logo_musiczine_nl

Zoek artikels

Volg ons !

Facebook Instagram Myspace Myspace

best navigatie

concours_200_nl

Inloggen

Onze partners

Onze partners

Laatste concert - festival

The 1975 - Vors...
Vive La Fête - ...
Concertreviews

Valgeir Sigurdsson

Valgeir Sigurdsson: letterlijk wegzakken in pluche zetels

Geschreven door

Het water viel met bakken uit de hemel boven Kortrijk. Het was eigenlijk geen weer om buiten te komen, maar toch waren we naar Kortrijk afgezakt. Toen de Kinepolis naar de rand van Kortrijk verhuisde, kwam het voormalige Pentascoop cinemacomplex leeg te staan. Gelukkig heeft men in het kader van de stadsvernieuwing dit complex omgebouwd tot een cultureel centrum. En zo konden we lekker wegzakken in de rode pluche cinema zetels voor Valgeir Sigurđsson, ikv één van de dagen Next International Arts Festival.

Valgeir Sigurđsson, bracht vorig jaar zijn debuut album uit; ‘Ekvilibrium’, waarop onder meer Will Oldham (aka Bonnie Prince Billy) meezong. De man heeft echter al meer sporen verdiend als producer: zo is hij de man achter de sound van Bjork, Sigur Ros & Mum. Valgeir had twee dames meegenomen, en een rist van instrumenten. Daarnaast werd het podium verfraaid met kerstlampen en een oranje paddestoellamp. Het zou duidelijk een sfeervolle avond worden. De set werd ingezet op piano, begeleid door cello en fagot. Toch wel verrassend hoe hier klassieke instrumenten gepaard gingen met de laptop elektronica: zo wisselden desolate soundscapes af met een heel klassieke instrumentatie. Je stond er werkelijk van te kijken hoe streepjes accordeon, kerkbelletjes, paukenslagen en elektronica gesmeed werden tot hele clevere songs: hier zag je de hand van een meesterproducer.
In de nummers die passeerden, herkenden we onder meer “A symmetry”, “Focal point”, “Equilibrium is restored” en “Lungs for Merrilee”.
Het publiek had zich duidelijk laten beïnvloeden door de setting van de cinemazaal; het was dan ook muisstil en enkel tussen de nummers kwam er voorzichtig applaus. Ook Valgeir liet zich van zijn meest Scandinavische kant zien; heel timide, en als er dan al eens een woord uitkwam moest hij er wel heel erg over nadenken. Het werd grappig toen hij bijna over de draden van zijn elektrische piano struikelde en de kerstlampjes vast kwamen te zitten in de kabels van zijn instrumenten. De man kon er gelukkig ook mee lachen.

Conclusie: een hartverwarmende en intrigerende sound van een rasproducer die in deze intieme setting sterk voor de dag kwam.

Ook het voorprogramma, Wixel, wist te overtuigen. Dit Belgisch viertal, twee jongens en twee meisjes, brengen ook elektronische soundscapes aangevuld met instrumenten. De aanpak gaat echter meer in de richting van de postrock en de folktronica; traditionele rock instrumenten werden gepaard aan laptop loops. Bij momenten deed het mij aan een instrumentale versie van The Postal Service denken. Opnieuw een sterk Belgisch debuut. 2008 is echt een grand-cru jaar geweest voor beginnende Belgische bandjes…waaronder we deze Wixel mogen rekenen …

Organisatie: De Kreun, Kortrijk

The Dodos

Band met potentieel, The Dodos

Geschreven door

Het uit San Francisco afkomstige duo The Dodos kregen in de zomer de verdiende respons op hun tweede plaat ‘Visiter’ en hun optreden in de Chateau van Pukkelpop. Deze verdienste had z’n weerslag op een goed gevulde VK voor dit beloftevolle duo Meric Long (zang/gitaar) en Logan Kroeber (zang/drums), live aangevuld met de derde man, Joe Haener op vibrafoon, klokkenspel en ‘vuilbak’percussie.

Het trio kon moeiteloos overstappen van nerveuze, gejaagde, opzwepende ritmes en onverwachtse wendingen naar lieflijke, meeslepende subtiliteit, en gingen van een kaal, rauw, rammelend geluid naar een sfeervolle intimiteit door het gitaargetokkel op akoestische gitaar/dobro en het aanstekelijke en intrigerende drumwerk, kleur gegeven door materiaal van Haener. Ze speelden een avontuurlijk warm geluid in een zompige, freakende oase van bluesrock, americana, folkelektronica en psychedelica, onder de onvaste, zweverige zang van Meric.
Een broeierig, spannend geheel, waarbij het trio en verve in slaagde het publiek in hun greep te houden, mede door hun spelplezier en enthousiasme.
De groep droeg de freefolk van Banhart en Tunng, het songwriterschap van de onvolprezen Elliott Smith, de ingetogen sfeer van Bon Iver/Iron & Wine, de bluesrock’n’roll atttitude van The Black Keys en de Zeppelins Page’s en Lift to Experiences soli in het hart.
De groep speelde bezwerende en gedreven versies van “Red & Purple”, “Fools, “Joe’s Waltz”, “Paint the rust”, “The season” en “Jodi”, die opbouwend en intens klonken, heerlijke wendingen hadden en uiterst genietbaar waren. Of het mocht intiemer zijn als op “Winter”, “Park song” en “Undeclared”.
De songs stonden bol van creativiteit in het gitaarspel, het slagwerk en in de subtiele geluidjes, die op het eind in een prachtige jam en apotheose uitmondden, waarbij de heren van Jennifer Gentle een handje toestaken met voetstampers en percussieslagen van de podiumvloer tot de microfoons.

Als we spreken over een band met potentieel, dan mogen we in 2008 zeker het sympathieke Dodos niet vergeten. De klinkers en medeklinkers van hun groepsnaam zijn zeker op hun plaats. Te onthouden.

Ook het tweetal van Jennifer Gentle leek de moeite waard. Ze legden in het eerste deel van de set de klemtoon op retropsychedelica, terwijl ze in het tweede deel rauwer en noisier klonken en hielden van overstuurde ritmes in hun materiaal. En ook zij kregen op het eind hulp van twee Dodo leden op percussie. Opmerkelijk was de zang van Marco Fasolo, die bij momenten erg hoog kon uithalen. Alvast een mooie kennismaking …

Organisatie: VK, Sint-Jans Molenbeek

The Rascals

The Rascals onderscheidde zich van de doorsnee koele Britse mentaliteit

Geschreven door

Een divers publiek was aanwezig in een bijna volle Trix om de beloftevolle band The Rascals van Miles Kane aan het werk te zien : heel wat jong volk, Oasis’ lookalikes en de doorwinterde concertgangers.
The Rascals worden meteen gelinkt aan het ander, meer populaire Arctic Monkeys (van Alex Turner). Het Britse trio uit Wirral bij Liverpool heeft nog maar een paar maand z’n debuut uit, ‘Rascalize’, en laveert ergens tussen The Beatles, The Walker Brothers, de ‘90’s Oasis/Blur Britpop en de huidige postpunk, waaronder hun dikke vrienden Arctic Monkeys.

De vergelijkingen met het nevenproject van Kane (en Turner),The Last Shadow Puppets, ligt nog het meest voor de hand en na het optreden werd het me overduidelijk dat Kane de drijvende kracht is van het project, dat ons nog in oktober overrompelde, want in de gevarieerde composities van The Rascals hoorden we onderhuids die ‘60’s rock’n’roll, spaghetti western sounds en ‘007’ soundtracks, gedragen door de warme stem van Kane, met een typisch (niet storend) Brits accentje.
Trouwens, bij Kane was er geen sprake van die Britse ‘coole’ en afstandelijke houding; hij kon entertainen en onderhield een nauwe band met z’n publiek. Wat onwennig misschien, maar uiterst aangenaam! En de sympathieke uitstraling, de overgave en het spelplezier van alle drie, anderhalf uur lang, droop er van af! Z’n spitsbroeder Turner kan er zeker iets van leren.
Na de instrumentale westernopener ging het trio er meteen stevig tegenaan met snedige uptempo’s van “Out of dreams” en “Bond girl”. Kane werd in deze nummers geconfronteerd met elektriciteit aan z’n microfoon. Het leek wel op een grap maar het euvel werd deskundig, professioneel en losjesweg aangepakt en verholpen.
We hoorden vervolgens een sterk op elkaar ingespeelde band van hun melodieus aanstekelijke en avontuurlijke gitaarpop, die subtiel, rauw, energiek en fris was: een broeierig, spannend, scherp en intens gitaarspel, een diep dreunende bas en een harde, opzwepende drums. Het trio stak er vaart in en toonde aan dat ze over klasse songs beschikten: bedreven versies van “People watching”, “I’d be lying to you” en “Better in the shadows”, een aan Last Shadow Puppets refererend “freakbeat phantom”, “Does your husband know that you’re on the run” en “Fear invcted into the perfect stranger”, en er waren de sfeervol opbouwende ballads als “How do I end this” en “Stockings into suit”. Binnen hun Brits popgevoel zorgden The Rascals voor elk wat wils.
De groep eindigde heel sterk met “I’ll give you sympathy” en een uitgesponnen freaky, stevig en noisy “Is it too late”, waarin een Joy Division tune sluimerde. Het trio had het duidelijk naar hun zin, genoot van de respons en gooide er als toegift John Lennon’s “Instant karma” tegenaan, met het meezingbare freefolky refrein “We all shine on”.

Het optreden van The Rascals beklijfde. Ze speelden een uiterst onderhouden set, gaspelden hun songs niet af en klonken op geen enkel moment rommelig; kortom op diverse vlakken onderscheidden ze zich van doorsnee koele Britse mentaliteit …op hun accent na, wat we er maar bijnamen.

Een bizarre combinatie vormden the Rascals met de support act Something Sally. Freakende soulpop die deed denken aan het ‘80’s Nederlandse Time Bandits en Spargo, een opgefokt hyperkinetisch Delavega en het enthousiasme had van een Alphabeat. Wat een ‘positieve vibe’! De zangeres Sally beschikte net als Joss Stone over een helder pakkende soulstem. Vorig jaar zaten ze nog in het voorprogramma van Stone. De gasten speelden een bruisende party, maar zouden het er beter vanaf gebracht hebben met andere artiesten. Ondanks alles, werden ze warm onthaald.

Organisatie: Trix, Antwerpen

Squarepusher

De Atari attitude van Squarepusher

Geschreven door

Een uitverkochte Vooruit mocht de aanwezigheid verwelkomen van het eerste Belgische concert van Squarepusher en deze man heeft blijkbaar een niet te onderschatten fanbase in België. Afgaande op het publiek van tech-heads, rastafarians en alternatieve rockers spreekt Squarepusher een breed palet muziekliefhebbers met een zin voor avontuur aan. Het gaf een wel apart sfeertje, met zware dubmuziek tijdens de pauzes en een overal merkbare wietgeur.

Nathan Fake werd toch alweer enkele jaren geleden binnengehaald als het nieuwe godenkind in de progressive, dankzij een aantal singles op het Border Community label van James Holden. Zijn etherische nummers werden erg goed onthaald door de progressive-gemeenschap, wat op Ten Days Off 2005 resulteerde in een op zijn kop staand café van de Vooruit bij “The Sky Was Pink”. Zijn eerste full-LP was een verrassend rustig album, enkel bruikbaar voor de huiskamer en niet zo echt voor de meeste dansvloeren. Ondertussen is de nog altijd maar 24-jarige Fake blijkbaar beginnen experimenteren met verstoorde beats bovenop zijn al gekende sound. Dit heet tegenwoordig een live, hoewel dit bij een DJ visueel nu ook niet zoveel voorstelt. In ieder geval moet gezegd dat het in het begin niet echt werkte. Je hoorde verschillende beats die hij uit zijn computer tevoorschijn wist te halen, maar een begin van songstructuur viel er toch niet in te ontwaren. Tegen het einde van zijn uurtje was er wel beterschap, toen hij koos voor dromerige geluidslandschappen, die nu stilaan de gelegenheid kregen auditief volledig tot hun recht te komen. Fake is een nog jonge artiest met potentieel, maar voorlopig komt het er nog niet volledig uit.

Daarna was het voor de eerste keer op Belgische bodem de beurt aan Squarepusher, de schuilnaam voor Tom Jenkinson, iemand die ondertussen al een respectabele biografie bijeen geschreven en geproducet heeft. Zijn mix van jungle-ritmes en ontspoorde, door de mangel gehaalde jazz-invloeden geven een resultaat dat, laten we het nu maar eerlijk toegeven, niet altijd licht verteerbaar is. Hij wordt altijd een beetje in de hoek van de experimentele elektronica gestopt, met gasten als Autechre en Aphex Twin, maar hij kiest de laatste tijd voluit voor een zeker live erg agressieve sound, die dichter bij de experimenten van pakweg Atari Teenage Riot liggen. Songstructuren zijn er niet in te herkennen en het gaat dan ook eerder om de live-ervaring, die nog eens benadrukt werd door vrij gestoorde visuals in de beste Pacman-traditie. Het heeft absoluut punk-attitude en dat vond het in trance mee knikkende publiek blijkbaar ook, getuige het enthousiaste applaus. En zelfs ik kon daar zo rond twaalven, na een zwaar weekend en met een werkweek voor de boeg mee instemmen.

Organisatie: Democrazy, Gent


Rodrigo y Gabriela

Rodrigo y Gabriela: een staaltje meesterlijk gitaarspel

Geschreven door

Het Mexicaanse duo Rodrigo (Sanchez) y Gabriela (Quintera) staan garant voor opwindende optredens. De mond aan mondreclame sinds 2006 (toen ze de eerste keer in België iedereen met verstomming deden slaan) heeft zijn effect gehad, want het concert in de AB was al een paar weken uitverkocht, terwijl pas volgend jaar nieuw werk wordt verwacht.
Het duo heeft zich na hun metalverleden Tierra Acida in Europa gevestigd met Dublin als uitvalsbasis. Ze kwamen in de belangstelling bij ons in 2005 door hun flamenco-interpretaties van Metallica en Led Zeppelin nummers. Ondertussen zijn ze een eigen weg ingeslagen en winnen ze er steeds nieuwe fans bij. Hun publiek van Brussel ligt hen nauw aan het hart: “You are the best public, I swear God”! lieten ze ontvallen …

Voor wie hen nog niet aan het werk zag (waaronder mezelf, foei dus?), bleek dit een meesterlijk en geniaal gitaarschouwspel. Toen beiden zich hadden neergezet, de gitaar ter hand namen en de blik naar elkaar richtten, lieten ze het publiek meeslepend in een bijna twee uur durende – naar eigen goeddunken -‘jam’ van hun intens bedreven en opzwepende gitaarspel, - getokkel, supersnelle vingertics, (drum)slagen op gitaar en experimentjes met de snaren. Kortom, een verbluffend staaltje kennis en kunde op gitaar , zonder verlies aan ritme en structuur. Een camera werd geplaatst op hun gitaren en op groot doek zagen we hun virtuoze ‘vingeroefeningen’. “This is crazy music for you” stamelde Gabriela ergens tussendoor.
Op gewaagde wijze speelden ze met hun flamenco gitaren flarden eigen interpretaties van werk van Led Zeppelin, Metallica en White Stripes (“Stairway to heaven”, “Orion”, “Seven nation Army”, …) gelinkt aan Jimi Hendrickx en Black Sabbath neigende soli en verweven aan eigen songs als “Juan loco”, Foc”, “Tamacun”, “Ixtapa” en “Diablo rojo”. Een sfeervoller, rustiger maar even avontuurlijk stuk hadden beiden ook voorzien met pakkend, dreigend materiaal als “Satori”.
Na elk een (verplicht) solo partijtje, palmden ze hun publiek definitief in en steeg de temperatuur in de AB, want het publiek klapte, juichte en riep mee op hun begeesterend gespeelde, geslaagde instrumentale songs en …ooh ja, we werden al mooi opgewarmd door een fenomenale Tool tune. Goed gevonden!

Ook de support act Krystle Warren verbaasde. Met z’n warme overtuigende soulstem en z’n innemend sober gitaarspel speelde hij solo gedurende een goed half uur een emotievolle set. De man had alvast de kunst van het songschrijven en het gitaarspelen, gedragen door z’n heldere stem.

Organisatie: Live Nation /Ancienne Belgique

Yael Naïm

‘Real life’ volgens Yael Naim

Geschreven door

De 30 jarige Yael Naim kwam deze zomer in de belangstelling met het nummer “New soul”, die een hitnotering wegkaapte en als soundtrack voor een reclamespot werd gebruikt. Haar Frans-Israëlische achtergrond en afkomst van Sefardisch Joodse ouders is te horen op haar doorbraakalbum; een album die tot stand kwam met de percussionist/componist David Donatien. Haar Engelse, Franse en Hebreeuwse liedjes hebben een traditionele background en laveren tussen pop, folk en jazz met een lichte swing. Trouwens, ze begon ooit als soliste in het Israëlische Air Force Orchestra.

Na een ietwat onwennige start, was ze haar zenuwen de baas en ontpopte ze zich als een entertainster, die door haar lieflijke blik, verhaaltjes zn danspasjes het publiek moeiteloos inpalmde. De songs op akoestische gitaar en piano kregen kleur door toetsen, accordeon, soundscapes, zingende zaag en percussie. De songs wonnen aan intensiteit door haar heldere, zuivere zang en door de verschillende landstalen. En door in koor de nodige “ooohs” en “aaahs” te neuriën, de handclaps, de vingerknips, en het heupwiegen kon ze zelfs dat tikkeltje meer bieden aan haar intieme, romantische popsongs.
’Real life begins’ sprak ze stralend uit toen ze “New soul” inzette in het eerste deel van de set; we hadden dan al een paar intens broeierige, meeslepende songs gehoord als de sfeervolle opener “Paris”, “Far far”, “Too long” en haar interpretatie op Britney’s “Toxic”. Op “Why do we fall in love” en “Dire” waagde ze een danspasje en liet ze zich vocaal dragen door haar publiek, wat niet zo’n evidentie was in een Schouwburg; deze songs kregen een lichte groove mee, wat een welgekomen afwisseling was op de ingetogen nummers. Een manier van doen die refereerde aan de aanpak van Joan Wasser van Joan As Police Woman.

We hoorden een sympathiek kwartet, die een intense band smeedde met z’n publiek, wat ten volle benut werd in de bis met een ‘folkie kampvuur jam’ versie van haar grootste hit. Yael Naim kwam sterk voor de dag met haar herkenbare en toch eigen aanpak.

Organisatie: Arenbergschouwburg, Antwerpen

The BellRays

"We are the mighty Bellrays!"

Geschreven door

The Bellrays uit Riverside, California is een garage punkrock collectief ‘pur sang’ en speelt sedert begin de jaren '90 power rock zonder franjes, mét een eigenzinnig scherp soul kantje dat vakkundig geslepen wordt door Lisa Kekaula, door u allen gekend van de single "Good Luck" van Basement Jaxx. In de Terminus kwamen ze tijdens hun derde Europese tour dit jaar hun nieuwste plaat ‘Hard Sweet and Sticky’ voorstellen.

Dat The Bellrays in Oostende waren om een feestje te bouwen werd al duidelijk vanaf de eerste noot. Met "Sister Disaster", "You 're Sorry Now" en "Pinball City" zat de sfeer er direct goed in, en Lisa liet geen enkel moment onbenut om het publiek van bij het begin op te peppen. Met haar afro kapsel, gitzwarte jurk én stilleto's kon je moeilijk naast deze soul diva kijken. Ook haar fantastische stem kon je evenmin onberoerd laten. Ze zong werkelijk de pannen van het dak.
De drie minuten no-nonsens nummers volgden elkaar razendsnel op en daarmee werd het tempo van de set vastgezet zodat stilstaan (bijna) geen optie meer was. Gitarist Bob Vennum, wederhelft van Lisa, raasde de ene AC/DC krachtwaardige riff na de andere uit zijn SG-gitaar, en laaide het vuur extra op met zijn uitstekende Neil Young-achtige noise solo's. Ze flirtten zelfs met de jaren '70 Led Zeppelin.
Op deze voor hen speciale ‘Thanksgiving’ avond hadden ze er duidelijk zin in en Lisa deed dan ook alles om eveneens het luisteraandachtige publiek uit hun schoenen te doen springen. Onbevreesd sprong ze het publiek in en sprak ze individuen aan om mee te delen in haar feestvreugde. Dat ze hiermee reacties bij het publiek uitlokte werd duidelijk toen ze net vóór de bisnummers ‘Thanksgiving’, en alles wat men dus dankbaar kan zijn, hoog aanprees. Een enkeling die met zijn leven speelde, waagde het namelijk om hierbij enkele malen "What the fxx do we care?!" vlak voor de diva te brullen, met als gevolg dat de ongelukkige haar middenvinger pal voor z’n gezicht zag en een aantal stilleto trappen op zijn borstkas moest incasseren. Vervolgens sprong superLisa hem in het publiek achterna toen hij haar onversneden advies de zaal te verlaten niet inwilligde, verkocht ze hem nog wat sidekicks en zong ze lekker verder terwijl ze haar shit vinger bijna in zijn neus duwde. ‘What a woman’!

The Bellrays deden waar ze uitmuntend in waren: een feestje bouwen en er ne lap op geven! Ook letterlijk zo bleek, en sommigen zullen deze avond niet te gauw vergeten, ... of misschien net wel. Wij alvast niet!

Organisatie: De Zwerver, Leffinge

Marillion

Marillion is erg ‘happy on the road’

Geschreven door

Marillion wordt tegenwoordig vaak in muziekvakbladen omschreven als het best bewaarde muzikale geheim van de U.K. Niet langer heeft de muzikale pers een afkeer voor deze band en zo is men ook eindelijk tot de conclusie gekomen dat de band doorheen de jaren een enorme (r)evolutie heeft doorgemaakt.
Marillion heeft dan ook muzikaal nog erg weinig te maken met de pure symfonische rockband die ze was tijdens de beginjaren. Van 1983 tot 1987 maakte de band vier albums die allemaal erg goed ontvangen werden. In 1988 kwam er met ‘Clutching At Straws’ een einde aan het Fish tijdperk. Fish ging solo verder en het was Steve Hogarth die de band in 1989 een nieuw hart gaf.
Ondertussen heeft Marillion met Steve Hogarth reeds elf studioalbums uitbracht, waarvan ‘Happiness Is The Road’ het meest recentste werk is. Dit dubbele album werd door de band zelf midden september volledig kosteloos ter beschikking gesteld via de P2P netwerken (zeg maar gratis legaal te downloaden). Een behoorlijke stunt!...al hebben de echte fans ondertussen natuurlijk de mooie ‘deluxe campaign edition’ in huis gehaald.

Om dit nieuwe album te promoten stonden de heren in Le Splendid te Lille voor wat het laatste optreden van de ‘Happiness Is The Road Tour 2008’ was. Al bij aanvang was het duidelijk dat de band er erg veel zin in had en ook het Noord-Franse publiek ontving de band met open armen.
Le Splendid liep aardig vol, al was er toch wat minder volk komen opdagen dan tijdens de ‘Somewhere Else’ tour van 2007.
Keurig omstreeks 20.30 (er was geen supportact) kwam de band onder luid applaus het podium op. Steve Hogarth liep meteen in de kijker vanwege zijn imposante klederdracht.
‘H’ was gehuld in een rijkelijk geborduurde witte ‘Guru’ mantel (en op blote voeten!) en hij liet meteen duidelijk verstaan er erg veel zin in te hebben want hij verwelkomde zijn Franse vrienden veelvuldig. “Dreamy Street” uit het nieuwe album trok de set rustig op gang waarna men met “This Train Is My Life” meteen een van de beste stukken uit de nieuwe plaat liet horen. Een kristalhelder, perfect uitgebalanceerde sound bracht ons al meteen in extase. Al liep het ook ernstig fout in deze beginfase. Plotseling werd Mark Kelly alle samples en keyboardeffects ontnomen, een euvel dat niet meteen opgelost geraakte. Zeer professioneel en met een gezonde dosis humor zorgde de band echter voor een semi-akoestisch intermezzo. Het publiek genoot en waarneer alle technische problemen eindelijk opgelost waren, zorgde “Woke Up’ voor een eerste hoogtepunt van de avond. Het bijzonder sterke “Essence” werd naadloos opgevolgd door het door de fans erg gewaardeerde “Fantastic Place”. Nog een hoogtepunt was “The Man From The Planet Marzipan”, een song waarin alle bandleden naar de perfectie streefden!
Meest emotionele moment van de avond werd een live versie van de song “Out Of This World”. Een song uit het ‘Afraid Of Sunlight’ album, die Steve opdroeg aan (en trouwens ook het verhaal vertelt van) Donald Campbell, een Britse held die in de auto en motorbootwereld tal van snelheidsrecords op zijn naam heeft staan. Mooie projecties gaven de song nog meer diepgang.
Met “Mad” en “The Great Escape” kwam Marillion’s beste conceptalbum ‘Brave’ uitvoerig aan bod. “Whatever Is Wrong With You” sloot de set af. “Neverland” was een voor de hand liggende encore maar toen de band definitief afsloot met de nieuwe titeltrack was dit voor velen toch een grote verrassing. Gedurfd en met veel klasse en vastberadenheid liet men nog een laatste keer horen waarvoor Marillion anno 2008 staat.

Het aanstekelijke spelplezier dat de band ten toon stelde kon bij vele aanwezigen op erg veel steun en respons rekenen en dit zorgde op zijn beurt voor alweer een ijzersterk Marillion optreden. Het uitstekende zaalgeluid, de knap verzorgde licht en projectieshow maakten van dit optreden een van de allerbeste ‘gigs’ van 2008.
Marillion is duidelijk ‘Happy On The Road’ en wij ook! want onze hooggespannen verwachtingen werden ruimschoots ingelost.
Al blijven de Belgische fans ook nu weer in de kou staan. Maar misschien kan de band dit nog goedmaken door in het nieuwe jaar (tijdens het tweede luik van de tour) toch ook ons landje aan te doen.

Setlist:
*Dreamy Street *This Train Is My Life *Nothing Fills The Hole *Three Minute Boy / A Day In The Life *Woke Up *The Other Half *Essence *Fantastic Place *The Man From The Planet Marzipan *Out Of This World *Mad *The Great Escape *Afraid Of Sunlight  *Asylum Satellite #1 *The Invisible Man *Whatever Is Wrong With You
Bis *Neverland *Happiness Is The Road

Marillion slideshow link
http://www.slide.com/r/XM-0NYbPzj_Oa_R4dP8yIkajl6-UGhW5?previous_view=lt_embedded_url

Organisatie: Agauchedelalune Lille

Wolf Parade

Een heerlijk en hecht klinkend Wolf Parade

Geschreven door

Twee volwaardige bands, Wolf Parade en Madensuyu, stonden op dezelfde avond geprogrammeerd in een goed halfvolle Grand Mix. We zagen twee ontdekkingen, die meer dan verdiend mogen doorbreken. Verbazend toch hoe de belangstelling kan verschillen, nét over de grens.

Het Canadese Wolf Parade wordt ingehaald als één van de beloftevolle bands. Het virtuoze duo van de band, Spencer Krug en Dan Boeckner, zijn in allerlei projecten actief, waaronder Frog Eyes, Sunset Rubdown en Handsome Furs, en in vijf jaar tijd hebben ze onder hun eigen Wolf Parade al twee opmerkelijke platen uit ‘Apologies to the Queens Mary’ (‘05) en ‘At Mount Zoomer’. De groep laveert ergens tussen Arcade Fire, Broken Social Scene, Postal Service, Fiery Furnaces, Spoon en Built to Spill.

Het kwartet uit Montréal nam de plaat in de ‘Petite Eglise’-studio te Quebec op, de kerk waar Arcade Fire terecht kon voor hun ‘Neon bible’. Wolf Parade liet de bombast en het theatrale op het achterplan en koos voor een meer hoekige, directe indierock aanpak.
Live trokken ze de lijn door. Af en toe klonken ze gewaagder, intenser en emotievoller door de grillige en avontuurlijke wendingen, zonder in te boeten aan een sterke melodielijn. De toetsen gaven kleur. Een afwisselende en een goed op elkaar afgestemde zang (wat een overeenkomst in de zangstijl trouwens) zorgde voor een overtuigende set van songs als “Soldier’s gun”, “Grounds for divorce”, “Fine young cannibals” en “I’ll believe in anything”. Bondig en to the point. Ze brachten ons onder de indruk op Llanguage city”, “California dreamer” en “Kissing the beehive”, die op verbluffende wijze de set besloot. Progrock schuilde om de hoek en iemand brabbelde naast mij over Spock’s Beard, wat ik terecht kon beamen …Deze songs werden als een rockopera geïnterpreteerd: mooi uitgesponnen, meeslepend, broeierig, dromerig en rauw.

Wolf Parade creëerde een spannende sound met hun back-to-basics instrumenten en toetsen. Een hecht klinkende band, die heerlijke wendingen bood aan hun materiaal, en zich duidelijk binnen de indiestyle onderscheidde.

Twee volwaardige bands zei ik …Het Gentse Madensuyu kon een klein uur optreden, en liet hun net verschenen tweede cd los aan het Franse (en deels West Vlaamse) publiek. ‘D Is Done’ volgt ‘A field between’ en de EP ‘Adjust We’ op. Het duo kreeg al een eervolle vermelding op de Humo’s Rock Rally van 2004, en intrigeert door hun broeierig, intens, energiek en opwindend spanningsveld tussen  repetitieve gitaarstructuren, bezwerende en opzwepende percussie, elektronicableeps, (schreeuw) zang en opgewonden kreten.
Het nieuwe materiaal heeft een intense, samenhangende opbouw, klinkt breder en beschikt over meer zangpartijen. Muziek die je doet bewegen en door de repetitieve opbouw en de tempowisselingen voor de nodige adrenalinestoten en explosies zorgt. Het duo liet de synthiloops en beats wat meer doorklinken en manifesteerde zich ergens tussen de postrock van 65daysofstatic, de oude Belgenpop van Red Zebra, de industrial van The Young Gods, de gitaarriedels van Sonic Youth en de scherpte van Swans en V.U. De bindteksten van drummer Pieterjan Vervondel waren leuk (al altijd trouwens) meegenomen en ontkrachtten de muzikale spanningsboog. Eén voor één waren de nieuwe songs de moeite, waardoor ik moet besluiten dat dit duo me het meest verbaasde en in beroering bracht. Luister maar eens naar “Fafafxx”,  “Write or wrote”, “Oh frail”, “Ti:me” (de sterkste song van 2008!), “Tread on tread light” en “Little f”. En oh ja, er was ook nog wat ouder materiaal, waarbij het bruisend dynamische “Share of lot” mocht besluiten. Duimen maar dat het duo De Gezelle – Vervondel de verdiende erkenning krijgt voor hun talent, kunde en technische stuff!.

Organisatie: Grand Mix, Tourcoing

Madensuyu

Wat een muzikale spanningsboog met Madensuyu

Geschreven door

Twee volwaardige bands, Wolf Parade en Madensuyu, stonden op dezelfde avond geprogrammeerd in een goed halfvolle Grand Mix. We zagen twee ontdekkingen, die meer dan verdiend mogen doorbreken. Verbazend toch hoe de belangstelling kan verschillen, nét over de grens.

Het Canadese Wolf Parade wordt ingehaald als één van de beloftevolle bands. Het virtuoze duo van de band, Spencer Krug en Dan Boeckner, zijn in allerlei projecten actief, waaronder Frog Eyes, Sunset Rubdown en Handsome Furs, en in vijf jaar tijd hebben ze onder hun eigen Wolf Parade al twee opmerkelijke platen uit ‘Apologies to the Queens Mary’ (‘05) en ‘At Mount Zoomer’. De groep laveert ergens tussen Arcade Fire, Broken Social Scene, Postal Service, Fiery Furnaces, Spoon en Built to Spill.

Het kwartet uit Montréal nam de plaat in de ‘Petite Eglise’-studio te Quebec op, de kerk waar Arcade Fire terecht kon voor hun ‘Neon bible’. Wolf Parade liet de bombast en het theatrale op het achterplan en koos voor een meer hoekige, directe indierock aanpak.
Live trokken ze de lijn door. Af en toe klonken ze gewaagder, intenser en emotievoller door de grillige en avontuurlijke wendingen, zonder in te boeten aan een sterke melodielijn. De toetsen gaven kleur. Een afwisselende en een goed op elkaar afgestemde zang (wat een overeenkomst in de zangstijl trouwens) zorgde voor een overtuigende set van songs als “Soldier’s gun”, “Grounds for divorce”, “Fine young cannibals” en “I’ll believe in anything”. Bondig en to the point. Ze brachten ons onder de indruk op Llanguage city”, “California dreamer” en “Kissing the beehive”, die op verbluffende wijze de set besloot. Progrock schuilde om de hoek en iemand brabbelde naast mij over Spock’s Beard, wat ik terecht kon beamen …Deze songs werden als een rockopera geïnterpreteerd: mooi uitgesponnen, meeslepend, broeierig, dromerig en rauw.

Wolf Parade creëerde een spannende sound met hun back-to-basics instrumenten en toetsen. Een hecht klinkende band, die heerlijke wendingen bood aan hun materiaal, en zich duidelijk binnen de indiestyle onderscheidde.

Twee volwaardige bands zei ik …Het Gentse Madensuyu kon een klein uur optreden, en liet hun net verschenen tweede cd los aan het Franse (en deels West Vlaamse) publiek. ‘D Is Done’ volgt ‘A field between’ en de EP ‘Adjust We’ op. Het duo kreeg al een eervolle vermelding op de Humo’s Rock Rally van 2004, en intrigeert door hun broeierig, intens, energiek en opwindend spanningsveld tussen  repetitieve gitaarstructuren, bezwerende en opzwepende percussie, elektronicableeps, (schreeuw) zang en opgewonden kreten.
Het nieuwe materiaal heeft een intense, samenhangende opbouw, klinkt breder en beschikt over meer zangpartijen. Muziek die je doet bewegen en door de repetitieve opbouw en de tempowisselingen voor de nodige adrenalinestoten en explosies zorgt. Het duo liet de synthiloops en beats wat meer doorklinken en manifesteerde zich ergens tussen de postrock van 65daysofstatic, de oude Belgenpop van Red Zebra, de industrial van The Young Gods, de gitaarriedels van Sonic Youth en de scherpte van Swans en V.U. De bindteksten van drummer Pieterjan Vervondel waren leuk (al altijd trouwens) meegenomen en ontkrachtten de muzikale spanningsboog. Eén voor één waren de nieuwe songs de moeite, waardoor ik moet besluiten dat dit duo me het meest verbaasde en in beroering bracht. Luister maar eens naar “Fafafxx”,  “Write or wrote”, “Oh frail”, “Ti:me” (de sterkste song van 2008!), “Tread on tread light” en “Little f”. En oh ja, er was ook nog wat ouder materiaal, waarbij het bruisend dynamische “Share of lot” mocht besluiten. Duimen maar dat het duo De Gezelle – Vervondel de verdiende erkenning krijgt voor hun talent, kunde en technische stuff!.

Organisatie: Grand Mix, Tourcoing

Pagina 276 van 299