logo_musiczine_nl

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Zara Larsson 25...
DIIV 6-03-2024
Johan Meurisse

Johan Meurisse

donderdag 26 maart 2009 02:00

Cellar Dwellar

In ons landje bezitten we al enkele opmerkelijke potige rock ’n’ roll bandjes als Triggerfinger, Black Box Revelation en The Rones. Het West-Vlaamse trio Novac kan meedingen in dit genre, maar koos voor de meer subtielere, broeierige rockaanpak; de rauwe, ongepolijste , rommelige kantjes horen we eerder in het begin van de cd met “Led letter”, “Fontanella” en “Titled”. “Daylight savings”, “Either way” en de titelsong onderstrepen de catchy poprock. Op “Tainted” dwepen ze zelfs met trompetjes. De zang van Tom Vanlaere heeft veel mee van het plaatselijke Basics uit Tielt, maar valt soms wat te hoog uit, wat het rock’n’roll gehalte wat te braafjes maakt. Maar de band kan aardig doorgaan en heeft de kunst van het songschrijven onder de knie.

Info op http://www.novac.be

donderdag 02 april 2009 03:00

Controlling Crowds

Het uit Londen afkomstige Archive, gecentraliseerd rond het duo Darius Keeler en Danny Griffith, is toe aan de zesde langspeelplaat. De cd ‘Lights’ met o.a. de single “Veins”, van twee jaar terug, gaf de uiteindelijke erkenning die de band verdiende. Archive heeft een geheel unieke sound van ritmisch, slepende melodieën, huiveringwekkende, sferische soundscapes, trippop, industriële beats en indierock; een aangrijpend, intrigerend concept en een spannend broeierig geluid. Radiohead, Jesus & Mary Chain, The God Machine, BRMC, Spacemen 3, Massive Attack, Portishead en Pink Floyd waren bands die ons voor de ogen flitsten toen we hun nieuw episch, avontuurlijk werkstuk ‘Controlling Crowds’ beluisterden, dat in drie stukken is onderverdeeld en ruim 78 minuten duurt.
Elke song grijpt bij het nekvel, luister maar eens naar de opener “Controlling Crowds” of de single “Bullets”. Nummers als “Razed to the ground” en “Funeral” lijken wel de ideale soundtrack voor een film noir. Kosten noch moeite werden gespaard, want we horen een klassiek orkest en een koor op “Whore” en “Chaos”. Ook in de zang durft men heen en weer te slingeren: van een hemels bezwerende zang op de meeste songs naar een rapzang op “Bastarddised ink”.
De band bezorgt ons nogal wat kippenvel en weet op elke song te boeien; we zijn danig onder de indruk, dat dit wel één van de platen van 2009 kan worden …

donderdag 02 april 2009 03:00

Microcastle

Het Amerikaanse kwintet uit Georgia, Atlanta, Deerhunter, wordt met deze nieuwe cd beloond voor het intense werk van de voorbije jaren. Hun snedige en meeslepende indierock (knipoog naar The Feelies van de jaren ’80), door de graatmagere zanger/gitarist Bradford Cox omschreven als ambient punk, klinkt aanstekelijk, broeierig, intens en door de toegevoegde synths kleurrijk en spannend. Alles is mooi gedoseerd in ritme, structuur en instrumentatie. Elf homogene, bezwerende en dromerige composities (de op soundscapes geënte korte opener “Cover me slowly”, niet meegerekend) gaan van zacht, ingetogen moeiteloos over in een steviger aanpak; in het eerste deel van de cd zijn dit “Never stops”, “Little kids” en de titelsong.
Na enkele sferische soms avontuurlijke tracks, start de band opnieuw met hun bezwerende, puike rocksongs, met het lange “Nothing ever happened” als hoogtepunt. Op de afsluiter “Twilight at Carbon Lake” durft men de pedaaleffects eens stevig indrukken. Op “Agoraphobia” komen zelfs blazers aan te pas.
Op ‘Microcastle’ is er voldoende variatie te horen; stof om te zeggen dat dit een erg consistente, overtuigende plaat is geworden. Mag de band terecht op meer belangstelling rekenen …

donderdag 02 april 2009 03:00

Slipway fires

Het Britse Razorlight gaat van big naar bigger met de derde plaat ‘Slipway fires’. Muzikale noemer: toegankelijk gevarieerde poprock, soms aangevuld met piano, toetsen en strijkers. Het zijn songs die het moeten hebben van sentiment, melodieus, spannend, opbouwend en ingetogen. De commerciële potentie is groot , net als het ego van zanger Johnny Borrell. “Tabloid lover” en “You & the rest” zijn doorsnee popsongs, “Burberry blue eyes” heeft een sfeervolle opbouw en afsluiter “The house” is een snedige rocksong . Breder van opzet zijn “North London trash” en “Stinger” door piano en toetsen; “Nostage of love” is omfloerst door strijkers en met de ballad “Wire to wire” heeft de band een wereldhit op zak.Borrell mag nog spelen met z’n pose en imago, de groep heeft bereikt wat ze wou: bekender worden en een ruimer publiek aanspreken …

woensdag 08 april 2009 03:00

Alela Diane wakkert het kampvuur aan

Uit Nevada City komt de 25 jarige Alela Diane. Ze maakt deel uit van de talentrijke vrouwelijke singer/songwriterstal van de Amerikaanse (free) folkscene, waarvan we o.m. Joanna Newson, Jana Hunter en de dames van Cocorosie kennen. En recent nog zetten jonge wolvinnen als Jessica Lea Mayfield, Jolie Holland en Marie Sioux die dromerige, weemoedige sound verder.
Haar indiefolk klinkt innemend, aanstekelijk en wordt sterk ondersteund door haar fluwelen, heldere, emotievolle vocals. Kampvuurmuziek tussen droom en nostalgie, die huiselijkheid, bij het knetterende haardvuur, en een ‘hey ho’ samenhorigheid uitstralen. Ze komt zelfs aardig in de buurt van de americana/countryrock van Emmylou Harris, toch één van de iconen voor al deze jonge vrouwen.

Alela Diane boekte vorig jaar redelijk wat succes met haar debuut ‘The pirate’s gospel’ en liet op de snel volgende tweede plaat ‘To be still’ een kleurrijker geheel horen. In de meeste songs werd ze sober en elegant begeleid door een heuse band en een backing vocaliste. Haar pa trad bij op akoestische gitaar, fiddle en banjo. Sfeervolle folky popsongs hoorden we van de tweede plaat: “The alder trees”, “Every path”, “My brambles”, “Age old blue” en “White as diamond”, maar we waren het meest gecharmeerd van de intieme, ingetogen pracht van haar akoestisch gitaargetokkel en haar pakkende stem, waaronder “Third feet”, “The rifle”, “Clickity clack” en in de bis “Oh, my mama” (toevallig net allen uit haar debuut!), opgedragen aan haar moeder die ze enorm dankbaar is dat ze haar zo leerde zingen.
Een uitverkochte AB eerde de artieste en haar band, wat op het podium voor het nodige spelplezier zorgde. Ze durfde al eens het tempo verhogen, “The pirate’s gospel” of wat steviger klinken als op “Pigeon song” en de uitsmijter “Sister self”, waarbij ze het publiek moeiteloos kon overhalen tot handclapping en het meeneuriën van het refrein. Een heerlijk slot wat uitnodigde tot een rondedans.

De sympathieke Diane probeerde alvast de mensen dichter bij elkaar te brengen en liet het uiterst gezellig klinken met een gevarieerde set. De sterkste songs komen nog steeds van het debuut; ze klonken tav de ruimere aanpak van het nieuwe materiaal het meest gepassioneerd door hun gevoelig karakter. Toch kan ik me niet van de indruk ontdoen dat Diane het best tot haar recht zou komen in een kleiner zaaltje …Hint: twee keer ABBox?

Support William Elliott Whitmore had meteen het publiek mee. De troubadour stuurde hoopvolle boodschappen de zaal in en zorgde voor ‘a good time feeling’. Hij ging gretig in op de reacties van de eerste rijen. Z’n altcountry/americana folkblues intrigeerde. Hij profileerde zich ergens tussen Seasick Steve en Calvin Russell en met z’n doorleefd grauwe stem meette hij zich met Waits en Cash. Iemand die we zeerzeker terug mogen verwachten …

Neem gerust een kijkje naar de pics onder live foto’s

Organisatie: Ancienne Belgique, Brussel

Sonic City is geïnspireerd op het ‘All Tomorrows Parties’ Festival en biedt een eigenzinnige kijk op het gedifferentieerde en rijke muzieklandschap. De tweedaagse happening biedt een gevarieerd avontuurlijk programma, een combinatie van enkele gevestigde waarden en aanstormend talent in de undergroundscène. Voor de organisatie van De Kreun is Sonic City een artistiek hoogtepunt.
Het festival vond voor het eerst plaats in het najaar van 2007. De opzet is dat een band het festival cureert. Bij de vorige editie waren dit Millionaire freaks Tim Vanhamel en Aldo Struyf. Met enig vrijblijvend uitstel kon Dälek, één van de meest gerespecteerde experimentele hiphoppers, de uitdaging aangaan. Een divers programma, wat succesvol werd onthaald door het publiek.
Btw de indie-rockers van Deerhoof nemen volgend jaar het curatorschap op zich …

Op zaterdag 4 april traden volgende bands op: Dälek, AmenRa, Candie Hank, Charles Hayward, 2nd Gen, Subtitle, Uniform en Zucchin Drive.
Op zondag 5 april konden we terecht voor Odatteee, Destructo Swarmbots, Guapo, Bong Ra, Zu, Action Beat, Small Silence en Earth

Dag 1 Sonic City: zaterdag 4 april 2009
De eerste drie bands lieten we over ons heen gaan, en sloten aan bij de cyber/industrial van het Britse trio 2nd Gen. Een aanstekelijk experimental stoorzendergeluid, waarachter intrinsieke schoonheid schuilde, door de waaier van elektronica, laptops, resonantie en ontstemde gitaarloops, wat deed denken aan Fxx Buttons. Maw een geheel van dronesoundscapes, noise, psychedelica, vette basses, neurotische sounds en industriële beats. Af en toe weerklonken grauwe screamo’s in de beste traditie van ‘80’s Swans Michael Gira.
Het publiek liet zich meeslepen in dit grotendeels instrumentaal bezwerend avant-gardistisch muzieklandschap, wat zorgde voor een uiterst overtuigend concert.

Charles Hayward is al van de jaren ’80 actief. Al ruim vijftien jaar is de man op gerespecteerde leeftijd solo actief. Een éénmansband op drums, die stoeit met elektronica en allerhande tierlantijntjes om zijn intense energieke drums een breder concept te bieden. De man heeft een indringende blik, wat zeggingskracht bood aan z’n dreunende spacey synths. Z’n declamerende brabbelende en onvaste zangstijl deed denken aan Gavin Friday, maar dan in de tijd van de Virgin Prunes. Hayward heeft al in het zaaltje in de jaren ‘80 langs geweest, toen het nog de Limelight heette. De magie van toen haalde hij aan in lang uitgesponnen songs van snedige drums, cimbaalgeroffel en mokerslagen, aangevuld met soms dreigende soundscapes.
Een overwegend donker, soms apocalyptisch geluid dat de kaart van de toegankelijkheid niet uit de weg ging. Hayward kreeg een sterke respons, en zoals het een waardige Brit beaamt, dankte hij z’n publek op een weledele, nobele wijze.

Eén van de alter ego’s van de Duister Patric Catani is Candie Hank. Deze jonge Beck lookalike was omgeven door een sliert elektronica. Op een videowall zagen we beelden van allerhande volumeknoppen, schuivers en fragmenten van zwart-wit weirde soms wansmakelijke science-fiction b- films uit de jaren stilletjes. Hij overweldigde met een wall van gabberhouse, hardcoretechno, ‘80’s Neue Deutsche Welle, trance en schlager, ergens tussen de terreur van Atari Teenage Tiot, T-Raumschmiere en Otto Von Schirach. De eerste rijen gingen maar al te graag uit hun dak op deze bonkende beats.

AmenRa, vaandeldragers van de postmetal/doom/sludge, is al toe aan hun vierde ‘Mass’ cd en beschikken over een trouwe fanbase. De groep was zowaar letterlijk sterven op dood, maar heeft zich waardig kunnen herpakken om er in te vliegen met een immens verpletterende sound, broeierig, donker, dreigend en … apocalyptisch; hard en zacht stonden in een continu spanningsveld. Een pikzwart duistere sound van diverse tempowisselingen, wat de ideale soundtrack leek voor de komende Kapellekensroute in de Mariamaand … een soort Vespers at Midnight onder volle maan op het uur van de weerwolf. Het roept beelden op van arachnofobia’s, tornado’s en tsunami’s. De strakke en krachtige gitaarstukken (dito soli), een log ronkende bas en het intense drumspel zijn afgestemd op de screams en cleane zang van Colin Vaneeckhout, die steeds met de rug naar het publiek stond en oogcontact hield met de drummer. Uit het recente album haalden ze o.a. “Silver needle, golden nail” en “Aorte, …”. Een klein uur lang hielden ze het publiek in hun greep in een donker decor van twee à drie witte spotlights en traag lopende projecties.

Tot slot mocht curator van dienst Dälek met z’n drieën optreden als headliner. Een bijzondere muzikale wereld van donkere hiphopsounds, trage, lome triphopbeats en noiserock onder de declamerende zegrap van Dälek himself. De drie heren Will Brooks (MC Dälek), Alap Momin (aka The Oktopus) en Hsi-Chang Linaka (aka Still) stelden in een verschroeiend tempo het nieuwe werk voor van ‘Gutter Tactics’: “Who medgar ever was …”, “No question”, “Armed with Krylon” en “We lost sight” bepaalden meteen die unieke sfeer in de songs en dompelden ons onder in dat broeierig spanningsveld, aangevuld met enkele classics van hun debuut ‘From filtry tongue of Gods & Griots’ (“Spiritual healing” en “Street diction”) en “Ever somber” uit ‘Abscence’. De titelsong van de recentste plaat besloot een eerste keer deze krachtige, intrigerende en boeiende set. Op “Atypical Stereotype” en “Classical homicide” in de bis werd het trio aangevuld met andere group members, die de songs nog wat meer dynamiek en intensiteit gaven. Ze besloten in een oorverdovende oase van noise en wahwah deze eerste Sonic City avond. Much respect for Dälek, die de hiphop een vernieuwend gezicht gaf …

Organisatie: De Kreun, Kortrijk (ism Hitch vzw)

dinsdag 07 april 2009 03:00

Circus Bulderdrang is terug!

Circus Bulderdrang is er na tien jaren van stilte terug. Een exclusieve reünie van het absurdistisch rariteitencabaret waar o.a Vitalski ( schrijver, dichter, stand-up comedian, …) en auteur Geert Beullens deel van uitmaken, hebben een show klaar waarvoor ze de mosterd haalden bij Jules Verne’s ‘Reis naar het middelpunt der aarde’. Niet iedereen van vroeger kan er nog bij zijn … IM de hilarische JMH Berckmans (cultschrijver, nachtraaf en verslaafd aan alkohol/sigaretten).
Maar het respect van het kwintet blijft. Deze Bulderboys bieden vier showgigs (telkens de eerste van de maand (1.2; 1.3; 5.4; 3.5)), btw op voorhand uitverkocht, om dan in oktober een megaspektakel op het podium te laten zien.
Hun reis vol zotte toeren is een absolute must om eens aan het werk te zien; we namen deel aan sessie drie, een gig vol waanzinnige voorstellingen, waarbij ze goochelden in sketches, tekstmateriaal, video-opnames, decor verbouwen, songs creëren en krankzinnige personages en creaturen. To do!

Organisatie: Arenbergschouwburg, Antwerpen

Het Aarschotse meisjeskoor Scala is het idee van de broers Stijn en Steven Kolacny. Olv van deze twee charismatische ‘koorleiders’ coverden ze op hun ‘On the rocks’ platen bekende rocksongs omgebogen naar de hemelse stemmen van het meisjeskoor en de piano, toetsen en elektronica van Steven, met Stijn als dirigent. Poprocksongs kregen een eigen unieke wending. Een eenvoudige, doeltreffende succesformule waarin de broers een vleugje humor staken. Vanaf de cd ‘It all leads to this’ stak Steven er een eigen identiteit in, met meer eigen songs. Het recente ‘Paper plane’ bevat enkel en alleen eigen nummers, wat een nieuwe, maar ook logische stap van de broers inluidt …

Scala werd door de jaren wisselend onthaald op hun formule , maar ze duwden de kritiek definitief van zich af, gezien het eigen materiaal deze avond centraal werd geplaatst en overtuigde. Scala is een popband geworden, met drums, toetsen en een koor. Bevriende gast was Koen Buyse, die ook een drietal nummers inzong. Deze voorstelling werd simultaan getolkt in de Vlaamse gebarentaal, een initiatief waar we toch naar opkeken. Respect! De grappige interventies van Steven tussendoor gaven nog wat elan.
Het frisse, sfeervolle en ingenomen materiaal, zowel Nederlands- als Engelstalig, mocht er duidelijk zijn, waaronder “It ‘ll never come back”, “Woorden”, “Kleine man” en “Little more each time, gevarieerde songs in tempo en die garant stonden in sfeer creëren. Hun nieuwe klanken, net als de choreografie, pasten mooi in de outfit van het koor.
Ook het gecoverde materiaal zat mooi vervat binnen de eigen hemelse pop: “Every breathe you take”, de classic “Nothing else matters”, die van een zachte naar een meer krachtige aanpak ging, en de twee songs van Pierre Rapsat, die zelfs door Steven’s elektronica een groovy beat kregen. Scandinavië werd hoog in het vaandel gedragen dor de broers; twee songs haalden ze aan die refereerden naar de sound dito vocalpracht van Karen Dreijer (van The Knife), Björk en Sigur Ros. En met Koen Buyse werd “King of the town”, uit het succesvolle ‘The place where you will find us’ (’02), en het intieme “Hurt”, sober begeleid (ode aan Johnny Cash en Trent Reznor’s NIN) gebracht.
Een ruime bis breidden ze aan hun voorstelling , waaronder KT Tunstall’s “The black horse & cherry tree”, een ingetogen Bruce Springsteen’s “Streets of Philadelphia” (opnieuw met Koen), een medley en Noordkaap’s “Ik hou van U”, waarop het publiek de kans kreeg het refrein zowel zacht als luidkeels mee te zingen.

Scala profileerde zich als een popband met een hemelse koorzang. Hun nieuw ingeslagen weg intrigeerde, ontroerde en moest niet onderdoen aan de vroegere succesformule.

Organisatie: CultuurCentrum Kortrijk


zaterdag 28 maart 2009 02:00

Arsenal tekende de AB zomers

Arsenal wist in geen mum van tijd twee keer de AB uit te verkopen. Na enkele try outs , de daaropvolgende clubtour in het voorjaar van 2008 en de intense festivalzomer, wou Arsenal met enkele guests, die meewerkten als gastvocalisten op hun platen, de tour van de derde cd ‘Lotuk’ mooi besluiten. En Arsenal slaagde opnieuw in een stomend multi-cultureel feestje , een opwindende livegig door de smeltkroes van exotische, dansbare pop tot een meer strakke aanpak en een sfeervol , ingetogen sound.

Arsenal zorgde voor de ideale ontlading na een stresserende werkdag met hun kleurrijke, zuiderse en zomerse catchy groovy popsound. Het publiek werd gaandeweg warm gemaakt met “Selvagem” en “Switch”, waarin een prachtrol was weggelegd voor vocaliste Leonie Gysel, naast John Roan, die de menigte graag opzweepte. Het trancy opbouwende “Shu qi ni de tou fa” met de Chinees Chi Zhang als eerste gast en een mooi uitgesponnen “Longee” volgden. Het vuur zat er pas echt in met het dansbare “Lotuk”, dat geïnjecteerd werd met elektronicableeps en onderhouden werd door een sterke samenzang Gysel – Roan. Ze zetten hun heerlijke, aanstekelijke zuiderse sound met pulserende beats en party gevoel verder op “Turn me loose”, met de raps van Mike Ladd (het aan Coldcut geïnspireerde “Walk a mile in my shoes” (zang Robert Owens)), “Estupendo”, “Mr Doorman”, “Saudade” en “Personne ne bouge”, gastrol Baloji, die het nummer live nog aantrekkelijker maakte. Iedereen wiegde mee, zwaaide met de handen of floot en zong vrolijk de refreinen mee. Tussenin zaten het ingetogen “Either” en “How come”, sober begeleid en gedragen door een harmonieuze zang.
Arsenal werd luidkeels onthaald en was onder de indruk van de respons. “Ongelofelijk” en “Brussels is a dancer” hitste Roan de massa op. We kregen een uitgebreide bis aangesmeerd met “The coming”, bepaald door de zang van Gabriel Rios, de dansbare meezinger “A volta” en het hemels fee-rijke “Who we are”, met – opnieuw - een glansrol van Leonie.
Iedereen zat op dezelfde golflengte, amuseerde zich kostelijk en kon er niet genoeg van krijgen; een reprise van “Lotuk” volgde, nog opzwepender en dynamischer, onder het elektronicasounds en beats van Hendrik Willemyns.

Arsenal bracht een unieke zomerse cocktail en speelde – opnieuw - een meer dan overtuigend concert. Een liveband bij uitstek die nooit verveelt, en ons totaal relaxt huiswaarts deed keren …Het enige minpuntje was de afwezigheid Mario Vitalino dos Santos, die op hun recentste album tekende voor de mooiste songs …

Mike Ladd, één van de gastvocalisten van Arsenal die avond, moest er met zijn funky, trippende hiphop elektronica er hard tegenaan om het publiek te boeien. Een showke tussendoor met z’n toetsenist gaf elan aan het geheel.

Organisatie: Ancienne Belgique, Brussel


donderdag 19 maart 2009 02:00

All the plans

Het Britse Starsailor heeft met ‘All the plans’ een plaat uit, die het midden houdt van de vorige drie cd’s. Een verzameling van maar liefst 14 songs die wat uitbundiger, directer kunnen klinken of die bol staan van dramatiek door de semi-akoestische aanpak, toetsen en pianopartijen, gedragen door de gekwelde, emotievolle stem van de immer sympathieke zanger/gitarist/songschrijver James Walsch.
Starsailor doet waar ze goed in zijn. De groep eigent zich een plaatsje binnen de scène van Coldpaly, Elbow, Muse en Keane, draagt bands als het onvolprezen James en Ash diep in het hart en is inspiratievol voor jonge wolven als Air Traffic en Melee.
Starsailor verrast misschien niet echt, maar staat wel garant voor subtiele poprock en fraai gedragen ballads. Uit het rijke luistervoer halen we volgende nummers als vaandeldrager voor hun sfeervolle en goed opbouwende pop: “You never get what you deserve”, “Listen up”, “Darling be home soon”, “Tell me it’s not over” (wat een rockende single!) en de titelsong.

Pagina 258 van 296