zanger van Duran Duran) is dertig, verhuisde dit jaar van Wales naar Los Angeles en brengt deze maand haar derde album ‘Mug Museum’ uit. Niet iedereen is gecharmeerd door haar hoge stem, het eerste folknummer dat ze zong klonk nogal zwaar op de hand en was een beetje gedateerd, maar in de meer uptempo nummers konden wij haar groot zangbereik wel appreciëren. Deze Welshe dame met het pagekopje schakelde soepel over van een lage zangstem (denk aan Nico van The Velvet Underground) naar hogere vocalen (Sinead O’Connor), stond op de tippen van haar schoenen zich uitreikend naar de microfoon en toverde splijtende gitaarmelodieën uit haar vingers waarbij de gebrachte indierock verwantschap toonde met haar grote voorbeeld Pavement. « Fold The Cloth » met zijn farfisa orgelgeluid had dan weer iets weg van Stereolab. Cate zong zondag geen nummers in het Welsh. Alleszins hebben wij toch geen songteksten gehoord met vreemde keelklanken.

Phosphorescent (****) onder leiding van Matthew Houck, bevestigden in de volgelopen La Zona Rosa opnieuw na hun erg sterke passage afgelopen zomer op Pukkelpop. Ook in Antwerpen werd aangetreden met dezelfde ruime bezetting (6 extra muzikanten inclusief twee keyboards). De groep wisselde Alt-Country en Americana af met een vleugje elektronica en bracht sterke songs in de beste traditie van Will Oldham en de onlangs veel te vroeg overleden Jason Molina. Uitschieters waren onder meer « Down To Go » (mede door een fraaie slidegitaar), « Song For Zula » (extra elektronica en opvallende voetdrum zorgden voor een mooie omkadering) en afsluiter « Los Angeles » (samenzang in combinatie met mooie gitaaraccenten en een 70’s klinkende orgel). Ook toen Houck zijn band – die hij overigens meermaals dankte – wegstuurde naar de coulissen, bleef hij uitermate boeien. Met het ontroerende « Muchacho’s Tune » kreeg hij de zaal muisstil en bij « Wolves » uit ‘Pride’ (2007) maakte hij op het einde gebruik van een loop machine om zijn stem- en gitaargeluid te samplen. We zagen het op Crossing Border Ed Harcourt hem al voordoen en ook nu pakte het bijzonder fraai uit. Of hoe Americana ook eigentijds kan klinken.
Het dit jaar uitgebrachte album ‘Muchacho’ is er eentje voor de eindejaarslijstjes en met zijn uitstekend concert onderstreepten Houck en zijn bandleden dat dit volkomen terecht zou zijn.

We hadden mede op basis van hun uitverkochte passage in de Brusselse AB Club vorig jaar, opnieuw heel wat verwacht van de set van Radical Face (***). Zeker nu hun vorige album ‘Family Tree: The Roots’ (2011) zopas een mooi vervolg kreeg in de vorm van ‘Family Tree: The Branches’, het tweede deel uit een trilogie. Maar de groep onder aanvoering van de Amerikaanse zanger-liedjesschrijver Ben Cooper (ook de helft van onder meer Electric President), bezorgde ons niet het verhoopte gevoel. Hun luisterliedjes gingen niet zozeer de mist in (deze was gelukkig de nacht ervoor opgetrokken) maar verdampten nagenoeg volledig in het lawaai van publiek dat binnenkwam of de dorst leste aan de naastgelegen toog. Dat ieder groepslid van Radical Face ook nog eens neerzat, deed het stem- en volumebereik geen goed. Bijgevolg dat de humor van Cooper niet verder reikte dan de eerste rijen. En ook de details (zoals met een drumstick over de cymbalen strijken tijdens het prachtige « Always Gold » of het bij wijze van percussie op de billen klappen tijdens het afsluitende, via het gebruik in een reclamefilm van Nikon bekende « Welcome Home »)  gingen voorbij aan de aandacht van velen. Dat « The Gilded Hand » een uitvoering à la dEUS ten tijde van hun ‘Worst Case Scenario’ meekreeg, werd evenmin in de thuisstad van Barman en co opgemerkt.

Onopgemerkt en ten onder gaande aan het rumoer in de Continental Upstairs was ook de set van RM Hubbert (*) (niet in het minst vanwege de setting). Eveneens hier brachten enkel de voorste rijen van de toeschouwers enige aandacht op voor de akoestische nummers van de uit Glasgow afkomstige zanger-gitarist terwijl er heel wat bestellingen aan de bar werd gedaan of dat fans van John Grant reeds hun opwachting maakten aan de deuren richting grote zaal. Noch de imposante verschijning van Hubbert of een afsluitend duet met Aidan Moffat waren hier tegen opgewassen. Het was wellicht beter geweest om de man in de kleine zaal van de Red Eyed Fly te programmeren omdat die locatie afgesloten was van de vele passanten. Daar zouden zijn mooie – laten we dat niet vergeten - folknummers veel beter tot hun recht gekomen zijn. Een gemiste kans.

Fat Possum was ooit een legendarisch bluesrock label maar de laatste tijd brengen ze ook meer popgetinte releases uit. Een voorbeeld hiervan is het tweede, zelf getitelde album van het New-Yorkse vijftal Caveman (**1/2). Zanger Matthew Iwanusa mepte in de Club De Ville tijdens een aantal nummers stevig op een drum, de band wisselde gitaarmelodieën af met keyboardlijnen en het geheel klonk poppy en optimistisch maar desondanks zinderden niet alle nummers even sterk na.

Wél nazinderend was het concert van John Grant (****) in de La Zona Rosa. De gewezen frontman van het in de jaren ’90 opgerichte The Czars die door het uitblijven van succes in de schemerzone belandde, jarenlang vocht tegen zijn alcohol- en drugsverslaving en ook nog diende op te boksen tegen gevoelens van verwarring en vervreemding, kerfde aan de hand van zijn gevoelsmatige, autobiografische teksten meermaals vlijmscherp in het hart en het gemoed van de toeschouwers. Vooral het aangrijpende « Glacier », ontsproten aan het feit dat Grant diende te leren omgaan met zijn homoseksualiteit en geschreven om zichzelf moed in te spreken, liet niemand onberoerd. En dat het Grant ook zelf nog steeds niet onbewogen laat, bleek toen hij bij aanvang van het nummer de setlist gelegen aan zijn microfoonstandaard, als uitlaatklep met een krachtige beweging wegtrapte.     
Grant die het publiek af en toe in het Nederlands toesprak, plukte vooral nummers uit zijn in het voorjaar verschenen, tweede soloalbum, ‘Pale Green Ghosts’. Dat daarop door de input van Birgir Þórarinsson (a.k.a. Biggi Veira) van de IJslandse formatie Gus Gus veel meer elektronica gebruikt werd dan op zijn voorganger, het excellente ‘Queen Of Denmark’ (2010), werd ook in Antwerpen nog eens overvloedig gedemonstreerd. Tijdens « It Doesn’t Matter To Him » was de inbreng van elektronica nog sporadisch en « Pale Green Ghosts » vertoonde gelijkenissen met het vroege werk van The Human League, Fad Gadget of Depeche Mode. Maar het was in de eerste plaats « Black Belt » voorzien van een prachtige opbouw, dat de grote zaal van de Arenberschouwburg injecteerde met een clubsfeer. Daarbij imponeerde Grant telkens met zijn krachtige baritonstem door moeiteloos het volume te kunnen weerstaan.
Het voormelde drieluik verdeelde het publiek – net als in de Botanique eerder dit jaar – in voor- en tegenstanders. De eensgezindheid keerde tegen het einde van de set terug met een schitterend uitgevoerd « Queen Of Denmark », door Grant solo op piano ingezet en uitmondend in een mooie finale.
John Grant en zijn nagenoeg volledig IJslandse begeleidingsgroep (de man woont tegenwoordig in Reykjavik) kregen na afloop een staande ovatie.  

Het was al de vierde keer dat we dit jaar Savages (****) aan het werk zagen. Om maar aan te duiden dat dit voor ons qua nieuwe bands dé live band van 2013 is. Terwijl de productie van hun plaat ‘Silence Yourself” de intensiteit van hun concerten mist, is live de postpunk sound van deze vier Londense meiden een sonische mokerslag. Natuurlijk brengt Savages niets nieuws. Net zoals Interpol zijn Savages gigantisch schatplichtig aan de troosteloze new wave sound van de vroege jaren ‘80, met Joy Division, Magazine en Siouxsie And The Banshees als grote inspiratiebronnen. Maar de power en de dynamiek van de ritmesectie (ook op Crossing Border was het drumwerk van Fay Milton in alle betekenissen van het woord doeltreffend), gecombineerd met de gitaarbeheersing van gitariste Gemma Thompson en de vocale kracht en podiumprésence van zangeres Jehnny Beth Beth (echte naam: Camille Berthomier), is ongeëvenaard. Op het kleine podium van de Club De Ville hadden Savages weinig bewegingsruimte maar toch vonden we ze beter (lees: strakker) dan op Pukkelpop afgelopen zomer of een drietal weken geleden in Le Grand Mix (Tourcoing). Tijdens « Shut Up » kregen we een machtig samenspel tussen de spattende hi-hats en de slappende bas van de jarige bassiste Ayse Hassan en voerde de declamatie van Jehnny Beth de zaal naar een eerste hoogtepunt. Ook « City’s Full » had een machtige drive waarbij Gemma Thompson gretig gitaaruitbarstingen rondstrooide. Savages namen toen een beetje gas terug met « Strife » en « Waiting For A Sign » dat veel mee had van Jeff Buckley’s rauwste nummers in hun legendarische live uitvoeringen (zie ‘Eternal Life’). « She Will » had dan weer evenveel meezinggehalte als de vroege Editors maar het refrein was vlijmscherp als een net uit de verpakking gehaald nieuw scheermesje en Jehnny Beth deelde muzikale karateslagen uit als een vrouwelijke Bruce Lee. Savages ontbonden al hun punkduivels in het  korte « Hit Me » en trakteerden de Arenbergschouwburg nog op een verschroeiende finale met het abrasieve « Husbands » en de aan het Gang of Four schatplichtige disco not disco van « Fuckers ». Savages: Game, set en match.

Pure kracht en subtiele verfijning lagen op Crossing Border maar enkele traptreden van elkaar verwijderd. Onze gehoororganen moesten zich dan ook even aanpassen toen we de grote zaal betraden waar de afsluitende band van deze festivaldag, These New Puritains (****), reeds aan hun set begonnen waren. Terwijl Savages nog volop de kaart van de postpunk trekken, hebben These New Puritains dit genre intussen al geruime tijd nagenoeg volledig achter zich gelaten. De weg die ingeslagen werd met hun vorige album, het fel bejubelde ‘Hidden’ (2010) wordt met hun nieuwe, derde album ‘Field of Reeds’ verder gevolgd en geplaveid met een extra aan speciale instrumenten en klanken. Het leidt hun artrock nog meer richting uitgekristalliseerde klassieke muziek, elektronica en jazz. Bij momenten deden ze ons in de Arenbergschouwburg denken aan The Cinematic Orchestra of in mindere mate Bonobo maar dan met minder soulinvloeden. Wel hadden ze een jazzzangeres meegebracht die haar stempel op enkele nummers kon drukken.
« Organ Eternal »
wist te verleiden door zijn combinatie van een repetitief keyboard thema (zoals vaak te horen bij minimalistische klassieke muziek) met vibrafoon en blazers. De havik die ze in de studio zouden losgelaten hebben om het gekrijs te kunnen opnemen en verwerken in het nummer, hadden ze gelukkig voor de toeschouwers en het welzijn van het beschermde diertje niet mee. De freejazz in « Field of Reeds » werd zo beheerst gespeeld dat het net niet alle kanten op stuiterde mede door een erg mooi refrein, mijmerende blazers, verzorgde gitaarstukjes en de samenzang tussen Jack Barnett en de gastzangeres.
In het Nederlandse luik van Crossing Border zou Barnett naar verluidt de toeschouwers uitgeput hebben waarbij slechts een handvol toeschouwers achterbleven. Maar zo’n vaart liep het in de Arenbergschouwburg zeker niet. Ondanks de niet hapklare brok muziek, bleef de zaal toch vrij goed gevuld tot op het einde.
Enige minpunt was dat er soms een zo hevige geluidslaag werd aangebracht dat de stem van Barnett bij momenten veel moeite had om er bovenuit te geraken en te weinig op het voorplan kwam.
Wat These New Puritains brachten, deed ons denken aan de passage van The Kyteman Orchestra vorig jaar. Een mengelmoes van stijlen en tempo’s zonder de eenheid daarbij te verliezen maar synchroniserend tot een perfecte cross-over. Volledig passend dus in de sfeer van het Crossing Border festival. Of om maar aan te duiden dat het festival niet enkel symbool staat voor het samensmelten van literatuur en muziek maar dat ook binnen één culturele tak nog uit verschillende vaten getapt kan en mag worden.

Editie 2013 van Crossing Border had op muzikaal vlak dan wel niet de grote kleppers en de affiche oogde commercieel misschien minder aantrekkelijk als vorige edities (de publiekstrekkers stonden ook al eerder dit jaar op een Belgisch podium) maar haalde toch voldoende kwaliteit in huis om iedereen te kunnen boeien.

Organisatie: Crossing Border ism Arenbergschouwburg, Antwerpen

Aanvullende informatie

  • Datum: 2013-11-17
  • Festivalnaam: Crossing Border Festival 2013
  • Festivalplaats: Arenbergschouwburg
  • Stad (festival): Antwerpen
  • Beoordeling: 4
Gelezen: 739 keer