Het Depot Leuven - concertinfo 2025

Het Depot Leuven - concertinfo 2025 events16-10 Overdrive: indoorfestival Belgisch talent – info zie site 18-10 Over the rainbow (internationale waacking- en queer dance community) 20-10 Sad boys klub 21-10 Black leather jacket 23-10 Hef 25-10 Monto space 27…

logo_musiczine_nl

Wilde Westen, Kortrijk - events

Wilde Westen, Kortrijk - events Concerten 2025 16-10 Metal Molly 30Y ‘surgery for zebra’, Cheap cult 17-10 Legends of rock: tribute tour roadhouse: Eagles, Fleetwood Mac, Johnny Cash 18-10 Icoon ‘man in the mirror’ (nillies popfeestje) 19-10 Goya concert,…

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

Happy Mondays
Johnny Marr
Filip Van der Linden

Filip Van der Linden

donderdag 17 oktober 2019 10:31

Songs Of Armor And Devotion

‘Songs Of Armor And Devotion’ is een sterk album van de Amerikaanse punkband Strung Out, maar ook op de toppen van hun kunnen blijft het moeilijk om door te breken naar een groter publiek, zoals het hun generatie- en genregenoten van Green Day of Blink 182 wel lukte. Net als op eerder werk van deze band is het nieuwe album ‘Songs Of Armor And Devotion’ een moeilijk evenwicht tussen de rauwe, snelle punkrock uit de onderbuik en de doordachte, meer fijngevoelige momenten.
Je merkt het al aan de songtitels. “Ulysses”, “Politics Of Sleep” en “Strange Notes” zijn niet wat de doorsnee punkrockfan verwacht aan te treffen op een album. Het tegengewicht komt van “Bloody Knuckles”, “Rebels And Saints”, “Daggers” en “White Girls”. De tweespalt geldt niet enkel voor de lyrics. Ook in de muziek springt het van smoothe, afgelikte Californiapunk naar gesofisticeerde emotioneel geladen rock. En toch klinkt alles als één geheel en weet de band een heel herkenbaar geluid neer te zetten.
Het mooist of het best klinkt Strung Out op die tracks die zowel muzikaal als in de lyrics in het midden van de weegschaal staan: “Under The Western Sky” en “Disappearing City”. Een nieuwe parel aan de kroon van Strung Out, voor wie de moeite wil nemen om ze te ontdekken. , voor wie de moeite wil nemen om ze te ontdekken.

donderdag 17 oktober 2019 10:28

Waves -single-

Soms gaat het niet gewoon een beetje mis, maar goed mis. Daar kan Pauwel (vroeger Pauwel De Meyer) van meespreken. Op een bepaald moment verloor hij voor de zoveelste keer zijn job en werd hij in zijn familie geconfronteerd met een ernstige ziekte. Maandenlang kon hij die ‘bad trip’ niet van zich af schudden. Om niet bij de treurwilgen ingedeeld te worden, wil hij het songmateriaal uit die periode liever niet uitbrengen. Of misschien toch eentje: de single “Waves”.
“Waves” dobbert op een wel heel kalme, zonnige zee en dat is het werk van de Amerikaanse pianist Aaron Embry (Elliott Smith, Edward Sharpe). Het pianospel roept herinneringen op aan singles van The Sands en is samen met de klarinet van Joachim Verbeke meer dan voldoende tegengewicht voor de toch wel zwartgallige lyrics van Pauwel. Verdriet in een snoeppapiertje gewikkeld zoals ook Nomden dat recent nog deed.
Deze “Waves” is heel breekbaar en heeft toch de schittering van een

Waves -single-
Pauwel
Starman Records

donderdag 17 oktober 2019 10:23

My Baby’s No One’s Girl -single-

De Britse band North America klinkt heel hard als een nineties-band. Ze brengen op hun single ‘My Baby’s No ONe’s Girl’ een soort van slacker-dreamy Britpop die herinneringen oproept aan (de vroegste versie van) The Kooks, The Lemonheads en The Veils. Ook fans van Elbow en Editors zullen zich waarschijnlijk aan deze klassieke pop-parel kunnen verwarmen in de komende koude wintermaanden. Het begint wat onbeschaamd romantisch, wordt dan catchy, radiovriendelijk en innemend en op het einde krijg je nog onverwacht een knappe gitaarsolo.
https://open.spotify.com/album/7C8EahSvDcunbr6Vlf3eY7?si=wd3JpsCwTaGIdL7yGkhVnw

donderdag 17 oktober 2019 10:19

Fabula Mendax

De Britse postpunkband The Monochrome Set heeft met ‘Fabula Mendax’ een conceptalbum rond de geschriften uit de vijftiende eeuw van Armande de Pange. Dat zou een medestander van Jeanne d’Arc moeten zijn, maar hierover biedt opzoekingswerk op internet geen uitsluitsel. Het kan net zo goed een verzinsel zijn van songschrijver Bid, maar dan komt hij toch uit bij een heel raak gekozen invalshoek.
Het album is verdeeld in een eerste, donkere helft (‘Umbra’) en een tweede die meer pop en rock omvat. In zijn beste momenten klinkt Bid als Morrissey, maar hij heeft dan weer niet diens talent om je met één halve zin van je sokken te blazen.
Openingstrack “Rest, Unquiet Spirit” en “My Little Reliquary”doen qua sound wat denken aan “Golden Brown” van The Stranglers, akoestiche postpunk met een hoofdrol voor Bid. Vandaar gaat het naar akoestische pop op “Throw It Out The Window” en klagerige retro-croonerpop op “Eux Tous” (niet in het Frans zoals de songtitel laat vermoeden, maar gewoon in het Engels. Eigenlijk “All Of Them” dus).  “Darkly Sly” is één van de meest mysterieuze nummers op dit album. Het begint donker en dreigend, licht Oosters, en rekt die vibe tot ver voorbij de intro.
Het tweede deel (‘Lux’) start met “Summer Of The Demon” wat het  midden houdt tussen chanson, een murderballad en iets van Roy Orbison. De vocale uithalen van Bid lopen over van drama en pathos, maar hij komt er nog net mee weg. Het warrige “I Can’t Sleep”  drijft op een ritme dat van Vaya Con Dios had kunnen komen en inhoudelijk haalt Bid dat niveau zelfs niet. Zoals wel vaker zit het echte goud op het einde van de ader. Op “Come To Me, Oh, My Beautiful” en “Sliding Icicle” toont The Monochrome Set dat ze als een band kunnen samenwerken. Als Bid even wat ruimte laat aan zijn band en zelf wat op de achtergrond blijft, levert dat toptracks op.  Het tegendeel bewijst Bid nog eens op “La Chanson De La Pucelle”.
Niet elke voorzet wordt op ‘Fabula Mendax’ ook binnengekopt, maar voor fans van Morrissey en Marc Almond zit hier best wel wat earcandy in.

donderdag 17 oktober 2019 23:56

Zoveel Te Geven -single-

Feliz wist ons te verrassen met hun debuut-EP. Daarop stond volwassen synthgedreven pop met intrigerende lyrics in het Nederlands. Daarna was er een Engelstalig, nog meer poppy solo-uitstapje van zangeres Lizzy en nu is er alweer een nieuwe single van Feliz. Die nieuwe single ligt wat in het verlengde van die van Lizzy: meer synthpop dan indie, zelfs dansbaar, maar nog steeds met die intrigerende teksten. Die zijn een beetje ‘elaborate’ of noem het doordacht, zoals Yasmine op haar laatste albums, maar dan met een minder donkere ondertoon. Dat is verfrissend, want er wordt al genoeg getreurd op de radio. Het positieve van een ontluikende of herwonnen verliefdheid, wat is er mooier om over te zingen. Het is een kunst om een liefdesverklaring niet melig te laten klinken, maar bij Feliz lukt het om de juiste vibe te pakken: innemend en vrolijk, maar niet zo vrolijk dat je je er achteraf over moet schamen. Muzikaal is het een knappe, stuwende productie die zich helemaal plooit naar de positieve boodschap.

donderdag 26 september 2019 23:08

I Don’t Know Where My Baby Is -single-

De Amerikaan Matt Watts geeft Guido Belcanto de erkenning die hij verdient door zijn “Ik Weet Niet Waar Mijn Meisje Is” te vertalen naar het Engels. Zelf hadden we eerder Eels of Calexico in gedachten als Brits/Amerikaans equivalent van onze Vlaamse treurwilg, maar de in België aangespoelde Amerikaan Watts kwijt zich ook prima van zijn opdracht. Ze zitten een beetje in dezelfde kringen en delen behalve hetzelfde platenlabel ook nog eens een groot stuk van hun begeleidingsband. In het Engels klinken de lyrics van Belcanto breekbaar en oprecht, zonder dat je meteen aan smartlappen gaat denken.
Matt Watts is een gedroomde vertaler van Guido Belcanto. Over Watt’s laatste album (‘How Different It Was When You Were Here’) schreven we dat mocht liefdesverdriet een Olympische discipline zijn, Matt Watts voor niet minder dan goud kon gaan. Het ene gebroken hart is het andere niet, maar deze twee treurwilgen bieden dezelfde troostende schouder waarop de luisteraar kan uithuilen. Op deze single pakt Watts meteen de juiste vibe. Hij begint met een minimum aan begeleiding en bouwt van daar op naar een sfeervolle mix van americana en blues. Met als kers op de taart een stukje mondharmonica van Belcanto erbij.
Een prima zet van Starman Records om deze twee te koppelen.

donderdag 26 september 2019 23:01

Luchtkastelen

Heruitgaves komen niet zo vaak aan bod op Musiczine, maar voor ‘Luchtkastelen’ van de Nederlandse popdichter Ton Lebbink maken we graag een uitzondering. Dit album wordt algemeen beschouwd als een mijlpaal in de Nederlandstalige alternatieve muziek en postpunk. Voor de originele LP  uit 1981 betaal je inmiddels veel geld, als je hem al kan vinden. Daarom besliste het Belgische label Walhalla Records om ‘Luchtkastelen’ opnieuw uit te brengen op vinyl, met toestemming van Ton’s weduwe Christine Sonntag en de gebroeders Bolten. Met een extra track op het vinyl (“Wat Een Klasse”, een ode aan zijn geliefde voetbalclub Ajax) en een downloadcode voor nog vijf nooit eerder uitgebrachte tracks.
Lebbink (overleden in 2017) was de drummer van het Nederlandse kunstcollectief en newwaveband Mecano. In de vroege jaren ‘80 van de vorige eeuw was hij één van de allereerste Nederlandse popdichters, beïnvloed door o.m. Linton Kwesi Johnson en John Cooper Clarke. Lebbink combineerde zijn absurdistische poëzie met synthwave en experimentele soundscapes. Tijdens opnames van Mecano werd ook ‘Luchtkastelen’ opgenomen, samen met zijn Mecano-collega’s Theo en Cor Bolten en Piet Koopman. “Voetbalknieën” werd in de jaren ’80 een culthit. Na ‘Luchtkastelen’ maakte Lebbink nog het album ‘Hongerwinter’ met een belangrijke rol voor Thé Lau.
Het is bijzonder leuk om dit album nog eens in een maagdelijke versie op je platenspeler te kunnen leggen en ik vermoed dat heel wat van de oorspronkelijke kopers alleen al daarvoor het nieuwe vinyl zullen aanschaffen. Als je dit terughoort , klinken een aantal tracks gedateerd. Dat kan ook moeilijk anders, na bijna 40 jaar. Maar de meeste zijn nog steeds grappig, boeiend en inspirerend. Vooral het driegende “Kom Bij De Machine”, “Vol Gas” en “Voetbalknieën” hebben nog niets van hun kracht verloren.

De niet eerder uitgebrachte tracks wisselen van kwaliteit. Christine Sonntag zingt met vermoedelijk Lebbink als begeleider “Advent”. Dat levert een interessante song op. “De Laatste Dagen Van Het Jaar” drijft op een jazzy synth-tapijt en past in hetzelfde concept als de tracks van ‘Luchtkastelen’. Deze song had gewoon op het originele album moeten staan. “The Eternal Second” is een instrumentale track van liefst twaalf minuten. Het zou mooi zijn mocht het label hiermee aan de slag gegaan zijn om er bv. toch de stem van Lebbink op te plakken, of zou je dat niet durven?  Voorts zijn er nog instrumentale versies van “Voetbalknieën” en “Wat Een Klasse”.

Walhalla Records levert naar goede traditie een prima heruitgave af met vinyl van kwaliteit, een interessant tekstvel en digitale extra’s waar toch wat moeite in gekropen is. Je zou hopen dat ook ‘Hongerwinter’ met dezelfde aanpak eerherstel krijgt.

donderdag 26 september 2019 22:29

Red Gaze (EP)

Red Gaze is een kruising tussen The Kids en Red Zebra die uit Oostenrijk komt. Het geluid van de band is puur en onversneden anarchopunk uit de jaren ’80 aangelengd met postpunk uit hetzelfde tijdvak. Deze EP op cassette bevat slechts drie songs, met “Primitive Instinct” als het perfecte huwelijk tussen de twee genres. Op “Hotel Rehab” is het overwicht voor de punk, terwijl op “Blister Blaster” de weegschaal overhelt naar de postpunk.
Het is niet alleen dat ze de tijdsgeest en de sound heel juist weten te vatten, ze doen dat ook nog eens met stevige lyrics en een catchy of toch meezing/meebrulbaar refrein. Zeker “Blister Blaster” is wat dat laatste betreft top. Ze brengen het ook met een sense of urgency die we alleen in de jaren ’80 gekend hebben.
Dit is het soort band dat het W-Fest-publiek zou moeten ontdekken, al vermoed ik dat de eerste stappen in ons land eerder via de Kinky Star zullen verlopen.

donderdag 26 september 2019 22:03

Een Zanger Moet Trachten De Pijn Te Verzachten

Guido Belcanto viert een carrière van 30 jaar met een live-album met zijn grootste hits, aangevuld met een berg vroeg werk en rariteiten. Hij werd in het begin van zijn muzikale leven al eens in de hoek van de kleinkunst of de schlagers geduwd, maar daar hoorde hij nooit thuis. Belcanto is van veel markten thuis en hij noemt zichzelf graag chansonnier, maar op ‘Liefde En Devotie’, zijn vorige album, trok hij het jasje aan van de rootsrock en americana, compleet met mondharmonica, banjo, lapsteel, accordeon en mariachi-trompet. De ‘belgicana’ is ook de versie waarin zijn hits live vertolkt worden, al blijven ze soms toch wel dicht bij het origineel.
Het heeft lang geduurd voor Belcanto de waardering kreeg die hij verdient. De man laat zo vaak schaamteloos in zijn ziel kijken en verkondigt zo openlijk zijn mislukte liefdesleven dat het soms wat grotesk en onbedoeld tragikomisch lijkt, maar deze Vlaming is tegelijk één van de eerlijkste songschrijvers van het land. Breng zijn songs in het Engels en je zit op het niveau van Johnny Cash, Muddy Waters en Roy Orbison. Het heeft overigens niet veel gescheeld of hij had een Engelstalige carrière. Zijn eerste tracks waren skiffle, country en blues in het Engels, zo leert het luik ‘Vergeten Parels, Weeskinderen en Rariteiten’. Daar vind je ook zijn cover van “Honky Tonk Women” van de Rolling Stones, hier uitgevoerd met The Scabs als begeleidingsband.
Het leukste is toch het eerste luik ‘30 Jaar Hits Live Met Het Broederschap’. Wie op dit moment nog steeds denkt dat Belcanto geen rocker is, moet toch eens luisteren naar “Op De Pechstrook Van Het Leven” en “Op Het Zeildoek Van de Botsauto’s”, maar vooral naar “Toverdrank”, zijn vertaling van Nancy Sinatra & Lee Hazelwood’s “Summer Wine”. De originele vertaling in duet met An Pierlé (en met overdadige strijkarrangementen) sloeg al vonken op YouTube, maar de rockende liveversie met Kimberley Claeys rockt een hevig eind weg. Belcanto is een prima vertaler, maar ook als songschrijver kent hij in Vlaanderen zijn gelijke niet. De Amerikaan Matt Watts vertaalde zijn “Ik Weet Niet Waar Mijn Meisje Is” en je zou zweren dat hij de mosterd haalde bij Johnny Cash.

donderdag 26 september 2019 21:57

Recounting The Ballads Of Thin Line Men

Giant Sand heeft het album ‘Ballad Of A Thin Line Man’ uit 1986 opgegraven en heeft een nieuwe soep gekookt van de beenderen op ‘Recounting The Ballads Of Thin Line Men’. De band deed eerder hetzelfde met ‘Valley Of Rain’ (naar ‘Return To Valley Of Rain’).
Er zijn verschillende redenen om een oud album opnieuw op te nemen. Vaak zijn die van financiële of administratieve aard,  maar er zijn ook artiesten die de tracks helemaal willen herinterpreteren. Dat laatste lijkt aan de hand met ‘Recounting The Ballads Of Thin Line Men’. Met de oorspronkelijke opnames was immers niet zo veel mis. Om een of andere bizarre reden werd het oorspronkelijke album van Giant Sand uit 1986 enkel in Europa uitgebracht (en niet in de VS) waar de band meteen op handen werd gedragen. Sindsdien volgden nog meer dan 20 albums van Giant Sand.
De basisbezetting van het heropgenomen album bestaat behalve uit Howe Gelb nog uit Tommy Larkins (drums) en de Deen Thøger Lund (bas). De gasten zijn Paula Brown, de ex van Gelb en voormalig Giant Sand-bandlid. Andere oud-bandleden Winston Watson (drums) en Annie Dolan (gitaar) doen hun ding op “Desperate Man”. De tracklist is ongeveer dezelfde. “All Along The Watchtower” van Bob Dylan en “Last Legs” zijn er niet meer bij. “You Can’t Put Your Arms Around A Memory” van Johnny Thunders is wel opnieuw present. “Reptilians” is een track die bij al eens opdook bij de heruitgave van het oorspronkelijke album, bij de 25ste verjaardag (nu is het 33,3 jaar oud).
De sound van de nieuwe opnames verschilt weinig van die van het origineel. Wel heeft Gelb nog meer zijn stempel gedrukt. Zijn manier van gitaarspelen en zingen is heel kenmerkend. Een beetje ruw en slordig. Daardoor klinkt het heropgenomen album wat meer als grunge.
De algemene sound heeft deze keer iets van ‘Rust Never Sleeps’ van Neil Young, die andere grunge-godfather. Zelfs vocaal komt Gelb dicht in de buurt van Young. Deze band gaat het gevecht aan met de blote vuisten, de knokkels wit van woede, maar wel met de overtuiging dat het gevecht al op voorhand gewonnen is. Ook draaien ze de versterker al eens terug van 10 naar 5, voor een ballad die je bij de strot grijpt. De backings van Paula Brown op “Graveyard” katapulteren die track naar de achtertuin van David Lynch. De invloeden die Gelb had voor het oorspronkelijke album klinken nu nog minder hard door.
Opener “Reptilian” is licht-psychedelische desertrockblues, terwijl “A Hard Man To Get To Know” echt wel leentje buur heeft gespeeld met Neil Young. Niettemin is dit één van de betere tracks van het album en dan nog wel voor de volle zes minuten. “Desperate Man” klinkt minder wanhopig of urgent dan de titel laat vermoeden, maar de sound is wel vintage-Giant Sand. “Tantamount” is verrassend vrolijk en lo-fi, maar krijgt een herkansing als sappige rock in de bonus-song  “Tantamount Blast”. ”Body of Water”, een track die Gelb reeds in 1983 opnam met toen nog Giant Sandworms, klinkt zo hard als de Pixies dat je denkt dat Joey Santiago meespeelt. Het (opnieuw) door Paula Brown gezongen “The Chill Outside” begint als bubblegum-pop, maar landt na een niet zo loepzuivere gitaarsolo toch in Giant Sand-land. “Thin Line Man” is de perfecte uitsmijter. De band gaat er nog een laatste keer hard tegenaan. Met de ‘oude’ outro in gedachten zit je naar het einde wel nog te wachten tot de windvlaag in een storm verandert, maar aan voorspelbaarheid heeft Gelb een broertje dood.

Pagina 101 van 123