logo_musiczine_nl

Cactus Club, Brugge - concerts

Cactus Club, Brugge - concerts 2024 20-11 Owen Pallett 21-11 Nouvelle vague , Marine Quéméré 22 + 23-11 Compact Disk Dummies, Soft analog 24-11 Remembered for a while – the days of Nick Drake (ism Cultuurcentrum Brugge) 28-11 Aaron Blommaert , Rosann (Org:…

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Trixie Whitley ...
The Bollock Bro...
Filip Van der Linden

Filip Van der Linden

donderdag 03 mei 2018 02:00

Sportsmen In Doubt

LR Flores (voluit Florian Deroo) brengt zijn debuutalbum uit bij het label Vuilbak. Deroo kan je nog kennen als zanger/gitarist van de veel te vroeg ter ziele gegane Gentse gitaarbands The Caribous en Swap Meet. Swap Meet werd een tijdlang als veelbelovend beschouwd, scoorde redelijk in lokale en nationale bandbattles en bracht in 2016 de veelal met Pavement vergeleken EP ‘Suburboys’ uit. Na 2017 werd het stil rond Swap Meet.

Als LR Flores doet Deroo het solo. Met Swap Meet heeft LR Flores nog vooral gemeen dat de muziek ook hier weerbarstig klinkt, dat de melodie al eens overgeslagen wordt en dat er inzake genre niet één etiket op te kleven valt. Zijn verdwenen: (meestal) de elektrische gitaren, de drums en de noise. Die werden ingeruild voor akoestische gitaar, piano, field recordings (een courant item bij Vuilbak) en heel veel drum- en andere computers.

De songtitels lijken te verwijzen naar de parken (“Parks And Recreation” en “Juju Jubelpark”) en musea waar de inspiratie bij Florian opborrelde. Met die parken en musea heb je ook al een indicatie van de onderwerpen die hij als LR Flores aansnijdt. Zijn tien songs gaan voorts over mijmeringen over het leven, boekenwijsheden en over obscure historische figuren.

LR Flores klinkt als een experimentele versie van Eels, al kom je met het recente werk van The Germans en het eerste eigen album van Pascal Deweze ook al dicht in de buurt, al hebben die laatsten een betere balans gevonden tussen ritme, melodie en experiment. “A Young Turk” en “Labour 16” zijn met veel effectjes opgeleukte klassieke popsongs. “Books” had van Swap Meet kunnen zijn en is in wezen een ietwat vermomde, maar heel genietbare slacker-rocksong.

De meest toegankelijke songs zijn het jazzy en urban “Juju Jubelpark” en het elektro-Eels-achtige “Aubrey Boccanegra”. Evengoed vergeet Deroo soms in al zijn experimenteerdrift dat er onder de effectjes en laagjes ook nog een song moet zitten, zoals op “Night Scene”, “Parks And Recreation” en “The Happy Valley Sect”.

“The Temple” is een meesterlijke, verstilde pianoballad, gelukkig zonder stroperige lyrics, die met de meet bijna in zicht vakkundig om zeep wordt geholpen door er wat kleffe retro-Casio-synths over te gieten. Een beetje als een sportman die alleen voor open doel staat en overmand door twijfel toch nog mist…

 

donderdag 03 mei 2018 02:00

The Silent Vigil

‘The Silent Vigil’ is het tweede album van de Britse deathmetalband Memoriam. Die ontstond uit de assen van Bolt Thrower, aangevuld met snarenplukkers van Benediction. Waar het eerste album, ‘For The Fallen’ vooral voortbouwde op het werk van Bolt Thrower, lijkt de band nu meer een eigen gezicht te hebben. Er wordt vaker melodieus up-tempo (zoals op “From The Flames”) gespeeld dan old-school mid-tempo (zoals op “Nothing Remains”), hoewel dat laatste toch het overwicht houdt. Het groepsgeluid klinkt bovendien organischer, wat ook mag verwacht worden van een band die ondertussen al goed op elkaar ingespeeld is.

De stem van zanger Karl Willets heeft op dit nieuwe album duidelijk meer korrel dan op ‘For The Fallen’. Hij is nooit een nachtegaal geweest en het jarenlange opnemen en touren met een deathmetalband heeft zijn stembanden geen deugd gedaan. Vermoedelijk was het een productionele keuze om niet aan Willets’ stem te gaan sleutelen in de studio, zodat er geen te groot verschil is met wat de band live brengt. In de opnames van de instrumenten ging er veel aandacht naar het vinden van de juiste balans, maar minder naar het zoeken van het perfecte, afgeborstelde geluid per instrument. Dat zorgt voor een lekker rauw geluid.

Het tempo, de opbouw, de hooks en de breaks, zowat alles zit juist. Ook blijft Willets als songschrijver nog steeds overeind. “We Bleed The Same” heeft bv. een stukje van de laatste toespraak van Martin Luther King, maar ook zonder die openlijke referentie geeft deze track een ongemakkelijke update van de discriminatie in de wereld. In “Nothing Remains” gaat het over de impact van dementie op mensen en op “Soulless Parasite” over mensen die zich voordoen als vrienden, maar die achter je rug misbruik van je maken. Heel herkenbaar allemaal.

The Silent Vigil is een fijn deathmetalalbum met een paar kleine verrassingen. Memoriam speelt deze zomer op Hellfest in Frankrijk.

 

donderdag 26 april 2018 02:00

Loudmouth Soup

De Australische punkers van de Cosmic Psychos teisteren reeds sinds 1982 de podia en clubs overal ter wereld, maar hun hart ligt toch in Europa. In een recent interview zingt de band de lof van Fransen, Duitsers en Nederlanders. Maar als het op bier aankomt, en de band bestaat uit ervaringsdeskundigen, hebben ze een boon voor Belgisch trappistenbier. Vooral een Westvleteren weten ze te waarderen, al hebben ze het niet zo voor de heisa die er soms over gemaakt wordt. Maar het hoge alcoholpercentage is dan weer een troef voor deze Psychos.
Dat de band bestaat uit ervaringsdeskundigen inzake alcoholconsumptie, blijkt maar weer eens als je de songtitels en de teksten op ‘Loudmouth Soup’ overloopt. Het album opent met “100 Cans Of Beer” en daaruit blijkt dat ze bier nog liefst in grote hoeveelheden consumeren. Voor het eerst in de geschiedenis van de band hebben ze met de Ramones-pastiche “Feeling Average” ook een kater-song, hoewel ze aangeven dat ze daar nog nooit last van gehad hebben. Ook aan zelfrelativering geen gebrek bij de Cosmic Psychos: “Too Dumb To Die” gaat over henzelf.
Muzikaal tappen de Cosmic Psychos nog steeds uit hetzelfde vaatje punkrock als bij de start in 1982 met een fuzzed-out bas en wah-wah-gitaren. Pubrock die in een verfijndere en meer uitgewerkte vorm de basis heeft gevormd van de sound van AC/DC. Zover geraken de Cosmic Psychos niet, maar dat is ook nooit hun bedoeling geweest. Het levensplezier dat ze halen uit een beperkte reeks akkoorden, aangevuld met vrolijke nonsens in de teksten, werkt aanstekelijk. Daarom zijn ze reeds meer dan 30 jaar zo populair. En dat zal zo blijven tot hun lever het finaal begeeft.

donderdag 26 april 2018 02:00

Run Amok

‘Run Amok’ is de opvolger van het debuutalbum ‘Youth On Stuff’ van The Glücks. De luisteraars krijgen van het duo uit Oostende opnieuw een mix van The Cramps, The Cavemen en de Jon Spencer Blues Explosion. The Glücks bestaat nog altijd uit Tina op drums en Alek op gitaar. Net als op ‘Youth On Stuff’ zingen beiden, soms om de beurt, soms samen.

‘Run Amok’ bouwt voort op de funderingen die gelegd werden op het debuut, met toch een paar verschillen. Het lo-fi-gehalte werd nog opgetrokken en de reverb en de galm op de vocalen werden nog wat dikker in de verf gezet. De rockabilly is zo wat prominenter aanwezig in het verhaal. De garage, noise, punk en fuzz worden ook al eens opgesmukt met wat psychedelica en rauwe blues. Het geheel klinkt wat meer naturel en volwassen.

The Glücks halen de inspiratie voor hun muziek in de retro, maar in hun teksten staan ze met beide voeten in het heden. “Generation Undefined” geeft aan dat we na generatie X en generatie Y maar beter kunnen stoppen met een hele generatie over één kam te scheren. “Uninvited” is een uithaal naar de politiek en het bedrijfsleven. Meer in het algemeen gaan de lyrics over zich onbegrepen voelen, buiten de lijntjes kleuren en het zoeken naar voldoening en geluk in een maatschappij die net dat tegenwerkt.

Enkele van de beste nummers op ‘Run Amok’ zijn openingstrack “Why Do I Love You”, het punky “Nobody Knows” en “Spit It Out” en “Recipe For Disaster”. 

 

donderdag 26 april 2018 02:00

Feel Your Soul (single)

Ady Seven is een bijzonder homestudio-projectje uit Nederland. De band bestaat uit één man die graag anoniem wil blijven en zijn als vrouw opgedirkte crash test dummy. Met z’n tweetjes spelen ze de gitaarpartijen in en componeren ze de rest van de sound in de stijl van de dance van de jaren ’90. Het inzingen gebeurt door D'Layna Huguez-Dixon, een ervaren rot in de dancewereld. En dat levert bij momenten fraaie dancemetal op.
Ady Seven lost de nummers individueel op Bandcamp. De recentste single “Feel Your Soul” heeft, zoals dat in de dance gebruikelijk is, tekstueel weinig om het lijf. De track moet het vooral hebben van een pushende beat, catchy synths en een stevige gitaar-riff. Die gitaren zijn hier wel iets minder prominent aanwezig dan op eerder werk van Ady Seven.
“Feel Your Soul” is beter geslaagd dan het losjes op Peaches & Herb-geïnspireerde “Bring Me Joy”. Wie graag nog meer metal in de mix wil, moet zoeken naar “Water On The Rocks”, waar je meteen de intro van “Smoke On The Water” van Deep Purple zal herkennen, of naar “The Power” uit 2017 of “Say No Mo” uit 2016.
Het is vrolijk en het is dansbaar en het is verrassend dat de luide, shreddende gitaren zo goed in de toch ongebruikelijke setting passen. Een splijtende gitaarsolo zou eens mogen, of een cool basloopje, of een stevige grunt. Maar op zich is dit reeds interessant en vooral leuk. Een antigif voor al het slechte nieuws dat je naar je hoofd geslingerd krijgt.
https://adyseven.bandcamp.com/

 

donderdag 26 april 2018 02:00

Ashes Of Hope

‘I refuse to give up’ is één van de eerste zinnen op ‘Ashes Of Hope’, het nieuwe album van de Vlaamse death/thrashband Chalice. Het is misschien ook één van de sleutelbegrippen van het album, want opgeven staat niet in het woordenboek van bassist Chris, na 20 jaar het enige overgebleven originele bandlid van de band. Opgeven is overigens niet aan de orde. Afgaand op ‘Ashes Of Hope’ gaat het uitstekend met Chalice.

‘Ashes Of Hope’ is nog maar het vierde album van deze band. Ze kiezen eerder voor kwaliteit dan voor kwantiteit en als band zetten ze hier collectief een stap vooruit. Voor de liefhebbers van death en thrash is dit dan ook een album om duimen en vingers bij af te likken. Een bijzondere heldere geluidsmix, gerijpte en mooi dooraderde composities, vonkende gitaren, strak en gevarieerd drumwerk, veel variatie in het stemgebruik van de zanger, … alles zit goed. Ook inhoudelijk klopt het verhaaltje bij de muziek. Rauwe emotie en maatschappijkritiek wisselen elkaar mooi af op een bedje van agressie en melodie.

De beste songs zijn “Amongst The Damned”, “Cult Of Serpents” en “For You”, maar het knapste werkstuk van het album is zonder meer het afsluitende “A Death Without Warning”. Een bijzonder nummer over hoe zelfmoord gewoon logisch is voor de betrokkene, terwijl de omgeving soms niets doorheeft. Deze track heeft zowel muzikaal als inhoudelijk een louterende en zinderende intensiteit die je kan vergelijken met het beste van Amenra (inhoudelijk) of Wiegedood (muzikaal). In de liveset van Chalice is dit al langer het sluitstuk en elke keer moet het publiek even bekomen van deze stomp in de maag.

Met ‘Ashes Of Hope’ zet Chalice zich na 20 nog maar eens op de kaart. Hopelijk weigeren ze nog lang om op te geven en kunnen we binnen vijf jaar een volgend en opnieuw bijzonder sterk album beluisteren. Voor zoiets willen we wel even geduld hebben.

 

donderdag 26 april 2018 02:00

Fix My Brain (single)

De Vlaamse punkband Bruce bracht zopas "Fix My Brain" uit als single. Die single is eigenlijk nog van het vorige album 'My Latest Popstar Crush', terwijl de band onlangs de studio in trok voor de een nieuw album.
Dat nieuwe album wordt 'Captain, we've lost Bruce' en krijgt acht tracks die net als “Fix My Brain” kort en catchy punkrock zijn die eerder leunt op de Australische en oude Britse punksound dan op de (gladde) Amerikaanse.
Bart Van Lier van The Agitators zit ook opnieuw achter de knoppen.

www.facebook.com/brucepunk

donderdag 19 april 2018 02:00

Revelation

De Britse band Reef verschijnt terug op het toneel. Wie de jaren ’90 meemaakte, kent misschien nog hun radiohit “Place Your Hands”. Reef zat ergens tussen de grunge en de Britpop in en moest het vooral hebben van het charisma van zanger en songschrijver Gary Stringer.
Na ‘Glow’, het album van “Place Your Hands”, deemsterde de band weg. Het nieuwe materiaal sloeg niet aan, de band sloeg nieuwe paden in die hen nog minder publiek opleverden, er kwamen een hele reeks zijprojecten, … Maar nu is er ‘Revelation’, het eerste album sinds ‘Getaway’ uit 2000. Sheryl Crow, een andere ietwat weggedeemsterde ster uit de 90’s, zingt mee op de niet onaardige single “My Sweet Love”. Voor “How I Got Over” en nog een paar andere nummers werd een gospelkoor ingehuurd. Bovendien werd de oorspronkelijke gitarist Kenwyn House ingeruild voor Jesse Wood, zoon van ex-Rolling Stone Ron Wood, wat de band toch wat extra aandacht oplevert.
Is ‘Revelation’ daarom meteen een goed album? Het heeft zeker een aantal verdiensten. Openingsnummer “Revelation” is een vintage Reef-song die perfect aansluit op ‘Glow’ en zo staan er nog wel een paar op.
Wie nog steeds CD’s uit de jaren ’90 speelt, zal meteen mee zijn. Voor het jonge volkje is dit vermoedelijk veel te ouderwets, te voorspelbaar en te traag. Dat gospelkoor geeft bovendien het geheel een kerk-toets en dan helpt het niet dat Stringer ook nog een paar keer de Bijbel en de Heilige Geest aanhaalt. Bij de Zuiderse bluesrock van The Black Crowes werkte die aanpak, maar bij de bleke Britten van Reef haalt die gospel het venijn uit het album. En venijn kan je nooit genoeg hebben.

Iedereen gunt Reef een comeback door de grote poort, maar daarvoor teert ‘Revelation’ net iets teveel op het verleden.  

donderdag 19 april 2018 02:00

Devil’s Plaything (single)

Liv Jagrell was dertien jaar de frontvrouw van de Zweedse hardrockband Sister Sin, maar sinds twee jaar werkt ze met haar eigen band. Vorig jaar was er reeds het debuutalbum, maar dat werd al ingespeeld voor Liv's nieuwe band gevormd was.

Nu is er de single "Devil’s Plaything" als voorloper van een EP die eind mei uitgebracht wordt. Dat wordt het eerste studiomateriaal waar alle leden van Liv Sin aan bijdragen. “Devil’s Plaything” is een cover, maar ook een gezamenlijke keuze, omdat alle bandleden vroeger opkeken naar Danzig. Dat Liv Jagrell niet haar eigen Danzig-favoriet (“How The Gods Kill”) gekozen heeft, duidt er op dat Liv Sin toch iets van een democratie is.

Martin Sandvik van Hardcore Superstar zat in de producers-stoel. Het vorige album van Liv Sin werd geproDuced door Stefan Kaufmann en Fitty Wienhold van UDO en had gastbijdrages van  Schmier van Destruction en Jyrki 69 van The 69 Eyes. De inspanningen voor deze single en de EP – oorspronkelijk bedoeld als een akoestisch tussendoortje – liggen misschien iets lager.

De versie van “Devil’s Plaything” die Liv Sin brengt, is een stuk gevoeliger en minder dreigend dan het origineel. Misschien omdat het oorspronkelijk de bedoeling was om dit nummer akoestisch op te nemen. Toch weet de band het gevoel van de teksten raak te vertalen in een potige hardrocksound waar ook Doro trots op zou zijn.

 

donderdag 19 april 2018 02:00

Don’t Look Back

2 Tone Club is een Franse band met een misschien niet zo originele bandnaam, maar wel een bandnaam die mooi de lading dekt. Of toch het grootste deel van de lading. Want deze ska-band beperkt zich niet tot de Britse 2 Tone-ska zoals we die kennen van The Selecter, The Beat en The Specials.
Ze gaan ook terug naar de roots van de 2 Tone-ska en die liggen in Jamaica. En ze gaan zelfs net als de als ska-band begonnen Madness vrolijk de pop-tour op. Zo heb je “So What” en “Seven Days A Week” dat klinkt als Britse 2 Tone, “One In A Million” dat klinkt als Jamaicaanse ska uit de sixties en “I’m Not Safe With Your Love”, “Never Give Up” en “My Friend” die zuivere popsongs met reggae-vibes zijn.
Het kleurenpallet van deze negenkoppige Franse band is zelfs nog uitgebreider, want op “Three Little Words” zitten ze in de jazzy slipstream van The Skatalites en op “Epitaphe (Born Dead)” zit zelfs voorzichtig wat rap. In het Frans dan wel, met een refrein in het Engels. Er sleept wel meer Frans in de lyrics, maar grofweg 80% is in het Engels. “Black Mamba” heeft dan weer een soundsystem-aanpak.
‘Don’t Look Back’ is een heel vermakelijk album. Je krijgt bovendien het hele pakket aan ska-varianten, terwijl het helemaal niet storend overkomt dat het alle richtingen uitgaat. 2 Tone Club is gewoon goed, welke ska-variant ze ook aanpakken of in welke taal ze ook zingen. Inzake ska moet dit één van de beste Europese bands zijn.

Pagina 102 van 107