Botanique, Brussel - concertenreeks

Botanique, Brussel - concertenreeks Elias Ronnenfelt, dinsdag 14 januari 2025, 20h Wallace Cleaver, Henri Bleu, vrijdag 17 januari 2025, 20h Famous, dinsdag 21 januari 2025, 20h Muddy Monk, woensdag 22 januari 2025, Orangerie, 20h Plain Jane, donderdag 23…

logo_musiczine_nl

Wilde Westen, Kortrijk - events

Wilde Westen, Kortrijk - events Concerten 2025 19-01 Scarbo ‘time unfolded’ 23-01 Jazz cats: Julien Tassin (double bill) (solo + Tassin/Hermia/Joris) @Concertstudio 24 + 25-01 ’t Hof Van Commerce (reculer pour mieux sauter) @Depart 29-01 Arno: Rock’n’roll…

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

while_she_sleep...
you_me_at_six_w...
Sam De Rijcke

Sam De Rijcke

donderdag 31 oktober 2024 18:02

Synthesizer

Even schrikken toch, een gitaar-noise band die zijn nieuwste album ‘Synthesizer’ doopt. Als dat maar goed komt. Dit is immers een band die wel open staat voor een experimentje, getuige de vele remixen van hun songs die ze op de streaming platformen pleuren.
Maar een mens is snel gerustgesteld, het is maar een titel, van een abrupte koerswijziging is hier hoegenaamd geen sprake, hoewel APTBS wel degelijk dat synthesizer-ding in de sound opneemt en geregeld het geluid van de eighties opzoekt. Check “Fear of Transmission”, dat inzet als een soort Bauhaus meets DAF en dan overgaat in de vertrouwde noise-poel. Het aanstekelijke “You Got Me”, met een riffje die nogal naar DIIV lonkt, is nog zo een fijne uitstap buiten de comfortzone en afsluiter “Comfort Never Comes” graaft ergens in de schemerzone tussen The Cure en Joy Division.
Voor de rest mag de decibelmeter hier als vanouds over de limiet gaan met vertrouwde noise-uitspattingen in schuimbekkende tracks als “Disgust”, “Bad Idea” en “Have You Ever Been In Love”, dit is vintage APTBS met gitaren die door merg en been snijden.

‘Synthesizer’ is nog maar eens een bruisend en snedig album van een band die zichzelf blijft uitdagen zonder de eigen herkomst te verliezen.

donderdag 31 oktober 2024 17:53

Moon music

Coldplay is een band die wij al vanaf hun derde plaat bij het huisvuil gezet hebben, maar uit pure nieuwsgierigheid, en om stiekem te kijken of er een vorm van onverhoopte genezing is opgetreden, zijn we nu toch even gaan luisteren naar hun nieuwe album. We hadden beter moeten weten.
‘Moon Music’ heet dat ding en het is een absolute verschrikking. Coldplay maakt zich hier schuldig aan derderangs r&b, halfslachtige ambient, ordinaire disco, fletse kermispop en inferieure hip-hop. Om de haverklap komen er dan nog eens irritante la-la-la refreintjes de kop opsteken die het geheel zo gênant maken dat een mens er acute diarree van krijgt. De heren miljonairs zijn er zich duidelijk van bewust dat alles verkoopt, als je er maar een gerichte en dure marketingcampagne tegenaan gooit. Ze zijn de schaamte voorbij en hebben de lat der goede smaak zodanig laag gelegd dat zelfs een mol er niet onder kan kruipen. Ze kakken zonder gêne een resem songs die dusdanig beschimmeld zijn dat die het containerpark niet meer in mogen. Dus mocht u dat misbaksel per abuis aangeschaft hebben en het na één luisterbeurt als de bliksem naar de kringloopwinkel wil brengen, ze zullen die afval daar al zeker niet aannemen en u abrupt terugsturen met de melding “Madammeke, we nemen veel binnen, maar er zijn grenzen”.
Meer dan 20 jaar geleden waren wij zeer te spreken over de eerste twee albums van Coldplay, die gasten hebben heus wel goeie dingen gemaakt. Maar op ‘Moon Music’ tref je niets anders dan beschamende platte kaas-pop die zelfs nog niet deugt om als achtergrondmuziek in de supermarkt gedraaid te worden.

‘Moon Music’, naar de maan ermee.

donderdag 31 oktober 2024 17:49

Rack

Geweldig nieuws, de legendarische underground noise-rockers van The Jesus Lizard hebben elkaar teruggevonden na een stilte van maar liefst 25 jaar.
De vraag is dan ook: kunnen zij nog zo fel, driftig, frontaal en energiek klinken als op de onvolprezen meesterwerkjes ‘Goat’ (1991) en ‘Liar’ (1992)? Het antwoord is een volmondig ‘JA!’.
‘Rack’ mag met geheven hoofd plaatsnemen naast die twee klassiekers, dit dankzij een stel ijzersterke, rauwe en zinderende songs. Hier zijn absoluut geen tekenen van ouder worden te merken, The Jesus Lizard is springlevend en bijt, snijdt, briest en sneert als nooit tevoren. Het gaat hard en bronstig in post-hardcore kopstoten als “Hide & Seek”, “Grind” en “Moto(R)”. Het sleept, sluimert en dreigt in “Armistice Day” en “What If?”. In het rauwe “Alexis Feel Sick” waart de geest rond van wijlen Steve Albini, een fan van het eerste uur die niet weg te denken is in de geschiedenis en entourage van de band. Hoewel Albini, die het loodje legde enkele maanden voor de release van ‘Rack’, deze keer niet de producer van dienst is lijkt hij toch prominent aanwezig in de rauwe, ongelikte, bruuske en naakte sound. Geen toeval, Albini heeft gewoon mee dat unieke geluid van The Jesus Lizard gevormd en zal voor eeuwig met deze band verbonden blijven.

Wij twijfelen er niet aan dat The Jesus Lizard na al die jaren deze intensiteit en ongebreidelde energie ook zal kunnen neerzetten op een podium, en dat mogen we aan den lijve gaan ondervinden op Les Nuits Botanique op 18/05/2025.

Mono - Beklijvend eerbetoon aan Steve Albini

De Japanse post-rock pioniers hebben eerder dit jaar ‘Oath’ uitgebracht, een mooi album die alweer vintage MONO klinkt, maar met meer orkestrale uitweidingen dan we van hen gewoon zijn. Voor de band alvast een reden om deze keer met een zeskoppig kamerorkest te toeren.

Het moet gezegd, die orkestrale bijstand zit de muziek van Mono, die op zich al heel filmisch en atmosferisch klinkt, als gegoten. Met de integrale live vertolking van de nieuwe plaat werd nog maar eens duidelijk hoe sterk en harmonieus dat album wel is, het kwam binnen als de prachtsoundtrack van een film die nog niet gemaakt is. Het gaf de leden van Mono de kans en ruimte om hun heftige gitaarexplosies, want die waren wel degelijk aanwezig vanavond, te laten overvloeien in zweverige en prachtige harmonische orkestraties.
Een perfecte match dus, maar dat wisten we al, want ze hebben dit al eens eerder gedaan, check het live album ‘Holy Ground: NYC live with the Wordless Music Orchestra” uit 2010.
Na een bekoorlijke en langzaam opborrelende opwarmingsronde was “Run On” de eerste grote apotheose waarin het complete gezelschap alle registers opentrok, het orgelpunt van de plaat, een Mono klassieker in wording. Verder in de set ontpopten “We All Shine On” en “Time Goes By” zich als prachtige post-rock juweeltjes.
Het was sowieso een goed idee om hier niet te gaan schiften in ‘Oath’ en het album van naaldje tot draadje in zijn live versie te laten schitteren. We moesten daardoor misschien wel een hele hoop Mono klassiekers missen, maar die houden we tegoed voor hun volgende passage.

Na het ‘Oath’ luik dook Mono alsnog even in hun back catalogue met twee uitgesponnen epische songs, eentje zonder sextet, eentje met. Hierbij draaiden de Japanners de gitaarsluizen volle bak open met een regelrechte aanslag op de trommelvliezen en een uit al zijn poriën openbarstende sound. Het ging van fluweelzacht naar verschroeiend hard en weer terug. Het klonk vooral wonderlijk, zoals het bij Mono overigens altijd al geklonken heeft.

Geen support act vanavond, maar voor de set hadden we al de ganse tijd de heerlijk rudimentaire songs van Shellac door de boxen horen knallen, en dat was niet zomaar toeval. Mono droeg immers de laatste song op aan ‘our hero’ Steve Albini, producer van ‘Oath’, ongewild één van de allerlaatste platen waarop hij de knoppen beroerde. Zo kreeg de finale nog een extra emotionele dimensie als ultiem eerbetoon aan de belangrijkste no-nonsens producer die de rockwereld ooit gekend heeft.
Quasi onmiddellijk na Mono’s beklijvende set joeg men dan nog eens “The End Of Radio” door de zaal. Die kwam echt hard binnen. Krop in de keel.

Organisatie: VierNulVier, Gent ism Democrazy, Gent

Gary Clark Jr. - Gary Clark Jr. smeert het breed uit

Gary Clark Jr. is één van de zeldzame performers die gezegend zijn met meerdere talenten, zo is hij een geboren entertainer, een briljant gitarist en een fluwelen soulzanger.
Het mag dan ook geen verassing zijn dat hij al die bekwaamheden maar al te graag etaleerde op het podium, wat ons betreft iets te uitvoerig.

Op zijn albums, en al zeker op zijn recentste en zeer wisselvallige ‘JPEG RAW’, tapt hij uit te veel verschillende vaatjes en dat uitte zich ook vanavond ook in zijn live gig. We ontwarden Jimi Hendrix, Marvin Gaye, Prince, Stevie Wonder, Curtis Mayfield en George Clinton. We hoorden blues, soul, jazz, r&b en stevige rock. We zagen tegelijk een gitaarheld, een soulman, een r&b zanger en een blueswonder. Nogal veelzijdig dus, maar de wonderboy nam te gretig de tijd om al zijn vaardigheden tentoon te spreiden. Hij gaf dan ook nog eens de ruimte aan zijn muzikanten om hun virtuositeit in de picture te zetten, vooral dan de keyboardspeler. Allemaal best wel knap en heel vakkundig, maar toch ook een beetje te veel van het goede.
Zo klokte de ganse set af na twee uur en een kwart, en dat had heus wel een half uur minder mogen zijn. Een iets strakkere en compacte set had hem een beter eindrapport opgeleverd.

Maar soit, gedaan met muggenziften, want hier was wel degelijk veel te beleven. Soulvolle ballads als “The Healing”, “Our Love” en “Habits” mochten dan misschien wel een zeemzoeterige aanvang hebben, ze groeiden dankzij een stel prachtige gitaarsolo’s uit tot werkelijke huzarenstukjes. Een fenomenaal “When My Train Pulls In”, een klassieker van het eerste uur, was een absoluut hoogtepunt met alweer een gitaarsolo die ons naar hogere oorden bracht. Verder in de set ontpopte een stevig uit zijn voegen barstend “Bright Lights” zich als subliem orgelpunt van de avond, een absolute kraker met Hendrixiaanse allures. Wij verlangden naar meer van dat, maar meneer besliste daar anders over en pakte net iets te veel uit met zijn naar Prince neigend falsetto-soulstemmetje. Op zich best wel aangenaam, maar de songs waarin hij dat deed waren net niet sterk genoeg en hadden stuk voor stuk een sublieme gitaarsolo nodig om van de banaliteit gered te worden. “To the End of The Earth/ Alone Together” bijvoorbeeld lonkte iets te nadrukkelijk naar Prince maar raakte eigenlijk nog niet aan de enkels van die kleine ukkepuk.
In de bisronde kwam Gary Clark Jr. in zijn eentje de blues vertolken met een wondermooi “In The Evening (When the Sun Goes Down)” om daarna nog eens volledig crescendo te gaan. Het complete gezelschap, versterkt met de Noorse support act Magnus Berg, drukte nog eens volop het gaspedaal in met een knetterend “Don’t Owe You a Thang” waarin de volumemeter een flinke ruk naar rechts ging en de gitaarsolo’s volop gierden (deze keer niet van de meester zelve, maar wel van zijn kompanen inclusief nog een keer die schitterende Magnus Berg, onthoud die naam). Een straffe eindspurt van een concert dat lang niet altijd de vaart had die het moest hebben, maar wel een flink stel verbluffende en adembenemende momenten vertoonde.

Een goede twee jaar geleden zagen wij deze rasartiest nog schitteren in de AB, toen haalde Jimi Hendrix het van Prince en haalde de bluesrock het van de soul. Nu was het eerder omgekeerd, maar toch alweer zeer de moeite, ondanks een paar mindere passages.

Neem gerust een kijkje naar de pics @Kristof Acke
https://www.musiczine.net/nl/component/phocagallery/category/7047-gary-clark-jr-22-10-2024.html?Itemid=0

Organisatie: Democrazy, Gent

Godspeed You! Black Emperor – Le Grand Mix in brand!

Krek op de dag van de release van het nieuwe album ‘NO TITLE AS OF 13 FEBRUARY 2024 28, 340 DEAD’ stond GY!BE op het podium van de Grand Mix, dit amper een jaar nadat ze hier bij de buren van l’ Aéronef een wonderlijk concert gaven. Met 4 tracks kregen we een uitgebriede rondleiding in de nieuwe plaat en al snel bleek dat deze weer even indrukwekkend is als de meeste van zijn voorgangers. Alle ingrediënten die deze band zo uniek maken waren immers aanwezig, een atmosferische sound, melancholische violen, verschroeiende gitaarpartijen, adembenemende verstilde momenten en epische noise-uitbarstingen.
De nieuwe tracks “BABYS IN A THUNDERCLOUD”, “RAINDROPS CAST IN LEAD” en “GREY RUBBLE-GREEN SHOOTS” mochten volgens het gekende recept stuk voor stuk in hun live versie lustig buiten hun oevers treden. Het waren toonvoorbeelden van hoe een G!YBE song een volledig publiek kan vastnemen, verwonderen en naar andere oorden brengen. Zowat iedereen werd meegezogen in dat alweer apocalyptische totaalspektakel.
Ook de onvermijdelijke visuals die steevast deel uitmaken van hun meeslepende gigs ontbraken niet. Chaotische beelden van verlaten gebouwcomplexen, neerstortende vliegtuigen, felrode vuurgloeden, rellen, bosbranden,… geen vrolijke eendjes in het park, dus.
Met “Fire At Static Valley” en “First of the Last Glaciers” plukte GY!BE twee geweldige pronkstukken uit hun vorige plaat ‘G_d’s At States End’ om dan volledig crescendo te gaan met “Chart#3” en “World Police and Friendly Fire”, een almachtige hap uit hun all time meesterwerk ‘Lift Your Skinny Fists Like Antennas To Heaven’. Volgend jaar is die plaat 25 jaar, mochten ze op het idee komen om ter ere van dat jubileum de plaat integraal live te spelen dan staan wij op de eerste rij, en dit al 2 dagen op voorhand.

Dit was nog maar eens een fenomenaal concert van een band die het post-rock genre niet omhelst maar overstijgt.

Organisatie: Grand Mix, Tourcoing

donderdag 12 september 2024 19:34

The Undertones - Old School punk aan een rotvaart

The Undertones - Old School punk aan een rotvaart

Wie we daar hebben, The Undertones, sedert 2007 geen enkele nieuwe song meer gemaakt maar wel nog steeds on the road, en dat met volle goesting. In een zo goed als volgelopen Vooruit zat er nu ook niet bepaald iemand op nieuw werk te wachten, wat men wou horen waren die strakke songs van meer dan 40 jaar geleden. Niemand kwam wat dat betreft bedrogen uit.

Eerst een lesje geschiedenis: The Undertones kwamen in 1979, toen punk nog volop smeulde, op de proppen met hun fantastische debuutalbum ‘The Undertones’, een poppunkpareltje van het zuiverste water. Niet zo frontaal en kwaad als The Clash, The Damned en The Sex Pistols, maar wel een album die stijf stond van de meest aanstekelijke punkrocksongs die in een glam-rock vaatje hadden liggen rijpen.
The Undertones brachten de fun terug in de punk, het moest niet allemaal zwartgalligheid zijn. Na dat ijzersterke debuut maakten ze nog één goede plaat (‘Hypnotised’) en twee matige (‘Positive Touch’ en ‘The Sin Of Pride’), en dan was het al gedaan.
Met name zanger Feargal Sharkey trok de stekker eruit om zich te storten op een nieuwe carrière in de wereld van de slijmbalpop. Zijn goed recht, maar diens stroperig soloalbum kwam er bij ons niet in. Het leverde hem wel enig commercieel succes op, weliswaar zeer kortstondig. Daarna leek hij voorgoed van de aardbol verdwenen.
De overige Undertones stampten ondertussen That Petrol Emotion uit de grond, brachten hiermee een stel puike en wat ons betreft zwaar onderschatte albums uit, maar de grote erkenning bleef uit en de groep is nadien een stille dood gestorven.
In 1999 botsten de heren dan op Paul Mc Loone en deze mocht voortaan als nieuwe zanger van de herboren Undertones door het leven zou gaan. Met Mc Loone blikten ze nog twee degelijke albums in (‘Get What You Need’ en ‘Dig Yourself Deep’), maar voor de energieke live gigs werd toch hoofdzakelijk geput uit de eerste 2 platen. En het moet gezegd, de voortreffelijke Mc Loone zijn stem zat de Undertones-songs als gegoten waardoor Feargal Sharkey nog wat dieper in de vergetelheid raakte, geen mens die hem miste.

In de Vooruit wisten The Undertones zelf wel hoe ze ons het best op onze wenken konden bedienen, namelijk een overdaad aan songs uit dat eerste album spelen, en dat in pure Ramones-stijl. Of wat dacht u hiervan, 35 tracks in anderhalf uur, maar liefst 17 stuks uit dat geweldige debuut, met de flitsende punkers “Male Model”, “Family Entertainment”, “Emergency Cases”, “True Confessions” en “Jump Boys” als de meest razende wildebrassen, en de hits “Jimmy Jimmy”, “Teenage Kicks” en “Here Comes The Summer” als de meer gekende favorieten.
Mc Loone heeft er na al die jaren wel vrede mee genomen dat hij het meest succes oogst met uiterst pittige songs die allemaal zonder hem zijn tot stand gekomen, hij koesterde de bastaardsongs alsof het zijn eigen bloedjes waren en zong ze met een air van “Who The Fuck is Feargal Sharkey?”, deze mocht verder roesten in zijn vergeten kelder. En met de puntige punksongs “Thrill Me” en “Oh Please”, allebei uit “Dig What You Need” (en dus wel zijn eigen kindjes), had Mc Loone twee songs beet die even straf en energiek uit de hoek kwamen als al die klassiekers.
Al dat moois zat gemurwd tussen opener “Jimmy Jimmy” (met de deur in huis vallen, heet dat) en afsluiter “My Perfect Cousin” (er met een knaller uitgaan). Het was punkrock zoals het in de goeie ouwe tijd allemaal bedoeld was, zonder pretentie, aan een rotvaart en klof op uw bakkes.

Organisatie: Live Nation ism Democrazy + Viernulvier, Gent

Meatbodies - Zweterige garage-rock in de Witloof-kwekerij

Meatbodies is de uitmuntende band van Chad Ubovich, een gitarist die zijn strepen heeft verdiend in de Californische entourage van het alomtegenwoordige multitalent Ty Segall. Ubovich stapte het afgelopen decennium geregeld het podium op met één van Ty Segall’s talrijke bandjes en beroerde laatst nog de basgitaar bij het geweldige Fuzz.
Qua sound mogen we het gerust ook in die buurt gaan zoeken, zweterige pretentieloze garage-rock, vette psychedelica en zompige seventies-rock met af en toe een welgemikte punk-kopstoot.

Meatbodies heeft met hun vierde album ‘Flora Ocean Tiger Bloom’ een geweldige plaat uit, hun meest gevarieerde en beste tot nu toe en voor ons dé reden om als de bliksem naar Brussel af te zakken. Voortgaande op de zeer matige publieke opkomst in de sympathieke Witloof Bar moesten we helaas vaststellen dat er maar weinig rockliefhebbers die mening met ons deelden.
Een fantastische band als Meatbodies verdient meer dan dat, laten we het dan maar bij een goed bewaard geheim houden. Want schitteren, dat deden ze als geen ander. Dit met de stomende riffs van “Tremmors”, de stuiterende punkrock van “Off” en “Disorder” en de heavy nineties rock van “Silly Cybin”. Zoals te verwachten was “Move”, hét prijsbeest van dat nieuwe album, een absoluut hoogtepunt. Een lang sluipend monster drijvend op een dreigende basgitaar en overgoten met de meest verrukkelijke gitaarpartijen, een parel van het zuiverste water. Daarna kregen we het ook al nagelnieuwe en al even bruisende “The Assignment”, nog zo een klepper uit ‘Flora Ocean Tiger Bloom’.

Na een uurtje hield het trio het al voor bekeken, maar dat zijn dikwijls de beste gigs, geen tijd voor overbodige truukjes of ongewenste intermezzo’s, gewoon een uur lang alles geven en dan de gashendel onherroepelijk dicht.

Organisatie: Botanique, Brussel

donderdag 29 augustus 2024 10:14

Wild God

Cave had het zelf al aangegeven voor de release, hij heeft terug rust en geluk gevonden in zijn leven. Dat weerspiegelt zich inderdaad in ‘Wild God’, maar wat ons betreft is dat geen goed nieuws. Die rust en geluk vertalen zich eerder in berusting en gemoedelijkheid, en laat dat nu net twee eigenschappen zijn die we zeker niet willen horen op een Nick Cave plaat. Van Cave verwachten we furie, woede, passie en bezwering. Niets van dat op ‘Wild God’, wat hij hier brengt zijn nog steeds vintage Cave songs, maar op de één of ander manier is telkenmale de angel er uitgehaald. Het helpt ook niet dat de songs worden opgefleurd met een overdaad aan orkestratie en dat er om de haverklap een achtergrondkoortje komt opdraven.
Op ‘Skeleton Tree’ en ‘Ghosteen’ was er ook geen razernij te bespeuren, maar die platen kerfden zo diep dat het pijn deed, daarop voelden we de bezieling tot diep in de aderen. Maar deze keer raakt Cave ons niet, het album laat zich gezapig beluisteren, je kan het opzetten tijdens oma’s theekransje. Maar dit is Fucking Nick Cave ! hebben we hierop 5 jaar moeten wachten ?
Let wel, hier staan nog altijd een paar hoogstaande songs op, zoals “Song Of The Lake”, “Frogs” en “Conversion”. Maar zelfs die hadden beter geklonken als Cave er wat meer vuur had ingestoken, en als ie rechterhand Warren Ellis wat minder aan de leiband had gehouden. Want ook dat merken we op, we voelen de aanwezighed van Ellis niet, hij die zo zo zijn stempel had gedrukt op de vorige Cave platen. Ellis zorgde voorheen altijd voor extra geesdrift en voor tegendraadse sounds die dwars door de songs sneden. U zal er deze keer tevergeefs naar zoeken.
Naar het einde toe zakt de plaat zelfs helemaal in mekaar, op “Long Dark Night”, “O Wow O Wow” en “As The Water Covers The Sea” gaat de gezapigheid over in meligheid en beginnen de achtergrondkoortjes danig op de zenuwen te werken.

Dit is zonder meer de zwaktste Cave plaat ooit. De man heeft natuurlijk de lat voor zichzelf zodanig hoog gelegd dat een ondermaats album er wel eens moest van komen.
Het wordt tijd dat Cave nog eens echt kwaad wordt, dat hij het Grinderman beest terug uit zijn kooi haalt en zijn demonen op de wereld loslaat. We hebben er nog hoop op, ‘Wild God’ slikken we nu gewoon door met een extra dafalganneke.

donderdag 15 augustus 2024 10:37

Aghori Mhori Mei

The Smashing Pumpkins waren eigenlijk al een paar decennia aan het waggelen, de laatste echt goeie Pumpkins plaat is inmiddels bijna zo een slordige 30 jaar oud, maar met de laatste ondingen ‘Shiny and Oh So Bright’ (2018), ‘Cyr’ (2020) en het pompeuze triple-album ‘Atum’ (2023) hadden wij hen voorgoed afgeschreven. De opgezwollen sound had alle grenzen van de wansmaak overschreden, de songs verzopen onder een overdaad aan opgezwollen ballast, egotripper Billy Corgan leek definitief het Noorden kwijt.

Onze verwachtingen voor nieuw Pumpkins werk zaten dus wel ver beneden het vriespunt. Maar kijk, plots komen de herboren Pumpkins opzetten met een tamelijk opwindend en fris nieuw album, geen mens die daar nog geld durfde op in te zetten. De gitaren staan terug op scherp, het bombast is tot een minimum herleid en de riffs snijden bij momenten als een vers geslepen Zwitsers zakmes. Dat Billy Corgan ze nog steeds niet allemaal op een rij heeft bewijst de vreemde albumtitel (laat ons hopen dat ie zelf weet wat het betekent, want wij vonden na enig opzoekingswerk niks zinnigs terug) maar de muziek is tenminste to the point, en dat hoor je aan de venijnige rockers als “War Dreams Of Itself” en “Sighommi”. De meer epische songs “Edin” en “999” zijn ook uit het goede Pumpkins-hout gesneden, dezelfde materie waaruit destijds ‘Siamese Dream’ en ‘Mellon Collie & The Infinite Sadness’ werden geboetseerd.
Het is nu ook weer niet allemaal rozengeur en maneschijn, de plaat heeft ook wat melige misstapjes in petto (check “Pentecost” en de orkestrale slijmer “Murnau”), maar deze keer zijn dat uitzonderingen, terwijl het op de vorige platen de regel was.

Laat ons wel duidelijk stellen dat ‘Aghori Mhori Mei’ nog altijd niet tot aan de enkels reikt van het ongenaakbare ‘Siamese Dream’, maar na de rommel die The Smashing Pumpkins de laatste decennia uitgeworpen hebben mag dit toch wel als een onverhoopte aangename verrassing beschouwd worden.
Met ‘Aghori Mhori Mei’ hebben ze hun eigen houdbaarheidsdatum terug voor een stuk verlengd, en dat is al heel wat!

Pagina 2 van 108